verzekeren, waaronder zij tot dusverre te Batavia, Samarang, Soerabaya en Padang kunnen worden ingevoerd. 3°. Omin liet algemeende vereischle maatregelen te doen nemendat overal waar vreemde fabriekanten in Ned. Indië mogen worden ingevoerd, de Nederlandschemet certificaten van oorsprong voorzienzullen worden toegelaten lot de lagere inkomende regten, overeenkomstig de thans wer kende koloniale tarieven. De regering heeft de aanmerkingen van de kamer omtrent de herzie ning van liet tarief van regten op den in-, uit- en doorvoer beantwoord. Het heeft haar verrast, dat tegen deze tariefsherziening eene dilaloire excep tie werd opgeworpen. Zij acht die herziening noodzakelijk, wenschelijk en billijk; zij kan de wateraftappingen in België niet met de tariefsherziening in verband brengen; zij verdedigt hare zorg voor de nijverheid en meent dat men zich in deze niet op het voorbeeld van andere staten in vele opzigten kan beroepen; de Nederlandsche wetgever heeft slechts te vragen wat het Nederlandsch belang vordert. D# regering houdt vol, dat de heffing naar de waarde boven die naar liet gewigt te verkiezen is. Zij heeft met ge noegen geziendat de voorgedragen uitbreiding van den vorigen uitvoer over het algemeen bijval heeft gevonden. Zij heeft eenige punten in nadere over weging genomenen draagt op sommige artikelen wijzigingen op haar oorspronkelijk voorstel voor. Zoo zullen bedragen de lompen ƒ10 bij den uitvoer; de regten op aardewerk zullen trapswijze verminderen, totdat zij in 1864 hel normale cijfer zullen hebben bereikt; hoepen en hoephout zijn vrijgesteld; lood, bij invoer 1.50 de 100 kilo's, bij uitvoer vrij; olie 2 bij invoer. Het registratie-regt voor buiten 's lands gebouwde schepen is van 1 pCt. weder op 2 pCt. gebragt, uit aanmerking der buitengewone om standigheden waarin zich de scheepsbouw thans bevindt. Uit liet antwoord der regering op het verslag der tweede kamer, no pens het ontwerp tot wijziging der bepalingen omtrent de heffing van den accijns op het gcslagt van de runderen cu de kalveren, blijkt, dat de rege ring niet kan instemmen dat, wanneer tot afschaffing van belasting kan worden overgegaan, de hooge noodzakelijkheid der afschaffing van die op het geslagt zoo sterk zou sprekendat daaraan boven elke andere de voor keur zou moeten worden gegeven. Zij blijft bij haar gevoelen dat de af schaffing der belasting op de brandstoffen de priorileit verdient. Het was haar aangenaam te vernemen, dat de door haar voorgestelde algemcene in voering van het stelsel van eigen aangifte bij de heffing van den accijns op het geslagt bij de meerderheid der leden bijval heeft gevonden. 'sGRAVENIIAGE, 22 Februarij. Bij onderscheidene kon. besluiten, van den 19dcn dezer, zijn in de orde van den Nederl. Leeuw benoemd: tot kommandeur, mp. F. de Greve, pre sident van den hoogen raad, en tot kommandeur, jhr. J. C. R. van Hoorn van Burgh, lid van den raad van state; lot ridder: mr. F. F. Karseboom, advocaat-generaal bij den hoogen raad; mr. G. M. baron du Tour van Bcl- linchave, raadsheer in het prov. geregtshof van Friesland; mr. J. J. Lolce, president van de arr.-reglbank te Breda; mr. H. A. Hartogh, officier van justitie bij de arr.-reglbank te Amsterdam; mr. J. N. J. Heerkens, kanton- regter te Zwolle; P. H. Brocx, referendaris bij het dep. van justitie; dr. II. van Beeek Vollenhoven, voorzitter van het collegie voor de zeevisscherijen jhr. G. F. van Tets, lid van gedep. stalen in Noordholland; mr. H. van der Kooi, lid van gedep. staten in Friesland; N. IJzendoorn, burgemeester van Gouda; mr. J. Mastboom, burgemeester van Breda; W. Moll, hoogleeraar in de godgeleerdheid aan het Athenaeum Illuslre te Amsterdam; C. Broere, hoogleeraar bij het r. k. seminarie te Warmond; A. J. de Smit van den Broccke, schout-bij-nacht; J. F. E. von Romer, kapitein ter zee; J. J. van der Moore en J. van Mourik, beiden kapitein-luit. ter zee; 0. W. Hora Sic- caina, lid van de algemcene rekenkamer; de majoor J. F. Vleugels, van het