LEYDSCHE COURANT. 1800. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zuturdag Avond. VRIJDAG 1 JUNIJ. De Prijs der Courant is f 12 in het jaar} de afzonderlijke Nomtners worden tegen 10 Centen afgegeven BINNENLANDSCIIE BERIGTEN. LEYDEN31 Mei. De aanbesteding van het locaal voor de door het depart. Leyden der maatschappij tot Nut van 't Algemeen op te rigten gymnaslieschooldie heden plaats had, heeft geen voldoenden uilslag opgeleverd, daar het werk niet gegund is. In het hoofdkiesdislrict Hoorn zijn eergisteren, ter verkiezing van een lid voor de tweede kamer, uitgebragt 843 stemmen, van onwaarde 15. Verkozen de heer H. Mensonides, met 441 stemmen. De heer mr. M. J. de Lange verkreeg 204 en de heer S. A. van Hoogstraten 110 stemmen. Tot leden van de Nederl. herv. synode zijn voor de zitting in 1860 afgevaardigd: door de prov. kerkbesturen: Noordbrabant: A. Losgert, pred. te Grave; secundus, J. A. van Walsem, pred. te Vugt. Gelderland: J. Witkop, pred. te Zutphensec., F. J. J. A. Junius, pred. te Tiel. Noord- holland: H. J. Spijker, pred. te Amsterdam; sec M. N. J. Mollzer, pred. te Haarlem. Zuidholland: J.Tichler, pred. te Leyden; sec., G. Molenkamp, pred. te Delft. Zeeland: A. Slotemaker, pred. te Middelburg; sec.J. P. II. Reijers, pred. te Brouwershaven. Utrecht: W. F. de Leupred. te Werkhoven; sec., C. Speelman, pred. te |Bildt. Friesland: P. A. C. liu- genholtz, pred. te Dokknm; sec., M. A. Jentink, pred. te Harlingen. Over ijssel: J- J. Hartman, pred. te Blankenheim; sec., J. J. Metzlar JCz. pred. te Deventer. Groningen: G. W. Sannes, pred. te Oostwolde; sec., A. T. Rielsmapred. te Groningenen mr. W. O. Feilhouderling te Groningensec.P. Adriani, ouderling te Oude-Pekela. Drenthe: J. J. Swiers, pred. te Havelte; sec., H. Sanders, pred. te Gasselte, en mr. W. L. Tonckens, oud-ouderling te Meppel; sec., J. de Jonge Jr.oud-ouder ling te Meppel. Limburg: W. F. C. van Laak, pred. te Maastricht; sec., M. Spruyl Jr.pred. te Urmund. Door de verschillende godgeleerde facul teiten: te Leyden: prof. J. H. Scholten; sec., prof. A. Kuenen; te Utrecht, prof. J. J. Doedes; sec., prof. II. E. Vinke; te Groningenprof. Hofstede de Groot; sec., prof. L. G. Pareau. Door de commissie voor de Indische ker ken: 11. L. Oort, pred. te 's Gravenhagesec., P. Jeket, oud-gouverneur van de Molukken, te 'sGravenhage. De minister van finantiën heeft te kennen gegeven; dat rederijkers kamers behoorcn lot de genootschappen van algemeen nut, ter bevorde ring van kunsten en wetenschappen, wier programma's, aankondigingen 1 enz., van zegelregt zijn vrijgesteld. De heer mr. L. Meiman, 'skonings commissaris voor de West-Indische 9 wetgeving, is in den morgen van 26 April te Paramaribo aan wal gestapt. 9 De arrond.-regtbank te Arnhem heeft uitspraak gedaan in de zaak der vroeger vermelde omkooping van kiezers te Velpbij gelegenheid van de I verkiezing van een lid der prov. stalen. Vier der van verkoop van hunne stemmen aangeklaagden zijn vrijgesproken, doch de eerste beschuldigde, de kooper, is veroordeeld tot geldboete van ƒ40, en ontzetting der regten vermeld in de letters a, b, c, e, van art. 8 der wet van 29 Junij 1854, gedurende 8 jarenen de overige 20 beschuldigdenieder lot eenvoudige geldboete van ƒ2, en solidair in de kosten. Het is gebleken dat de hoofd- beschuldigde niet