LEYDSCHE
COURANT.
N°. 17.
1857.
MAANDAG 9 FEBRUARIJ.
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
uit Zaturdag Avond.
ItSI
De Prijs der Courant is ƒ12 in het jaar
de afzonderlijke Nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
Bij deze Courant behoort Bijblad X0. 3.
Kl.\i\ENLAI\DSGHE BEHIGTEN.
LEYDEN, 7 Februarij.
In de maand Januarij zijn binnen deze Gemeente overleden 105 personen
als: 17 mannen, 21 vrouwen, 32 zoons en 35 dochters, daarenboven als
levenloos aangegeven 3. Geboren 140 kinderen, als: 71 zoons en 69 doch
ters; waaronder zijn begrepen 1 paar tweelingen. Voltrokken 9 huwelijken.
liet gelal der in het Werkhuis alhier opgenomcnenbedroeg gedurende
deze week dagelijks 230 tot 315 personen.
In Januarij zijn op den Holl. spoorweg vervoerd 68,864 personen
en is ontvangen 72,806.61op den Rijnspoorweg vervoerd 52,048 personen
en ontvangen 88,724.11^.
Onder Alphen hadden in deze week twee personen, die op schaatsen
naar Boskoop waren geweest, het ongeluk op hunne terugreis in een wak
te rijden. Een hunner, een jongeling van 22 jaren, is daarbij verdronken.
Ook te Maarssen is een 18-jarig meisje en te Zierikzee een jongetje van 11
jaren het slagtoffer hunner onvoorzigligheid geworden.
De Regering van Goudavermeenende dat de eigenaars der huizen
verpligt waren tot onderhoud der steenen kaaijen van de stads grachten,
heeft een der nalatigen voor de Arr. Regthank te Rotterdam gedagvaard.
De zaak is dezer dagen behandeld. Voor het bestuur trad als pleiter op
Mr. A. de Pinto, Advocaat te 's Gravenhageen voor den eigenaar van het
huis Mr. P. P. P. Kist, Advocaat te Gouda. De Regtbauk heeft bij haar
vonnis het gemeentebestuur in het. ongelijk gesteld.
De Heer P. Smits Sr.Oud-Burgemeester van Berg Ambacht, heeft aan
dc Herv. gemeente zijner woonplaats, een groote en twee kleine zilveren
scholels met twee zilveren wijnkannen, ten gebrnike bij de Avondmaals-
bediening, geschonken. Die gemeente bezat slechts twee zilveren drinkbe
kers, haar in 1653 geschonken. De 90-jarige grijsaard heeft door dit ge
schenk een blijk van dankbaarheid willen geven, Wegens het zeldzame
voorregt hem te beurt gevallendat hij gedurende zijn levenden vijfde van
zijn geslacht, tot hoofd van het plaatselijk bestuur heeft zien benoemen.
Te Groningen hebben Hd. Studenten eene harddraverij op schaatsen
gehouden. In dezen wedstrijd, waaraan 15 Studenten deelnamen, werd de
prijs behaald door den Heer J. S. van Swinderen, van Groningen, de premie
door den Heer II. H. Sanders, uit Drenthe.
Te Veenhuizcn is de Heer Gerritsen, Kapelaan van de R. K. gemeente,
mede aan de aldaar heerschende typhus overleden.
Als eene bijzonderheid wordt gemeld, dat de uurwerkopwinder van
de S'. Jans kerk te 's HerlogenboschDingsdag II. in den grooten toren
een koppel broeijende duiven in het nest heeft gevonden met twee versche
eijeren.
Te Kruisland (Noordbrabant) heeft op den 2den dezer het volgende
plaats gehad: Een zekere Gerardus Hartmans was ondertrouwd en had
om zijne vrienden te onthalen, twee flesschen brandewijn opgedaan en in
een kastje in den winkel geborgen; in dat zelfde kastje stond ook eene
flesch met een weinig vitriool. De vader Cornelis Hartmans, oud 72 jaren,
uit de kerk komende en koud zijnde, ging naar den winkel en nam uit
eene der flesschen, denkende het brandewijn zoude zijn, een slok en had
het ongeluk de vitrioolflesch te vatten zoodat hij tengevolge daarvan onder
de hevigste pijnenniettegenstaande aangebragte geneeskundige hulpis
overleden.
'sGRAVENIIAGE 7 Februarij.
Bij Kon. besl. is de Heer J. F. R. S. van den Bossche, laatst Adsistent-
Regent van Tebing Tingi, thans met verlof uit Ncderl. Indië hier te lande,
benoemd tot Gouverneur der Nederlandsche bezittingen ter kust van Guinea.
Genoemde Heer is gedurende vele jaren, eerst als Controleur en later als
Adsistent-Rcsidentwerkzaam geweest in hel binnenlandsch bestuur in de
residentie Palembang, en heeft zich, onder de moeijelijkste omstandigheden,
herhaaldelijk zoo bijzonder onderschelden, dat de Koning hem, wegens
moed, beleid en trouw, met de Militaire Willems-Orde, en wegens burge-
lijke verdienstenmet het Ridderkruis van de Orde van den Ncderl. Leeuw
heeft vereerd.
H. M. heeft dezer dagen de Idioten-school met een bezoek vereerd,
en met belangstelling deze nuttige inrigting bezigtigd.
Ten gevolge van eene aanschrijving van den Minister van Marine heb
ben de betalingen van hel werkvolk op 's Rijks werven niet meer des Za-
turdags, maar des Dingsdags plaats.
