LEYDSCHE Vgs 5 COURANT. 1800. n\ mï WOENSDAG 17 OCTOBER. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdag Avond. ,v De Prijs der Courant is f 12 in liet jaar f de afzonderlijke Ifomrners worden tegen 10 Centen afgegeven. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. LEYDEN, 16 October, pc wel-eerw. heer H. de Veer, pred. te Delft, heeft voor het beroep, door de Ned. herv. gemeente alhier op hem uitgebragt, bedankt. Aan den majoor van der Schrieck, onlangs door Z. M. overgeplaatst bij het reg. grenadiers en jagers, is het bevel over het 2de bat. van gemeld corps, alhier in bezetting, opgedragen. Uit Voorschoten meldt men ons: Op de boerenhofstede Rosenburgh, bewoond door Corstiaan van Vliet, onder deze gemeente, is heden nacht brand ontstaan in eene hooischelf, veroorzaakt door het broeijen van het hooi. Hoewel zich de brand dreigend liet aanzien, heeft hij zich echter, door spoedig aangebragte hulp en de goede werking der dorpsbrandspuit, niet verder uitgebreid. Van daar schrjjft men ons nog het volgende: Door de aanhoudende natte en koude weêrsgesteldheid is in deze omstreken het winnen van nahooi groo- lendeels mislukt en vermindert thans het nog overige gras of wordt op de doorweekte weilanden door het vee vertreden; hierdoor neemt het laatste in hoedanigheid af en daalt in prijs, terwjjl die der boter stijgt. Komt er niet spoedig veran'dering in het weder, dan betrekt binnen weinige dagen het vee de stallen en staat alzoo den boer een vroege winter voor de deur. Onder Delftsland is reeds veel vee gestald en neemt de vrees voor overtollig water niet minder toe, te meer, omdat door de voortdurende westelijke winden en den daaruit volgende hoogen boezemstand de uilmaling niet kan geschieden. Te Katwijk aan den Rijn, in de zanderij van den heer Westerbaen, zjjn onlangs weder oude overblijfselen, zoowel Romeinsche als Frankische, gevonden, b. v. eene beenen kam, een spinsteentje, een ronde aarden schijf (zoogen. vischnetverzwaring), alsmede eene houten putin de gedaante eener ton, gelijk er vroeger ter zelfder plaats ontdekt zijn en afgebeeld voorkomen in de Oudheidk. Verhandel, van dr. Janssen (Amsterd. 1859) d. III. Wij hopen spoedig in staat te zijn hierover uitvoeriger te berigtcn AlgK. en L. B.) Aan 's rijks veeartsenijschool te Utrecht worden tegen 1 Jan. aanst. verlangd: een oeconoom en eene huishoudster, gehuwd of ongehuwd, zon der kinderen, de eerste op een tractement van ƒ300, de tweede van ƒ200, met inwoning en voeding. Zij die daartoe in aanmerking willen komen moeten zich voor 1 Nov. bij request aan den minister van binnenl. zaken aanbieden en in persoon b(j den directeur der school. Ingevolge het kon. besluit van 23 Nov. 1858 zal met den 5de" Nov. aanst. aan 's rijks munt te Utrecht een aanvang worden gemaakt met het geven van kosteloos onderwijs in de essaaikunde. Zij die de lessen willen bjjwonenmoeten zich schriftelijk tot het muntcollegie wenden. Het gevor derde examen zal op 1 Nov. plaats hebben. Wij vernemen, zegt de Tijddat de aartsbisschop en bisschoppen van Nederland dezer dagen een adres aan Z. H. den Paus hebben gezonden, waarin zijook namens hunne onderhoorige katholiekenhunne deelneming en droefheid te kennen geven over de rampen, welke de verraderlijke po gingen der vjjanden van het kalholicismus Z. 11. hebben berokkend. Aan genoemd blad wordt uit Rome gemeld dat een Amsterdammer, van ccncn behoorlijken pas voorzien, die in Umbrië