lslc rcg. infanterie; de majoor II. Sodenkamp, van het 3de reg. dragonders, de kapiteins J. C. Verheyc van Sonsbecck en II. J. 11. Beyenbeiden van den staf der artillerie; de kapitein S. II. Mossel, van het corps ingenieurs, mineurs en sapeurs; de officier van gezondheid lste kl. A. M. W. van Has selt; mr. J. Heemskerk Bzn., gewezen lid der staatscommissie, ingesteld bij kon. besluit van 29 Nov. 1853; jhr. mr. II. G. C. L. Janssens, gewezen secretaris der voormelde staatscommissie; mr. A. Loudon, algemeen secre taris van het gouvernement in Ncd. Indië; Zr. Ms. adjudant in buitengewone dienst, de generaal-majoor C. A. de Branw, van het wapen der infanterie bij het leger in Ned. Indië, met verlof hier te lande, en de kolonel A. J. Andresen, van hetzelfde wapen, en de luit.-kolonel P. II. Koster, chef van den generalen staf van het leger in Ned. Indië. Voorts heeft het Z. M. nog behaagd de volgende benoemingen te doen 1". Van den kamerjonker jhr. mp. W. baron van Gollslein, van jlir. A. graaf van Rechtcrcn van Almelo, van jhr. E. W. van Wcede, lot kamer- lieeren in buitengewone dienst. 2°. In de grool-herlogclijke orde van de Eikenkroon, tot grootkruis: jlir. mr. J. K. baron van Goltstein, minister van builetil. zaken, jhp. L. G. A. graaf van Limburg StirumZp. Ms. opperschenker, en jhr. II. Steengracht van Ooslerland, Zp. M». grcol-meester; lot groot officier: jhp. J. M. graaf van Lynden, kolonel, dienstdoende als chef van het militair huis van Z. K. II. den prins van Oranje, jhp. mp. II. M. C. Clifford, Zp. Ms. hofmaarschalk; lot officier: jhp. F. W. J. baron van Aylva van Pallandt van Neerynen, kamerheer-ceremoniemeester; en lot ridder: de heer J. W. Weidner, kapel meester bij de dienstdoende schutterij te Haarlem. 3". Van jhp. W. A. baron Sehimmelpemiinck van der Oyeminister van staat en opper-hofmaarschalk, tot ridder der orde van den Gouden Leeuw va» het huis van Nassau. Op den 20slc" dezer is door Z. M. in een bijzonder gehoor ontvangen de heer baron de Senarclens de Graney, gevolmagtigd minister van Z. K. II. den groot-hertog van Hessen, ter aanbieding aan Z. 1. der versierselen van grootkruis der orde van Lodewijk. I Z. M. heeft aan den generaal majoor van Meurs, minister van oorlog, vergunning verleend tot het dragen der versierselen van ridder-grootkruis der SC Anna-orde, hem door den keizer van Rusland geschonken. Omtrent de feestelijke viering van 's konings verjaardag kan nog het volgende medegedeeld worden: Gedurende het dessert van het diner, dat ten hove plaats hadwerd den koning eene serenade gebragt door de leden der nationale en typografische zangscholen, onder directie van den heer Lefebvre. Zij werd door het schoonste weder begunstigd en is in de beste orde afge- loopen. Bij de uitvoering van het slotlied der serenade (het volkslied) werd door de commissarissen van genoemde scholen een Chineesch en Bengaalsch vuur ontstoken, tegenover het paleis en het ruiterstandbeeld, hetgeen een schoon effect opleverde. Na afloop werd, namens Z. M.de directeur met eene deputatie in het paleis ontboden, alwaar hen door den hofmaarschalk, namens Z. M.de eerewijn werd aangeboden en op den bloei der zang scholen voor handwerkslieden werd gedronkenterwijl levens dank gezegd werd voor het beloonde huldebewijsjuist op dezen dag. Wat betreft de illuminatie, het Voorhout en de Vijverberg waren fraai verlicht. Op twee plaatsen waren muziektempels opgerigt, waar zich mu ziekcorpsen gedurende den geheelen avond bij afwisseling deden hooren. De muziek der schutterij in het Voorhout was voor de eerste maal onder di rectie van den heer D. Bolten en heeft ten volle aan de verwachting vol daan. De gebouwen van de departementen van algemeen bestuur waren I smaakvol met gaz verlicht. Ook het gebouw der Witte Sociëteit en eenige I woningen in het midden der stad waren geïllumineerd. Eene talrijke me- I nigte was op de been. In vele vereenigingen bleef men lang te zamen j overal heerschte gepaste vrolijkheid. I Zondag en