Per Telegraaf.
komene stoombool Planet gevaren en keerde mei den kapitein dier boot en
verscheiden anderente zamen 10 personen naar Steinwardcr terug. Op
dezen overtogt sloeg de boot om en 6 van de zich daarin bevindende men-
schenwaaronder de kapitein en twee machinistenvonden den dood in
de golven.
Uit Warschau meldt men de volgende bijzonderheden omtrent den
gepieegden aanslag op het leven van den heer Wiclopolski. Terwijl ge
noemde heer met zijne gemalin eenc wanaelrid deed sprong een jong
mensch op de trede van het langzaam voortrijdende rijtuig en stak met een
langen Circassischen dolk naar den heer Wielopolski. Deze ontweek door
eene snelle beweging den stoot en bedreigde met cenen revolver den moor
denaar, die zijn wapen liet vallen en ontvlugtte, maar achterhaald en in
verzekerde bewaring gebragt werd. Hij bekende onmiddellijk dat hij de
daad gepleegd had, zeggende dat hij daartoe door het lot aangewezen was,
en dat zijn voorbeeld binnen 10 dagen door een ander gevolgd zou worden,
gelijk hij dat van Jaroscynski en RylI gevolgd had. Het bleek dus, dat er
een bepaald complot bestaat om de hoogst geplaatste mannen uit den weg
te ruimen. De moordenaar heet Johannes Rzonca en is eerst 19 jaren oud.
OOSrEKUlJft.
Uit officiële opgaven blijkt, dat de militaire regtbanken in Hongarije, ge
durende den exceplionelen toestand, waarin dat land verkeerde, van 5 Nov.
tot ultimo Junij, niet minder dan 486 uitspraken hebben gedaan, name
lijk 210 veroordeelingen, 91 vrijspraken, terwijl in 185 gevallen geen uit
spraak is gedaan. Vijf personen zijn veroordeeld wegens schending van den
eed, 33 wegens beleediging van den keizer en leden van zijn huisde overige
werden vervolgd wegens het verbreiden van valsche en onrustbarende ge
ruchten het beleedigen van magistraatspersonen wachten enz.storing der
openbare rust en andere dergelijke overtredingen.
Te Innspruck en omstreken heeft men op den 16dc" Augustus eene vrij
sterke aardbeving waargenomen.
TURYN20 Augustus. Volgens het officiële blad is Garibaldi Catania
binnengerukt en heeft hij het telegraaf-bureau in bezit genomen. De gemeen
schap is verbroken. De troepen, onder bevel van Ricotli en la Mella, sedert
gisteren op marsch naar Catania, zijn op korten afstand van die stad aan
gekomen.
MARSEILLE, 20 Augustus. Uit Konslantinopel zijn beriglen ontvangen
van den 13dc°. Ten gevolge van oneenigheid over het aantal forten, dat
ontruimd zoude worden, waren de conferentiën afgebroken. De Fransche
gezant wachtte instruction en morgen zouden de zittingen weder hervat
worden. Men verzekert, dat Frankrijk en Rusland hebben verlangd, dat
het garnizoen in het fort te Belgrado met 5000 man zal worden vermeer
derd. Dientengevolge zijn de Serviërs zeer verbitterd. De minister van
finantiën heeft een algemeen onderzoek ingesteld, waardoor verschillende
onnaauwkenrigheden in het flnanliewezen zijn aan het licht gekomen. De
Sultan heeft de vervolging van de schuldigen bevolen.
NEW-YORK, 12 Augustus. RO.) Er is een hevig gevecht geleverd
in de vallei van Virginia. Daar de zuidelijken onder generaal Jackson de
Rapidan waren overgetrokken, heeft generaal Pope hun twee afdeelingen
van zijn leger te gemoet gezondenom hen tegen te houden. Daarop volgde
een hevige strijd gedurende den gchcclen dag bij Cedar Mountain. De noor
delijken zijn teruggetrokken en hebben twee kanonnen verloren; hun infan
terie heeft zwaar geleden. Men schat de strijdmagt van de zuidelijken op
20000 man en die der noordelijken op 7000. In den nacht zijn de zuide
lijken over de Rapidan teruggetrokken naar Orange Courl-house, vervolgd
door de noordelijken. Men gelooft dal de zuidelijken mede zware verliezen
hebben geleden. Hel gepantserde schip Arkansas heeft men op den Missis
sippi laten springen. Te Key West heerscht de gele koorts. Het bevel
tol de krijgsopschrijving heeft eene groote gisting te weeg gebragt, voorna
melijk onder de genaturaliseerde burgers. Zeer velen hunner trachten te
ontsnappen maar de grenzen en de kusten worden stipt bewaakt.
PARIJS, 21 Augustus. De Conslitutionnel zegt, in een door den heer
Boniface onderleekend artikel, gemagtigd te zijn tot de verklaring, dat de
depêche uil Rome betreffende de verklaringen die door den heer de Lava-
letle aan den Paus zou zijn gedaan, onjuist is. Het blad voegt er bij,
dat het van zelf spreekt dat zoo lang de Fransche troepen te Rome zullen
zijn, de Paus niet te vreezen zal hebben voor een inval op zijn grondgebied.
