wijl als lid, in plaats van laatstgenoemden heer, zal optreden de heer
P. Beets, agent van genoemde factorij te Sourabaija.
Op den 5den kwam alhier ter reede het Ned. schip Cornelia Mathilda,
van Djambi, met een gedeelte der lot de expeditie naar dat rijk bestemd
geweest zijnde troepen. Naar wij vernemen, zegt de Java-Bode, zullen
250 man te Djambi in bezetting blijven, onder bevel van den kapitein der
infanterie Backerusdie tevens met het civiel gezag aldaar belast is.
Uit Palembang wordt van 24 Oct. aan den Java-Bode het volgende
geschrevenIn de bovenlanden is het zeer onrustig. Onze troepen hebben
een doesson, die met oproerlingen bezet was, aangevallen, maar zijn tot
driemalen teruggeslagenna plus minus 30 dooden en gekwetsten te hebben
bekomen. Onder de eersten is de kapitein der artillerie Coostermans.
Eenige dagen later heeft men op nieuw getracht die plaats in te nemen,
na nog eene versterking van 50 man benevens twee stukken geschut beko
men te hebben, doch ook deze aanval is niet alleen mislukt, maar onze
dapperen zijn lot Lahat teruggeslagen. Onder meer andere gekwetsten
behoort ook de lste luit. Tomey. liet is te hopen dat er spoedig verster
king kome opdagenwant anders kan men met geene mogelijkheid de ge
volgen berekenen.
Curatoren van het Slolpiaansch Legaat aan de lloogeschool te Leyden
hebben in hunne vergadering van den 11<|C" November jl. besloten, de prijs
vraag, eerst uitgeschreven den 17dcn Februarij 1857 tegen den lsten Novem
ber jl. en waarop geen antwoord was ingekomenop nieuw uit te schrijven
om beantwoord te worden vóór of op den lsten Mei 1860.
Dezelve luidt aldus
Welken invloed behoort de Christelijke zedeleer te hebben op de beginse
len die moeten aangenomen en gevolgd worden door de Staten van de be
schaafde wereld, in hun verkeer met en handelingen tegenover elkander en
andere volken en hoe kan die invloed bewaard worden bij het waken van
iederen Staat voor zelfbehoud, en bij het streven naar magt en invloed,
ook ter bevordering en voortplanting van eigen opvatting omtrent den grond
slag, waarop het heil der volken behoort gevestigd te zijn? dal is:
Quam vim concedi oportct doctrinae morali Christianae in ea prineipia,
quae civitatibus eruditis probanda et sequenda sunt in commcrcio agendique
rationc. turn inter ipsasturn adversus alios populos? ct quomodo eadem vis
retineri potest a civitatibus in cura sui conservandiet in studio potenliae et
auctoritatisejus quoque qua singulae uterenlur ad cxcolendam et propagan-
dam suam sententiam de fundamento cui populorum salus cssetsuperstruenda?
Ter beantwoording vóór of den l5ten Mei 1860.
De prijs voor een goedgekeurd antwoord is de gouden medaille ter inner
lijke waarde van ƒ250, en ƒ100 in geld; of wel naar verkiezing de geheele
som in geld.
De antwoorden moetenin het Latijn of Nederduilsch geschrevenmet
eene spreuk geteekend en met bijvoeging van een gesloten biljet, dat de
zelfde spreuk lot opschrift heeft en waarin des schrijvers naam en adres is
opgegevenvrachtvrij gezonden worden aan den hoogleeraar G. C. B. Surin-
gar., voorzittend Curator van het Legaat.
STADS- ISKÏ&ÏÖSTESI.
JV'mZiaxalIe JfSiiiSie,
Ligting van het jaar 1859. Oproeping tot de Inschrijving.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN, gezien hebbende artt. 51,
52, 53, 56, 57, 60 tot 68, en 166 der wet van den 8sl™ Januarij 1817 (Staats
blad n°. 1), alsmede art. 5 der wet van den 27sl®n April 1820 (Staatsblad n°. 11.);
Doen te veten, dat de inschrijving voor de ligting der Nationale Militie van dit
jaar, geschieden moet voor hen, die geboren zijn in het jaar B S145©.
Dat alle Ingezetenen, zonder onderscheid, welke reden tot vrijstelling van de
dienst zij ook zouden mogen hebhen en of zij tegenwoordig of afwezend, of al dan
niet in militaire dienst zijn, verpligt zijn zich te doen inschrijven; dat Ouders,
Voogden of Bloedverwanten, in deze, voor hunne naastbeslaanden of pupillen, mits
gaders Regenten van openbare Gestichten,' voor de onder hun beheer staanden, de
belangen moeten behartigen, door de bij de wet gevorderde opgave te doen, en
daarvoor verantwoordelijk zijn.
