in liet gymnastisch onderwijs door de Hulponderwijzers verstrekt. Het ge
tal kweekelingen is thans tot 31 geklommen.
De Kon. Akadcmie van burgerlijke Ingenieurs, te Delft, telde in 1855,
108 studenten, dat is 13 meer dan in 1854, over de onderscheidene vakken
verdeeld als volgt: 85 voor O.-I. ambtenaren, 2de klasse, 2 voor ijk cn
accijnscn, 2 voor liet mijnwezen, 54 voor andere studiën en voorls 25 voor
gepromoveerden aan andere Akademiën voor O.-I. ambtenaren, lstc klasse.
In het getal docenten is geene verandering gekomen.
Gedurende het afgcloopen jaar zijn de volgende nuttige inrigtingen tot
stand gekomenwaarvan hel ons aangenaam is reeds met een enkel woord
te kunnen gewagen, te weten.- 1°. De Idiolensehool te 's Gravenhage.
Die school is opgerigt niet bet doelom ongelukkigcnwier verstandige
vermogens hen ongeschikt maken voor het onderwijs op gewone scholen en
daardoor van alle onderwijs verstoken blijvenop de voor hen gevorderde
wijze op te kweekeii, te leiden, cn te onderriglcn. Die inrigling heeft al
spoedig den bijval van H. M. de Koningin verworvencn het was voor
namelijk door Hare krachtdadige ondersteuning, dat de Commissie, die
zich tot oprigling der Idiolensehool had vereenigdin staat is gesteld
die school te openen, en daaraan eene uitbreiding te geven, zoodat een
25-lal Idioten daarin konden opgenomen worden. De Ileer B. C. Kornfeldt
als Onderwijzer aan het hoofd der school geplaatst, schijnt zich, voor zoo
verre hierover reeds aanvankelijk kan worden geoordeeldzeer goed van
zijne moeijetijke laak te kwijlen, cn
2°. De kweekschool ter opleiding van scheepsjongens en liglc matrozen
voor 's Rijks zecmagt te Leyden. Door gunstige beschikking der Hooge
Regering werd naar Leyden gezonden en in kosteloos gebruik afgestaan
eene van 's Rijks kanonueerboolenen later door den Gemeenteraad in ge
bruik gegeven een aan de gemeente toebehoorend locaal, om te worden in
orde gebragt cn ingerigl tot het daarin geven van oefeningen. In het vol
gend Verslag zal, omtrent de vruchten dezer inrigting, door de loffelijke
bemoeijingen cener Commissie, uit de ingezetenen zamengesteldmeerdere
bijzonderheden worden medegedeeld.
c. Schoolonderwijzersgezelschappen. Het getal in deze Provincie be
draagt thans 32.
d. Provinciale Commissie rail onderwijs. In het personeel der Provin
ciale Commissie van onderwijs, heeft slechts e'éne verandering plaats gehad,
dat namelijk aan den Heer L. RobbeSchoolopziener in hel tweede dis
trict, op zijn verzoek, wegens verandering van woonplaats, met den lsle"
September eervol ontslag is verleend, en lot zijne vervanging is benoemd
de lieer A. C. Oudemans te Leyden, vroeger Hoofd-Onderwijzer in Neêrl.
Indië.
De Gymnasiën werden in 1855 door 409 leerlingen bezocht. Op de La-
tijnsche school te Schiedam telde men 9 en te Gorinchem 21 leerlingen.
Ilooger onderwijs. De Hoogeschool te Leyden leed een treffend verlies
door het overlijden van den Heer A. Nicrmeijer, gewoon Hoogleeraar in de
Godgeleerdheid, die in korten tijd van zijn werkzaam leven vele blijken
had gegeven van zijne ijverige behartiging der wetenschapen in ruime male
de algemecne achting had verworven.
Zoo ter zijner vervanging, als ten einde te voorzien in de vacature van
den vierden gewonen llooglecraar in de faculteit der Godgeleerdheid, heeft
Z. M. benoemd lol Iloogleerarcn in de Godgeleerdheid, de Heeren A. Kuenen,
buitengewoon Hoogleeraaren J. J. Prins, Theol. Doet. en Predikant te
Rotterdam.
Aan voornoemden Hoogleeraar A. Kuenenwerd eervol ontslag verleend
als Adjutor Interprelis Legati Warneriani, en lot zijn' opvolger benoemd
de lieer P. de Jong, Student in de Godgeleerdheid aan die Hoogeschool,
terwijl aan Dr. J. Hoffmann, Japansch Translaleur der Regering van Ncèrl.
Indië, de titel van Hoogleeraar is verleend.
Z M. heeft uit zijne bijzondere fondsen, wederom 8 gouden medailles,
ter bekrooning van prijsvragen, beschikbaar gesteld. 4 antwoorden zijn
bekroonden de medailles op den 8slcn Februarij door den aftredenden Ree-
tor-Magnificusplegtig uitgereikt.
