hebben goedgekeurd, is door het lagerhuis met293 tegen 230 stemmen ver worpen, zoodat de regering eene meerderheid van 63 stemmen heeft bekomen. Deze uitslag is voor het ministerie zeer bemoedigend. De ministeriële bla den laten dan ook niet na daarover een triomfkreet te doen hooren. Door het lid Polk is aan de regering de vraag gedaan of cr in de Fransche mededeeling aan lord Cowley gezegd was, dat Frankrijk Savoye eischt ingeval Midden-Italië met Sardinië vereenigd wordt. Lord Russell heeft gezegddat hij daarop in de volgende week wenschte te antwoorden als wanneer de motie van den heer Kinglake betreffende Savoye in behan deling zal komen. Op eene deswege gedane vraag heeft lord Palmerston verklaard, dat Frankrijk of Engeland wijzigingen in hel handels-lractaat, door middel van supplementaire overeenkomstenkunnen voorslaanmaar dat de andere partij niet verpligt is die aan te nemen. De heer Ducane heeft vervolgens een amendement voorgesteld, strekkende dat het huis afkeuren zal, dat het bestaande deficit vergroot worde door eene vermindering van de gewone inkomstenmaar ook niet geneigd is om tot eene verhooging van de income-tax mede te werken. De heer Clarence Paget heeft dezer dagen, bij de indiening der be- grooling voor het zeewezenhet volgende overzigt gegeven van de zeemagt des lands in vergelijking met die van Frankrijk en Rusland. Engeland had op 1 Dec. 11. 244 stoomschepen in dienst, waarvan 27 linieschepen, 14 fre gatten en korvettenen 29 kanonneerboolen en gewapende sloepenbenevens blokschependienst deden in de wateren van het Vereenigd Koningrijk en in de Middellandsche zee. Buitendien waren nog vele schepen ir. aanbouw, en een aantal daarvan, waaronder 10 linieschepen en 12 fregatten, zouden vóór het einde des jaars te water gelalen worden. In het volgende dienst jaar zou de admiraliteit een aantal bodems, gezamenlijk eene seheepsruimte van 39,934 ton uitmakende, doen aanbouwen, en buitendien 8 groote zeil schepen te weten 4 linieschepen en 4 fregattenin stoomschepen doen ver anderen. Het getal zeelieden beliep 85,500. Frankrijk had thans 34 linie schepen te water en 5 in aanbouw, 34 fregatten te water en 13 in aanbouw, 5 met ijzer bekleede schepen in aanbouw, 17 korvetten te water en 3 in aanbouw, benevens een aantal kanonueerbooten en kleine schepen, te zamen uitmakende een aantal van 244 schepen, alle met stoomtuig voorzien. Rus land had thans 9 stoomlinieschepen te water en 9 in aanbouw, 18 stoom- fregatten te water en 3 in aanbouw, 10 sloomkorvelten te water en 11 in aanbouw, benevens een aantal vaartuigen van mindere grootte, te zamen uitmakende een aantal van 187 stoomschepen te water en 48 in aanbouw, of gezamenlijk 235 schepen. Het wereldberoemde Indisch huis in de city zaleven als de groote compagnie, welke het gesticht heeft, weldra ophouden te bestaan. Zijne kunst- en boekverzamelingen worden uaar het Britsch museumzijne bu reaux, totdat het nieuwe gebouw voltooid zal zijn, naar het groote nieuwe hotel van Westminster verplaatst, hetwelk de regering voor 3 jaren, tot den prijs van 18,000 gehuurd heeft, terwijl het oude gebouw wordt ver kocht. Reeds zou daarvoor 208,000geboden, en het plan beraamd zijn, om op die plek een centraal station voor de city te vestigen. Z. K. H. de prins van Oranje is Vrijdag 11. van Badminton te Aber gavenny aangekomen, waarheen hij door lord en lady Lhanover was uitge- noodigd. Des avonds werd een luisterrijk bal ter eere van den prins gege ven. Zaturdag heeft de prins de ijzermijnen van Merthyr Dowlois bezigtigd. Op den spoorweg in de oostelijke graafschappen heeft een vreeselijk ongeluk plaats gehad. De trein die van Cambridge was gegaan is nabij Tottenham uit het spoor geraakt. De schok was zoo hevig dat het vijfde rijtuig bijna op het zesde was geschoven. De machinist, de stoker en een der reizigers verloren het leven. Vele reizigers zijn ook ernstig gekwetst. Op de hoogte van Beachy-Head is het stoomschip Ondine, naar Dublin bestemdin botsing gekomen met een ander vaartuig, zoodat het kort daarop is gezonken. 