LEYDSCHE COURANT. 1858. WOENSDAG 30 JUNIJ. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdag Avond. De Prijs der Courant is ƒ12 in het jaar de afzonderlijke Hommers worden tegen 10 Centen afgegeven. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. nulie des vaderlands aan te wenden. Van dr. A. Pelermann's Mittheilungenhet uitmuntende maandschrift, dat te Gotha bij Justus Perthes wordt uitgegevenzijn sedert onze laatste aankondiging weder twee afleveringendie voor Maart en Aprilin het licht verschenen. In de eerste dezer afleveringen geeft dr. Mordlmannzaak gelastigde der Hanzesteden hij de Porteeen overzigt van de tot nu toe ver kregen uitkomsten der eerste naauwkeurige volkstelling in het Turksche rijk bevattende het grootste gedeelte van westelijk Klein-Azië, een deel van Kurdistan en van noordelijk Syrië. Allerbelangrijkst is de hierop volgende verhandeling van dr. Bergstrasserover de soutmoerassen van het gouver nement Astrakan en de monden der /Volga, door eene fraai uitgevoerde, naar Russische teekeningen vervaardigde, kaart toegelicht. Van de/Votizen of kleinere bijdragen stippen wij aan: over den veendamp van 1857, door dr. Prestel te Emden, met een in den tekst gedrukt kaartje in houtsnede, dat de uilgestrektheid van den veendamp aanschouwelijk maakt; verder dr. lloth's onderzoekingen over de purperdieren en krokodillen in Pales tina; verklaring van Javaanschemeermalen op kaarten voorkomende, woorden; Peking en de Pei-ho of de /Vitte rivier (met een kaartje in houtsnede); enz. In de rubriek nieuwste literatuur worden o. a. besproken het 4de deel van von Humboldt's Kosmos, Meyboom's Lijst van gedrukte kaartenvoorhanden in het Archief der Genie van het Min. van Oorlog 's Grav. 1857, en F. Midler's Catalog, van Boeken, Plaatw. en Kaarten over de Nederl. Bezitt. Oct. 1854, waarop een supplement verschenen is, als bijlage tot den Narorscher van Maart, April en Junij 1858. De aflevering voor April bevat een opstel over de weinig bekende Engel- sche kolonie Belize in Midden-Amerikaeene uitvoerige beschouwing van de Kartographie van Europa bij het begin van 1858, waarin E. von Sydow de buitengewone werkzaamheid van Rusland, thans op dit punt aan den dag gelegd, doet uitkomen en ook van ons, Nederlanders, eene loffelijke getui genis aflegtde resultaten der laatste EngelscheFransche en Russische nasporingen aan de kusten van Korea en de Mandsjoereilol toelichting eener onder de leiding van dr. Pelermann vervaardigde kaart. Van de No- tizen verdienen vermeld te worden da Engelsche peilingen in den Noord- Atlantischen oceaan tusschen New-Foundland en Ierland, door drie hout sneden opgehelderd; het eiland Perim, op welks bezit de Eilgelschen, gelijk hekend is, zoo hoogen prijs stellen, daar de bezitter van dit eiland tevens he- heerschcr van de straat Bab-el-Mandeb is; dood van R. von Neimans, den onvermoeiden natuuronderzoeker in Afrika, enz. Ook deze aflevering wordt met een overzigt der nieuwste werken en kaarten geslotenen handhaaft de gunstig bekende namen van Perthes en Pelermann. In de Staats.