reisde, te Spolelo groote moejjelijkheden van de Sardiniërs heeft ondervonden. IIQ werd in de gevan genis geworpengedurende 5 dagen op water en brood gezetbespol en be dreigd. Eerst op den zesden dag werd hij ontslagen. De brug over de Oude haven te Rotterdam, de Koningsbrug genaamd, die dezer dagen voor hel verkeer wordt geopend, heeft eene lengte van 65.80 el; de beide openingen onder het vaste gedeelte zijn wijd 8.62 el, de heide openingen van het draaijende gedeelte 14.50 el. De draaibrug of het beweegbare gedeelte is ongeveer 36 el langbreed lusschen de trottoirs 4 el en met de trottoirs 6.50 el. Zij is geheel van ijzer, met eene ijzeren be dekking, waarover, behalve dc voetpaden, eene beschutting van jjsselklin- kers gelegd is. Dit draaijende gedeelte rust alleen op der, top eener spil, die aldaar een diameter van 0.20 el heeft, zonder in den geopenden stand eenig ander steunpunt te hebben. Een rolring, zoo als lol heden bij soort- geljjke bruggen van die afmetingen gebezigd of aangebragt wordt, is hier niet aanwezig. Het gevolg van deze wijze van zamenstelling is dan ook, dat het gansche gewigt dier brug, hetwelk 152,000 kilo bedraagt, bewogen kan worden met eene snelheid, die bij zulk een gewigt in den bruggen bouw zonder voorbeeld is. De brug wordt geopend door twee man binnen den tijd van eene minuut, kan in alle rigtingen bewogen worden en maakt 'a minuut eene gansche omwenteling om zijn spil. Donderdag II. is voor Petten gestrand hel kofschip Remke, kapitein Scherpbiervan Libau naar Schiedam bestemd, geladen met gerst en haver. Van de bemanning, bestaande uit 8 personen, zijn 6 omgekomen: de kapi tein zjjne vrouw en 2 kinderenzijnde een meisje van 8 en een jongetje van 3 jaar, de stuurman en een matroos, terwijl 2 matrozen, die van 's middags 12 tot 's avonds 8 ure in het want hadden gezetendoor de reddingsboot aan strand zijn gebragt. Hartverscheurend was het van het strand deze schipbreukelingen in levensgevaar te zien, zonder, door de hoog gaande zeeën, eenige reddiug te kunnen aanbrengen. De gezagvoerder, zijn jongste kind aan zich vastgebonden hebbende, zag het van koude bezwij ken, terwijl zrjne vrouw en dochtertje, mede van koude en ongemak be zweken levenloos op het dek lagen. De echtgenoot en vader sprong op dit voor hem zoo ontzettend gezigt in zee en vond alzoo in de golven den dood. Het schip is geheel uit elkander geslagen. De werkzaamheden op het dok-terrein te Willemsoord gaan, in weerwil van het hoogst ongunstige weder, met ijver vooruit. Het oude drooge dok is nagenoeg gereed, het natte dok is op enkele plaatsen reeds op deszelfs diepte uitgegraven en het nieuwe drooge dok geeft bij voortduring de meest geruststellende leekenen voor den verderen goeden uilslag. Te Arnhem is Zondag voormiddag een hevige brand uitgebarsten aan de Nieuwe Kraan, nabij de Rijnbrug. De stalling en schuur van den loge menthouder Brinkhorst en de schuur van den kastelein Heuvels zijn daar door een prooi der vlammen geworden. Het vee is gered, maar eene aan zienlijke hoeveelheid hooi, stroo en haver is verbrand. Men meent dit onheil aan het broejjen van het hooi te moeten toeschrijven. Sommigen meenendat even voor den brand een bliksemstraal het luchtruim had doorkliefd. Men schrijft uit Maastricht: Ten gevolge der zware stortregens, welke gedurende de laatste dagen deze omstreken overstroomdenis de Maas in het laatste anderhalf etmaal ongeveer twee el opgeloopen; men vreest dus voor hel overstroomen der lage oeverlanden, alwaar nog vele veldvruchten, vooral aardappelen welke door het aanhoudend vochtig weder niet kunnen worden gerooid, te velde staan. Uit Luxemburg wordt gemeld, dat het in den nacht van 11 op 12 dezer aldaar heeft gesneeuwd en dat des ochtends de daken en boomen nog met sneeuw waren overdekt. De hh. II. de Druyn, hoofd-ingenieur van den waterstaat in Ned.