TURYN, 21 Augustus. In den senaat heeft de heer Guilini de regering
geïnterpelleerd over de komst van Garibaldi te Catania. De heer Ratazzi
antwoordde dat de regering Garibaldi als opstandeling beschouwten dat
de toestand van Sicilië van zeer ernstigen aard is; zij hoopt echter dat de
moeijelijkheden overwonnen en de bestaande instellingen gehandhaafd en
beschermd zullen worden door de dapperheid van het leger. De regering
bad maatregelen genomen en troepen naar Catania afgezonden, terwijl de
vloot, die in de Siciliaansehe wateren kruist, zich legen het inschepen, zoo
wel als legen hel ontschepen, van vrijwilligers zal verzetten. De kamer
der afgevaardigden is lot een morgen te houden buitengewone vergadering
bijeengeroepenom eene mededeeling van de regering te ontvangen.
In den Nieuwen Militairen Spectator N°. 11 is op nieuw eene stem op
gegaan tot weder-invoering van de staf-muziek bij de infanterie-corpsen
waarbij levens de middelen worden aangewezen om dat op eene min kost
bare wijze tot stand te brengen. De schrijver roept ook de medewerking
in van anderen, ten einde tot het gewenschte doel te geraken. Met het
oog daarop zijn wij door iemanddie eene reeks van jaren met de directie
van muziek is belast geweest, aangezocht het volgende artikelvroeger door
hem over die zaak geschreven, in onze Courant op te ntmen. Tot regt
verstand van het daarin voorkomende is noodig op te merken, dat dit arti
kel werd opgesteld in October 1843toen de opheffing der staf-muziek bij
de infanterie op handen was, en in Augustus 1853, toen er sprake was
van weder-invoering, nogmaals onder de oogen van het publiek werd ge
bragt, zoodanig als wij hel hier laten volgen, door de opneming in het
Vaandel (eerste reeks), 1853, N°. 8. De hernieuwde plaatsing moge ook
nu nog eene belangstellende overweging uitlokken.
DE MIZIJKKOIU'SEBIJ DE INFANTERIE.
In n". 12 van den vorigen jaargang van het Vaandelspraken wij met
een enkel woord over het afschaffen der sappeurs bij de infanterie, en uit
ten wij den wensch ze weder eenmaal ingevoerd le zien. Dalzelfde zeggen
wij thans van de muzijkkorpsen. Het is nu bijna 10 jaren geleden dat zij
werden opgeheven. Tien jaren zijn weldra verloopen, sinds w(j, met een
weemoedig hart, in onze toenmalige betrekking den trcurigen last voibrag-
tenom aan die ontbinding, als eene gebiedende noodzakelijkheid der be
zuiniging, bij ons regiment het rereischle gevolg te geven. Hoezeer pligt
ons dit gebood, konden wij een gevoel van medelijden niet onderdrukken,
bij het zien, hoe menigeen dier mannen, onder hel nederleggen zijner mu
ziekinstrumenten en andere aan hel gouvernement toebehoorende voorwer
pen, een traan aan het oog ontviel; mannen, met het brons of zilver voor
trouwe dienst, en het cereleekcn tot herinnering aan de roemrijke dagen
van 1831 versierd. Mag men de meer en meer veldwinnende geruchten ge-
loovendan zou bjj ons gouvernement het voornemen bestaan, om de mu
zijkkorpsen, ofschoon op minder kostbaren voet, weder op te rigten. Wij
twijfelen niet of deze maatregel zou door hel geheele leger en velen daar
buiten worden toegejuicht, en het is om bij dezen hel nuttige en aange
name dier muzijkkorpsen in het geheugen terug te roepen en andersdenken
den hiertoe gunstig te stemmen, dat wij liet volgend artikel, in een geacht
militair tijdschrift geplaatst toen de ontbinding op handen was, den lezers
van het Vaandel aanbieden.
Is hel den soldaat geoorloofd over de daden zijner regering luide te oor-
deelen? Kan het iets baten over een maatregel le schrijven, welke reeds
gedeeltelijk ten uitvoer is gelegd? Zal de redactie van een militair tijd
schrift, die, ofschoon onpartijdig en vrij in hare oordeelvellingen, tegenover
het militaire bestuur eene gepaste bescheidenheid in acht neemtonze woor
den overnemen? Ziedaar vragen welke wij ons deden, alvorens de pen
op te vattenzie hier hoedanig wij ons antwoordden.