-Cour. van heden is opgenomen het verslag omtrent de werk zaamheden en den toestand van het kon. Nederl. meteorologisch instituut in het jaar 1857—1858, nilgebragt door den hoofddirecteur, prof. Buys Ballotaan den minister van binnenl. zaken. De miliciens en plaatsvervangers der ligting van 1856, die tot aanvul ling van ontbrekende vrijwilligers bij de corpsen in dienst zijn gehouden, zullen met het einde dezer maand in het genot van groot verlof worden gesteld. Naar men verneemt, bestaat er plan om de uniform van het wapen der dragonders te vervangen door eene huzaren-montering, bestaande in donker blaauw wambuis, afgezet met ligt blaauw, of, tot onderscheiding der regementen met andere kleuren; voorts kolbak met zak van gelijke kleur. Aan de kon. akademie te Delft hebben ais civiel ingenieur voldoend examen afgelegd de lib. W. J. S. J. Blom, C. W. Eeckhoul, A. P. van Haastert, M. A. van Idsinga, A. J. F. G. A. Verheyen en J. C. Wencker. Men verneemt, dat door de Roll, ijzeren spoorwegmaatschappij treinen in dienst zullen worden gesteld van 's Gravenhage op Rotterdam, ten be hoeve der arbeidende klasse. De prijs heen en terug is bepaald op 75 cents. Met den pleizierlrein voor den werkenden stand van den Nederl. rijn spoorweg zijn Zondag 11. 2015 personen vervoerd, benevens nog 1143 reizi gers van gewone retour-billetten voorzien. De algemeene commissie van examinatoren voor Israëlitische godsdienst onderwijzers en de rabbinale commissie tot het afnemen der examina in de Israëlitische godgeleerdheid zijn voor dit jaar bijeengeroepen om te verga deren te Amsterdam den 26slcn Julij aanst. Tot leden dier commissie zijn benoemd de heeren dr. S. J. Mulder, regent van het Neder.-Israël. seminarium te Amsterdam, tevens tot voorzitter; J. van J. Ferares, opper rabbijn der Nederl.-Port. Israël, gemeente te 's GravenhageL. B. Schaap, opperrabbijn der hoofdsynagoge te Amersfoort, A. J. Susan, rabbinaal assessor der Ned.-Israël, hoofd-synagoge te Amsterdam; A. van J. Yas Dias, waarnemend rabbinaal assessor der Ned.-Port. Israël, gemeente te Amsterdam; A. D. de la Yille, onderwijzer aan het Ned.-Israël, seminarium te Amsterdam; J. Jessurum de Mesquita, te Amsterdam; J. M. Calisch onderwijzer te Amsterdam; Alex. M. Dttparc, lid cn secretaris der godsd. Israël, schoolcommissie te Leeuwarden. Tot secretaris der beide commis- siën is benoemd de heer mr. S. van J. Mulder, advocaat te Amsterdam. De candidalen, die mogten verlangen te worden geëxamineerd als oefenaar, leeraar of rabbinaal aspirant, alsmede de studenten in de Israël, godgeleerd heid, bij de nationale militie dienslpligtig, zullen het examen in de godge leerdheid afleggen voor eene rabbinale commissie, onder voorzitting van dr. S. J. Mulder (met bevoegdheid tol het uitbrenger, eener adviserende stem), cn zamengesleldvoor de candidalen tol de Nederl.-Israëliten beboe rende, uit de heeren L. B. Schaap, J. van J. Ferares en A. J. Susan, cu voor de candidaten tot de Ned.-Port. Israëli ten behoorende, uit de heeren J. van J. Ferares, A. B. Schaap cn A. van J. Yas Dias. Te Nijmegen had Vrijdag morgen 11.bij gelegenheid van het schijf schieten der infanterie op de heide, een allertreurigst ongeluk plaats. Ter wijl de aanwezige lsle luit. II. S. Slangenberg van het aldaar in bezetting liggend lsle rcg. infanterie zich naar hel einde der schietbaan begaf, ten einde bij het opriglen der beweegbare schijf cenige orders te geven, had een fourier de onvoorzigtigheid, in weerwil van het daartegen bestaand streng verbod, een geladen minie'-geweer op de schijf te rigteri, en wel met dat noodlottig gevolg, dal hel schot afging en den luitenant zoodanig in den rug trof, dat hij onder het uilen van enkele woorden dood ter aarde zeeg. De kogel