LEYDSGHE COURANT. YRIJDAG 18 MAART. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zuturdag Avond. De Prijs der Courant is 12 in het Jaar de afzonderlijke Hommers worden tegen 10 Centen afgegeven. BÏNNENLANDSCHE BRRIGTEN. LEY DEM 17 Maart. De heer J. E. Goudsmit, onlangs benoemd lot gewoon hoogleeraar in de rcglsgeleerdheid hij onze hoogeschool, zal op Vrijdag den 25stcn dezer des middags ten 12 ure zijne betrekking aanvaarden met het houden eener rede voering in de groole gehoorzaal der akademie. Naar wij vernemen zal de hoogleeraar de Boneval Fanre, van Groningen, eerst in Junij aanst. het hoog- leersaarsambt bij onze hoogeschool aanvaarden. In de zitting van den gemeenteraad van heden.is aan dr. A. Hasebroek, ingevolge zijn verzoek, een eervol ontslag verleend als stads doctor. In de vacature zal, zoo spoedig als het reglement van orde zulks toelaat, voorzien worden, ten einde gecne vertraging in de dienst te doen ontslaan. Tevens werd besloten om door middel van adressen den aanleg der spoor- weglijn van deze stad op Woerdenter verbinding van de Iiollaudsche en Rijnspoorwegen, bij de hooge regering aan te bevelen. De aanleg dezer lijn is niet alleen voor deze stad, maar ook voor de talrijke aan den Rijn kant gelegen dorpen van het hoogste belang. De afdeeling Zwolle der Vereeniging lot bevordering van fabriek- en handwerk-nijverheid in Nederland, overtuigd als zij is, dat het gebruik van gegoten en geslagen ijzer ook in ons land ineer en meer toeneemt, en zulks nog meer zal doen wanneer de voorwerpen daaruit vervaardigd óf goed- kooper, óf meer met de behoeften overeenkomende ingerigt zijn daarbij iu aanmerking nemende dat vele, zoo niet de meeste ijzeren voorwerpen, hier te lande in gebruik, in den vreemde worden vervaardigd, in ieder ge val builen 's lands in den regel beter en goedkoopcr zijn te verkrijgen en het alzoo als een eerste pligt der vereeniging moet beschouwd worden het bewerken daarvan, zooveel in haar vermogen is, in ons land aan te moedigenheelt uitgeloofd een gouden inedaille ter waarde van vijftig gulden aan den vervaardiger of inzender van het best gekeurd voorwerp, hoofdzakelijk vervaardigd uit gegoten of geslagen ijzerwerk, of wel uit beide vereenigdvoldoende aan de daaromtrent gestelde bepalingen. Voorts heeft zij daarenboven nog uitgeloofd: 2 zilveren en 4 bronzen medaillesop denzelfden stempel geslagenaan de vervaardigers of inzenders het naast bij de bekroonde komende. De voorwerpen moeten vóór of op den 15,lcn Julij 1859 vrachtvrij zijn ingezonden aan het adres van den secretaris der commissie, den heer B. Reinders te Zwolle. De inzenders moeten zijn inwoners van hel koningrijk. De Staats-Cour. bevat een overzigt van de opbrengst van 's lands mid delen over de twee eerste maanden van 1859waaruit blijktdat die bedra gen heeft ƒ8,591,924.035-, zijnde ƒ332,438.315 meerder dan in genoemd tijdvak van 1858. De minister van binnen), zakendaartoe door den koning gemagligd heeft op nieuw elf premiën (een van ƒ50 en tien van ƒ20) uitgeloofd, ten behoeve der schippers van haringschependie iu 1859 de beste waarnemin gen zullen hebben geleverd aan het kon. Nederl. meteorologisch instituut te Utrecht. Van den 14dcn dezer maand af, tot nadere aankondiging, zullen door den minister van justitie wederom premiën worden toegekend voor gedoode en aan de burgemeesters vertoonde wezels. Naar wij vernemen zal door ecnige ingezetenen der gemeente Ouddorp, bij Goedereede, waarschijnlijk tegen de provincie Zuidholland een proces gevoerd worden. Bij hel opmeten van het kadaster zijn namelijk eenige percelen op naam van de provincie gesteld, hoewel zij aan particulieren toebehoorden. Deze particulieren wisten zulks niet en zijn steeds in het rustig bezit dier gronden gebleventoen zij onlangs bij toeval ontdekten ■dat deze landen op naam der provincie stonden. Men heeft zich daarop tot gedep. staten gewendmet verzoek om dezen misslag te laten herstellen gedep. stalen hebben zulks geweigerd, hoewel de genoemde personen sints meer dan 50 jaren in het rustig en ongestoord bezit zijn geweest en dus volgens de wet.eigenaars zijn, al hadden zij zelfs geen bewijs van eigendom. Uil Arnhem schrijft men dat, uithoofde van de uitgebreide werkzaam heden, die nog te verriglcn zijn aan de legerplaats te Millingen tot het kamperen van troepen, het onmogelijk is, dat gemeld kamp nog dit jaar tot troepenvereeniging gereed zij. Dientengevolge is, naar men verzekert, door Z. M. bepaald, dat er in dit jaar geene troepen in liet kamp te Mil lingen zullen gekampeerd worden. Nabij Vollenhoven is Zaturdag nacht een vaartuig, dat aan de Voorst lagdoor den hevigen storm van de ankers geslagenden volgenden morgen lag 'tschip aan 'tstrand; de vrouw en een kind waren door koude en angst omgekomen; een ander kind wordt nog vermist, de vader is in bedenkelij- ken toestand en alleen de 17-jarige zoon, die in de mast was geklommen, is behouden aan wal gebragt. Te Noordbroek (Groningen) is een boerenplaats, die in het vorige jaar was