policic-gcboiiw zijn tie glazen ingeworpen en van de regeringsgebouwen zijn de adelaars afgerukt. De oproerlingen in Ilerzegowma zijn door de lurken teruggeslagen. MARSEILLE, 2 April. Uit Napels meldt men van 30 Maart dat het be stuur, ten gevolge der zamenseholingendoor ware of voorgewende aanhan gers van Garibaldi veroorzaakt, het dragen van roode hemden heeft verboden. Velen kondigen legen morgen eenc nieuwe demonstratie aan. Soldaten en nationale gardes hebben, in weerwil van hunnen tegenstand, eenige rust verstoorders ontwapent. De typhus heerscht in de hospitalen. Het meeren- deel der Fransche liefdadige zusters is ziek. TURIJN, 2 April. Uil Genua meldt men dat Garibaldi in den avond van 31 Maart Caprera heeft verlaten en te Genua is aangekomen. Men ge looft dat hij ook te Turijn zal komen. ROME, 30 Maart. R.O.Deze nacht zijn nabij deze stad 40 wagens van het Sardinische leger, die van Gaëta kwamen, voorbijgetrokken. De generaal Goyon heeft bevolen, dat zij onmiddelijk naar Terni moesten vertrek ken en de gendarmerie als geleide medegegeven. De regering was door dit voorval zeer verontrust. BERN, 2 April. RO.) Het militaire dagblad van Turyn had een artikel opgenomen, waarin eene verdeeling van Zwitserland tusschen Frank rijk, Italië en Oostenrijk werd voorgesteld. De minister Cavour heeft aan den'bondsraad de officiële verklaring gegeven, dat zoodanig voorstel niet een denkbeeld der regering was. POOLSCHE GRENZEN, 1 April. Gisteren bragter. te Kalisch 3000 per sonen aan den districts-hoofdman eene ketelmuziek, terwijl zij de vensters insloegen. De hoofdman vlugtle, onder het ondergaan van beschimpingen, naar de kadellenschool. De plaatsvervangende adjudant werd insgelijks be schimpt. Later werden de voorzitter van het geregtshof en de inspecteur van het onderwijs insgelijk op ketelmuziek onthaald. De militairen hebben de rust hersteld. WARSCHAU, 2 April. In eene tweede oproeping van den stadhouder wordt o. a. gezegd: Het gewigt van het oogenblik noopt mij nogmaals ern stige woorden te spreken. De toegezegde instellingen waarborgen de dier baarste belangen van uw land, de godsdienst en de nationaliteit. Zij zul len opregt ten uitvoer gelegd worden. Onthoudt u van wanordelijkheden. Zij zouden er slechts toe leiden dat de regering van hare goede voornemens afzag. PETERSBURG, 2 April. In eene circulaire, den 20slen Maart door vorst Gortschakoff aan dc Russische legatiën in hel buitenland gezonden, leest men het volgende. Europa heeft het bewijs gezien dat de keizer, wel verre van de hervormingen "uit te stellen, daartoe hel initiatief heeft genomen en den ingeslagen weg met volharding blijft volgen. De keizer wil dat hetgene hij toestaat, waarheid zij, en aan Polen een weg opene van regelmaligen vooruitgang. IAKEZOADE1V. Over den arbeid Tan kinderen In fabrieken. I. Met groote belangstelling hebben wij kennis genomen van de aanschrijving van Z. Exc. den Minister van Binnenl. Zaken aan de Commissarissen des Konings om in de respectieve provinciën van de Gemeentebesturen vóór 1 Mei 1861 inlichtingen in te winnen, omtrent den arbeid van kinderen in fabrie ken, en levens opgaven te verkrijgen omtrent het schoolverzuim. In het vrije Nederland wordt een slavenjuk gelegd op de jeugdige bevol king der mingegoeden, voornamelijk in fabriekplaatseneen slavenjuk dat haar welligt zwaarder knelt dan het slavenkroosl over den Oceaan. De slavenbezitter toch zorgt, zoo niet uit mcnschlievenheid dan toch uit eigen belang, voor de physieke ontwikkeling van liet opkomend geslacht, opdat hij het later des te zwaarder en moeijclijker