zij nieL le beluigen, dat de daarmede verbonden bezwaren veel minder zijn dan men zich in den aanvang had voorgesteld, terwijl het eene onweder- legbare daadzaak is, dat bij de steeds voortgaande vermeerdering van het werk, vooral voor de mindere ambtenaren en bedienden bij het postwezen, bel verstrekken van eenige gelegenheid tot verpoozing van tijd lot tijd aan die ambtenaren eene volstrekte noodzakelijkheid is geworden, al ware bet alleen lot behoud hunner gezondheid er. ligchaamskrachlenwaarvan het groot aantal voorkomende ziektegevallen het bewijs oplevert. Het antwoord van den minister van oorlog op de bedenkingen tegen hoofdstuk X is zeer uitvoerig en zal in het volgend nommer worden mede gedeeld. Wij bepalen ons hier bij de vermelding dat de minister heeft verklaard van hoogerhand gemagtigd te zijn aan de stalen-generaa!onder geheimhoudingmededeeling te doen aangaande het verdedigingsslelseldoor hel comité van defensie opgemaakt, en de daarmede in verband slaande leger-organisatie, ten einde de gedurige debatten over het cijfer der be- grooling, wat de hoofdzaak betreft, te doen ophouden. 's GRAVENHAGE 16 November. Z. M. heeft den sergeant-titulair bij het corps mariniers, P. Dibbitz, benoemd tot 2llc" luitenant bij gemeld corps. Door Z. M. is aan eene commissie uit de staten van Zuidholland, be last met het onderzoek der door ged. staten van Zuidholland en Utrecht ontworpen reglementen voor de polders van Nieuwkoop en Noorden, en Nieuwkoop en Zevenhoven, magliging verleend om na de sluiting van de najaarsvergadering der staten hare werkzaamheden voort te zetten. Z. 31. heeft benoemd tot burgemeester der gemeente Oldekerk den heer C. Romelingh; tot arrondissements ijkers der malen en gewigten de hh. D. P. Broekman, oud kweekeling der kon. akademie te Delft, en J. II. A. Kuyper, kweekeling van gemelde akademie; en tot ontvanger der directe be lastingen te Zwijndrecht den heer G. Sterk jr.thans in die betrekking te Oss. H. BI. de koningin en Z. K. H. de jeugdige prins Alexander zullen eerst Zaiurdag of Zondag aanst. in deze residentie terugkeeren. II. K. 11. prinses Marianne der Nederlanden wordt binnen kort le Voorburg verwacht. Op verzoek van den minister van koloniën heeft de minister van oorlog eene circulaire aan bel leger gerigl, waarbij mededeeling wordt gedaan van het voorschrift nopens de Indische examens, vastgesteld bij het Indisch be sluit van 5 Junij 1855 n°. 1. Tevens is bepaald dat geene onder-officieren tot dit examen zullen worden toegelaten, welke bij hun engagement of reëngagement handgeld of premie genoten hebben. Gisteren heeft de tweede kamer eene zitting gehouden waarin de heer van Heiden Reinestein, na de vereischle eeden te hebben afgelegd, zitting heeft genomen. De commissie van rapporteurs voor het wets ontwerp tot vaststelling der begrooting voor den arbeid der gevange nen heeft haar eindverslag nitgebragt, en de kamer heeft beslist, dat de beraadslaging over dat ontwerp zal gevoerd worden na afloop van die over het voorstel van den heer Sloet tot Oldhuis betrekkelijk de tienden. De afdeclingen hebben zich bezig gehouden met het onderzoek over het ontwerp van wet, houdende bepalingen omtrent het gebruik van spoorwe gen. Zoowel van den raad van administratie van de Holl. spoorwegmaat schappij als van het bestuur van den Rijnspoorweg zijn tegen dit ontwerp bedenkingen ingeleverd. Bij dit onderzoek is ook ter sprake gebragt een adres van den majoor J. Revius, aan de kamer gerigt, houdende zijne be schouwingen over den aanleg van spoorwegen in Nederland. Door dien heer wordt de berekening geleverd, dat het voorschot van 13 millioen gulden en de rentewaarborg van pCt. aan de onderneming toegezegd; voldoende is ter verkrijging van een volledig spoorwegnet, dat in 1857 door de regering op eene lengte van 1352 Nederl. mijlen werd geschat. Ten opzigte van den aanleg van spoorwegen moet de meerderheid in de afdeelingen