EEYDSCHE
COURANT.
WOENSDAG 20 JUNIJ.
l)e Courant wordt MaandagWoensdag en
Vtijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
uit Zaturdag Avond.
De Prijs der Courant is ƒ12 in het jaar j
de afzonderlijke Hommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
LEYDEN19 Junij.
De 42stc verjaardag van H. M. de koningin werd eergisteren op de ge
wone wijze gevierd, De parade van de bezetting had geen plaats, uit-
hoofde het weder niet gunstig was en ook omdat aan het Ruïne-plein thans
ecne geheel andere bestemming is gegeven.
Aan genoemd plein is thans, voor het feest dat de ingezetenen hh. stu
denten aanbiedenin betrekkelijk zeer korten tijd eene geheel nieuwe en
uitermate fraaije inrigting gegeven. Indien het weder gunstig blijft zal dat
plein heden avond een hoogst verrassend gezigt opleveren. De feestvieren
den komen ten half acht ure bijeen.
Bij kon. besluit van 16 dezer is aan den hoogleeraar J. van der Hoe
ven, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uil de betrekking van opper
directeur van 'srijks museum van natuurlijke historie alhier, met dankbe
tuiging voor de door hem in die betrekking bewezen diensten.
Men verneemt dat het antwoord, ingekomen op de prijsvraag, ten
vorigen jare aan de hoogcschool te Groningen uitgeschreven, over de denk
beelden van Calvyn en a Lasco betreffende de kerk, de gouden medaille
waardig gekeurd is, en zich als schrijver daarvan heeft doen kennen de
heer A. Kuyper, student in de godgeleerdheid aan de hoogcschool alhier.
De Académie impériale des sciences, inscriptions et belles letleres
te Toulouse heeft in hare openbare zitting op 3 Junij de tafels van bepaalde
integralen van dr. Bierens de Haan met eene gouden medaille bekroond en
hem tot buitenlandse!) correspondent benoemd.
De Staats-Cour. bevat een overzigl van de opbrengst van 's lands mid
delen over jde vijf eerste maanden van 1860, waaruit blijkt, dat die be
dragen heeft ƒ24,065,200.82, zijnde ƒ865,451.81 meer dan in genoemd
tjjdvak van 1359.
Dit Vlaardingcn meldt men dat blijkens den deswege door de direclie
der vereeniging van haringreederijen opgemaakten en afgesloten slaat, van
3 gemeenten 72 schepen in de vereeniging ter haringvisscherij hebben ge
varen, als: voor Vlaardingen 58, voor Maassluis 7 en voor Enkhuizen 7. Zij
bragten te zamen aan 16,376 tonnen haring, die in verkoop hebben opge
leverd de som van ƒ402,676 59, terwijl de inkoop met inbegrip van on
kosten berekend staal voor ƒ367,008.27, zoodat aan zuivere winst te ver-
deelen is de som van ƒ35,668.32. De uitdeeling aan de deelgeregligden in de
vereeniging beloopt 30rV of J pCl. Buiten de vereeniging voeren 25 schepen.
Als eene bijzonderheid wordt vermeld dal op het dek van de stoom
boot Sea Gull, kapt. R. M. Sawyer, te Rotterdam van Huil aangekomen,
op de hbogle van Vlaardingen, door de werking der raderen, een groote
levende zalm werd geworpendie bij weging bevonden werd 35 Engelsche
ponden zwaar te zijn.
Als stellig wordt verzekerd, dat de heer Zwyser. afstand zal doen
van het aartsbisdom van Utrecht en met behoud van den titel van aartsbis
schop den bisschoppeljjken zetel van 's Hertogenbosch zal innemen. De heer
Schaapmanpres. aan het groot-seminariezou tot aartsbisschop van Utrecht
worden verheven.
In het laatst dezer maand zullen aan 's rijks kweekschool van mili
taire geneeskundigente Utrecht, de examina plaats hebben der kweekelin-
gen van gemelde school. Die van het 4de studiejaar zullenindien zij aan
de vereischten voldoenvoor de benoeming lot officiers van gezondheid der
3dc kl. bij de zee- of landmagt aan den koning worden voorgedragen.
Op den 16den dezer is de telegraafkabel, bestemd om de kusten van
Friesland en Noordholland te verbinden, aanvangende op de hoogte van
Stavoren, in de Zuiderzee gelegd. Aanvankelijk werd deze arbeid, met
zeer goed weder, geheel naar wensch voortgezet tot de expeditie, voor de
Noordhollandsche kust gekomen, door slecht weder beloopcn werd. Drie
der kleine vaartuigen, voor het aan den wal brengen van den kabel be
stemd, werden op het strand geworpen, waarbij een dier vaartuigen schade
bekwam. Op den 17dcn dezer zijn de gestrande vaartuigen, door den stoom
sleper, binnen de haven van Enkhuizen gebragt. De overschietende kabel,
ter lengte van ongeveer 2500 el, is geborgen. Vermoedelijk bevindt zich
de in zee gezonken kabel in de beste orde. Bij goed weder zal die wor
den opgehaaldom verder door de beklecding van den zeedijk benoorden
Enkhuizen gebragt en met de telegraaflijn verbonden te worden.
Uit Leeuwarden deelt men omtrent den zwaren branddie aldaar in
den nacht van Donderdag op Vrijdag plaats had de volgende bijzonderheden
mede: Des avonds ten 10 ure werd er brand ontdekt in de kazerne Prins
Frederik, terwijl bijna de gansche bevolking, uit 8 a 900 man bestaande,
reeds ter ruste lag. Het vuur verspreidde zich zoo snel, dat in weinig tijds
het grootste gedeelte van het uitgebreide en schoone gebouw aan de vlam
men was prijs gegeven en ten 1 ure al de vier vleugels in brand stonden.
