LEYDSCHE
COURANT.
MAANDAG 25 MAART.
JPer Telegraaf.
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt
uit Zaturdag Avond.
De Prijs der Courant is ƒ12 in het jaar/
de afzonderlijke Nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
BINNENLANDSCRE BERIGTEN.
LEYDEN23 Maart.
Wij vernemen van goederhanddat het plandoor heeren diakenen j
der Ned. herv. gemeente opgevat, om 60 arbeiders-woningen te doen
bouwen, op het punt staat van uitvoering te erlangen. De belemmeringen,
die deze uilvoering in den weg stonden, zijn thans opgeheven. Wij wen-
schen van harte, dat de pogingen dier diaconie, om door bevordering van
het huiselijke leven, niet zelden een gevolg van eene reine, zindelijke en
doelmatige woning, de armoede voor te komen en te lenigen, met den
besten uitslag mogen bekroond worden.
Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende
deze week dagelijks van 228 tot 255 personen.
Door de lloll. spoorwegmaatschappij zijn de voorwaarden openbaarge
maakt voor de geldleening van ƒ4,600,000 a 4 pCt. ter uitvoering van de
concessie der lijn Scheveningen-Woerden.
Door de Ned. handelmaatschappij zijn voor Maart 25 schepen bevracht,
voor Amsterdam 14, voor Rotterdam 9, voor Dordrecht 1 en voor Schiedam 1.
Hij die bevrachting is het cijfer van ƒ110 voor de terugreis van Indïë naar
Nederland ten grbndslag genomen. Ook is nog een zevental schepen be
vracht tot den koers van ƒ110 met 15 pCt.welke schepen geacht zullen
worden le bchooren tot de bevrachting van Februarij.
Door den minister van koloniën is bepaald, dat de diensttijd, welke
door de militairen in O. I. in eenen strafcursus, of wel in de klasse van
discipline mogt worden doorgebragt, voortaan als interruptie van dienst
door hun eigen toedoen zal worden beschouwd.
Het bcrigt uit Utrecht, omtrent het overlijden van prof. Iloltius (zie
ons vorig nommer) is later gebleken onjuist te zijn geweest. De hoogleeraar
blijft evenwel in zorgelijken toestand verkecren.
Inde fabriek van de Rijnspoorwegmaatschappij te Utrecht is een nieuwe
reiswaggon, ten gebruike van L. M. den koning, vervaardigd. Dit keurig en
doelmatig ingerigt rijtuig beslaat uit een gemakkelijk ingerigten en fraai
versierden saloneen klein slaapvertrek eene zitplaats voor eenige lakkeijen
voor en achter een balkou en verdere gemakken de vertrekken zijn allen
door mahoniehouten deuren aan elkander verbonden. Uitwendig is deze
kolossale reiswagen schoon versierdmet de wapens der provinciën en het
kon. wapendat boven de beide hoofd-ingangen prijkt.
Het kerkelijk bestuur der Waldenzen heeft eene circulaire aan de
leden der verschillende gemeenten gezonden om huil den nood onzer door
den watervloed geteisterde landgenooten aan te bevelen. De leeraars wor
den daarbij uitgenoodigd otn in de onderscheidene gemeentenzoowel in de
kerk als aan huis, inzamelingen le bevorderen, wier bedrag zij aan het
bestuur doen toekomen vóór het einde van Maart. De circulaire is door
den modérateur van het bestuur, den pred. Malan, ondertcekend.
Volgens bij het ministerie van binnenl. zaken ontvangen berigten wa
ren le 's Hertogenbosch sedert de laatste opgaven tot den ls,cn Maart, van
de verpleegden ten gevolge der overstrooming, in behandeling gekomen 46
zieken, van welke 32 aan typhus; overleden 5, hersteld vertrokken 40. Te
lleusden, waar nog 244 verpleegden waren, was de gezondheidstoestand
voldoende. Slechts 3 lijders waren op de ziekenzaal. De pokken breidden
zich niet verder uil, en de (vroeger verzuimde) vaccinatie werd met goed
gevolg voortgezet. De verpleegden te Grave genoten eene goede gezondheid
en zijn thans allen naar hunne woningen teruggekeerd. Van MegenCuyk,
Uith, Bokhoven, Ravcsteyn en Heers wordt berigt dat de gezondheidstoe
stand der verpleegden niets te wenschen overlaat. De commissie voor den
watersnood, gevestigd te Grave, heeft voor het droogen der woningen en
vooral der bedsteden te Keent, Ralgoy en Nederasselt de noodige maatrege
len genomen en op die plaatsen geene zieken aangetroffen.