Maandag hebben er bij Z. K. II. den prins van Oranje groole diners plaats gehadwaaraan ook o. a. deel nam de kolonel jhp. de Casembroot, oud-gouverneur van Z. K. II. E5 §5 2. i~j. BRUSSEL, 21 Februarij. Iu de kamer van afgevaardigden werd dezer dagen uitvoerig beraadslaagd over eenige artikelen van het strafwetboek, vooral over art. 295, waarbij bepaald wordt, dat de geestelijken, die van den kansel leerredenen houden, waarin de regering wordt aangevallengestraft zullen worden met eene gevangenisstraf van 8 dagen tot 3 maanden en eene boete van 26 a 500 fr. Daaromtrent liepen de gevoelens zeer uiteen en kwamen ook velerlei hartstogten in het spel. Hel artikel is echter met 59 tegen 38 stemmen aangenomen. E WOB A WD. LONDEN, 20 Februarij. Onze gezant te Parijs, lord Cowley, is alhier aangekomen, naar men hier meent om inslructiën van de regering te ontvangen voor de aanstaande conferentiën. De beriglen hier van het vasteland aaugebragt zijn, volgens den Times, wat het behoud van den vrede betreft, niet geruststellend. Blijkens offieieële opgaven bedroeg de bevolking van Londen op 31 December 1858 2,800,000 zielen. In 1858 bedroegen de sterfgevallen 63,882 en de geboorten 88,620. Een wijnkooper uit Liverpool heeft zich op de vlugt begeveneene schuld van 30,000 achterlatende. Het comité' van defensie zal morgen zijne zittingen hervatten. De minister van koloniën zal morgen geen gehoor verleenen. Van hier wordt aan de U. C. geschreven: Naar men verneemt, is de Engelsche regering te rade geworden, om de door haar, ten gevolge dei- onlangs met den keizer van Japan gesloten tractaten, aan te stellen Brilsche consuls in de hoofdsteden Nagasacki en Jedo te doen assisteren door secre tarissen die zoowel de Engelsche als de Ilollandsche taal volkomen magtig zijn. Dien ten gevolge is door die regering onlangs tot secretaris van den Engelschen consul te Jedo benoemd onze stadgenoot de heer Eusden, op een tractement van 500 'sjaars. De heer Eusden moet reeds den 3den Maart naar Japan vertrekken. Eerlang zien wij de aanbesteding te gemoet van een nieuw gebouw, ter vestiging van het dep. van koloniën. Dit gebouwhetwelk aan de noordwestzijde van het Plein zal worden opgetrokken, in den tuin, be- hoorende aan het gebouwwaarin thans het dep. van koloniën gevestigd is zal bij eene lengte van 40 ellen en eene breedte van 27,50 elleneene op pervlakte beslaan van ongeveer 800 vierk. ellen en 76 localen bevatten. Ttveede Kamer der Staten-Generaal. Zitting van Dingsdag 22 Februarij. De heer Kingma is in de vergadering tegenwoordig en neemt, na het afleggen der gevorderde eeden zitting. De voorzitter deelt mede dat door de afdeelingen benoemd zijn tol leden der commissie tot herziening van het reglement van orde, de hh. Dirks, van Ascli van Wyck, DullertGodefroi en Thorbeeke. Aan de orde zijn de beraadslagingen over het voorstel van den heer van Hoëvell, om de regering te verzoeken de stukken over te leggen, die op het openstellen der havens in O. 1. betrekking hebben. De minister van koloniën zegt dat hij omtrent deze zaak volkomen in lichtingen wil geven, omdat hij liet onbevangen oordeel der kamer niet schroomt, maar dat de gelegenheid zich daartoe zal opdoen bij de behan deling van het ontwerp nopens het koloniaal batig slot van 1856. Vervolgens worden over het voorstel uitvoerige beraadslagingen gehouden die het gevolg hebben dat de heer van Hoëvell zijn voorstel wijzigt, door er bij te voegenvoor zoover daartegen bij de regering geen bezwaar be staat." Dit gewijzigde voorstel wordt met 39 legen 24 stemmen aangenomen. Daarna is in beraadslaging gebragt het ontwerp van wet lot het toe kennen van tiendvrijdom ter bevordering van landverbelering, dat met 57 tegen 4 stemmen wordt aangenomen. I Voorts werden nog de algemcene beraadslagingen gehouden over het wets ontwerp lot afschaffing der slavernij in O. 1. Morgen behandeling dei- artikelen. BUITENLANDSCIÏE BER1GTEN.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1859 | | pagina 2