arbeid kan opleggen. In ons vaderland zijn er fabriekanten, die te vroegte zwaar, te veel en te lang arbeids van de kinderen vorderen. Wat zeggen wij vorderen? Neen zij worden door de onverschilligheid en liefdeloosheid der ouders daartoe ge noopt. Want de concurrenten nemen hen op, en zoo zij hun voorbeeld niet volgen, dan leveren de eersten goedkooper fabriekaat, omdat aan zulke kinderen natuurlijk minder loon wordt uitbetaald dan aan volwassene per sonen. Het gevolg daarvan is, dat er voor volwassenen schaarsch werk is te bekomen, indien zij althans een handwerk uitoefenen, hetgeen ook door kinderen kan worden verrigt; of wanneer zij geen lust gevoelen om een ander handwerk aan te Ieeren. Wij stemmen het gaarne toe, dat het stoomvermogen veler mannen krachten is te hulp gekomen. Deze gezegende vooruitgang op het industrieel terrein is voor dc menschen-maalschappij en bijzonder voor de werkende klasse een weldaad. Want de reuzen-gewroch tenvan den mannelijker, arm geëischt, waren niet voor zijne kracht bere kend. Echter wordt deze weldaad grootelijks overschaduwd door het mis bruik dal er van de jeugd gemaakt wordt, omdat eene zwakkere hand, bestuurd naar eene werktuigelijke beweging, datgeen kan verrigtenwaar toe anders een zeer krachtige arm met groote inspanning werd vereischt. Van daar, dat er in deze periode van overgang, indien wij het zoo noemen mogenvele huisvaders ledigloopen of sjouwerswerk verrigten zonder vasten meester, dal even wisselvallig als ongeregeld is; terwijl zij hunne kinderen op de fabrieken laten arbeiden. Voorheen toch moesten zij voor de behoefte van hun gezin zorgen en daartoe hunne onvermoeide krachten aanwenden. Thans brengen de kinderen het verdiend loon aan. Wij zouden hel met talrijke voorbeelden kunnen slaven, dat er huisgezinnen zijn. waarin twee en drie kinderen beneden de 14 jaar meer loon aanbrengen dan vroeger de vader pleegde te verdienenwelke laatste, nu zorgeloos geworden, de fabriek waarin hij arbeidde uit vrije beweging heeft verlaten, zonder bepaald doel rond slentert, en hetgeen hij langs den weg verdient, ongedachtig aan zijn gezinin de herberg even zorgeloos als roekeloos verteertdaardoor het familie-leven doodt en daarom den naam van huisvader niet meer verdient «n tot een slecht voorbeeld wordt voor zijne kinderen. Hij laat zijne vrouw voor de kinderen zorgen; maar helaas al wil zij, zij kan zulks niet, want hare kinderen werken 12 tot 15 uren daags. In den zomer van 's morgens 5 lot 's avonds 9 ure met 2j uur lusschenpoozenin den winter van 's mor gens 8 tot 's avonds 10 a 11 ure met 2 uren tusschenpoozen en dan wordt er in het middaguur nog een uur onderwijs gevorderd. Niet zelden verrig ten ze daarenboven overwerk, ja worden ook na eenen langen dag tot naehtwerk aangespoord voor eenige weinige stuivers overloon. Ongelukkige kinderen, die zoo de slagtoffers zijn van de liefdeloosheid en onverschilligheid der ouders en van de toelating der fabriekanteuHun lot, wij herhalen het, is ongelukkiger dan dat van het slavenkroosl! Slaat hen gade! Van 3 tot 8-jarigen leeftijd bezoeken zij getrouw de school, want de ouders willen van hen verlost zijn als dit maar geen geld kost, en zoo dra ze wat verdienen kunnen dan voeden zij zich met het vleesch en het bloed van hunne kinderen. Het achtste jaar ingetreden worden zij reeds tot den arbeid genoopt, tot werkzaamheden van veelsoortigen aard. Aan schoolgaan wordt dan niet meer gedacht. Zijn er sommigen, die lot op het 10Jc jaar onderwijs ontvangen, dan zijn het voornamelijk dc meisjes, aan welke dat geluk nog te beurt