uit eigen bewegingmaar onder den invloed van derden heeft gehandeld. Het openbaar ministerie deed bij de behandeling dezer zaak uitkomen dat geen lid der Arnhemsche balie de verdediging van den eersten beschuldigde heeft op zich willen nemen. Op den 25stcn dezer is te Groningen de algemeene vergadering gehou den der verceniging tegen het pauperisme, onder voorzitting van den heer S. Blaupot ten Cate. Onder de onderwerpendie ter sprake werden ge- bragtwas ook het menigvuldig schoolverzuim door de kinderen der arbei dende klasse." Als middelen om dat kwaad te bestrijden werden o. a. aangeprezen getuigschriften voor kinderendie de school eerst op een be paalden leeftijd verlaten, na die gedurende ecnigc jaren getrouw te hebben bezocht, gelijk in Zuidholland reeds met goed gevolg worden uitgedeeld; het overbrengen der vacantiën naar die tijden des jaars, waarin het school verzuim wegens den veldarbeid het menigvuldigst is; wettelijke bepalingen omtrent den arbeid van kinderen in fabrieken en op het land; gelegenheid t voor alle kinderen om terstond, en niet, gelijk nu in vele gemeenten het geval is, eerst na korleren of langeren tijd, als er plaats is, kosteloos op eeue school Ie worden opgenomen. Wat betreft het domicilie van onder stand" werd bijna algemeen het beginsel der tegenwoordige wet, waarbij als domicilie de geboorteplaats is aangenomenafgekeurden door velen het j werkelijk verblijf als zoodanig voorgestaan. Naar men uit Texel meldt is ook op den 27stcn dezer achter de Koog een schoonerschip gestrand. De bemanning had als mogelijk redmiddel de masten gekapt en het anker uitgeworpende holle zee had intusschen de poging, die men tot redding met de Texelsche stoomboot had willen aan wenden volstrekt onuitvoerbaar gemaakt. Den volgenden morgen zag men dat de bemanning zich in eene sloep begaf, waarmede zij zekerlijk is omgeslagen en den dood in de golven heeft gevonden. Het schip is kort daarna gezonken. Van alle zijden worden, gelijk te verwachten was, berigten ontvan gen omtrent de rampen, waartoe de storm op Maandag II. aanleiding heeft gegeven. Wat het nederstorten van boomen, schoorsteenen enz. betreft, zijn die berigten meestal eensluidend, maar hier en daar hebben voorvallen van meer ernstigen aard plaats gehad. In de eerste plaats moet genoemd worden het verschrikkelijke ongeluk dat op het Ilollandsche Diep is voorgevallen. De stoomboot van Rotterdam naar Capelle (Langstraat) bestemd, die de eerstgenoemde plaats des namid dags ten half twee ure had verlatenis omstreeks 5 nre tusschen de Hooge en Lage Zwaluwe, op de hoogte van den molen de Koekoek, op de Deenenplaat gestoten en dientengevolge gezonken. Met onbegrijpelijke roeke loosheid heeft de kapitein der boot, niettegenstaande al de stoombooten lijdelijk de vaart gestaakt hadden, het gewaagd de Dordsche Kil uit te stoomen om over hel Ilollandsche Diep en het Bergsche Veld zijne bestem ming te bereiken. Behaive de bemanning, uit 12 man bestaande, was er een 50tal passagiers aan boord. Omtrent dit voorval worden in een brief uit Drimmelen aan de iV. R. C. de volgende bijzonderheden medegedeeld. Pinkstermaandagtegen den avond, komt de stoomboot de Langstraat, van Capelle op Rotterdam varen de, niettegenstaande den hevigen W.Z.W. storm nog opstoomen, breekt op de hoogte van Lage Zwaluwe den