LEYDSCHE W COURANT. 1861. VRIJDAG 4 OCTOBER. De Courant wordt MaandagWoe?isdag en Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt uit Zaiurdag Avond. N°. 119.(3 De Prijs der Courant is f 12 in het jaar de afzonderlijke Kommers worden tegen 10 Centen afgegeven BIMENLANDSCHE BER1GTEN. LEYDEN, 3 October. Wij hebben met genoegen inzage genomen van bet adres, dat door een aantal ingezetenen dezer gemeente bij de tweede kamer der staten-generaal zal worden ingediend houdende het verzoek dat tiet der kamer behagen moge hare goedkeuring te verleenen aan het ontwerp van wet tot onteigening van percelen voor den aanleg van een spoorweg van Leyden naar Woerden. Adressanten hadden, zeggen zij, aanvankelijk gemeend de beslissing over een voor hen en hunne gemeente zoo aangelegen onderwerp aan het ver licht oordeel der kamer te mogen overlatenmaar aangezien uit Schevenin- gen's Gravenhage en Gouda bij adressen het verzoek tot de kamer is ge- rigl, hare goedkeuring aan hel bedoelde wels-ontwerp te onthouden, achten zij het van hunnen pligt hunnerzijds met bescheiden maar ernstigen aan drang de kamer te verzoeken het te willen aannemen. Ter ondersteuning van hun verzoek ontwikkelen zij in het adres de gronden tol wederlegging van de bedenkingendie tegen de goedkeuring van het voorstel zijn geopperd en lot heto'og dat hel publiek belang de aanneming van hel voorstel vordert. Wat betreft het eerste, doen zij de bedoelingen en wënschen uitkomen van hen, die de goedkeuring ontraden. Noch Gouda. noch 's Gravenhage of Scheveningen kunnen door deze onteigening op eenige wijze getroffen wor den. 11e strekking en de bedoeling van de uit die plaatsen ingediende adressen schijnen, naar hetgeen daarvan bekend is geworden, alleen te zijn om in den boezem der kamer op nieuw den sirijd te doen ontbranden, die vroeger over het beginsel en de termen der aan de IIoll. spoorweg-maat' schappij verleende concessie verleend is, en de gelegenheid te baat tc nemen oin, zoo mogelijk, te bewerken dat de aan die maatschappij verleende concessie door de kamer worde vernietigd. Adressanten veroorloven zich de vraag of het thans de tijd is, de vroeger op den voorgrond gestelde vraagstukken op nieuw te behandelen, en beioogen dat, welk ook het be ginsel zijdat de kamer vroeger als het hare heeft aangenomen dit begin sel haar niet kan beletten het thans aanhangige voorstel aan te nemen, want daarin wordt alleen de eenvoudige vraag gesteld of op liet tegenwoor dige standpunt der zaak het publiek belang onteigening van zekere percelen vordertopdat een spoorweg lusschen Leyden en Woerden aangelegd kunne worden. Zij treden vervolgens in eenige bijzonderheden om in het licht te stellen dal de nieuwe gronden, de vroeger aangevoerde waren onhoudbaar geworden door de tegenstanders uit Gouda en 's Gravenhage aangevoerd, argumenten zijn, waartoe men de toevlugt moest nemen, om eenen sirijd vol te houden, die zijnen oorsprong voornamelijk in overwegin gen van bijzonder belang en bekrompen plaatselijke ijdeibeid had. llij het tweede punt van hun beloog verklaren de adressanten zich niet tc kunnen voorstellen, dat men zal verklaren dat deze weg strijdig of on verschillig is voor het publiek belang. Op hetzelfde tijdstip, zeggen zij, waarop met groole kosten voor den staal, in alle deelen des lands, ook in de meest afgelegene, spoorwegen worden aangelegd, omdat het publiek belang dit vordert, zal men eene noodzakelijke spoorwegverbinding in hel hart des lands, door eene digt bevolkte streek, strijdig verklaren met het algemecne nut? Terwijl men met de uiterste zorg overweegt, op welke wijze men het gevoegelijkst elke gemeente in ons vaderland die zich in eene bloeijende of ontluikende nijverheid mag verheugen, in verband zal brengen met het groote spoorwegnet, dat èn met hel binnenland èn ook met het buitenland gemeenschap opent, zal men eene zeer aanzienlijke ge meente, de vijfde in rang wat het cijfer barer bevolking betreft, eene der voornaamste fabrieksteden des lands, met voordacht uilsluiten van die ver binding? Aan den wensch van 's Gravenhageom een eigen spoorweg op Gouda te hebben zal men de belangen van geheel Holland tusschen Haarlem en Botterdam opofferen? Dat kunnen wij ons niet voorstellen. Wij zou den vrcezen u te belcedigen, indien wij beproefden in het breede tc ontwik kelen, dat de belangen van Leyden, van de bloeijende Rijnstreek mei hare reeks van nijvere dorpen, van zoo vele andere gemeenten in Holland, ook van Haarlem vooral, zelfs van Delft en Schiedam, dc aansluiting van den llollandschen spoorweg aan den Rijnspoorweg door de lijn Leydcn-Woerden gebiedend eischen." Gelijk men weet is er in de voornaamste sociëteiten en hij de boek- en kunsthandelaars Schreuder en van Haak gelegenheid om adressen van ad- haesie aan bovengemeld adres te onderteekenen. De herinnering aan Leydens ontzet in 1574 werd heden op de gebrui kelijke wijze godsdienstig gevierd. De stad haddoor