avond het bal bij den baron Groeninx van Zoelen met hunne tegenwoor digheid vereerd. Aanst. Dingsdag zal door den fransclien gezant alhier, baron d'André, een groot diplomatiek diner gegeven worden. Heden, den sterfdag van wijlen koning Willem II, was er op het voetstuk van het standbeeld van dien Vorst, op het Buitenhof alhier, een bloemenkrans ncdergelegd. Eergisteren heeft de minister van binnenl. zaken, in het locaal van dat departement, de commissie van statistiek geïnstalleerd. Naar wij vernemen, is het speciaal comité voor de infanterie, dat eenigen tjjd vergaderd is geweest, uiteengegaan. Dientengevolge zijn de gen.-majooi' van Mulkcn en de baron van Geen weder van hier vertrokken. Tweede Kamer der Staten-Generaal, Zitting van Woensdag 16 Maart. In deze zitting zijn de beraadslagingen over het ontwerp tol herziening van het tarief van regten op in- en uitvoer voortgezet en ten einde gebragt. Het artikel Tapijten enz. was in het ontwerp bij den invoer met 5 pCt. belast. De heer van Asch van Wijck stelde cene trapsgewijze vermindering voor, zoodat die artikelen nu nog met 10 pCt. en op 1 Jan. 1864 met 5 pCt. zouden belast zijn. Later wijzigde hij zijn voorstel nog zoodanig dat genoemd regt met 1 Jan. 1861 9 pCt.met 1 Jan. 1862 7 pCt. en met 1 Jan. 1864 5 pCt. zou bedragen. Aldus gewijzigd, werd dit amendement aangenomen. Een voorstel van den heer Reindcrs om in het tarief op te nemen den post vlecschnu de 100 16 belast, verseh en gezouten" met ƒ1.en «gerookt of gedroogd" met ƒ1.25, en dien invoer voortaan vrij te laten, werd met 45 tegen 20 stemmen verworpen. De heer Thorbecke stelde voor om de gekamde of geverwde wollc naar de waarde bij den invoer niet met 1 pCt.volgens het wets-ontwerpte belasten, maar vrij te laten, welke wijziging door de regering werd overgenomen. Op het artikel Zout stelde de lieer van der Linden voor het geraffineerde zout, in plaats van met ƒ12 de 100 met ƒ9.50 te belasten. De mi nister bestreed dit amendement, dat dan ook met 56legen 11 stemmen werd verworpen. Nadat de beraadslagingen daarmede afgeloopen waren, werd art. 1 van het wets-ontwerp in stemming gebragt en met 44 tegen 22 stemmen aangenomen. De overige artikelen werden zonder stemming goedgekeurd. Daarna stelde de minister van finantiën voor om de volgende artikelen in het wets-ontwerp op te nemen. Art.. 6. «De vrijstelling van binnenlandsche paspoorten bjj den vervoer in buitenwaartsche of zijdelingsche rigting, bedoeld bij art. 161, lit. F, der wet van 26 Anguslus 1822 (Staatsblad n°. 38), wordt voor lompen beperkt tot hoeveelheden van 5 ffi of minder." Art. 7. «Deze wet treedt in werking op 1°. Januarij 1860, met uit zondering van art. 6, hetwelk zal werken op den 20slen dag na dien der dagteekening van het Staatsblad waarin de wet is geplaatst." Na de goedkeuring dezer beide nieuwe artikelen werd het wets-ontwerp in zijn geheel aan ecne stemming onderworpen, en daarbij met 45 tegen 22 stemmen aangenomen. Tegen hebben gestemd de heeren de Lom de Berg, Taets van Ameron- gen, Bots, 'Luyben, van Wintershoven, Dommer van PoldersveldtHengst, Strens, Elout van Soeterwoude, van Nispen van Sevenaer, Hoffman, van Eynden, van Hall, SchimmelpenninekMeylink, Reinders, van Reede van Oudlshoorn, van Asch van Wijck, Hoekwater, Beens, de Poorter, Jespers en de Biebersletn. Zitting van Donderdag 17 Maart. In deze zitting is beraadslaagd over hel adres van B. Birkenlhal, van Galicien, sedert 20 jaren daaruit afwezig en thans zich in Nederland op houdende. Hij beklaagt zich dat hij met uitzetting wordt bedreigd. De minister heeft omtrent dien persoon de noodige inlichtingen gegeven en gezegd dat hij nog niet is uitgezet, en dat dit niet zal geschieden zonder zijn bevel. De minister zal verder onderzoek doen. Toorts werd het rapport der commissie omtrent het