i prins en prinses Hendrik, benevens IID. gevolg, hebben gisteren middag ten 2 ure, de voorbereidende godsdienstoefening in de Kloosterkerk, onder het gehoor van den wel-eerw. heer ds. Zaalberg, bijgewoond. Maandag aanst. zal er ten hove een groot diner plaats hebben. Z. K. U. de prins van Oranje heeft heden in een bijzouder gehoor ontvangen den minister van buiten), zaken graaf van Zuylen vanNyevelt. De ministers van justitie en van oorlog zullen op Dingsdag aanst. geen gehoor verleenen. BUITENLANDSCHE BER1GTEN. beteringen van dit een en ander aandringt, terwijl hij tevens wenseht dat zij die die het zwaarst geleden hebben ondersteuning uit de schatkist mo gen genieten. Door de Indep. Beige wordt thans cene vertaling medegedeeld van den brief van Paus Pius IX, van 26 Maart 11., waarbij de groote kerkban wordt toegepast op de overweldigers en onregtmatige in bezit nemers van eenige provinciën van het Pauselijk gebied. Dit stuk begint met het betoog dat de Paus naar den wil der Goddelijke Voorzienigheid politieke vrijheid en onafhankelijkheid behoort te genieten; het schetst de verdorvenheid der nieuwigheidszoekers, die in hunne schaamteloosheid zoo ver gaan van eer bied voor de kerk te huichelen, terwijl zij haar op alle wijzen belagen; het betreurt dat zijop wie als zonen der kerk de pligl berust van haar te verdedigenzich door zondige handelingen tegen de kerk bezoedelen. Ver volgens wordt de invloed ontwikkeldwelken Sardinië op den opstand in de Romagna heeft uitgeoefenden met huivering" vermeld dat de Piemon- tesche regering de vermaningen des Heiligen Vaders verachtelijk in den wind geslagen, allerhande bedrog en zonde gepleegd, de bevolking door zedebe- dervende geschrilten tot oproer aangezet, en terstond na den opstand eene Piemontesche dictatuur in de afvallige gewesten ingesteld heeft. Vervolgens drukt Z. H. zich aldus uit: Na, eenerzijds, niet zonder bittere droefheid in het diepste onzer ziel overwogen te hebben dat nieuwe smeekingen ijdcl en vruchteloos zijn zou den hij degenen die, aan doove adders gelijk, zich de ooren digt sloppen, ongevoelig als zij voor onze vermanningen en klagten zijn, en aan de an dere zijde beseffende wat, ie midden van zoo vele ongeregtighedende zaak der Kerk en die van den Heiligen Apostolischen Stoel, door de ondeugend heid der boozen zoo lievig aangevallen, te duchten hebben; zoo meenen wij te moeien voorkomen dat het, teil gevolge ccncr te lange aarzeling, den schijn zou hebben als kwamen wij aan den ernst onzer verpligtingen te kort. Gevolgelijk, dewijl de zaken die hoogte bereikt hebben, en in het voetspoor onzer doorluchtige voorgangers tredende, maken wij gebruik van de souvereine magt om te binden en te ontbinden, welke wij van God ont vangen hebbenopdat de gestrengheid der aan de schuldigen opgelegde straf fen tot behoud en voorbeeld der overigen strekken moge. Derhalve, na hel licht van den 11. Geest door openbare en bijzondere gebeden te hebben ingeroepenen na onze eerwaardige broeders de kardi nalen der congrcgalic te hebben geraadpleegd; door het gezag van den almagtigen God, door dat der heilige apostelen Petrus en Paulus, en door het onze, verklaren wij dat al degenen die zich hebben schuldig gemaakt aan opstand, aan inval, aan overweldiging en aan andere aanrandingen, over welke wij ons in onze aangehaalde allocutien van 2 Junij en 26 September beklaagd hebben; al hunne lastgevers, begunstigers, raadslieden en aanhangers, al diegenen eindelijk welke de uitvoering dezer geweldena rijen gemakkelijk gemaakt of zelve bewerkstelligd hebbenden grooten ban en andere ccnsuren en kerkelijke slraffen hebben op zich geladen, welke door de heilige kanons en apostolische instellingen zijn uitgesprokenzoo wel bij de besluiten der algemeene kerkversaderingen als met name van die der heilige kerkvergadering van Trente XXII. Cap. XI de Reform.), en, des noodig, verbannen en vervloeken wij hen op nieuw, hen hierdoor zelfs vervallen verklarende van alle voorregten en gunstbewijzen, op hoeda- nige wijze ook door ons of onze voorgangers verleend; wij willen dat zij van deze censurcn niet zullen kunnen worden losgemaakt of vrijgesproken dan door ons zeiven of door