De beschikking, welke de opheffing der muzijkkorpsen inhoudt, is door
hel departement van oorlog uitgevaardigd gewordenten gevolge van den
finantiëlen toestand des rijks, zij is een gevolg van de hardste noodzake
lijkheid tol bezuiniging op dat departement, geenszins van eigene en vrije
beschouwing. Haar oorsprong moet gezocht worden in de schatkist, on
mogelijk bij hem, die nog altoos de opperbevelhebber van hel leger is, bij
Z. M. onzen Koning. Waarom zouden wij dan ons leedwezen niet mogen
uiten over eenen maatregel, die hel leger zoo diep heeft getroffen, en die
noch aan den Koning, noch aan den Minister van oorlog, maar alleen aan
de bezuiniging, welke in het algemeen 'slands uitgaven ondergaan, kan en
moet geweien worden? Waarom zou de Militaire Spectator onze woor
den niet overnemen, welke wij schrijven met leedgevoel in het hart, doch
met den verschuldigden eerbied voor het militaire bestuur? Schromen wij
dan niet ons gevoelen te zeggen; ware slechts het gehalte onzer woorden
geëvenredigd aan de belangrijkheid des onderwerps!
De krijgsmuzijk dient om op de gemoedsstemming van den soldaat te
werken. Deze stelling behoeft niet meer betoogd te worden; men kan ze,
door andere woorden te gebruikennader ontwikkelen en zeggen dal de
krijgsmuzijk dient:
1°. Om den soldaat tegen het oogenblik des aanvals tot moed en geest
drift aan le sporen.
2°. Om zijn neêrgedrukten geest op te wekken, als hij door ongemak
ken en vertnoeijenissen afgemat is. De invloed der muzijk op 's men-
schcn ziel beslaat bij elk in meerderen of minderen graad. De krijgsmuzijk
is uil haren aard en door hare zamenslelling vurig en levendig; zij werkt
met kracht op de ziel van den soldaat. De ziel ontvangt den indruk, en
deelt dien mede aan het ligchaam, dat, vermoeid en afgemat zijnde, zich
weder oprigt en als vernieuwde krachten ontvangt.
Het is eene waarheid, dat de infanterie, meer dan andere wapens, op
wekking noodig heeft. De infanterist toch heeft, behalve de vermoeijenis
van den voetganger ook nog die door te staan dat hij wapens, klee-
ding, munitie, voeding, alles zelf moet dragen. Hij vooral is de man des
oorlogs, die alle krachten moet inspannen; zijne bruikbaarheid is daarvan
geheel afhankelijk; hij is het meeste blootgesteld aan uitputting en moede
loosheid. Hij heeft werkelijk behoefte aan krijgsmuzijk, dat middelhet
welk neêrslagtigheid verdrijft en daardoor hel afgematte ligchaam verfrischt
en versterkt. Daarom was de krijgsmuzijk bjj de infanterie met regt en bij
voorkeur op eene ruime schaal ingerigt, maar daarom ook is haar verlies
zoo groot, en zal haar gemis zoo gevoelig zijn.
Men heeft beweerd, dat de bij de infanterie bestaande hoornblazers, met
weinige kosten, lot eene doelmatige krijgsmuzijk te vormen zijn. Wel is
waar, een goed hoornmuzijk is aangenaam en liefelijk voor het gehoor,
maar zij mist immers die indrukwekkende, die bezielende kracht, welke
de zoogenaamde Turksche muzijk in hooge male bezit, en die elke krijgs
muzijk bezitlten moet, zal zij aan haar doel beantwoorden. Men heeft wel
eens in spoltenden zin over de zamenslelling der af le schaffen muzijk ge
sproken, over die Turksche trom, welke slechts dienen zou om veel geraas
te maken; over die bekkens en schelleboomcnwelke alleen lol pralerij
schenen te strekken. Maar de oordeelkundige spreekt niet aldus; hij be
schouwt in de vereeniging van houten en koperen blaasinstrumentenmet
den toestel van grooLe en kleine trommen, bekkens, schellcboomentri
angle, enz. de ware doeltreffende krijgsmuzijk, waarin de zachte geluiden
met de scherpere harmonisch te zamen smeltenwelke door den zoo even
genoemden toestel de noodigc kracht en hoorbaarheid ontvangt en alzoo
die druischende klanken kan voortbrengen, welke de ziel van den krijgs
man treffen en het oorlogsvuur door zijne aderen jagen. Wij hebben die
zelfde minachtcrs van de Turksche muzijk menigmaal haren vermogenden
invloed zien ondergaan, wanneer zij op het gehoor van een militairen
marsch, onwillekeurig, en in snijd met hunne eigene bewering, hel hoofd
krijgshaftiger omhoog hieven, en in hunne bezielde gelaatstrekken den in
vloed lieten lezenwaarvan zij het bestaan loochenden omdat niet elk zich
rekenschap geeft van de indrukken welke hel gemoed ontvangt.
Het getal der zoodanigen is echter gering. De wensch om de muzijk
korpsen te behouden is bijna algemeen te noemen. Van alle gronden
welke ten gunste derzelve van zoo vele zijden zijn aangevoerd gewordeu,
is er geen zoo geldend, zoo waar en zoo overwegend als die welke ook wij
hebben voorgehouden, namelijk, dal hun al of niet bestaan een waarborg
meer of minder is voor de deugdzaamheid der infanterie, ja, dat zij voor
dat wapen een onwaardeerbaren schal uitmaken.
(Slot in een volgend stommer