adres van dr. Bosch, gepensioneerd chef der geneeskundige dienst in O. I.nadat het door den minister was betreden, verworpen. De conclusie van het rapport der com missie in zake de wees- en momboirkamers werd mede verworpen. BU1TENLANDSCI1E JSER1GTEN. ENGELAND. LONDEN, 15 Maart. De oppositie-partij tegen het regerings-ontwerp omtrent het kiesstelsel begint reeds te verzwakken. Lord Grey, voormalig ambtgenoot van lord Russell, heeft zich van dezen laalslen afgescheiden om voorwaardelijk zijne ondersleuning aan de regering te schenken. Het regtsgeding tegen het geheime genootschap, de Phenix-club, heeft thans te Dublin een aanvang genomen. Onder de punten van aanklagt vindt men ook den eed vermelddien de leden der club moesten afleggen. Die eed was de volgende: Ik verklaar plegtig, in het aangezigt van God, dat ik eiken pligt van onderdaan jegens den Brilschen troon afzweer en dat ik de bevelen mijner overheden in het genootschap onvoorwaardelijk zal gehoorzamen en dat ik vóór alles elk oogenblik bereid zal zijn, de wapenen op te vatten om Ierland op elk gevaar af, tol eene onafhankelijke demo- cralische republiek te maken en ten slotte dat ik dezen eed zonder ecnig voorbehoud afleg. De berigten uit China en Japan ontvangen deelen mede dat lord Elgin aan de Chinesche overheden kennis heeft gegeven dat hij de vijandelijke handelingen der Chinesche dapperen nabij Canton gestreng zal straffen. In die kennisgeving heeft lord Elgin levens duidelijk doen uitkomen dat hij geen vertrouwen meer koesterde in de verzekeringen hem onlangs van wege het hof te Peking gedaan. In Japan was door de overheden de toegang aan een Deensch vaartuig ontzegdop grond dat er geen verdrag tusschen Denemarken en Japan be- J stond. Te Jeddo woedde de cholera en had deze, naar gezegd werd, in c'éne maand 150,000 slagtoffers gemaakt, waarschijnlijk eene overdreven opgave. Bij gelegenheid van den aanval op Canton door het Engelsch eskader, onder aanvoering van den admiraal Seymour, werd het paleis van den onderkoning van Canton ingenomen en onder meer andere belangrijke voor werpen vond men er een boek in de Chinesche taaldat tot nog toe in Europa onbekend was, getiteld: Staat der bevolking van China en zijne koloniën, naar de telling volbragt op bevel van den doorluchtigen keizer Ilien-Foung in het vierde jaar zijner regering (1852). Daaruit zag men op nieuw de verbazende toeneming der bevolking van China. In 1845 was die 371 millioen zielen en in 1852 had zij het cijfer van 396 millioen bereikt. Uit New-Orleans wordt gemeld dat de stoomboot Princess op de Mississippi in de lucht is gesprongen. Van de 400 passagiers die aan boord waren is de helft verbrand, verdronken of vermist. FRANKRIJK. PARIJS15 Maart. Bij ons leger zijn op nieuw 10 generaals en 13 andere hoofd officieren benoemd. Ook hebben 750 militaire veroordeelden kwijtschelding of ver mindering van straf verkregen. Lord Cowley is thans alhier teruggekeerd en terstond door den keizer ten gehoore ontvangen. In den Moniteur leest men op nieuw een artikel omtrent den tegen- woordigen staatkundigen toestand, dat veel opzien verwekt. De strekking is om Duitschland ten opzigle van de voornemens des keizers gerust te stel len, tot het bewaren eener onzijdigheid in de Italiaansche quaestie aan te sporen en te waarschuwen tegen het opwekken van de gevoeligheid der Fransche natie, door geschiedkundige herinneringen. Genoemd artikel luidt als volgt: Een gedeelte van Duilschland levert een schouwspel op, dat bedroeft en tevens verwondering wekt. Frankrijk houdt zich alleen bezig met den ver ontrustenden toestand van Italië, om daaraan, in overeenstemming met zijne bondgenootenin het belang van de rust van Europa, eene oplossing te ge ven. Het is onmogelijk eene meer opregte begeerte te toonen om de moeije- lijkheden op