afgebrand en thans herbouwd was, bijna op nieuw een prooi der vlam men geworden. Daar men een sterke brandlucht ontdekte, deed men onder zoek en men vond dat het slroo in de stal vuur had gevat. Een 13-jarig kindermeisje heeft bekend dat zij aldaar een gloeijende houtskool had nedergelegd. Onder Weener (llanover), niet verre van onze grenzen, heefteen vrecsclijk ongeluk plaats gehad. Bij een arbeider ontstond 's avonds brand. De man en vrouw sprongen door het venster en redden zich. De man wilde zijne twee kinderen vervolgens redden, maar verbrandde met deze, terwijl de vrouw aan den schrik is bezweken. Aan de leden van de tweede kamer is het antwoord der regering medegedeeld op de in de afdeelingen gemaakte aanmerkingen omtrent de voordragten tot wijziging van het belastingstelsel, enz. Daarin geeft zij te kennendat de beantwoording van de voorloopige verslagen betreffende die ontwerpen was in gereedheid gebragt, toen er in de staalkundige gesteld heid van Europa omstandigheden voorkwamenwelke het raadzaam deden voorkomen, de geheele afschaffing der belasting op den turf en de steenko len voor het oogenblik in nadere overweging te houden. Nog cene andere beweegreden drong lot eenig uitstel. Bij de indiening van de begrooting werd door de regering te kennen gegevendat bijaldien men aan het plan lot ondersteuning van den aanleg van spoorwegen aanmerkelijke uitbreiding inogt willen gevende regering zich moest voorbehoudenop haar ontwerp betreffende de belastingen geheel of gedeeltelijk terug te komen. Zoodanige uitbreiding nu wordt in het voorloopig verslag over het wels-onlwerp be- trefïcnde den Noorderspoorweg verlangdde regering zou nu wenschen dat eerst die zaak wierd afgedaan, vóór dat er over afschaffing van belastingen wierd beslist. Een der voorstellendat op liet regt van successie en van overgang bij overlijden, heeft het vinden van eenig aequivalent geenszins uitsluitend ten doel: integendeel is de noodzakelijkheid eener herziening en verbetering van de bestaande wetgeving op dat middel algemeen erkend. De overweging van dit een en ander heeft de regering lot het besluit geleid om dit wets ontwerp van de overige voorstellen los te maken en de behandeling daarvan, als van een op zich zelf staand geheel, voort te zei ten. Maar in verband met dit denkbeeld moest noodwendig uit het voorstel datgene wor den geligt wat als cene uitbreiding van het regt van successie kan be schouwd wordennamelijk het regt op hetgeen geërfd wordt iu de regie opgaande lijn. Dit is dan ook geschied. Evenzeer zou ook het voorgestelde regt van overgang op de effecten uit het ontwerp zijn weggenomen, ware het niet dat alsdan in de eerste plaats het reglmatig verlangen, dat tegen over de lasten welke op de onroerende goederen klevenook het vermogen en portefeuille iels tot de gemeene zaak zou bijdragenonbevredigd zou gelalen worden, en, in de tweede plaats, het verlies, dat uit de afschaffing der 50 pCt. verhooging der buitcnlandsche effecten zou voortvloeijengeheel ongedekt zou blijven. De quotiteit van dit regt van overgang is echter tot 1 pCt. ternggebragt. De regering meent dat tegen zoodanige afzonderlijke behandeling van dit wcts-onlwerp te minder bezwaar bestaan zal, wanneer men overweegt, dat bijaldien gunstiger omstandigheden zullen veroorloven ook de overige voorstellen weder op te vatten, en alsdan de bovenbedoelde uitbreiding van hel regt van successie of eene verhooging van de quotiteit van het regt van overgang op de effecten nuttig wierd geacht, zulks door eene zeer eenvoudige wijziging der wet zou kunnen verkregen worden. Bij de memorie van beantwoording is dan ook gevoegd een in bovenbe doelden zin gewijzigd ontwerp op het regt van successie en overgang, 's GRAVENHAGE 17 Maart. Bij kon. besluit van 14 dezer is lot rector magnificus aan de hooge school te Utrecht voor het akademiejaar 1859—1860 benoemd de hoogleeraar B. ter IIaaren bij besluit van 15 dezer, ter vervanging van wijlen den heer mr. L. Craeyvanger, tot secretaris van hel collegie van curatoren der genoemde hoogeschool de heer mr. W. J. van Hoytema, aan wien tevens een eervol ontslag uit zijne betrekking van lid van gemeld collegie is verleend. Z. M. heeft goedgevonden te benoemen bij het 8stc reg. infanterie, tot lsten luit. kwartiermeester den 2dcn luit.-kwartiermeester J. van Dort, van het corps; en bij hel 2Je reg. infanterie lot 2iea luit.-kwartiermeester den fourier II. W. G. J. Roeby, van het 3de reg. Z. BI. heeft benoemd tot commies bij het depart, van binnenl. zaken jhr. J. 11. A. Ilöell, thans adjunct-commies bij genoemd depart., en zulks zonder bezwaar der schatkist; en lot commies bij gemeld depart. 11. J. Bool, thans stenograaph bij de kamers der stalen-ger.eraal. Ook heeft Z. M. den adjunct-commies bij hel dep. van binnenl. zaken, J. F. Schlosscr, benoemd tot broeder der orde van den Nederl. Leeuw. II. 31. de koningin en Z. K. II. de prins van Oranje hebben gistercu

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1859 | | pagina 1