Den 3dc" dezer overleed alhier, in den ouderdom van 63 jaren, de ge
pensioneerde Schout-bij-Nacht, Carel Roest, oud-Inspecteur van de stoom
vaartdienst, Ridder der Orde van den Nederl. Leeuw en Commandeur der
Orde van de Eikenkroon.
Woensdag II. is voor den Hoogen Raad behandeld het beroep in cas
satie van den Wel-Eerw. Heer II. te Vaatwerk, R. K. Priester en Kapelaan,
legen een arrest van het Hof in Gelderland, bevestigende een vonnis der
Regtbank te Arnhemwaarbij verklaard isdat de requirant had gehandeld
in strijd met de wet. De quaestie liep over den waren zin en beteekenis
der woorden: «besloten plaats," voorkomende in art. 167 der Grondwet.
Na het uitbrengen van een uitvoerig rapport door den Raadsheer Modderman,
werd de voorziening in cassatie toegelicht door den Heer Mr. L. Metman
die in den aanvang zijner rede wees op de circulaires van den gewezen
Minister van Justitie, Mr. D. Donker Curliusaan de Procureurs-Generaal
bij de provinciale hoventen gevolge waarvan vervolgingen werden inge
steld, die vroeger nooit hadden plaats gevonden. De pleiter behandelde
daarna in de eerste plaats: de bedoeling der Grondwet met de lstc zinsnede
van art. 167; ten tweede: de woorden der Grondwet, in art. 167 gebezigd,
en ten derde: de wet van den 10 September 1853 (Stbl. n°. 102) op de
kerkgenootschappen. In den loop zijner rede deelde pleiter mede, dat hij
zich gewend had lot twee Iloogleeraren (de Heeren de Vries, te Leyden,
en Jonckbloet, te Groningen), om hun te vragen, welke uitlegging zij ga
ven aan de woorden: «besloten plaatsen." Prof. Jonckbloet vereenigde
zich met de aan die woorden gegeven uitlegging, bij arrest van den Hoogen
Raad, van 25 April 1856, terwijl Prof. de Vries van een tegenovergesteld
gevoelen was en zich vereenigde met het gevoelen van het Openb. Minist.
bij dien Raad.
De Adv.-Gen. Gregory zal den 5den Maart aanst. conclusie nemen.
Dezer dagen heeft er bij den Heer G. v. P.op den Korten Vijver
berg alhier, in den loop van den morgen een diefstal van zilver plaats ge
had, waaronder zich twee zware zilveren kandelaars bevonden, die van
voorouders afkomstig waren. De diefstal heeft zich, zoo men zegt, vol-
genderwijze toegedragen: aan de bovendeur werd aangebeld; toen de deur
door den knecht geopend werd, knoopte de persoon, die aangebeld had,
een gesprek aan. In dien tusschentijd begaf zich een ander persoon in het
onderhuis, dat door een ander bediende door het raam werd gezien, zonder
echter eenigen argwaan op te vatten. Nadat hij, die zich aangemeld had,
was vertrokken, zag de knecht lot zijne verbazing dat het zilver, hetwelk
even te voren door hem in een kamertje aldaar was nedergezet, was ver
dwenen. Hoewel er bij de policie aangifte van den diefstal werd gedaan,
heeft het haar lot hiertoe niet mogen gelukken de daders of de voorwerpen
te ontdekken.
Eergisteren is eene jonge dochter, die schaatsen reed, onder de brug
bij den Beznidenhoulschen en Zwarten weg, door het ijs gezakt. Zij ver
keerde in levensgevaar. Gelukkig, dat de Wel-Eerw. Heer Edward Brine,
Pred. der Engelsche gemeente alhier, zich in de nabijheid bevond. Bij her
haling waagde hij zich op het brooze ijs, om pogingen tot redding aan te
wenden. Hij mogt het genoegen smaken, hoewel met eigen levensgevaar,
hierin te slagen.
BUITENLANDSCIIE BERIGTEN.
BEIiCI».
BRUSSEL, 6 Februarij.
De Moniteur deelt het volgende mede: Op hevel van den Minister van
Justitie en op aanbeveling van zijnen ambthenoot van Builenl. Zaken, heeft
er een grondig onderzoek plaats gehad ten opzigle van de daadzaken om
trent Verger, onlangs door het Journ. de Brux. aan het licht gebragt.
Dit onderzoek moet ten volle de valschheid van die berigten hebben bewe
zen. Verger is in Feb. 1856 te Brussel geweest, en heeft bij verscheidene
uitgevers vruchtelooze pogingen aangewend om hen tot de uitgave van een
geschrift over te halen. Daarna is hij weder naar Frankrijk vertrokken,
zonder weder te komenen hij moet niet in de minste betrekking met een
onzer genootschappen hebben gestaan. De uilslag van dit onderzoek zal
waarschijnlijk door de Regering spoedig openbaar worden gemaakt.
De Hoofdredacteur van het blad Le Droit, de Heer Bertin, heeft eene
beschouwing over Verger openbaar gemaakt, waarin onder andere naauw-
keurige berigten voorkomt: dat Verger in België is geweest, en er een vlug
schrift heeft doen drukken, getiteld: het herboren Catholicismus. Dat hij
een exemplaar daarvan aan den Aartsbisschop heeft gebragt, met bedreiging
van de uitgave, ingeval men zijn stilzwijgen niet kocht. Hierin was men
overeengekomen, de geheele oplage werd naar het Aartsbisdom gezonden,
en Verger ontving den bepaalden som.
Het voorstel om de kennis van de Vlaamsche taal in de kantonsiu
welke die taal gebruikelijk is, te vorderen voor de personen, welke als
Notarissen worden benoemd, is door de Kamer van Afgevaardigdenmet 49
tegen 36 stemmen, verworpen.