zich niet alleen verklaard hebben tegen de overeenkomst met de hh. Sloet c. s.maar was die ook gestemd legen den aanleg van spoorwegen voor rekening van den staat. Van onderscheidene zijden is aangedrongen op het stellen van regels bij de wet tot het verleenen van vergunningen. AMSTERDAM, 15 November. De wel-eerw. heer ds. .1. Prins, pred. bij de Ned. herv. gemeente alhier, heeft op Zondag den 7dcn dezer eene zeldzame gedachtenis mogen vieren namelijk de vervulling van zijne 56-jarige dienst, waarvan 33 jaren bij de genoemde gemeente. Eergisteren is in het kerkgebouw der remonstrantsch-geref. gemeente het 50-jarig bestaan van het instituut tot onderwijs van blinden op eene plcgtige wijze gevierd. De heer van Beeck Vollenhoven, voorzitter des be- sluurs, hield eene feestrede, die door de uitvoering eener cantate, door den leerling J. G. Bahlman gecomponeerd, werd afgewisseld. BUiTENLANDSCHE BKIüGTËX. BELeie, BRUSSEL, 15 November. Het antwoord van den senaat op de troonrede is niets meer dan de weer klank van 's konings woorden. Dat van de kamer van afgevaardigden is zeer uitvoerig en onderscheidt zich in vele opziglen gunstig van hel eerst genoemde. De baron J. van Brienen onlangs in 27-jarigcn ouderdom overleden had een jaarlijksch inkomen van omstreeks 700,000 frs. Bij zijn testament heeft hij, met voorbijgang van zijnen broeder en zijne zusters, tot erfge namen benoemd den baron van Brienen den eerstgeborene uit het huwe lijk van zijnen broeder D. van Brienen met wijlen jonlcvr. Selby, en den prins d'Alsaee, een kind van drie jaren, oudsten zoon van zijne zuster en van den prins Henin-Lietard d'Alsaee. De baron J. van Brienen was op het punt een huwelijk aan te gaan met jonkvr. Spoelberg van Londerzeel I "zijne nichttoen de dood een einde aan zijn leven maakte. Hij heeft aan deze nichtwelke den ouderdom van 17 jaren heeft bereikteene lijfrente gemaakt van 100,000 fr. De andere kinderen van den baron D. van Brienen, die van zijne zuster, de gravin de Mercy d'Argenleau, de andere kinderen van de prinses d'Alsaee en van wijlen zijnen broeder, die met jonkvr. L. d'Hoogvorst was gehuwdzullen ieder ontvangenvóór eens, eene som van 200,000 frs. De burggraaf van Spoelberghdie zijn schoonbroeder zou geworden zijnontvangt 150,000 frs. De heer van Brienen heeft ook aan zienlijke legaten gemaakt voor godsdienstige doeleinden, en zijne bedienden a rijkelijk bedacht. Door den correspondent van de A. C. wordt het volgende geschreven Ik heb het regiment grenadiers, het schoonste onzer infanteriën, zoo even ontmoet van het exercitie-veld terugkomende, in geede orde marcherende i en met luide stem een melodisch en gemakkelijk lied zingende, geaccom pagneerd door de muziek van het regiment, terwijl de onderofficieren de maat sloegen. Ik herhaal het, deze nieuwigheid heeft mij getroffen, en het was een genot die soldaten te hoorenwelke met onze best zamenge- stelde liedertafels zouden kunnen wedijveren. De manschappen waren blijk- baar zeer verheugd dat zij zich op deze wijze hunnen marsch konden ver- j aangenamen. Een officier, wien ik om inlichting vroeg, zeide mij dat dit de eerste proef was met een stelsel dat, als het goed werkt, bij al onze regimenten in praktijk zal worden gebragt. ENCtEIiAK». LONDEN, 14 November. Aan den prins van Wallis is, zonder in achtneming van de gewone plegligheden, de orde van den Kouseband verleend. Volgens de beriglen uil lndie zou de veldtogt in het laatst van Octo ber een aanvang nemen. Sir Campbell, thans lord Clyde, zou alsdan de afgezondene versterkingen ontvangen en 25,000 man Europesche troepen onder zijn bevel hebben. Tantia-Topee, een hoofd der opstandelingenheeft eenig voordeel behaald op den rajah van Gwalior, maar is op zijne beurt door de onzen, onder majoor Michel, geheel verslagen. Men had echter ge brek aan cavalerie om de vlugtenden na te zetten. In Oude hebben er op 4 October, nabij Lucknow, eenige ontmoetingen