LEYDSCHE COURANT. MAANDAG 27 SEPTEMBER. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt uit Zaturdag Avond De Prijs der Courant is f 12 in het jaar; de afzonderlijke Hommers worden tegen 1(1 Centen afgegeven. Bij deze Courant behoort Bijblad 51». 15. WNNKMANDSGHIC ISERKHKN. LEYDEN, 25 September Het bestuur van de Wed. maatschappij ter bevordering van nijverheid heeft thans aan de inzenders der monsters Parijsch blaanw, die in de ver gadering van 20 Junij 11. voorwaardelijk waren bekroond, de zilveren me daille toegekend. De inzenders zijn de hh. Noorlveen en C°. alhier. De commissie lot kolonisatie van jonge lieden als dienst- en werkbo- den aan de Kaap de Goede Hoop, te Rotterdam, heeft aan belanghebbenden bekend gemaakt dat zij, op daartoe uit de Kaapstad ontvangen aanvraag, op nieuw bereid is aanzoeken te ontvangen en zich met de uitrusting te belasten. Wij achten hel niet ongepast de aandacht van ouders, voogden, bestuurders van inrigtingen, enz., wier kinderen, of zij die aan hunne zor gen zijn toevertrouwd, daartoe opgewektheid gevoelen, op die bekendma king, ook in deze courant opgenomen, te vestigen. Gelijk men weet, zijn er reeds vroeger een groot aantal derwaarts vertrokkenaan wie eene niet ongunstige plaatsing is te beurt gevallen. Daar de kinderen niet aan zich zeiven worden overgelaten, maar onder het opzigl van waardige mannen blijven zoo is een der grootste bezwarendie men legen deze emigratie zoude kunnen aanvoeren, opgeheven. In het welbegrepen belang van vele kinderen is de oproeping der commissie eene ernstige en onbevooroordeelde overweging ten volle waardig. liet getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende deze week dagelijks van 71 tot 86 personen. De rederijkerskamer Lourens Janszoon Coster te Haarlem heeft eene circulaire gezonden aan hare zusterkamers in Nederland, waarin zij berigt, dat het op 23 October aanst. juist 200 jaren geleden zal zijn, dat in het kunsienaarsgilde S'. Lucas te Haarlem aan onzen grooten dichter Vondel door zijne kunsiuroeucrs een vouuaug aio «cm hem op pleglige wijze te kroonen. Deze gebeurtenis is door den dichter Hofdijk bezongen in een lyrisch-dramalisch gedicht, getiteld: Vondel ge kroond. De llaarlemsche kamer noodigt in hare circulaire alle rederijkers kamers in Nederland uit, om op haar voorbeeld den 23slen October aanst. te vieren en den avond van dien dag te wijden aan de voordragt van dicht stukken of fragmenten door Vondel vervaardigd, en te besluiten met de voordragt van Vondel gekroond. (Hbl.) De armbesturen der r. k. en ev. luth. gemeenten te Delft hebben eene afwijzende beschikking ontvangen op een adres door hen aan L. M. den koning ingediend, in hetwelk zij vernietiging verzoeken van een raadsbe sluit/waarbij wordt vastgesteld, dat van wege de gemeente geene subsidie meer' aan armbesturen zal worden verstrekt. Deze beschikking is genomen op grond, dat het bedoelde besluit niet is in strijd met de wet, noch met het algemeen belang. Aan den gemeenteraad van genoemde stad is kennis geven, dat Z. M. de koning aan de uilnoodiging, om de stad Delft met een bezoek te veree ren niet kan voldoen. Door burgemeester en wethouders van Rotterdam is aan den raad medegedeeld dat het bezoek van Z. M. den koning met Z. K. II. den prins van Oranje aan die gemeente op Dingsdag den 5dcn October aanstaande be paald blijft; Z. SI. en Z. K. II. zullen des middags ten 12 ure van dien dag op het raadhuis aldaar aankomenwaar de leden van den gemeenteraad aan hen zullen worden voorgesteld, waarna eenige openbare instellingen, als de Diergaarde, het Bataafsch genootschap, het Meteorologisch instituut, het Zeemanshuis enz., door de vorstelijke gasten zullen worden bezocht, terwijl ten raaifliuize een dejeuner aan Z. SI. en Z. K. II. zal worden aan geboden. Z. SI. en Z. K. II. zullen reeds des namiddags ten 6 ure de ge meente weder verlatenom zich naar het Loo te begevenzoodat er geene illuminatie zal plaats hebben. De gemeenteraad van de genoemde stad heeft besloten tot het aangaan eener lecning, tot een bedrag van niet hooger dan twee millioenen, voot bet uitvoeren van buitengewone werken. Uit Amsterdam wordt gemeld dat eene der ratelslangen in de verza meling van het kon. zoölogisch genootschap Ncitura Artis Magistra 5 jongen ter wereld heeft gebragt, waarvan twee, bij of kort na de geboorte, stier ven en drie tot heden leven. Bij de vijf jongen lag ook een eiwaarin het zesde jongniet volkomen voldragenbesloten is. In de cirque van den heer Loissct, die thans te Amsterdam staat, is eergisteren avond een der sujettende heer Olmaruit het bovenste gedeelte der tent gevallen, met de borst op den rand der manége. Hij heeft echter van dien val geene ernstige gevolgen ondervonden. Omtrent het leggen van den telegraafkabel tusschen Dunwich en Zand- voort wordt uil de laatstgenoemde plaats het volgende gemeld. Even na de aankomst van de bootwelke den kabel aan boord hadis de heer Maas, van Scheveningenmet eene daartoe ingerigte visscherspink naar boord van de stoomschepen gezeild en onmiddellijk heeft men een aanvang gemaaktom een gedeelte van den kabel in de pink over te ladenhetwelk niet dan met groole moeite er. na veel krachtsinspanning gelukte; ongeveer legen 6 ure des avonds is de kabel aan strand gebragt, door een 100-tal Engelsche matrozen tot boven op het duin gebragt, alwaar in een klein gebouw reeds den vorigen dag de galvanische batterijen gesteld waren kort daarna werd reeds naar de schepen geseind, die daarop vertrokken, onder begunstiging van uitmuntend weder, zoodat men zich met het wel- gelukken dezer belangrijke onderneming vleijen mag. 