LEYDSCHE
COURANT.
\s
H 1801.
VRIJDAG 10 MEI.
ij; De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
rr Atimttl
uit Zaturdag Avond.
N". 36.
jr jS 'jfJi
i-fv
De Prijs der Courant is f 12 in het jaar)
de afzonderlijke Hommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
BINNENLANDSCHE BEItlGTEN.
LEYDEN 8 Mei.
Heden middag zijn de 6de en 7ie compagnie van het reg. veld-artillerie uit
Amersfoort alhier aangekomen. Nabij de Hoogewoerdspoort werden zij
door de bh. officieren van de dienstdoende schutterij en die van het le bat.
van het 4Je reg. infanterie opgewacht en, bij monde van den majoor-com
mandant der schtilterjj, den heer de Timmerman, verwelkomd. Deze
toespraak werd door den majoor Dyckmecster, commandant der artil
lerie, met hartelijkheid beantwoord. Voorafgegaan door de muziek der
schutterij werden vervolgens de nieuw aangekomene troepen naar de cazerne
geleid. Door hh. officieren der schutterijin vereeniging met die van hét
1'bat. van het 4de reg. infanterie, zijn hh. officieren der artillerie heden
avond tot'eene vriendschappelijke bijeenkomst op de sociëteit Amicilia uil-
genoodigd.
liet is ons aangenaam te kitnncn medcdeelendat de derde jaargang
van de Breuk en Smits' algemeen Adresboek van de stad Legden lieden
liet licht ziét. Reeds meermalen hebben wij op het nut van zulk eeh aTTres-
lioek in het algemeen en op de zorgvuldige bewerking, waardoor zich dat
van de heeren de Breuk en Smits onderscheidt, gewezen. Zoover eene
vlugtigc inzage eene uitspraak veroorloofthebben de uitgevers ook" nu
weder alles in liet werk gesteldom aan hun adresboek die volledigheid
en naauwkeurigheid te gevenwelke men in zoodanig werkje met redelijk
heid eischen mag. Wij twijfelen dan ook niet of de uitgevers zullen zich
voor de zorg, op niettw aan dit nuttige, voor zoo velen zelfs onmisbare
hoekje hesleed, door een ruim debiet beloond zien.
I)c afdeeling letterkunde van de Koninklijke Akademie van welen-
schappen heeft in hare vergadering van den 26slsn April II., behoudens be
krachtiging van Z. M. den koning, tot leden benoemd de heeren mr. S.
Vissering en dr. I.. A. te Winkel te Leiden en dr. S. Acker Stratingh te
Groningen; en tot buitenlandse!) lid den graaf Giancarlo Concstabile, hoog-
leeraar le Perugia. AlgK. en L.-bode.)
Een landbewoner uil den omtrek schrijft ons het volgende: liet
schoone vooruitziet op eene vroege lente begint thans meer en meer te ver
dwijnen. Hel vee, dat reeds op de meeste plaatsen de stallen beeft verla
ten, zal weldra gebrek aan voedsel hebben; want het gras verkleurt door
den scherpen noordewind en vermindert aanmerkelijk door de koude lucht
gesteldheid. Niet beter is het gejegen met de veldgewassenwaaraan de
nachtvorsten veel schade hebben toegebragt. De vruchlboomenschoon van
den vernielenden invloed der rupsen bevrijdbeloven over het algemeen
weinig en vele tuin-heesters zullen geene bloemen dragenomdat de jongste
pinksterslormcn de loten hebben afgerukt, die zich voor dit jaar begonnen
te ontwikkelen.
Naar men verneemt is de toestand der ooglijders van het fregat loerisen
gunstig, aangezien drie officieren, acht adelborsten en een veertigtal min
dere schepelingen reeds als hersteld le beschouwen zijn. Wal den loop der
ziekte bij de nog overige manschappen aangaatzoo levert ook deze in dit
opzigt ruime stof tol tevredenheid.
De Vtr. C. deelt het volgende schrijven uit Amsterdam mede: Wij
kunnen weer een bewijs leveren van het ondoelmatige der aanschrijving,
waarbij de ambtenaren van het openbaar ministerie, vooral in policie-zaken
gelast worden de dagvaardingen der beklaagdenin stede van door de ge
wone deurwaarders, te doen verriglen door de rijksveldwachters. Immers
op ééne teregtzitting van den regter in het eerste kanton arrond. Amsterdam
werden niet minder dan drie exploilendoor rijksveldwachters gedaan,
nietig verklaard, als bevattende: noch den tijd wanneer, noch de plaats
waar, noch den regter voor wien de beklaagden zouden moeten verschij
nen," welke beklaagden dun ook ter audiëntie niej, tegenwoordig waren,
en waarlegen verstek was verleend. Volgens bovengenoemde vonnissen leden
de dagvaardingen niet alleen aan de opgesomde gebrekenmaar was ook
het requisitoir tol dagvaarding daarbij aan de beklaagden niet helcekend,
noch zelfs daarnaar verwezenterwijl geen afschrift van het exploit aan de
beklaagden bleek le zijn gelaten," zoodal de regter verklaarde, dat de
slukken misten alle vereischten van een exploit in strafzaken."
Git Arnhem schrijft men het volgende. Ten gevolge van het ongemeen
gure weder zijn de Geldersche bosschen nog grootendeels dor. Het vroor
nog gisteren nacht vrij sterk, waardoor de bloesem der fijne ooftboomen
veel lijdt. In de weiden is het gras kort; gebrek aan voeder op de stallen
was bij vele landbouwers oorzaakdat zij het vee in de weide lietenwaar
bet echter veel door de vochtige koude te lijden had. Gisteren avond ten
"re ontlaste zich boven deze stad eene lievige hagelbui, vergezeld van
donder, een vreemd verschijnsel bij die koude. De bui kwam uit helN.N.O.