de menigte vlag gendie overal wapperden, een feestelijk aanzien, en op het raadhuis verdrong zich, naar gewoonte, het publiek, om de aldaar bewaard wordende stukken, die op het beleg en het ontzet der stad betrekking hebben, tc bc- zigtigen. Door het bijzonder fraaije weder uitgelokt, begaf zich ook eene aanzienlijke menigte van allerlei stand en rang naar het plantsoen, om dc muziek der schutterij, die aldaar eenige muziekstukken uitvoerde, te hoo- ren en de inderdaad fraaije fontein, die door de zorg van het gemeentebe stuur aldaar was geplaatst, te bezigtigen. Een en ander was voor het pu bliek eene aangename verrassing. Van den singel gezien, leverde het bont gewoel op het plantsoen een niet onaardig gezigt op, en de heen en weder varende sloepen van de kweekschool voor zeevaart, waarin hh. commissa rissen der school en hh. officieren der schutterij gezetenen die met de kweekeiingen der school bemand warengaven aan het geheel eene groote levendigheid. Wij vernemen, dal diakenen der ned. hervormde gemeente alhier voor nemens zijn op het einde dezer maand eene herbesteding te houden van het bouwen van 60 arbeiders-woningen. De aanvrage en de gewijzigde leeke- ningen moeten reeds aan den gemeenteraad zijn opgezonden. De heer Lehmann, scheepsbouwmeester te Rotterdam, is door de Japan- sche regering voor den lijd van 3 jaren in dienst gesteld, om in dat rijk eene marinewerf in te rigten en tevens onderwijs in den scheepsbouw te geven. Dc heer L.die in den loop der volgende maand naar zijne bestem ming zal vertrekken, is een Duitseher van geboorte, heeft geruimen tijd in Noord-Amerika doorgebragt, en was laatstelijk aan de werven van de hh. van Hoboken werkzaam. De officieren van de genie, die thans nog in het kamp bij Millingen ver blijf houden, zijn, naar men berigt, druk bezig met het maken van afme tingen tot het maken van geschikte afleidingen van het water, dat bij onverhoedsche regenvlagen de legerplaats in een poel verandert. Als eene zeldzaamheid wordt medegedeelddat thans te Wageningen woont zekere weduwe Heidie den ouderdom van 98 jaren heeft bereikt en uit haar eerste huwelijk nog een zoon van 81 jaren in leven heeft. Heideii bevinden' zich nog in volmaakten welstand. --Voor het dezer dagen te Groningen gehouden examen van jongelingen, dié verlangen als kweekeiingen op 's rijks kweekschool voor onderwijzers aldaar geplaatst te worden, zijn opgekomen: voor het lsle studiejaar 44, voor het 2dc 54, voor het 3dc 45 en voor hel 4de 29 jongelieden. Ka onder zoek in de voornaamste leervakken, voor de vier afdeelingen zijn 19, 35, 27 en 18 van een verder onderzoek ontslagen. Met de overgeblevenen is het examen voortgezet, en uil deze wordt eerstdaags ccne benoeming van dc regering te gemoel gezien. üit's Ilcrlogenbosch meldt men, dat Z. M. de koning den burgemeester van die gemeente jhr. mr. E. J. C. M. de Kuyper, gewezen voorzitter der algemecne commissie voor den watersnood in Gelderland en Noordbrabant, benoemd heeft tot commandeur der orde van de Eikenkroon. 's GRAVENHAGE, 3 October. Tot burgemeester der gemeente Benthuizen is benoemd de heer W. G. D. Murray. Door Z. M. is benoemd tot regter in de arrond.-reglbank te Alkmaar de heer mr. P. van Bemmelen, thans commies bij hel dep. van justitie. Voor de burgerlijke dienst in Nederl. IndiB zijn benoemd: tot ambte naar lsle kl., jhr. mr. H. G. B. Nahuys; en lot ambtenaren 2de kl.de candidaat-ambtenaren I'. J. van Berckel, F. J. G. Rittlen en A. Thesingh. Rij de administratie der posterijen zijn benoemd: tot commies 2dc kl., de heer A. N. Wentholt, thans commies 3dc kl.tot commies 3de kl., de heer D. van der Voort Maarschalk, thans surnumerair; en tot surnumerair, de heer M. G. Engelhart, thans geagreëerd klerk op het postkantoor te Arnhem. Voorts zijn benoemd tot ontvangers der directe belastingen enz.: te Bretikelen, de heer A. Engelenburg, thans te Vollcnhoven, en te Utrecht (lsle afd.)de heer jhr. L. Stern, thans controleur der directe belastingen aldaar. Z. M. heeft als secretaris van de commissie voor de staats-spoorwegen tijdelijk in dienst gesteld jhr. G. J. G. Klerck, lslen luitenant van het corps ingenieurs, mineurs en sapeurs. Aan den heer van den Brink alhier, die op den lslcn dezer gedurende 50 jaren de betrekking van onderwijzer had bekleed, is de kon. medaille voor 50-jarige dienst geschonken. Men verneemtdat door Z. M. verschillende personendie zich in het begin des jaars, bij gelegenheid van den watersnood, hebben onderscheiden, lot ridders der orde van de Eikenkroon zijn benoemd. Dc minister van oorlog zal aanst. Dingsdag geen gehoor verleenen. Van de staatsbegrooling voor 1862 zijn de hoofdstukken 1—4, 6 en 7 aan de leden der tweede kamer rondgedeeld. Eerstdaags ziet men bij de tweede kamer der stalen-gencraal de aan bieding tc gemoet van het wets ontwerp, waarbij het tijdstip van invoering

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1861 | | pagina 1