's GRAVENIIAGE 25 September Door Z. M. is op verzoek eervol ontslag verleend aan den heer J. Pan, als raadsheer in het prov. geregtshof van Drenthe. Tol commissaris van policie te Maastricht is benoemd de heerW. J. II. Graven, thans in die betrekking te Venlo. Het heeft Z. M. behaagd aan Z. K. H. den prins van Oranje, gene- raal-majoor, kommanderende de reserve brigade, een buitenlandse!) verlof te verieenen, voor den lijd van 14 dagen. Z. K. II. zal zich gedurende dien lijd naar Wiesbaden en Slultgard begevenen in de helft der volgende maand derwaarts vertrekken. Gedurende zijne afwezigheid zullen de fnuc- tiiin van kommandant der reserve-brigade worden waargenomen door den kolonel kommandant van het rcg. grenadiers en jagers. Alhier is aangekomen de heer J. 11. Vemer, directeur van finantiën in Ned. Oost-Indië, die lot herstel van gezondheid verlof heefL bekomen en die sedert eene reeks van jaren uit het moederland afwezig was. Heden morgen ten elf ure waren de afdeelingen van de tweede kamer der slalen-generaal vergaderd lot het onderzoek van het ontwerp-adres in aniouux» ai- i,„„„„je. Danrna is de commissie, belast met het vervaar digen van dat ontwerp, vergaderd geweest, om net, tu zou ver uui iioucug is, te wijzigen. In de zitting van de eerste kamer op gisteren was aan de orde de be handeling van het ontwerp van adres op de troonrede. Na eenige beraad slaging, voornamelijk loopende over de onderhandelingen met België ten opzigte van de wateraftappingen op de Maas, werd het adres met algcmeenc stemmen aangenomen; alleen in 5 is eene geringe wijziging gebragt. Het zal den koning door eene commissie worden aangeboden. Daarop is de ver gadering lol nadere bijeenroeping gescheiden. Tweede Kamer der Slisten,»Generaal. Uit de rede van den minister van financiënbij de aanbieding der staats- bcgrooling voor 1859 deelen wij hier den hoofdzakelijken inhoud mede. In den aanhef zeidc de minister dat hij zich ditmaal zou onthouden van opsomming van eenige statistieke bijzonderheden, maar slechts een volledig en beknopt overzigt zou geven van het zamenslel der maatregelen, welke de regering aan het oordeel der vertegenwoordiging onderwerpt. Vervolgens lot de zaken overgaande liet Z. Exc. zich aldus uit: Ik zal aanvangen met u korlelijk te wijzen op hetgeen de regering u voor stelt ten aanzien van de geheel buitengewone behoeften, waarvan ik sprak. In de tweede plaats u de middelen aantoonen, welke lot dekking van de uitgaven, daaruit voortvloeijende, kunnen worden aangewend. In de derde plaats wensch ik dan uwe aandacht te vestigen op de voorstellen der rege ring ten aanzien van het verband, tusschen de geldmiddelen van deu staat en die van zijne overzeesehc bezittingen in acht te nemen. In de vierde plaats u de voorstellen der regering ten aanzien van de belastingen mede te deelen. In de vijfde plaats, eindelijk, u de begrooting voor 1859 voor te dragen en it daarbij te wijzen op den invloed dien het voorafgaande daarop uitoefenen moet. 1 1°. Onder de behoeften van onzen tijd komt gewis de vrijmaking van de slaven in onze overzeesche bezittingen en koloniën in de eerste plaats in aan merking. Gij weet reeds, mijne heeren, dat eene wet betreffende dit gewig- lig onderwerp voor zoo veel West-Indië betreft, eerlang aan u zal worden ingediend. Wal de kosten eener emancipatie van de West-Indische slaven betreft, de voorstellen der regering strekken daarheen dat die kosten, wel ker bedrag op hoogstens 15 millioen wordt geraamd, niet op eens maar in 5 jaren tijds worden betaald. Van uwe beslissing over deze voorstellen zal het in de eerste plaats afhangen, welk deel dier som in 1859 benoodigd zal zijn. De uitgaaf hiervoor en voor de vergoeding aan de houders van slaven in Oost-Indië in 1859 te doenwordt te zamen voorioopig geraamd op 8 millioen. Een tweede, niet minder belangrijk onderwerp is de ondersteuning dooi den staat te verstrekken ten beïioevc van den aanleg van spoorwegen. Geene zaak leverde voor de regering grooler bezwaren op. Aan de eene zijde hel billijke en natuurlijke verlangen om de op dit terrein zoo oneindig ver strekkende wenschcn ook slechts eenigermate te bevredigen; de wensch om iets goeds, om een zoo volledig mogelijk geheel lot stand te brengen; aan de andere zijde de volstrekte onmogelijkheid om in dit opzigt te voldoen aan alle wenschenzelfs aan zoodanige, die de regering zoo gaarne zou vervullen; de noodzakelijkheid dus van beperking, welke onmisbaar bij velen teleurstelling zal wekken. Aan de eene zijde liet bewustzijn dal er mid delen beschikbaar zijn om veel zelfs tol stand te helpen brengen; aan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1858 | | pagina 1