Dat onder de Ingezetenen ten deze ook worden gerekend de vreemdelingendie den
zetel van hun vermogen of hun verblijf in het Koningrijk zijn komen vestigen; alzoo
zij, even als de Inboorlingen, verpligt zijn mede te werken tot de gemeenschappe
lijke verdediging van den Staat, welke hun veiligheid en bescherming verleent.
En roepen dien ten gevolge opalle de in de termen vallende Ingezetenenom
te verschijnen in een der vertrekken van het Raadhuis:
Op Maandag den 10 Januarij 1859,
Des voormiddags van 10 tot 3 ure, de bewoners van Wijk 1, 2 en 3,
en die van het buiten-territoir der Gemeente.
Op Dingsdag den 11 Januarij 1859,
Des voormiddags van 10 tot 3 ure, de bewoners van Wijk 4 en 5.
Op Woensdag den 12 Januarij 1859,
Des voormiddags van 10 tot 3 ure, de bewoners van Wijk 6.
Op Donderdag den 13 Januarij 1859,
Des voormiddags van 10 tot 3 ure, de bewoners van Wijk 7 en 8.
Vermanende Burgemeester en Wethouders voornoemd wel uitdrukkelijk de belang
hebbenden zichdoor getrouwelijk op te komenvrij te waren tegen de nadeelige
gevolgen, welke uit nalatigheid in deze onvermijdelijk zouden voorlvloeijende bo
ven opgegeven tijdsbepaling in het oog te houdenen bij de inschrijving zich te
voorzien van hunne geboorte-aktenalsmede schriftelijk op te geven hunne woon
plaatsen en hef wijk en nommer hunner huizen, ten einde hierdoor voor te komen
de onaangenaamheden, welke voor dc ingeschrevenen volgen moeten uit eene verkeerde
spelling van den naam of een abuis in de opgave der woonplaatsen, waardoor dik
wijls de ingeschrevenen te vergeefs worden gezocht bij oproepingen, welke voor hnn
wezenlijk belang gedaan worden; zullende er, van lieden af, ter Secretarie geva
ceerd worden van des morgens 10 tot 's namiddags 3 ure, ter afgifte der geboorte
akten, voor diegenen, welke binnen deze Gemeente zijn geboren.
En zal deze door aanplakking en door plaatsing in de Leydsche Courant worden
afgekondigd.
Burgemeester en AVethouders voornoemd
Leyden, 28 December 1858. D. TIEBOEL SIEGENBEEKBurgemeester.
y. PUTTKAMMER, Secretaris.
VERGADERING van den Gemeenteraad van Leyden, Donderdag den 30st«»
December 1858, 's namiddags ten li ure.
Onderwerpen:
1°. Voorstel omtrent de opheffing van het gymnasium en verdere stukken
betreffende de bestaande vacature.
2®. Voorstel omtrent het verlecnen van crediet aan de handelaren in gedistilleerd.
3°. Adres van inwoners onder Oegstgeest aan den Morschweg of Hoogc
Morschtot het voortdurend erlangen van toegang door de Morschpoort
naar deze stad.
4». Adres van R. van Baak om vrijstelling van de betaling van huur van
bon- en brandzeilen.
5°. Rekening van de armbakkerij 1857.
AffiVEKFESTSEN,
Heden overleed te Vlissingentot onze groote droefenis, onze dierbare
Vader de Wei-Edel Gestr. Heer M. A. van SASSENBERG, Kapitein bij
het 5dc Reg. Inf., Ridder der Orde van de Eikenkroon.
J. 11. van SASSENBERG,
Leyden 21 December 1858. Mede namens mijne Broeders en Zuster.
Heden overleed onze geliefde Zuster SUSANNA JOHANNA ANTONIA
PRINS, in den ouderdom van 71 jaren.
Is. PRINS.
Leiden, 25 December 1858. J. B. PRINS.
Voor de blijken van belangstelling, bij de bevalling mijner Echtgenoote
ondervonden, betuig ik, ook namens haar, mijnen dank.
28 December 1858. W. F. STEYGERWALT.
Voor de vele blijken van deelneming mij mijne Kinderen en Behuwd-
Kindercn beloondbij het overlijden van mijnen dierbaren Echtgenoot
ROELOF JESSE, betuig ik langs dezen weg mijnen opregtcn dank.