21 personen werden gered en 50 worden er vermist. -— Uit New-York wordt gemeld dat de kamer van koophandel te Washing ton een adres bij het congres heeft ingeleverd, houdende verzoek om zijne tusschenkomst in het geschil lusschen de westersche mogendheden van Europa en China. Tc New-York heeft op 2 Fcbr. een zware brand plaats gehad, waar omtrent ijzingwekkende bijzonderheden worden medegedeeld. Er zijn al daar groote gebouwen, Tenant-Houses genaamd, die aan onderscheidene gezinnen worden verhuurd. Deze gebouwen hebben slechts ée'n naauwen en sleilen trap, die lot de bovenste verdiepingen doorloopt. Wanneer nu de brand op de eerste verdieping ontstaat en de trap aantast, wordt alle red ding aan de ongelukkige bewoners der hoogere verdiepingen afgesneden. Zoodanig onheil beeft thans plaats gehad. De vlammen hadden reeds den trap bereikt, eer de eerste kreten werden gehoord. Het was 7 ure des avonds en de kinderen waren reeds te bed. De bewoners der verschillende verdiepingeu ijlden naar den trapmaar vonden reeds de vlammendie te midden van dikke rookkolommen opstegen. Een aantal zijn desniettemin met kinderen op den arm de trappen afgeijla, doch de meeste hebben naar de hoogere verdiepingen moeten terugkeeren. Sommige dezer ongelukkigen zijn nog met hooge ladders gered, maar zij die zich op de bovenste ver diepingen en op daken bevondenmoesten aan hun lot overgelaten worden. Bij dat alles heerschtc eene zeer strenge koude, welke het water gedeelte lijk in ijs deed verkeeren, waardoor de spuitgasten, die onverwijld waren toegesneld, zeer werden belemmerd. Eindelijk stortte het dak in en slin gerde hen, die daarop hunne laatste toevlugt hadden gezocht, in den vuur gloed. Het getal der slagtoffers is nog niet naauwkeurig bekend, maar er zijn ten minste een tiental personen omgekomen, ongerekend verscheidene anderen, die met ernstige brandwonden naar het gasthuis zijn vervoerd. Brieven uit Japan bevestigen het vroeger medegedeeld berigt omtrent het afbreken der handelsbetrekkingen tusschen de Engelschen en de inlan ders. De Engelsche zaakgelastigdede heer Rutherford Alcockheeft daar toe, in overleg met de Japanschc overheden, besloten en in ecneu brief aan zijne iandgenooten de redenen van dit besluit medegedeeld. Hij zegt daarin dat cr in den laatslen tijd buitenlanders door de Japannezen uit wraakzucht wreedaardig vermoord zijn en dat ook de Japansche overheden van beleedi- gende handelingen jegens de buitenlanders beschuldigd worden, maar dat die voorvallen, blijkens het door hem gedane onderzoek, meerendeels aan de buitenlanders zeiven te wijten zijn. Zoo hadden bevelhebbers van builenlandsche schepen hunne matrozen beschonken aan wal laten gaan, en achtbare ingezetenen hadden beleedigingen en mishandelingen van het scheepsvolk moeten ondergaan; ook hadden buitenlanders, die in Japan ge vestigd waren, door onvoegzaam gedrag stof tot regtmatige klagten gege ven. Verder hadden Engelsche kooplieden te Yokuhama zich uit hebzucht aan bedriegelijke handelingen en schending der bepalingen van het tusschen Japan en Engeland bestaande verdrag schuldig gemaakt, alsmede, naar het scheen, ook aan sluikhandel; welk alles voor het regtmatige handelsver keer met Japan, hetwelk zich niet anders dan langzaam kan ontwikkelen, en voor Engelands goeden naam in het Oosten hoogst gevaarlijk is. FRANKRIJK. PARIJS, 21 Februarij. De geruchten omtrent eene toenadering van den keizer tot de wenschen van den Paus houden stand. Zelfs uit Rome meldt men dat de zaken thans op eenen beteren voet staan. Het is echter nog moeijelijk te gelooven, war.t Frankrijk kan den Paus geene voldoening schenken zonder teruggave van de Romagna, waarop de bekende circulaire van den heer de Thouvenel weinig hoop geeft en waardoor het zich waarschijnlijk van de kans ter verkrijging van Savoye zou beroofd zien. Bij het departement van oorlog houdt met zich bezig met de oprigting van eene kantonnale garde, welke eenigc overeenkomst zal hebben met de Duitsche landweer. Bij die garde zullen alle gepasporteerde militairen in gelijfd worden, die nog geen 40 jaren tellen. Aan 396 veroordeelde