Naar wij vernemen, zegt de Arnh. C., is door den heer P. Regout,
te Maastricht, ten behoeve der noodlijdenden door den watersnood in Gel
derland en Noordbrabant, ten offer gebragt de belangrijke hoeveelheid van
2850 mud vette Luiksche steenkolenwelke door hem franco naar 3s Bosch
zullen worden opgezonden.
Volgens een schrijven uil Curasao is ook aldaar eene collecte gehouden
ten behoeve der noodlijdenden door den watersnood in Nederland, die ruim
ƒ3700 heeft opgebragl.
Te Breskens had dezer dagen een betreurenswaardig ongeluk plaats.
Een soldaat van de daar in garnizoen liggende compagnie van het 2de reg.
infanterie, lerugkeerende van eene begrafenis, bij weike gelegenheid door
een peloton gevuurd was, maakte in de kazerne zijn geweer schoon, het
welk alstoen bleek niet te zijn afgegaan en plotseling ontbrandde, waardoor
een ander in zijne nabijheid doodelijk getroffen werd. De bedrijver van de
zen onwilligen manslag is naar het huis van burgerlijke en militaire verze
kering alhier overgebragl.
's GRAVENHAGE, 23 Maart.
Z. M. heeft benoemd tot ridder der orde van den Nederl. Leeuw, den
lsl™ luit. bij het 3dï reg. artillerie van het Belgische leger A. G. Nicaise,
ordonnance-officier van den koning der Belgen.
Aan den heer E. de Harlog, componist, thans woonachtig le Parijs,
is vergunning verleend tol het aannemen der onderscheidingsteekenen van
ridder der Leopoldsorde, hem door den koning der Belgen geschonken.
De officier van gezondheid 3dc kl. bij de zeemagt II. L. Reeder, is
bevorderd tot oflicier van gezondheid 2J|! kl.
Z. M. heeft eervol ontslag verleend aan den heer A. C. de Meijier jr.
adjunct-commies bij het dep. van koloniën, en aan den heer J. A, Bogaard,
referendaris bij het dep. van koloniën. Aan den opzigter van den water
staat 3de kl. D. Binnendijk is mede eervol ontslag verleend en tot die be
trekking bevorderd de opzigter der 4de kl. F. J. M. Bonrdrez.
Ten behoeve der noodlijdenden door den watersnood is bij den minister
van binnenl. zaken ontvangen: ƒ1310, opbrengst cener le Bonn gedane in
zameling; ƒ24.50, uit Vlagtweddeƒ120, opbrengst eener lezing door den
heer A. Snieders jr. te Breda gehouden.
De tweede kamer is legen Dingsdag 16 April bijeengeroepen.
na alloop der vergadering eeue zitting heeft gehouden om een middel te
beramen, ten einde van eene juiste uiteenzetting barer bedoelingen verzekerd
le zijn. Men gelooft dat de clericale leden morgen voor hun amendement
in het strijdperk zullen treden.
Naar men zegt heeft de keizer uit eigen beweging eene som van
1000 Ir. bestemd voor het standbeeld van den dichter Vondeldat te
Amsterdam zal worden opgerigt.
I'Ami de la Religion bevat een schrijven van den Paus aan den bis
schop van Orleans, waarin den laatstgenoemde wordt geluk gewenscht met
door zijn antwoord op het geschrift van den heer de la Gue'ronnicre een
werk vol leugen en bedrog te hebben beschaamd en de zaak en de regten
van den II. Stoel te hebben gewroken.
De generaal Trochu, van wiens vertrek naar Rome gesproken is, be
geeft zich naar hel leger van Lyon. In plaats van hem spreekt men nu
weder van het zenden naar Rome van eene brigade onder den generaal Dumont.
OOITËNRUK.