valt, en blijven de jongens langer, dan is het, omdat ze krachteloos en daarom ongeschikt zijn voor den arbeid. Zij hebben de school verlatenhet schoolkleeddoorgaans het beste en niet zeld zaam het eenigste, wordt het werkpak in de fabriek. Hem omringt nu eene andere omgeving, de schoolmakker verlaat hem, omdat hij havelooze kleederen draagt. Zijne physiekemoreele en intellectueele achteruit gang neemt een aanvang. Hij verdient loon, ongeveer één gulden 's weeks. Werd hij nu nog maar behoorlijk gevoed even als het dier, dat naar die mate voordeel afwerpt. Maar ook dit blijft achter. Zelden krijgt hij een stuk gezond roggebroodmeestal een waterachtigen aardappel voor hel middageten, en twee halfgaren meelkoeken van cent het stuk voor zijn ontbijt en avondeten. En toch hij moet 12 lot 15 uren daags arbeiden, en beweegt zich in eene enge ruimte van weinige ellen, meestal staande, half wakende en half slapende, en verrigt op deze wjjze den eentoonigen arbeid, niet ongelijk aan een rad van een uurwerk, want hij is niets anders dan een klein rad van het colossaal perpetuum mobile. Aanschouwt zijn gelaal. Hij ziel er uitgemergeldberimpeld eu geelachtig bleek uit, niet zelden misvormd aan lijf en leden. Hij is afgeleefd in den bloei zijner jaren. Hij kent geen anderen arbeid als hij 18 jaar geworden is, dan dien van een knaap. Hij denkt en reikt ook niet verder, want de intellectuele vernietiging heelt met de afneming der physieke krachten ge lijken tred gehouden. Dc beginselen van het lezen en schrijven is hij ge heel vergeten. Hij openbaart op mannelijken leeftijd niets wal aan zijne maatschappelijke roeping past. Hij beweegt zich als het ware gelijk een dier, dat, met rede begaafd, echter onontwikkeld, ons aan eenen Kaspar Hauser doet denken; want de vormen die hij nog bezit heeft hij overgeno men van zijne omgeving. Hij is alzoo het beeld van den vormeljjken menscli maar het instinct van het dier wint hel niet zelden van hem af. Was hjj nu maar geschikt voor de militie? Dan zou die loopbaan voor hem ten zegen kunnen zijn, dan zou hij beter worden gevoed en beter worden ge leerd. Maar hij is krachtelooste klein of misvormd. Hij wordt afge keurd! Hij gaat trouwen, doorgaans een gevolg van een verboden wellust. Hij wordt huisvader! Hij meent daarom regl te hebben op bedeeling bij de armbesturen. Ziet daar in losse trekken het lot van menigen jeugdigen fabriekarbeider. Meent niet dat dit tafereel te zwart is afgeschilderd. De werkelijkheid overtreft nog verre deze schets, omdat dc kieschheid ons verbiedt den toe stand in alle hare naaktheid te malen. Wij komen later daarop terug, omdat wij belangstellen in het opkomend geslacht der minvermogende klasse en omdat wij prijs stellen op den bloei der industrie in ons vaderlanddie thans beiden wederkeerig worden bena deeld. Deze overtuiging vooral is het, die bij den industrieel levendig moet worden. Daarom is het, dal wij de pogingen der llooge Regering toe juichen, opdat, even als in bijkans alle rijken van Europa, wettelijke bepa lingen worden verordend op den arbeid der kinderen in fabrieken. Z. STAD 8 - BEKIKTEN. Derde Zitting van den Militie-Raad over het Kanton Ley den, N°. 15. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN, ontvangen hebbende van den Luitenant-Kolonel Militie-Commissaris over de Kantons 1521Provincie Zuid- Holland, eene Kennisgevingdat de derde Zitting des Militie-Raads voor deze Ge meente zal gehouden worden in de Lakenhal aan den Ouden Singel, op Don derdag den 18den April 1861, des morgens ten 10 ure, ter beoordeeling der Plaats vervangers en Nommerverwisselaars, welke de dienstpligtige Lotelingen dezer Gemeente zullen verlangen te stellenalsmede tot het afdoen der belangen van zoodanige holdingen, wier zaak tot deze Zitting is verdaagd, doen te weten, dat lot bet opmaken van de bij de Wet gevorderde certificaten voor Plaatsvervangers en Nommerverwisselaars, (welke laatste zulks echter niet dan met toestemming hunner ouders vermogen te doen.) zal worden gevaceerd Ier Secretarie dezer Gemeente, van heiien af, dagelijks, (de Zondag uitgezonderd.) 's morgens ten 10 ure alwaar zij tevens de noodige informatiën, zoo omtrent het opmaken dezer certifica ten, als ten aanzien der vercischten, welke de Plaatsvervangers ingevolge de Wet moeien bezitten, kunnen bekomen. Voorts vermanen Burgemeester en Weihouders die Lotelingen. welke verlangen zich in de dienst hetzij bij Plaatsvervanging of bij Nommerverwisseling Ie doen ver vangen, zich deze gelegenheid te nutle te maken, daar er na hunne inlijving, niet dan in zeer buitengewone omstandigheden daartoe eene speciale vergunning zal wor den verleend. Ten slotte nog meenen Burgemeester en Wethouders de belanghebbendenof wel hunne ouders, te moeten waarschuwen voor zoodanige personen, welke hen onderden naam van Commissionairs somwijlen misleiden, zoo door met hen kracbtelooze over eenkomsten Ie sluiten, als.door hen, welke Plaatsvervangers verlangen te stellen, onder voorwending van alles voor hen te zullen bezorgen, een aantal onnoodige kos ten te doen maken, ja die zelfs veelal, door beding van al de gelden daartoe benoo,- digd, dadelijk in eens of bij kort op elkander volgende termijnen te moeten ontvan gen, ben voor het vervolg in vele onaangenaamheden wikkelen, alzoo van bet geld door de Lotelingen ten behoeve der Plaatsvervangers Ie geven, volgens Art. 98 der Wet van den 8sten Januarij 1817 Staatsblad h®. 1), nimmer meer dan een vijfde aan dezen mag worden uitbetaald, en de overige vier vijfden in de kas van het Korps moeten worden gestort, en alsdan zoodanige Commissionairs, na het volle geld genoten te hebben, dikwijls (zoo als de ondervinding heeft doen zien) niet in staat zijn de betaling der verdere termijnen aan het Kotps Ie doen, waardoor do be langhebbenden genoodzaakt worden die gelden nog eenmaal te betalen. Eindelijk wordt den belanghebbenden nog herinnerd de bepaling van Arl. 33 der Wet van den 27ste0 Apiil 1820 Staatsblad n°. 11), houdende: dat hij, wiens Plaatsvervan ger gedurende 18 maanden gediend heeft (de dienst bij reserve niet mede gerekend), van alle verdere verantwoordelijkheid voor dezen bevrijd zal kunnen blijven, mits stortende eene som van ƒ150, wanneer in de aanvulling van den Plaatsvervanger, ingeval hij mogl komen te ontbreken, door vrijwillige werving zal worden voorzien. En zal deze door aanplakking en door plaatsing in dc Leydsclie Courant worden afgekondigd. Burgemeester en Weihouders voornoemd, i.etden, 2 April 1861. D. T1EBOEL SIEGENI!KEKBurgemeester, jv. PUTTKAMMER, Secretaris. Burgerlijke Stand. ONDERTROUWD: C. Roobol, Jm. 23 j. en C. Dec, Jd. 22 j. M. J. Schefler, Jin. 29 j. en P. H. Lardé.Jd 26 j. B de JongJin. 23j. en A. de Goedejd. 21 j. A. BrandJin. 35 j. en M Hagedoorn Jd. 28 j. G. van den Berg Jm. 27 j. en S. L. van der Plas, Jd. 23 j. Gehouden Verhooping van onroerende goederen in het lleeren-Logerneni aan den BurgZaturdag 30 Maart. Notaris A. Wynstrooji. Een Huis en Erf, aan den Ouden Rijn, Wijk VI. N\ 129 en een Pak huis, in de Iloogelandschc Kerksteeg, Wijk VI. N°. 129™"'(gecombineerd). Opgehouden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1861 | | pagina 3