eene vredelievende wijze op te lossen en verwikkelingen te voorkomen, die bij gebrek van voorzorg en door besluiteloosheid ontstaan. Het wantrouwen van dat gedeelte van Duilschland is dus onbedacht, en het is onregtvaardig en beleedigend voor Frankrijk, en tast zijne onafhan kelijkheid en staatkunde aan. Het leven van eene groote natie, zooals Frankrijk; is niet binnen de grenzen van haar gebied beperkt; het open baart zich door de geheele wereld, door middel eener heilrijke werking en invloed op de beschaving. Geeft eene zoodanige natie deze rol opdan doet zij tevens afstand van haar rang. Door haar dezen wettigen invloed te betwisten, zou men het regt van Frankrijk miskennen. De keizer heeft, toen hij den troon besteegalle vooroordeelen weten te overwinnen. Wat zou er gebeurd zijnindien hij in plaats van de rust van Europa te beves tigen, deze geschokt had door, ten koste van de rust en onafhankelijkheid van Europa, de herinneringen van 1814 en 1815 op te wekken. Hij heeft dit niet gedaan en hij wenscht zich daarmede geluk. Frankrijk is niet getroffen door die onregtvaardige aanvallen en stelt ge heel Duitschland niet verantwoordelijk voor de dwalingen en de kwaadwil ligheid van henwier manifestatiën eer van kinderachtige gevoelens getuigen dan vrees kunnen verwekken. Duitschland heeft van ons niets te vreezen voor zijne onafhankelijkheid. Wij sympathiseren met zijne nationaliteit. Wanneer Duitschland onpartijdig is, zal het zich voorziglig beloonen en de zaak van den vrede bevorderen. Pruissen heeft dit begrepen, door zich met Engeland te verccnigen, om beider goede raadgevingen te Wcenen te doen hoorenop het oogenblik dat men den Duitschen bond tegen ons in het harnas wilde jagen. De houding van Pruissen is beter voor Duitschland dan de opgewondenheid van hen die, door een beroep te doen op de voor oordeelen van 1813, aanleiding geven om het nationaal gevoel der Franschen op te wekken. Het Fransche volk is even prikkelbaar op het punt van eer, als gematigd in het gebruik van zijne kracht; door bedreigingen verbittert men hetdoch door verzoenensgezindheid brengt men het tot kalmte. De heer de la Gueronnière houdt men voor den schrijver van dit artikel, dat, hoewel oppervlakkig vredelievend, toch eenigzins dreigend kan ge noemd worden. De beurs heeft er, door op nieuw eene daling te onder gaan, geen reden van geruststelling in gevonden. Men verzekert dat Rusland overeenstemt met Pruissen en Engeland, en tot op een zeker punt met Frankrijkom te eischen dat Oostenrijk de verdragendoor hem met onderscheidene Italiaansche staten geslotenaan de controle der Europesche mogendheden onderwerpe, maar even als Pruis sen en Engeland levens de handhaving der verdragen van 1815 verlangt. Zaturdag 11. moeten er bij het Russische gezantschap belangrijke depêches zijn ontvangen, waarvan de inhoud aan ons kabinet is medegedeeld en met groot genoegen werd ontvangen. Van Toulon meldt men dat onze vloot van daar in zee is gestoken om een oefeningstogt te volbrengen. In Algerië teekent men adressen om van den keizer een stedehouder aldaar te verkrijgen. Het regeringsblad deelt ook een berigt mede van den kapitein ter zee Protet nopens zijn logt, tegen de zecroovers op de Westkust van Afrika gedaan. De schuilplaatsen der roovers zijn verbrand; de togt heeft 20 dagen geduurd. In de nabijheid van Caronne vond men eene vijandelijke magt ter sterkte van 2000 man, welke echter op de vlngt ging bij den krachtigen aanval van ons corps, hetwelk slechts 250 man telde. De broeder van den keizer van Abyssinië bevindt zich met een talrijk gevolg alhier. Ilij is geheel zwart en heeft een zeer innemend gelaat. Naar men verneemt heeft men voor keizer Soulouque vertrekken in het Hotel du Louvre gehuurd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1859 | | pagina 2