Op den 15don Maart zag men eene troep van ongeveer 30 boeren, met
knuppels gewapend, langs de straten van Pesth trekken. Zij gaven hunne
verwondering le kennen over den rusligen toestand der stad en verhaalden
zonder omwegen dat zij den vorigen dag vernomen hadden dat op den 15dcn
le Pesth een oproer zou uilbarsten en dat zij het van hunnen pügt hadden
geacht zich vroeg op weg le begeven om hunne broeders te hulp te komen.
Op 13 Maart is te Petersburg, na bekomen magtiging des keizers, eene
lijkdienst gevierd voor hen, die bij de jongste gebeurtenissen te Warschau zijn
omgekomen. Een groot aantal Russen waren bij deze pleglighcid tegenwoordig.
PARIJS, 23 Maart. In de zitting van het wetgevend ligchaam heeft de
heer Lemercier ten voordeele van het wereldlijk gezag van den Paus ge
sproken en aangedrongen op het bloot leggen van de inzigten der regering.
De heer Billault gaf daarop ten antwoord dal de toestand ingewikkeld was;
aan de eene zijde had men in Italië een groot staalkundig voordeel behaald,
maar aan de andere zijde werd het wereldlijk gezag van den Paus bedreigd.
De regering wilde noch den Paus aan de Italiaansehe eenheid, noch die
eenheid aan den Paus opofferen. Het oogmerk der regering is die beide
belangen te vereenigen. De overeenkomst te Villafranca gaf eene goede
oplossing aan de hand, maar zij werd, even als andere oplossingen, ver
worpen. Wij moeten, zeide hij, met den Paus en met den koning van
Piemont onderhandelen, en acht geven op de wenschen der bevolking. Men
j kan den wil van Frankrijk niet met geweld aan de bevolking opdringen.
I De Paus wil van geen vergelijk weten en liet Romeinsche hof is ten prooi
I aan kuiperijen. Eene Fransche en eene anti-Fransche partij slaan aldaar
S tegen elkander over. De minister trad vervolgens in eenige bijzonderheden
1 omtrent de depêche van den heer de Grammont en andere zaken en ein-
1 digde aldus: Wij zijn zonen der kruisvaarders, onze soldaten zijn in Syrië
I in China, in Japan, overal waar de belangen van het kalholyke geloof het
I vorderen, maar wij zijn ook kinderen van het jaar 1789. De Fransche
3 vaan is de schutsvrouw van de godsdienst en van de vrijheid. Hel amen-
BU1TENLANDSCHE BERIGTEN.
K WCt 13 LA Si a.
Volgens eene officiële opgave is in de afgeloopen twaalf maanden eene
som van 800,090 voor de vervaardiging van gegroefd geschut besteed.
De dagbladen maken Duilschland en vooral Pruisseu opmerkzaam op
liet gevaar waaraan het zich bloot stelt, wanneer het volhardt bij hel be
sluit om Holstein le bezetten. De Morn. Post zegt: Indien Pruisseu dwaas
genoeg is om een leger in Holstein te zenden, dan is er eene andere mili
taire mogendheid met een leger van drie malen zoo veel sterkte als het
Pruissische en met eene vloot welke alleen voor de Engelsche onderdoet,
die 100,000 man naar den Rijn kan doen oprukken, en over zee zoo veel
troepen als zij goed vindt, van 50,000 lot 150,000 man, naar Denemarken
kan zenden. Waar zal Pruissenwaar de bond troepen vinden om aan
zulk eene tegenpartij het hoofd te kunnen bieden
FRANKRIJK.
Bij de beraadslaging over het adres door het wetgevend ligchaam heeft
de heer Jules Favre in eene schitterende rede de Romeinsche "quaestie be
handeld, op eeue wijze zoo als die van hem te verwachten was. Hij kwam
tot de conclusie dat de Italianen Rome als hoofdstad noodig hadden en dat
het onstaatkundig was de Fransche troepen aldaar le laten. De taak om
hem te antwoorden was aan den heer Granier de Cassagnac opgedragen,
een middelmatig kampvechter in vergelijking van het talent van den heer
Favre. ilij heeft dan ook meer zijne persoonlijke meenitig dan wel de
redactie van het adres verdedigdzoodat later de heer Schneider het gevoe
len der commissie van redactie heeft moeten blootleggen, en de commissie