plaats gehad, die gunstig voor onze troepen zijn afgeloopen. Door brieven uit Hong-Kong ontvangt men de bevestiging dat de Chine zen de Peiho versterken, ten einde de schepen te beletten die rivier op te varen. Blen verneemt dat de cholera in Japan is uitgebroken en er vele slagt- offers maakt. Deze ziekte is het eerst le Nagasaki verschenenkort na de aankomst van een Amerikaanseh schip, welk vaartuig, hoewel er een cho- lera-lijder aan boord was, de voorgeschreven quarantaine-maatregelen niet in acht had genomen. Het is le bejammeren dat dit thans aldaar voorvalt, want de vooroordeelen der Japannezen tegen de vreemdelingen worden daardoor gevoed: zij zeggen nu reeds dat de waterpullen zijn vergiftigd geworden. Er is dezer dagen bij de behandeling der zaak van Mortara ook veel gesproken over een voorval dat in Brilsch-Indië zou hebben plaats gehad namelijk de gewelddadige ontvoering van een kind door zendelingen, ten einde het in de Christelijke godsdienst op te voeden. Thans worden door de dagbladen daaromtrent uitvoerige bijzonderheden medegedeeld, waaruit blijkt dat men vroeger omtrent het gebeurde geheel verkeerd was ingelicht. In het presidentschap Madras leefde een Hindo, wiens zoon ter opleiding ge zonden was naar eene inlandsche kostschool in die omstreek. Op korten afstand van die school is een Christelijk zendeling-gesticht, en op eene of andere wijze kwam de knaap met dit gesticht in aanraking, en hij gaf er den wensch le kennen om in de Christelijke godsdienstleer onderwezen te worden. Aan dit verzoek werd voldaanen toen de vader later van huis ging, maakte de knaap van deze gelegenheid gebruik om de ouderlijke j woning le verlaten en zich naar het zendelingsgeslicht te begevenalwaar hij opgenomen en in zijn onderhoud voorzien werd. Toen de vader dit vernamging hij naar hel gesticht en verlangde dat de jongen hem terug gegeven zou worden. Op dit aanzoek antwoordden de zendelingen, dat de knaap in het volle genot van de persoonlijke vrijheid was en vertrekken kon zoodra hij verkoos. De knaap echter verklaarde ondubbelzinnig dat hij wilde blijven waar hij was. Toen is door den vader eene regtsvordering om teruggave van zijnen zoon ingesteld, en de zaak voor hel opperste hof van Madras behandeld. Door de zendelingen en door den knaap werd be weerd dat deze laatste reeds 16 jaren oud was en dus volgens de Hindosche wet tot jaren van onderscheid was gekomen. Daarentegen beweerde de vader dat de knaap eerst 13 jaren telde en dus nog onder zijne magt stond. Zijne verklaring werd door drie leden der familie bevestigd. Dientengevolge j heeft hel hof, hoewel de knaap verklaarde dat hij uit eigen beweging naar j het gesticht was gegaan en aldaar wenschte te blijvenaan den vader zij nen eiseh toegewezen. De inlandsche bevolking kan dus overtuigd zijn dat hare godsdienst van den kant der Brilsche overheden niets heeft te vreezen. Te Birmingham is besloten tot de oprigling eener Vereeniging ter be vordering van de hervorming van het kiesstelsel. Al wat met dit vraagstuk in verband staat zal door die vereeniging onderzocht worden. Onlangs overleed de heer Ridsdale, die bij zijnen dood een sprekend bewijs gaf, hoever sommige lieden hier le lande hunne liefhebberij voor het harddraven kunnen drijven. Eenige jaren geleden had hij een honderdtal paarden en bezat duizenden. Thans stierf hij met drie stuivers in den zak, terwijl men door het openen eener inschrijving voorkwam, dat bij op kosten der armenkas werd begraven. Te Valentia, in Ierland, zijn thans de gebouwen van de atlanlische telegraaf-compagnie gesloten en de ambtenaren ontslagen. De toestand van den kabel is nog dezelfde gebleven. 3Ien heeft een gedeelte daarvan opge- I haald, maar niet het minste gebrek daaraan ontdekt. Vele lieden houden j zich echter overtuigd dat de kabel eenmaal aan zijne bestemming zal be- antwoorden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1858 | | pagina 2