KORT VERSLAG ZITTING VAN DEN GEMEENTERAAD VAN LEÏDEN. DER Behoorende bij de Leydsche Courant van ó7 December Ó860JV°. ó5ó.) o-OOO-O Q O-trOCX Zitting van 13 December. Tegenwoordig de heeren Sikkel Groos, Tichler, Bacaille, Hartevelt, du Rieu, Stoffels, Driessen, Leiwijn, de Moen, Huyser, Hubrecht, ten Sande, Gevers, Kranti, de Fremery, Kluit, van der Hoeven, Tollens en Siegenbeek. De aanteekeningen der vorige vergadering worden gelezen en vastgesteld, waarna de Voorzitter mededeelt: 1°. Eene dispositie van Gedepnteerde Staten der provincie Znidholland, van den 28st™ November 1860, n°. 12, waarbij wordt goedgekeurd het raadsbesluit van den 13den bevorens, tot den verkoop van boomen. 2°. Eene dispositie van Gedeputeerde Staten dezer provincie, in dato 5 De cember jl.n°. 11, houdende magtiging om met de gemeente 's Gravenbage gemeenschappelijke zaken te regelen betreffende de bestaande volk- en pak schuiten-beurtveren. 3°. Eene dispositie van Gedeputeerde Staten van Zuidhollandvan den 5dca dezer maand, n°. 31, daarbij goedkeurende het raadsbesluit van den 2gsten November jl., tot het verleenen van eenige vergunningen aan A. C. J. Ysselsteyn, als eigenaar der korenwijnbrandcrij i>de drie Kroonen." En zijn deze aangenomen voor kennisgeving. Voorts beeft de Burgemeester overgelegd 1°. Aanbeveling der plaatselijke schoolcommissie, ter vervulling der in haar midden bestaande vacature en van vier vacaturenten gevolge der pe riodieke aftreding. En is conform de voordragt beslotendeze ter inzage van de leden in de leeskamer neder te leggen. 2". Adres van L. T. J. A. Baron van Boecop, kapitein bij het 5de rege- ment infanterie, thans in garnizoen te's Hertogenboschwaarbij deze afschrij ving van zijnen aanslag in de plaatselijke directe belasting 1860 verzoekt. Conform de voordragt is besloten, dit ten fine van berigt en raad te stel len in handen van Burgemeester en Wethouders en de Commissie van Financien. 3°. Adressen om tot adsistcnt-cominiesportier bij de plaatselijke belastingen te worden benoemd van J. de BoerP. DukP. J. GenetC. Gordijn G. J. de Gunst, J. II. Haak, J. Hansen, B. van Helden, M. van Idsinga .1. G. Ingenegen, N. S. Kuyt, J. LeusveldJ. Ligtvoet, H. Omvlee, J. J. van Ooijen', A. Otgaar, J. Peter, J. F. K. Peijffer, L. Platteel, H. Roos, 11. J. Selier, P Spek, P. Spoelstra, J. van der Tas, A.van der Walle en A. Wilckens. Onder mededeeling dat door het collegie van dagelijksch bestuur tot ge meente-bode is benoemd Dirk Hofkes, thans adsh-tent-commiesportier, en er alzoo in het personeel dier beambten eene vacature ontstaat, wordt door den Burgemeester voorgedragendeze adressen te stellen in handen van Burge meester en Wethouders en den Controleur (2de afdeeling), om te dienen van berigt en raad. En is dienovereenkomstig besloten. De Burgemeester stelt aan de orde van den dag: 1°. Eene voordragt van Burgemeester en Wethouderstot wijziging der gemeente-begrooting voor 1861naar aanleiding van gemaakte bedenkingen door Gedeputeerde Staten dezer provincie. Na deliberatie is dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, aan die bedenkingenwelke van ondergeschikt belang en op de uitkomst der be grooting niet van invloed zijn, gevolg te geven. Het lid Tollens komt ter vergadering. 2°. Nadere missive der algemeene Commissie van liquidatie der zaken van de voormalige wees- en momboirkamers, te 's Gravenhagevan den 19/31 October jl., n°. 5587, waarbij zij te kennen geeft, dat het raadsbesluit in dato 20 September bevorens haar geene vrijheid geeft om af te zien van hare gedane vordering tot spoedige overgave (met rekening en verantwoording) van geldsommen waarover de regering der stad Leydengrootendeels in de vorige eeuw, uil de kas der weeskamer zou hebben beschikt; alsmede dat zij, bijal dien deze vergadering niet vóór 1° Januarij aanstaande van bovengemeld be sluit mogt zijn teruggekomen, zich genoodzaakt zal vinden die vordering aan de beslissing van den regter te onderwerpen. Engelet op het rapport der raads-commissie ad boeis na deliberatie met algemeene stemmen dienovereenkomstig besloten1°. bij adres aan den koning te verzoeken, wel te willen vergunnen dat de geregtigden tot gedachte gel den, op de wijze, bij art. 8 der wet van 5 Maart 1852 (Staatsblad n°. 45) bedoelddoor de Commissie tot liquidatie worden opgeroepenen de gemeente tevens vrij te stellen van alle verpligting omwanneer na den termijn van vijf jarenin art. 10 gesteld geene of althans niet alle geregtigden waren opgekomen, het bedrag dier boedels in 's rijks kas gestort te zien; 2°. tol bet ontwerpen van dat adres eene bepaalde Commissie aan te wijzenen 3°. inmiddels aan Burgemeester en Wethouders op te dragen, de Commissie van liquidatie nit te noodigenhangende de deliberation daaruit te wachten den door haar bepaalden termijn wel te willen verlengen. De Burgemeester stelt voor, de Commissie tot het ontwerpen van bedoeld adres, ter bespoediging, nog in deze bijeenkomst, na afloop der aan de orde gestelde onderwerpen, te benoemen; waartoe met algemeene stemmen wordt besloten. 