stag, waardoor de stormfok wordt over boord geslagen en men alle moeite heeft om het vaartuig te sturen. Op de hoogte van den zoogenaamden Koekoek gekomenloopt de boot door een' hevigen rukwind en moeijeljjk water uit zjjn roer en slingert dadeljjk zoo hevig, dat zjj in korten tijd langs de kajuitspoorten vol water loopt en op drie vadem water zinkt. De passagiers met het scheepsvolk uil ruim 50 man beslaande, klauterden op schoorsteenmasten raderkaslendoch wer den daarvanterwijl zij een akelig geschrei aanhievenbij geheele groepen door de golven afgeslagen, en vonden op 10 na den dood in het onstuimige water. Geen vaartuig was in de nabijheiddat eenige redding kon aanbren gen; een angstige nacht brak voor de overblijvenden aan. Tegen het aanbreken van den morgentoen het weder bedaarder waskwam de stoomboot Stad Geertruidenbergdie te Dordt wjjselijk was blijven liggen aanstoomen en vond op de plaats des onheils de 10 schipbreukelingen, tegen den dood worstelende, aan mast en schoorsteen hangen. De bekwame gezagvoerder zond zijn matroos Cornclis Dijkmans met de sloep ter redding uitaan wicn het met veel krachtsinspanning en het nemen van juiste maatregelen gelukte, nu eens 2, dan weer 3 en op die wijze alle 10 nog overgebleven ongelukkigenvan koude en ongemak verstijfd, behouden aan boord te roeijen. Ongeveer 12 uren verkeerden zij in dien bangen toestand. Voorts deelt het 11. en Effbl. daaromtrent nog den volgenden brief uit Lage Zwalue mede: In eene ontzettende ramp heeft deze gemeente moeten deelen, door liet omkomen van ten minste 12 harer inwoners, bij het zin ken der Capelsche stoomboot, aan de punt van de Koekoeksplaat, op ruim een half uur afslauds van dit dorp. Was men bij dit ongeluk aanstonds op redding bedacht, ieder der ervaren veer- en andere schippers verklaarde, dat bij den steeds aanhoudenden storm aan geene hulp te denken viel welke beloften en groote toezeggingen men ook deedniets mogt baten Hartverscheurend zag men van den Lauwenhoekop een kwartier afslands van den walhoe de menigte van de gezonken boot wenkte en met doeken zwaaide om gered te worden. De vloed met den storm al hooger en hoogcr wordende, begaven zich velen op de raderkastei: en sommigen in het want. Het getal der eersten zag men bij elke stortzee verminderen, terwijl slechts weinigen zich aan aan het laatste vasthielden. Een alhier wonende schipper mist bij dit ongeluk drie volwassen dochters. Eene weduwe verloor twee harer zoons, hare broodwinners. Vele ouders hare eenige dochters. Schrei- jende komt men elkander op straat legen; deze zegt: mijn kind is ook ver dronken; eene andere vrouw slaakt kreten van wanhoop wegens het verdrin ken van haar echtgenoot; met één woord, het is eene ramp, die moeijelijk te beschrijven is. Verder wordt nog omtrent de uitwerkselen van dien storm o. a. liet vol gende medegedeeld. Onder Nieuwer-Auistelnabij Amsterdam, is omstreeks 5 ure de olie- en korenmolen Sophia, aan de Koslverlorenweleringin brand geraakt en, daar er aan geene blussching te denken viel, geheel af gebrand. Te Haarlem is een groot gebouw, stalling en koetshuis, inge stort in zijnen val een daarnevens slaand huis medeslepende. Aldaar is ook eene bejaarde vrouw door het inslaan van een raam zoozeer ontsteld

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1860 | | pagina 1