onzen opvolger (het oogenblik van sterfgevaar noglans uitgezonderd mits zij herstellende en op nieuw tot afval komende weder onder de censuur vervallen). Wij verklaren hen onbekwaam en on bevoegd om den aflaat te ontvangen, tot zoolang zij in het openbaar al hunne aanslagen herroepen, verbroken en te niet gedaan zullen hebben; alle zaken geheel en volledig in haren vroegeren toestand zullen hebben hersteld en, vooraf, door eene aan hunne misdrijven geëvenredigdeboetedoe ning, aan de Kerk, den II. Stoel en ons, voldoening zullen hebben verschaft. Daarom besluiten wij en verklaren wij tevens bjj deze, dat niet alleen de schuldigen die bijzonder vermeld zijn. maar ook hunne opvolgers in de door hen beklccde ambten, zich nooit onder het voorwendsel der tegenwoordige brieven of onder eenig ander voorwendsel hoe ook genaamd, ontheven kun nen achten van het intrekkenherroepen te niet doen en vernietigen van al de bovengenoemde aanrandigen, of op andere wijze voldoening te schenken aan de Kerk, aan den 11. Stoel en aan ons; wij willen integendeel dat deze verpligting in het vervolg van kracht blijve, indien zij immer de welddaad der absolutie willen deelachtig worden. Doch in de noodzakelijkheid waarin wij ons bevinden om een zoo trcuri- gen pligt te vervullen, vergeten wij niet dat wij zeiven hier op aarde de plaats bckleedcn van Ilem die den dood des zondaars niet wil, maar die wil dat hij bekeere en leve; van Hem die op de wereld gekomen is om te zoeken en zalig te maken wat verloren was. Daarom roepen wij aan houdend uit den dicpslcn ootmoed onzes harten door de vurigste gebeden Zijne goedertierenheid in en smeeken wij Hem vurig dat allen jegens wie wij gedwongen zijn geweest van de gestrengheid der Kerk gebruik te ma kenverlicht mogen worden door het licht Zijner Goddelijke genade, en dal zij door Zijne almagt worden leruggebragt van de paden des verderfs op den weg des behouds. Ten slotte worden in den brief nog eenige bevelen gegeven aan hen die met de handhaving van 's Pausen besluit zijn belast en voorschriften omtrent de openbaarmaking. Gelijk men ziet verwijst de Paus in dezen brief, wat den inhoud van den kerkban betreft, slechts naar vroegere besluiten der kerk. Hetgeen omtrent dien ban in onderscheidene bladen is medegedeeld, is genomen uit de Capitularia regum francorum van Baluzius, D. II. blz. 679; een for mulier datvolgens de Fransche bladennooit is gebruikt. 's GRAVEND AGE, 7 April. Z. M. heeft benoemd tol officier van de orde der Eikenkroon den kapi tein jhr. G. 15. van lironkhorstvan den staf van het wapen der infanterie. Door Z. M. zijn benoemd tot president van het prov. geregtshof in Utrecht, jhr. mr. J. 0. de Jong van Beek en Donk, thans president der arrond.-rcglbank te Utrecht, en tot raadsheer in het prov. geregtshof in Utrecht, jhr. mr. L. van Styrumthans president der arrond.-rcglbank te Hoorn. Aan de hh. G. A. L. Geraerds Thesingh en J. C. F. de Vries is, op hun verzoek, eervol ontslag verleend als ontvangers der directe belastingen te Zeist en te Heusden. Bij kon. besluit van 1 April is aan jhr. mr. J. G. II. van Tets van Goudriaanafgetreden minister van binnen), zakenverleend een pensioen ten laste van den staal, ten bedrage van ƒ4000 'sjaars, ingevolge de be palingen der wet. HH. MM. de koning en koningin, IIIl. KK. H11. de prins van Oranje, ENGELAND. LONDEN, 5 April. Het hoogerhuis is tot 17 April en het lagerhuis tot 16 April verdaagd. De heer Kinglake heeft in het lagerhuis te kennen gegeven dat hij bij de hervatting der werkzaamheden aan de regering zal vragen of de belangen der openbare dienst veroorloven aan het huis nadere inlichtingen te geven betreffende de territoriale veranderingen bij het verdrag van Turyn bepaald. Hoewel de politie zich veel moeite heeft gegeven om de bokspartij tusschen de beroemde vechters Heenan en Sayers, van welke eerste daartoe uit Amerika is overgekomen, te beletten, heeft die toch plaats gehad. De Amerikaan, hoewel ook zwaar geteisterd, heeft zijn tegenstander het nek been gebroken of zwaar gekneusd. FRANKRIJK. PARIJS, 5 April. De Moniteur bevat een artikel waarvan de strekking is om den gun- stigen invloed te doen uitkomen, die het