drong door de borst nog een eind in de schijf. Doordat men niet dan met gespannen haan een minie'-geweer juist kan riglen, en de fourier voorzeker in den waan verkeerde, dat het ongeladen was, moet aan deze omstandigheden de oorzaak toegeschreven worden. Aan moedwil valt niet te denkendaar de dader steeds ijverig zijne dienslpligten ver vulde en op zijn gedrag overigens niets aan te merken was. Na het voor val geraakte deze dan ook in eenen zoo wanhopigen toestand, dat men hem bijna zinneloos naar hel hospitaal moest vervoeren. Uit Zeeland schrijft men dat van wege de aanhoudende droogte de oogst van paardenbooncn en erwten geheel weg zal zijn; de laatste gebruikt men reeds hier en daar tot voeder voor het vee. Het vlas is geheel ver schroeid. Ook op de winlervruchlen werkt de droogte nadeelig. Men verneemt, dat eene aanvrage om vergunning voor de zuiderspoor wegen ter verbinding van Rotterdam en België met den linker Rijnoever en met Maastricht is gedaan door eene vereeniging van Nederlandsche ingeze tenenen wel uit de provinciën Utrecht, NoordbrabantLimburg en Zee land. De aanvrage is onderleekend door de volgende heeren Y. Suermond, te Utrecht; uit Zeeland: G. J. Sprenger, president van de kamer van koophandel en lid der prov. stalen van Zeeland, te Middelburg; mr. M. F. Lantshcer, regter cn lid der gemelde prov. staten, te Middelburg, en J. G. J. van den Bosch, mede lid der prov. staten, te YVilhelmina-dorp; uit Noord brabant: Rouppe van der Voort, wethouder te 's Bosch; mr. F. G. J. baron van Ryckevorsel van Kessel, raadsheer te 's Bosch, en J. G. baron van Hngenpoth, grHFier hij de regthank te 's Bosch; uit Limburg jhr. Miehiels van Verduynen, lid der prov. staten van dat gewest en regter te Roermond; mr. A. Thissen, lid der prov. stalen, te Roermond; L. Bloemarls, lid der prov. staten en burgemeester van Weerteindelijk door den heer P. J. Landry, lid van den gemeenteraad van 's Hage. De aanvrage beval de lijnen van Vlissingen naar Roosendaal, van Breda naar Tilburg cn 'sHerlogen- boschvan Tilburg naar Eindhoven en naar A'enlo of Roermondvan Venlo of Roermond naar Maastricht; met de voorkeur voor de lijnen: van Til- LEYDEN29 Junij. Gisteren werd aan Z. K. 11. den prins van Oranje door eene commissie 8 uil den akadcmischen senaat aan de Leydsche hoogeschool pleglig aangebo den het diploma van het doctoraal iu het Romeinsch en Hedendaagsch regt, dat, op voorstel van de regtsgeleerde faculteit, door den senaat aan Z. K. H. is opgedragen. Ofschoon onze hoogeschool reeds herhaaldelijk eenen prins van Oranje-Nassau onder hare kweekelingen heeft mogen tellen, was dit echter de eerste maal, dat zulk een eerbewijs van wege den senaat aan eenen telg uit dat vorstenhuis aangeboden werd. Ilet is bekend, dat de kroon prins door de uitmuntende zorg van Z. M. den koning voor de vorming van zijnen beminden zoon nu vier jaren geleden van het instituut Noorthey naar deze stad kwam, om hier zijne studiën te voltooijen. De twee laatste jaren was de prins als student in het Album Civium Academicorum inge schreven en gedurende dezen tijd ontving hij geregeld onderwijs iu onder scheidene vakken van de regtswclenschap. Thans is de akademische cursus voor den jeugdigen vorst afgcloopenen eerlang zal hij tot meerderjarig heid gekomen, de gelegenheid hebben de vruchten van ijverige studie ten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1858 | | pagina 1