131JBLAD tot dc Leydsche Courant van Junij d86dIf". 70. If De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEY DEN doen te weten, dat door den Raad dier gemeente, in zijne vergadering van den 2dcn Mei 1861is vast- „tsleld de volgende s V E IS E E5 E N S N op de openbare scholen voor gewoon lager o?iderwijs voor 07i- e7i 7iii7iver7iioge7iden. Art. 1. Op de openbare scholen voor gewoon lager onderwijs wordt eene dag- en ccne avondschool gehouden. Art. 2. De dagschool wordt gebonden op Maandag, Dingsdag. Woensdag, Don derdag en Vrijdag des voormiddags van 9 tot 12 uren en des namiddags van 2 tot 4 uren; op Zaturdag alleen des voormiddags van 9 tot twaalf uren. Art. 3. De avondschool wordt gehouden van 1° October tot uil». Maart op Maandag, Dingsdag, Donderdag en Vrijdag des avonds van 7' tot 9 uren. Art. 4. Vacantiën zijna. Vrijdag en Zaturdag voor paschen en de paaschweek de hemelvaartsdag; c. de pinksterweekd. de kermisweek; e. de 3Jc October; de kersweek, gerekend van 24 December tot 2 Januarij. Art. 5- Dp de dagschool worden geene kinderen toegelaten, die den ouderdom van jaar nog niet bereikt hebben. Art. 6. Leerlingen van de dagschooldie den ouderdom van 10 jaren bereikt hebbenuiogen tegelijker lijd de avondschool waarnemen, indien de hoofdonderwij zer hen daarvoor geschikt acht. Art. 7. Als leerlingen, die uitslnitend de avondschool bezoeken, komen alleen rij in aanmerking, die, tot zij den leeftijd van 12 jaren bereikt hebben, een goed cn getrouw gebrnik van de dagschool hebben gemaakt. Art. 8. Nieuwe leerlingen op de dagschool worden aangenomen in de eerste volle week der maanden April en October. De plaatsing der leerlingen op de avondschool geschiedt op den eersten Maandag van October. Art. 9. Kinderen, die zich van elders in de gemeente vestigen, kunnen lusschcn- tijds worden geplaatst, mits het blijke, dat zij voorbereid zijn om het onderwijs op eene der reeds bestaande klassen te volgen. Art. 10. Alleen kinderen, die zijn ingeënt of de natuurlijke kinderziekte hebben gehad, mogen worden ingeschreven. Art. 11. Gedurende de eerste twee volle weken der maanden Maart cn Septem ber wordt aan de ouders of die hen vervangen gelegenheid gegeven, om de plaat sing van nieuwe leerlingen te vragen. De plaats en tijd der inschrijving worden door Burgemeester cn Wethouders bij openbare afkondiging ter kennis van de ingezetenen gebragt. Art. 12. Met betrekking tot de scholen voor onvermogenden wordt de gemeente in drie schoolwijken verdeeld. De eerste schoolwijk bevat de Breedestraat van de Choorsteeg, de Hoogewoerd Waterstceg, Hooigracht tot de Groenesteeg, de Groenestegen en het gedeelte der gemeente ten zuiden van deze lijn gelegen. De tweede schoolwijk bevat de Mare, Donkersteeg, Hoogstraat, Maarsmansteeg Choorsteeg, PicterskerkpleinKloksteeg, Nonnensteeg en het gedeelte der gemeente dat ten westen van deze lijn gelegen is. De derde schoolwijk bevat het overige gedeelte der gemeente. De school n°. 1 (Ilaverstraat) is bestemd voor leerlingen wonende in de schoolwijk I. Dc school n° 2 (Brandewijustecg) voor leerlingen wonende in de schoolwijk II. De school n° 3 voor leerlingen wonende in de schoolwijk III. Art. 13. Voor elke school wordt een boek aangelegd, waarin wordt aangetec- kendvolgnommer; h. de naam der kinderen en de datum der geboorte; c. de dag van aankomst; d. de gezindte waartoe de kinderen behooren; e. de namen, het beroep en de woonplaats der ouders of die hen vervangende naam van den geneesheer, die het kind heeft ingeënt of behandeld toen het de kinderziekte had. Bij vertrek van de school wordt in eene volgende kolom aangeteekendwanneer en hoe het kind de school heeft verlaten. Art. 14. Bij deze inschrijving moeten vertoond worden de bewijzen van geboorte inschrijving en van vaccine of dat het kind de