Leiden, 28 December 1858. C. van GEER, Wed. R. Jesse.
Daar de gewone Wintcrdeeling van warme spijs aan de Armen der Ned.
Herv. Gemeente zal aanvangen op Woensdag 5 Januarij e. k., berigten
Diakenen dat bij den Binnenvader van het Huiszittenhuis verkrijgbaar zijn
doorloopendc Aandeden van 26 Ned. Kannen (2 portiën in de
week) a ƒ1.50 en Maandaandeeïen voor 9 portiën a ƒ0,50, lerwjjl
er geene Dagkaartjes meer zullen worden afgegeven.
Namens Diakenen,
G. J. ROLLANDET, Praeses.
H. ZAALBERG, Scriba.
Bij Acte op den 228l®° December 1858, voor den Notaris JAN ANTUONY
PRYN, residerende te Leyden, in presentie van Getuigen gepasseerd,
zijnde behoorlijk geregistreerd is tussehen de Heeren AUGUST LEONARD
REIMERINGER, Commissionnair in Effecten, en GEORGE ANTHONY
REIMER1NGER, zonder beroep, beide wonende te Leyden, aangegaan
eene VENia^OOTSClIA5,bestaande in het uitoefenen van den Com
missiehandel in Effecten en Fondsen, het beleggen of bezorgen van gel
den op beleening, prolongatie of hypotheek, onder de Firma van »A. L.
REIMERINGER ZONEN." Dezelve zal gevestigd zijn te Leyden, aan
vang nemen op den Ist®" Januarij 1859, en eindigen op den laalsten De
cember 1863, doch zonder wederkeerig opzeggen, vóór de expiratie, ook
na dien tijd blijven doorloopen. Ieder der Vennooten zal het regt hebben
de firma te leekenen voor zaken lot dezelve betrekkelijk. Geene gelden of
geldswaarden zullen ten behoeve der firma kunnen worden opgenomen,
noch schuldbekentenissen of acceptaliën geldig zijn, zonder de bijzondere
handteekening der beide Vennooten.
De Vennootschap zal nimmer aansprakelijk zijn voor eenige handelingen
of speculatiënwaarvan de uitkomst met betrekking tot winst of verlies van
eenige kans of toeval zoude afhangen, evenmin als voor verdichte in- of
verkoopen van fondsen als anderzinls, hetzij direct of indirect en onder
welken vorm zulks ook zoude mogen zijn.
Geschiedende deze tegenwoordige aankondiging in voldoening aan Art. 28
van het Wetboek van Koophandel.
Heden was het voor deze gemeente eene bijna algcmcenc treurige dag,
daar het stoffelijk overschot van haren veel en hooggeachten Burgemeester,
den Edel Achtb. Heer G. SPOORS ELAND, naar de plaats der laatste
ruste werd heen geleid, en nog treuriger werd dit voor haar, daar zij zich
in het bewijzen harer ongeveinsde achting en liefde, den overledenen zoo
ten volle waardigmoest belemmerd zien.
Dank daarvoor! ojteictlijk dank! van zijn Ed. Achtb. hem zoo
geliefde Burgerij die hem in zijn dierbaar leven niet alleen als haar ach
tingswaardig hoofdmaar tevens als hun vriend opentlijk erkenden en
waardeerden.
Het bleek dan ook aan den rand zijner groeve, dat het toch een onweer
staanbare behoefte voor haar was, eere, reglmatige eere te brengen aan
de nagedachtenis van den door zoo vele burgers betreurden Ontslapenen en
dat de naam van vriend juist niet behoeft om een onvergetelijk vriend naar
waarde te erkennen en hoog te schatten.
Koodekerk, 22 December 1858.
Wij Ondergeleekendengezien de schriftelijke getuigenis van den deskun
digen VOGELENZANG te Leydschendamen onderzocht hebbende het huis
op de Breedestraat over de Walsche kerk alhier, Wijk IV. N°. 325, laatst
bewoond door de familie BIEGMAN, verklaren ter liefde voor de waarheid,
overeenkomstig gemelde getuigenis, dat hetzelve huis gansch zuiver is en
zonder eenig te vreezen bezwaar kan worden bewoond; zijnde alzoo de
verspreide blaam omtrent dal pand als kwaad gerucht aan te merken.
J. HOLTZ, 1 T-
I van 1 1TH Ir J linimerlteden.
Leyden, 20 December 1858. J. van den BERG, Kamerbehanger.
L. van LEEUWEN, Mr. Loodgieter.