Verschrikkelijk was het schouwspel, de vlammen uit ongeveer 150 vensters
te zien slaan. Aan blusschen viel r.iet te denken. Met vrecselijk gekraak
stortten van oogenblik tot oogenblik gansche verdiepingen inen niet min
der akelig was tusschen beiden het geknal van het afgaan der geweren,
die op de wapenkamers bewaard werden. Met den grootsten haast tracht
ten de bewoners zich te redden, en zeer velen hadden slechts tijd het
brandende gebouw te verlaten, alleen van de volstrekt noodige kleedin"-
stukken voorzien. De geheele stad was verlicht en zelfs op verre afstanden
was het schijnsel der vlammen zoo sterk, dat men zonder moeite er bij
kon lezen. Vele pogingen werden aangewend, om het een en ander uit de
magazjjnen enz. te redden, doch verreweg het grootste gedeelte is eene
prooi der vlammen geworden. Wat het treurige van het ongeluk nog ver
meerdert, is, dal de brandmeester J. van der Horst, een geacht huisvader,
nog pas bij het begin van den brand, van het dak naar beneden viel en
kort daarna reeds den geest gaf. Voorts hebben nog twee personen, die
op het dak zich bevonden, en geen uitweg meer zagen aan de vlammen te
ontkomen, den sprong naar beneden gedaan. De duizenden van menschen,
die deze wanhopige poging hadden aanschouwd, stonden als met ingehou
den adem en waagden het haast niet op te zien of naar de uitkomst te
vragen. Wonderbaarlijk echter, beiden leefden! De een, de Bruin ge-
heeten, is nogtans in hoogst gevaarlijken toestand en, zoo hij al mogt
genezen, zal hij toch voor geheel zijn leven ongelukkig en veriamd zijn.
De ander, met name Struiving en pas 14 dagen geleden bij de brandspuiten
aangesteld, bevindt zich wel in zorgelijke omstandigheden, doch geeft hoop
op herstel. Men spreekt van het vermissen van eenige militairen doch
daarvan is nog niets met zekerheid bekend. Gelukkig dat de kazerne ge
heel op zich zelve staat en er eene volkomene windstille heerschle, daar de
gevolgen anders niet te berekenen zouden zijn geweest. De oorzaak van
den brand is vooralsnog onbekend, doch dit meent men te weten, dat de
brand is ontstaan in het siroomagazijn in een der bovenste verdiepingen
van de noordwestzijde des gebottws. De afgebrande kazerne was in 1829
gebouwd en heeft aan de stad ƒ133,000 gekost.
Een aantal gehuwde onder-officieren en andere militairen, die in de ka
zerne wonen, hebben al wat zij bezaten verloren. Voorloopig zijn de mi
litairen gehuisvest in de ledige kavallerie-stallen en de oude en nieuwe
manege. Ook worden de stads turfschuren voor hen ontruimd. De hoofd
wacht is tot magazijn ingerigt. Er is tevens door het gemeentebestuur ter
stond gezorgd voor eene behoorlijke voorziening in de menage.
De generaal-majoor Happé, bevelhebber van de 6d(! militaire afdeeling, is
uit Groningen alhier aangekomenvergezeld van zijnen adjudant en den
waarnemenden intendant in die afdeeling, ten einde over de genomen en
nog te nemen voorzieningen te spreken. Op zijnen last is heden eene com
missie benoemd uit de officieren van het garnizoenten einde te trachten
de oorzaak van den brand op te sporen. Ten einde zoo veel mogelijk in de
eerste behoeften tc voorzien, zijn uit het tuchthuis cfenige honderd aldaar
aanwezige nieuwe Wollen dekens en nog andere benoodigdheden voor de
slaaplegers in gebruik gegeven. De militairen zelve zijn met hunnen voor-
loopigen toestand best tevreden. Er heeft zich ook eene commissie uit de
ingezetenen gevormd, beslaande uit de hecren mr. Manger Cats, jhr. mr. C.
van Eysinga en J. Oosterhoff Wz., ten einde liefdegiften in te zamelen
voor de huisgezinnen van de militairendie hunne bezittingen geheel of ge
deeltelijk bij den brand hebben verloren. Terstond is voor ongeveer 1200
ingeschreven.
In een later herigt wordt gezegd, dat de pijpgast Struiving uit de garni-
zoens-infirmcrie, waar hij met zijn makker de Bruin voorloopig was ver
pleegd, naar'zijne woning is kunnen worden vervoerd en, zonder bijkomende
omstandigheden, met 8 dagen zijn werk zal kunnen hervatten. De Bruin
blijft echter in zorgwekkenden toestand verkeeren. Uit sommige gedeelten
van het vernielde gebouw sloeg de vlam nog steeds naar buiten.
Het hoofdbestuur der Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van
sterken drank heeft thans het 16c jaarverslag (1859) uitgegeven omtrent
den toestand en de verrigtingen dier vereeniging. Daaruit blijkt dal het
getal leden langzaam blijft toenemen en thans 12171 bedraagt, behalve nog
p. m. 800 leden in de overzeesche bezittingen en het buitenland, en dat,
naar den algemecncn indruk der ontvangen berigtcn, een gunstig getuigenis
kan afgelegd worden omtrent deri beteren keer, die in de volksmecning
aangaande de afschaffing van den sterken drank als volksdrank en het
streven daartoe van de Vereeniging op zeer vele plaatsen van het land waar
genomen wordt. Het hoofdbestuur is er op nieuw goed in geslaagd om het
verslag, door afwisseling van vorm, aan de lezers zoo veel mogelijk bcha-
1 gelijk te maken, liet verslag gaat thans de bezwaren nawelke de Ver-