natuurlijke kinderziekte gehad heeft. Art. 15. Burgemeester en Wethouders onderzoeken de in art. 11 bedoelde in schrijving en voor zooverre daartegen geene bedenkingen bestaan, magtigen zij den hoofdonderwijzer tot het toelaten der ingeschreven leerlingen. Art. 16. Bij de plaatsing der leerlingen wordt aan de ouders of die hen ver vangen een exemplaar dezer Verordening uitgereikt. Art. 17. Leerlingen, die hoofdzeer hebben of in wier woning eene besmettelijke nekte aanwezig is, mogen niet toegelaten worden. Art. 18. De ouders of die hen vervangen zijn verpligt te zorgen, dat de leerlin gen behoorlijk gereinigd zijn. Ait. 19. Leerlingen, die niet behoorlijk gereinigd zijn, mogen niet toegelaten worden. Art. 20. De ouders of die hen vervangen zijn verpligt te zorgendat de kinderen de school getrouw bezoeken en vóór den aanvang van eiken schooltijd daar aanwe- zig zijn. Art. 21. Indien de kinderen door ziekte verhinderd worden de school te bezoc- hen, zijn de ouders of die hen vervangen verpligt den hoofdonderwijzer voor het begin van den schooltijd in persoon of schriftelijk daarvan kennis te geven. Art. 22. Indien dc ouders of die hen vervangen de kinderen om andere redenen dan ziekte uit de school wenschen te houden, vervoegen zij zich, onder mededeeling der redenen, bij den hoofdonderwijzer tot het bekomen van verlof en onderwerpen zich aan diens uitspraak. Art. 23. Indien de ouders of die hen vervangen zich niet stiptelijk houden aan het bepaalde in art. 20, 21 en 22 dezer Verordening, is de hoofdonderwijzer verpl'gt hnnne kinderen weg te zenden en niet weder toe te laten dan met schrifte lijk consent van Burgemeester en Wethouders. Art. 24. Indien de ouders of die hen vervangen den hoofdonderwijzer verlangen sPreken, moeten zij zich een half uur vóór den schooltijd aan de school vervoe gen en zich daar beleefd en ordentelijk gedragen. ®j nogen geene hulponderwijzers of kweekelingen over schoolzaken aanspreken. Art. 25. Bij overtreding van het bepaalde in art. 24, gelast, op voordragt van den hoofdonderwijzer, dc Bnrgemeestcr de wegzending der kinderen, indien het hem blijkt dat daarvoor gegronde redenen bestaan. Art. 26. Leerlingen, die zich zoo slecht gedragen, dat zij voortdurend den goe den gang van liet onderwijs verstoren, moeten door den hoofdonderwijzer tijdelijk van de school verwijderd worden en daarvan onmiddellijk kennis gegeven worden aan den Burgemeester, met inzending eener voordragt van maatregelen, die in dat bijzonder geval dienstig geacht worden. Na gehouden onderzoek beslist de Burge meester op deze voordragt. Art. 27. Jaarlijks wordt een staat opgemaakt van hc-t gedrag van alle leerlingen der school en aan de leerlingen zoowel van de dag- als van de avondschool, die het zich waardig hebben gemaakt, op voordragt van den hoofdonderwijzer, een, door Burgemeester en Wethouders te bepalen, prijs uitgereikt. Art. 23. De prijsuitdeeling wordt door eene les voorafgegaan en heeft plaats in de maand Aprilin tegenwoordigheid van eene commissie uit het collegie van dage- lijksch bestuur. Art. 29. Tot bijwoning van de les en de prijsuitdeeling worden nitgenoodigd de leden van den Gemeenteraad, de leden der plaatselijke Schoolcommissie, de School opziener en, indien de lokaliteit het toelaat, de ouders der leerlingen. Art. 30. Leerlingen, die de avondschool getrouw hebben bezocht, worden van de school ontslagen. 'Zij ontvangen, voor zoo verre zij het zich waardig gemaakt hebben, een getuig schrift, volgens bijgevoegd model, dat hun in hun volgend leven tot aanbeveling kan strekken. Art. 31. Het ontslag wordt gegeven bij het eindigen van de avondschool in de maand Maart. Art. 32. Op de school voor minvermogenden"stelt ieder leerling, met uitzonde ring van hen die buiten deze gemeente woonachtig zijn, bij den aanvang van den schooltijd, het verschuldigd schoolgeld hehoorlijk afgepast, aan den onderwijzer ter hand. Dit schoolgeld is niet verschuldigd voor die schooldagen, op welke een leerling, door ziekte, met voorkennis de school mogt verzuimd hebben. Vastgesteld door den Raad der gemeente Levden in zijne openbare vergadering van den 2den Mei 1861. De Burgemeester, D. TIEBOEL SIEGENGEEK, De Secretaris, Y. PUTTKAMMER. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 1 ltlcn junjj 1861. Burgemeester en Wethouders voornoemd D. TIEBOEL S1EGENBEEK, Burgemeester, T. PUTTKAMMER, Secretaris. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN doen te weten, dat door den Raad dier gemeente in zijne vergadering van den 2den Mei 1861, is vast gesteld de volgende VEESSiaiSENÏKffi op de openbare scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs voor jongens. Art. 1. Op alle openbare scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs wordt eene dag- en avondschool gehouden. Art. 2. De dagschool wordt gehouden op Maandag, Dingsdag, Donderdag en Vrijdag des voormiddags van 9 tot 12 uren, en des namiddags van 2 tot 4 uren, op Woensdag en Zaturdag alleen des voormiddags van 9 tot 12 uren.- Art. 3. De avondschool wordt gehouden van 51. tot 7 uren. Art. 4. Vacantiën zijn: a. Vrijdag en Zaturdag voor paschen cn de paaschweek; b. de hemelvaartsdagc. de pinksterweekd. de kermisweek en de twee vol gende weken; e. de 3de October; f de kersweek, gerekend van 24 December tot 2 Januarij. Art. 5. Op de dagschool worden geene leerlingen toegelatendie den ouderdom van vijf jaren nog niet bereikt hebben. Art. 6. Op de avondschool worden toegelaten leerlingen van de dagschoolbe halve die van de laagste klasse, en leerlingen die vroeger met toeslemming van den onderwijzer de dagschool verlaten hebben en tot den ouderdom van 12 jaren getrouw de dagschool hebben bezocht. Art. 7. Nieuwe leerlingen worden aangenomen in de week vóór de kermis- vacantie. Buitendien worden in de eerste week van de maand Februarij diegenen toegelaten, waarvan hij onderzoek blijkt dat zij het onderwijs op eene der reeds be staande klassen kunnen volgen. Art. 8. Kinderendie zich van elders in dc gemeente vestigenkunnen tusschen- tijds worden geplaatst, nrits het blijke, dat zij voorbereid zijn om het onderwijs op eene der reeds bestaande klassen te volgen. Art. 9. Alleen kinderen, die zijn ingeënt of do natuurlijke kinderziekte gehad hebben, mogen worden ingeschreven. Art. 10. Gedurende de eerste twee volle weken van Julij en Januarij wordt aan de ouders of die hen vervangen, gelegenheid gegeven om nieuwe leerlingen te lalen insóhrijvcn. De plaats cn tijd der inschrijving worden door Burgemeester cn Wethouders hij openbare afkondiging ter kennis der ingezetenen gebragt. Art. 11. Voor elke school wordt een boek aangelegd, en daarin aangeteekend: a. volgnommer; h. de naam der kinderen cn de datum der geboorte; c. de dag van aankomst; d. de gezindte waartoe de kinderen behooren; e. de namen, het beroep cn de woonplaats der oudersde naam van den geneesheer, die het kind heeft ingeënt of behandeld, ingeval het de natuurlijke kinderziekte gehad heeft. Bij vertrek van de school wordt in cenc volgende kolom aangeteekend wanneer en hoe het kind de school heeft verlaten. Art. 12. Bij deze inschrijving moet vertoond worden het bewijs dat het kind is ingeënt of de natuurlijke kinderziekte gehad heeft. Art. 13. Leerlingen, in wier woning eene besmettelijke ziekte aanwezig is, mo gen niet toegelaten worden. Art. 14. Burgemeester en Wethouders onderzoeken de in art. 10 bedoelde in schrijving en voor zooverre daartegen geene bedenkingen bestaan, magtigen zij den hoofdonderwijzer tot het toelaten der ingeschreven leerlingen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1861 | | pagina 5