militairen is kwijtschelding en aan 280 anderen vermindering van straf toegestaan. De heer de Lesseps heeft een gehoor bij den keizer gehad. Z. SI. heeft hem de verzekering gegeven dat de heer de Thouvenel in last had om de eerste gelegenheid waar te nementen einde met de Engelsche regering in onderhandeling te treden, over de opheffing der bezwaren, die den aanleg van het Suez-kanaal nog in den weg staan. Het entree-geld aan de beurs zal waarschijnlijk spoedig afgeschaft worden. De stad kan de opbrengst daarvan niet geheel ontberen, maar zal genoegen nemen met de helft, die haar door de wissel-agenten zal uit betaald worden. De Amerikaansche paketboot Lunakapt. Shannonden 15den dezer van Havre naar New-Orleans vertrokken, is op de kust van Barfleur geheel verongelukt. Van de bemanning, bestaande uit 17 personen, benevens 76 passagiers en een loods, zjjn slechts twee personen gered. Volgens de mededeelingen van reizigers, die van Singapore te Alexan dria zijn aangekomen, zou de Annamilische regering geneigd zijn om met Frankrijk vrede te sluiten. Er moeten reeds onderhandelingen aangeknoopt zijn tusschen den gouverneur van Saigon en den opperbevelhebber van het Fransche eskader. SPANJE. Naar men verneemt heeft de Spaansche regering aan den keizer van Marokko de volgende voorwaarden gesteld, waarop de vrede zou kunnen gesloten wordenafstand van het veroverde grondgebied tusschen Ceuta en Tetnan; eene schadeloosstelling voor oorlogskosten van 400 millioen realen; volledige genoegdoening aan de Spaansche vlag; afstand van een voldoend grondgebied rondom de Spaansche vestingen op de grenzen, uit het oog punt van veiligheidoprigting van een onzijdig grondgebied lusschen Spaansch en Marokkaansch grondgebied; verzekering dat de Spaansche be zittingen voorlaan niet meer verontrust zullen worden, en eindelijk het regt aan Spanje toegekend, om diplomatieke agenten in die plaatsen van Marokko te vestigen, waar het dit doelmatig zal achten. De Mooren hebben tweemaal Melilla bedreigd, maar zijn door de be zetting verdreven. De laatste verloor daarbij 182 man. Te Madrid worden tijdens de afwezigheid van den maarschalk O'Donnell door de ultramontaansche partij velerlei pogingen aangewend om het kabi net te doen vallen. Het trekt de opmerkzaamheid dat de koningin thans een uitstapje heeft gedaan na haar zomerverblijf te Aranjuez, naar men zegt om de vermaarde en invloedrijke kloosterzuster Palrocinia te bezoeken. De correspondent van de lndëp. Beige geeft de navolgende schets van den toestand der stad Tetuantijdens het binnenrukken der Spaansche troe pen. Hij had zich gevoegd bij de eerste troependie op bevel van den maar schalk O'Donnell de stad in bezit namen, ten gevolge van het smeeken der inwoners, die door de Marokkaansehe troepen werden uitgeplunderd. Uet tooneel dat de stad opleverde is niet te beschrijven; niet e'e'n huis was gespaard gebleven; al de deuren waren opengebroken en de straten waren bedekt met stukken van meubelendie de Kabylen niet met zich hadden kunnen voeren. De lijken van een aantal dezer roovers lagen hier en daar verspreidzij waren gevallen onder de slagen der Marokkanendie nog geestkracht genoeg hadden gehad om zich te verdedigen. In de Jodenwijk was de verwoesting buitengewoon; door duizenden dezer ongelukkigen, man nen, vrouwen, grijsaards en kinderen, werden de Spaansche soldaten als redders begroet. Bijna stervende van honger en beroofd van alle verdedigings middelen hadden zij tallooze wreedheden van den kant der Kabylen moeten verduren. Zij waren niet alleen van hun geld en hunne kostbaarheden be roofd, maar zelfs van hunne kleederen, en ter naauwernood hadden zij eeuige lompen kunnen vinden om hunne naaktheid voor het oog der solda ten te bedekken. Het meerendeel der Joden van Tetuan spreken de Spaan sche taal. Overal hoorde men de kreten: leve de koningin! leve de Span jaarden! en de vrouwen kusten de handen der soldaten. Van binnen waren de huizen geheel verwoestde meest onbeduidende dingen waren vernield. Ik

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1860 | | pagina 2