-Indië, T. J. Stieltjes, adviseur voor technische zaken bij het ministerie van kolo niën, en J. Dixon, hoofd-ingenieur voor industrie en spoorwegen op Java, zullen nog in den loop dezer maand naar Ned. Indië vertrekken. Van de staalsbegrooting van 1861 deelen wij het volgende overzigt mede, ten vervolge van hetgeen daaromtrent in ons voorlaatste nommer is medegedeeld. De sterkte-slaat der zeemagt, zooals die voor 1861 wordt vastgesteld, toont aan, dat voor Oost-lndië zijn uitgetrokken 30 schepen, waaronder 21 stoomschepen, met 2910 koppen; voor de West-Jndiën 5 schepen, waar onder 3 stoomschepen met 311 koppen; voor het oefeningseskader 3 stoom- fregatten met 1460 koppenvoor buitenlandsche dienst en voor verwisseling 6 schepenwaaronder 4 stoomschepenmet 545 koppenen voor binnen- landsche dienst 1035 koppenwaaronder is begrepen hel benoodigde getal manschappen voor dc gedurige uitzending en geregelde aflossing in de kolo niën; terwijl verder hieruit bemand zijn 4 wachtschepen, 1 koslschip, 5 kanonneerbooten en 4 instructie-vaartuigen. Door hel departement van koloniën is e'én stoom-transportschip aangekocht. Gaat men hiermede voort, dan zal de marine kunnen worden ontslagen van minder eigenaardige, hoogst kostbare dienstenwaardoor hare beschikbaarheid voor werkelijke oorlogs bestemming kan gerekend worden te verdubbelen. Uit de toelichtingen omtrent de nationale schuld blijkt, dat de rentelast sedert 1850 van 35,530,610.83 is teruggebragl tot 29,424,466.361 en alzoo met ƒ6,106,144.461 is verminderd. Daartoe werd eene som van 157,594,852.90 voor inkoop en amortisatie van schuld aangewend, onder welke sont begre pen is het bedrag der in omloop gebragte muntbiljetten ad ƒ10,000,000. Onder de buitengewone uitgaven voor het dep. van financiën komen voor de kosten voor eene enlrepöt-inrigting te Rotterdam in de nabijheid van het station van den Nederl. Rijnspoorweg ten bedrage van 75,000. Deze som is bestemd tot geheele voltooijing van die inrigting, alsmede tot aanleg op het onbenuttigde terrein van eene steenen en eene houten bergplaats, die meer dan voldoende renten zullen opleveren. Bij dc begrooting voor evengenoemd departement werden uitvoerige statis tieke opgaven omtrent de posterijen gevoegd. Het getal portbetalende bin- nenlandsche brieven bedroeg in Augustus 1850 361,311 stuks, in Aug. 1860 1,273,976, en nam dus in 10 jaren met 253 ten honderd toe; het getal portbetalende buitenlandsche brieven was in Aug. 1850 183,531 stuks en in Aug. 1860 344,347 en nam alzoo met 87' ten honderd toe. Hel getal der verstrekte postwissels was over 1850 25,738 wissels voor 88,007.50, in 1859 was het geklommen tot 184,163 wissels voor 1.311,544. De verzen ding van nieuwspapieren en andere gedrukte stukken bedroeg in 1859: bin- netilandsche 5,909,183 stuks of vellen; buitenlandsche 1,681.498 sinks of vel len, zanten 7,590,681van de eerste was de opbrengst in 1859 68,258la', terwijl die in 1850 nog slechts 16,296 29; bedroeg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1860 | | pagina 1