met Engeland gesloten handels verdrag op den Franschen uitvoerhandel zal moeten uitoefenenvooral wat de voortbrengselen van het zuiden, als wijn, brandewijn en zjjdc, alsmede de voortbrengselen der Parijsche industriebetreft. De Constitutionnel doel opmerken dat de afbreking der diplomatique betrekkingen met het hof van Rome, een gewoon gevolg van het uitspreken van den kerkban, thans, wat betreft de Fransche regering, niet heeft plaats gehad. Hij voegt er bijdat de voor eenige dagen in den Moniteur ver schenen waarschuwing tegen het zonder vergunning bekend maken van pauselijke bullen enz. geenszins ten doel had de uilwerking van den ban vloek te ontwijken, maar alleen strekte om de beginselen onzer burgerlijke onafhankelijkheid in herinnering te brengen en de ware leer der kerk van Frankrijk te herstellen. De Patrie beweert dat de oproerige beweging, die te Palermo heeft plaats gehad, door Engelschen is uitgelokt. Men verzekert, zegt o. a. dit blad, dat vreemde agenten eene partij trachten te vormen, die bepaaldelijk ten doel zou hebben om Sicilië onder het bestuur van Engeland te brengen. Terwijl daartoe alle mogelijke middelen in het werk worden gesteldhoopt het blad evenwel dat deze mogen mislukken. Sicilië heeft trouwens het voorbeeld der Ionische eilanden voor zich, en buitendien zjjn de mogend heden verpligt tegen eene zoodanige handeling te waken. De vorst van Monaco is bij den keizer ten gehoore geweest. Het ge rucht zegt, reeds sedert geruimen tijd, dat bjj zijn vorstendom, dat in de provincie Nizza ligt en 7000 inwoners lelt, voor een jaargeld van 200,000fr. zal afstaan. Bijna al de dagbladen doen moeite om te bewijzen dat de persoon des keizers in den banvloek van den Paus niet is begrepen, vooral omdat de keizer en de keizerin heden nog hunne godsdienstpligten in de kapel der Tuileriën hebben vervuldwaar de aartsbisschop Morlot de dienst verrigtte. Eenige voorname legilimistische familiën van de faubourg St. Germain gaan op het land wonen, ten einde in slaat te zijn den Paus met gelde lijke bijdragen te ondersteunen. De heer L. wil van zijne inkomsten (550,000 fr.) 500,000 fr. afstaan. SPANJE De Fransche gezant heeft namens zijne regering de koningin geluk gewenscht met den eervollen en spoedigen afloop van de Marokkaanschc expeditie. Van binnen 's lands ontvangt II. M. gcene blijken van goedkeuring. Een gerucht wil dat Muley Abbas, broeder van den legenwoordigcn keizer van Marokko, naar Madrid wil gaan om de koningin te lecrcn ken nen. Hij zou van Tangcr over Cadix, Sevilla en Cordova derwaarts gaan en over Granada en Malaga terug kecren. Het regeringsblad bevat een kon. besluit, waarbij de generaal Ortega van zijnen rang en zijne waardigheden vervallen wordt verklaard. Uit Gibraltar meldt men dat aldaar een complot is ontdekt. Er zou van niets minder sprake geweest zijn, dan van de vergiftiging van de ge- heele bezetting. De werklieden in de garnizoens-bakkeryendie alle Span jaarden zijn, zijn gevangen genomen. ITALIË. In Sardinië heeft de troonrede des konings eenen goeden indruk ge maakt. Men verwacht dat de kamer van afgevaardigden zich terstond met de quacstic van den afstand van Savoyc zal bezig houden. De regering zal in deze hoogst belangrijke zaak openhartig zijn en al de daarop betrekking hebbende stukken aan de kamer mededcelen. De Opinione van Turyn berigt dal de bevolking van Savoye en Nizza over acht of tien dagen zal geroepen worden om door eene algemeene stem ming zich omtrent de inlijving bij Frankrijk te verklaren. De Avenir van Nizza berigt dat de keizer aan H. M. de keizerin moeder van Rusland, die aldaar op eene villa woont, eene eerewacht heeft aangeboden, ter vervanging van de Sardinische soldaten die aldaar dienst deden. Dit aanbod was terstond aangenomen. Uit Napels meldt men dat de aldaar bestaande vrees voor rustversto ring verwezentlijkt is geworden. Te Palermo is door eene hoop muitelin gen een aanval op de troepen gedaanmaar door deze afgeslagen. Onder den kreet var. leve de Koning! werden de opstandelingen uiteengejaagd, waarbij ook eenige dooden vielen. De rust is daarop weder hersteld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1860 | | pagina 2