3°. Voordragt van Burgemeester en Wethouders, tot uitgifte van gronden langs het Haarlemmertrckpad. Gezien de beschikking van Gedeputeerde Staten van Zuidholland, van den 2dcn October 1860, n°. 7, waarbij, krachtens Zijner Majesteils besluit van den 21sten September bevorens, n°. 51, magtiging is verleend om met het gemeentebestuur van Haarlem in overleg te treden over de regeling der uit gifte van gronden langs de trekvaart tusschen beide gemeenten; Is na deliberatie met algemeene stemmen besloten: a. Een stukje gronds aan Halfweg, onder de gemeente Lisse, kadaster sectie A, n°. 36 en 37, groot drie roeden en drie-en-zeventig ellen, aan deze gemeente met Haarlem in gemeenschap toebehoorendehet welk gebleken is niet te vallen in de termen van art. 230 der wet van 29 Junij 1851 (Staatsblad n°. 85), aan Iaatstgemelde gemeente in eigendom af te staan, tegen betaling van 25 cents voor de el ten behoeve der gemeenschap. b. Aan Hermanns Wijnands Wz., schulper, wonende te Noordwijkerhout tot wederopzeggen in gebruik te geven een gedeelte gronds, groot on geveer 120 0 ellen, gelegen aan de trekvaart tusschen Haarlem en Leyden, bezuiden den grond, waar de gemeene huizing tc Halfweg on der Lisse gestaan heeft; hetwelk gebleken is niet te vallen in de termen van art. 230 der wet van 29 Junij 1851 (Staatsblad n°. 85)en zulks alleen om te dienen tot los- en ligplaats van schelpen en onder voor waarde van betaling eerier jaarlijksche recognitie ten kantore van den gemeente-ontvanger te Haarlemvan 5 cents per 0 elvoor de opper vlakte, die bij nadere opmeting zal blijken in gebruik te zijn genomen. 4°. Staat aanwijzende het maximum van den onderstand, bedoeld bij art. 25 der wet van 28 Junij 1854 (Staatblad n°. 100)voor het dienstjaar 1861. En, gelet op bet rapport der Commissie van Financiën; is na deliberatie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, dien slaat met het daarbij overgelegd concept-raadsbesluit vast te stellen en in afschrift mede te deelen aan Gedeputeerde Staten der provincie Zuidholland. 5". Adres van G. P. van der Hart en P. Verrakeurmeesters van het vee en vleeecb tot verhooging hunner jaarwedden. Gelet op de rapporten van Burgemeester en Wethouders en de Commissie van Financiën; bet eerste strekkende tot verhooging dier bezoldigingen met 50.'sjaars voor elk, het tweede tot afwijzing van het verzoek; Is na deliberatie het verzoekschrift in rondvraag gehragt en met vijftien tegen vier stemmen, die van de leden Bucaille, Stoffels, Hubrecht en den Voorzitter, besloten het, als voor geene gunstige beschouwingen vatbaar, te wijzen van de hand. 6°. Voordragt van Burgemeester en AVethonders, om van de meerdere op brengst der plaatselijke middelen over 1860, dan waarop gerekend was, eene som van 20.000 aan te wenden tot allossing van gevestigde schuld ten laste dezer gemeente en alzoo de begrooting over het loopende jaar, zoo in ontvang als in uilgaaf, met dat bedrag te verhoogen. En, gelet op het rapport der Commissie van Financiën; is na deliberatie dienovereenkomstig met zestien tegen drie stemmen, die van de leden Le- zwijn, ten Sande en Gevers, tot de voorgestelde aflossing besloten, waartoe het vereischte besluit tevens is vastgesteld. 7°. Adressen van Breunis Verburgt, thans wonende te Oegstgeest, en Pie- ter Lambertus Paters, binnen deze gemeente woonochtig, beiden houdende verzoek om afschrijving var. plaatselijke directe belasting, 1860. Gelet op de rapporten van Burgemeester en AVcthouders en de Commissie van Financiën; Is na deliberatie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten: o. den eersten adressant de gevraagde afschrijving te verleenen, voor 9 maanden of 9/12 gedeelte van zijnen aanslag, ter somma van ƒ35,40; h. bet verzoek van den tweeden adressant, als niet voor inwilliging vat baar, te wijzen van de hand. 8°. Plans en voorwaarden omtrent: a. de leverantie van houtwaren ten behoeve der publieke werken binnen deze gemeente, voor 1861; b. bet planten van ypen- en lindeboomen binnen en buiten de stad. En zijn deze na deliberatie met achttien stemmen vastgesteld. Het lid Bucaille hield zich buiten stemming. 9°. De benoeming eener commissie tot het ontwerpen van bet adres aan den koning, in zake de voormalige wees- en momboirkamers. Het lid Bucaille stelt voor, daartoe de leden der bestaande commissie ad hoe, de heeren Siegenbeek, Gevers en Sikkel Groos, uit te noodigen; welk voorstel in rondvraag gebragt zijnde, met algemeene stemmen wordt aange nomen. A4raama de vergadering wordt gesloten. Te Leyden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1860 | | pagina 5