In weerwil van dit winterachtige lenteweder, schijnen toch reeds vele
vreemdelingen voornemens te zijn hier gedurende den zomer verblijf te ko
men houden of wel er hunne vaste woonplaats te vestigen.
Te Kampen klopte in den vroegen morgen van den 5den dezer een man
aan de woning van een winkelier aldaar, om binnengelaten te worden,
daar zijn broeder boven woonde. De winkelier sprong het bed uit, opende
de deur en, na elkander een goeden morgen te hebben loegewenscht, ont
ving de winkelier op hoogst verraderlijke wijze van den ander een zoo he-
vigen vuistslag op bet hoofd, dal hij bloedende en bewusteloos nedcrviel en
zelfs in hoogst bedenkelijken toestand verkeert; men vreest voor hersen
schudding. Onderlinge twist tusschen den winkelier en de bovenbewoners
moet aanleiding tot deze wraakneming hebben gegeven. De dader is ter
stond in hechtenis genomen.
De prov. staten van Drenthe, buitengewoon vergaderd, hebben met
23 van de 27 stemmen tot lid der eerste kamer herkozen den heer mr.
W. J. Touckens.
Thans is verschenen de memorie van beantwoording op het, verslag
van rapporteurs omtrent de definitive vaststelling van het Xld<! hoofdstuk
der staatsbegrooling voor 1861. De regering had niet verwacht, dat hare
mededeeling, bij monde van den minister van builen), zaken den 23sle"
April jl. aan de kamer gedaan, tot verkeerde opvattingen zou hebben ge
leid. De openbare beraadslagingen zullen baar de gelegenheid aanbieden,
zich daaromtrent nader le verklaren. De minister van koloniën zal zich
dan ook liefst onthouden van bet qualificcren der rigting die hij denkt le
volgen, omdat het karakter dier rigting zich openbaren moet in handelin
gen.. ftlogt de voorstelling, in de mededeeling vervat, tot onjuiste of onbil
lijke beoordeeling aanleiding hebben gegeven, zulks lag uiet in de bedoeling
van de regering. Evenmin kan de regering erkennen de juistheid van het
verwijt, als of zij zich geheel vrij zoude wanen in de keus van liet ten
aanzien van Ned. Indie le volgen stelsel. Zij verliest volstrekt niet uit liet
oog, dat hel regeringsreglement van 1854 bij alle handelingen op dit gebied
tot rigtsnocr moet strekken. Was de herinnering aan die wet overbodig,
deze verklaring kan haar nut hebben. Wat dat reglement, naar de opvat
ting der regering, in art. 56 voorschrijft, komt kortelijk hierop neder, dat
het stelsel van cultures door doelmatige verbeteringen opleide tot vrijwillige
arbeidopdat de staal de voordeelendie hij nu uit den verpligten arbeid
geniet, eenmaal uil den vrijen arbeid der bevolking trekke.
De Amerikaansche Slooinpost bevatte onlangsonder den titel
Armoede in New York." het volgende stuk, van de hand van mevr. de
wedc. A. M. M. Stormwaaruit blijkt welk eenen noodloltigen invloed de
jongste gebeurtenissen aldaar hebben uitgeoefend:
De republikeiusche bladen der Unie, welke zich bejjveren om van alles
wat er tegenwoordig plaats vindt, de schuld bij uitsluiting aan bet Zuiden
te geven, ontkennen de verschrikkelijke verliezen, welke ook aan het Noor
den en bijzonder aan de door de Hollanders gestichte stad New York be
rokkend werden. Gezwegen van 90 aanzienlijke bankroeten in eene enkele
maand en bet verlies van millioenen schatten door den bijna geheelen stil
stand des handels, gezwegen van de vele advertentiênwaarmede zich thans
zelfs jonge dames ais gouvernantes of onderwijzeressen op scholen aanbie
den, zonder eenige toelage, om slechts geplaatst te zijn, terwijl zij eenigc
maanden vroeger een salaris van 300 d. en meer jaarlijks konden bedingen,
wil ik mij slechts alleen tot eenige officiële opgaven bepalen. De Bestuurders
van de arm-en verbelerings-inrigiingen geven op, dal zij thans 8777 personen
geheel ten laste derzelve hebben, met eene vermeerdering van 465 over
1860 en 850 over 1859 in hetzelfde tijdperk. De statistieken van de niet
in die inriglingen wonenden is nog veel aanzienlijker. De ellende onder de
werklieden heeft geene wederga in de geschiedenis. Meer dan 28,000 lot
werken geschikte menschen loopen iedigzonder arbeid te kunnen erlangen.
De directeur van de buiten deurs bedeelde armen kreeg in de laatste twee
weken niet minder dan 10,000 aanvragen voor onderstand om steenkolen.
Dezelfde ambtenaar erlangde dagelijks aanvragen van werklieden, met ver
zoek om naar het werkbuis gezonden te mogen worden. Niet minder dan
18,585 worden thans ondersteund door de maatschappij lot verbetering van
den toestand der armen. Onder dezen zijn niet alleen allerlei soort van
ambachtslieden en sjouwers, maar een aanzienlijk aantal van naaisters en
weduwen met jonge kinderen, welke door gebrek aan werk, ziekten en
ongelukken, in dit koude jaargetijde aan allerlei ontberingen zijn blootge
steld. Daarenboven iser nog een veel grooter getalwelke uil valsche schaamte
of hoogmoed bun lijden in stille verduren.
En dit heeft thans in Amerika plaats, waar, met uilzondering van den
kortelings in de Unie opgenomen nieuwen staat Kansas, een buitengewoon
gezegende oogst in liet afgeloopen jaar heeft plaats gevonden en alle levens-