Op den 31slcD December bedroeg het getal Studenten 629. Gedurende
het Academiejaar promoveerden er 59.
De studiën werden geregeld en met ijver voortgezet en de Studenten heb
ben zich in het algemeen onberispelijk gedragen.
Door de van Rijkswege toegestane subsidiën is in het onderhoud der ge
bouwen behoorlijk voorzien. Aan het plan tot vergrooting van het Akade-
misch gasthuis heeft het Gemeentebestuur van Leyden nog geen afdoend
gevolg kunnen geven. Vervolg hierna.
's GRAVENHAGE, 17 Julij.
Z. M. heeft benoemd lot Commandeur der Orde van den Ncdcrl. Leeuw
den lieer Dr. A. de Vries, te Haarlem lid der lloofd-Commissie belast met
het oprigten van een metalen standbeeld ter eere van Lourens Jsz. Cosier;
tot Ridders dier Orde, de Hccrcn Mr. L. Meimante 's GravenhageVoor
zitter, en A. D. Schinkel, te 's Gravenhagelid van dezelfde Commissie,
en tot Ridder der Orde van de Eiken Kroon den Heer J. J. F. Noordziek,
te 's Gravenhage, Secretaris van genoemde Commissie.
Het Hof zal voor den lijd van 4 weken den rouw aannemenwegens
het overlijden van II. K. H. Mevrouw de Hertogin Paulina Fredcrika Maria
Douairière van Nassau, geboren Prinses van Wnrtemberg.
De Minister van Oorlog zal gedurende deze maand geen gehoor meer
verleenen, en de hervatting daarvan nader worden aangekondigd.
HAARLEM, 16 Julij.
Gisteren zijn alhier de feesten, waarmede men de onthulling van het
standbeeld voor den uitvinder der drukkunst wil vieren, begonnen. De inge
zetenen hebben door het versieren hunner woningen en het oprigten van
trofeën getoond dat zij het voorregl van deze stad, de bakermat van die
kunst te zijn geweest, op prijs welen te stellen. Maar niet alleen deze
stadook geheel Nederland toonde roem te dragen op den landgenootdie in
de hand der Voorzienigheid het middel was om het licht in den duisteren
nacht der middeleeuwen te ontsteken. Dit bleek uit de duizenden vreem
delingen die bij deze gelegenheid naar Haarlem waren gekomen.
De aanvang der feestviering werd door het luiden der klokken aangekon
digd. Daarop had ten 12 ure de opening plaats van de Typografische Ten
toonstelling van wege de Boekhandelaars-Vereeniging Lourens Jz. Costcr.
De Catalogus, 781 nommers bevallende, doel zien dat zij van alle kanten
den grootsten bijval heeft ondervonden. De tentoonstelling wordt gehouden
in de zalen van de stadsschool aan de smalle Oudegracht, waar men in de
benedenzaal vindt: 1°. Eene reeks van de voornaamste overblijfselen van
Costers drukpers en voortbrengselen der drukkunst van zijne eerste navol
gers hier te lande, waaronder de beroemde verzameling, berustende op het
stedelijk archief, die van de HH. Enschedé en Zonen, en ecnige hoogstbe-
langrijke bijdragen uit de Koninklijke bibliotheek en verschillende bijzon-
zondere boekerijen. 2°. Merkwaardige NedcrI. boekwerken van de 16de,
17,lc en 18dc eeuw, voornamelijk ontleend aan de prachtige boekerij van
Teylcrs slichting, aan de bibliotheken der stad en der Heeren Enschedé, cn
verder door onderscheidene inzenders bijeengebragt. 3°. Eene verzameling
drukwerken der 19de eeuw, en 4°. Proeven van bock-, plaat- en sleendruk-
werk, alsmede bindwerk. In de bovenzaal: 1°. Eene volledige werkplaats
met het voornaamste wat tot de tegenwoordige boekdrukkunst behoort, be
stuurd door Haarlemschc werkliedeneene praktische proeve van lettergie
terij zetterijdrukkerij op de gewone snelpersensteendrukkerij cn bin
derij. 2°. Werktuigen van allerlei aard in verband tot de boekdrukkunst.
Onder de inzenders treft men aan: de stad Haarlem, Teylers stichting,
de Koninkl. bibliotheekde Heeren Enschedé van HaarlemF. Muller van
AmsterdamMr. Bodel Nyenhuis van LeydenSchinkelNyhoff en Jacob van
'silage, Dr. A. de Vries van Haarlem, het Nederlandsch Bijbelgenootschap,
en verder de voornaamste boekhandelaars en boekdrukkers uit onderschei
dene plaatsen des lands.
Behalve de fragmenten van den Spieghel onzer behoudenisden Donatus
enz., voortbrengselen uit den eersten tijd van de uitvinding der kunst, trekt
ook bijzonder de aandacht eene verzameling van drukken van de pers der
Elseviers van 1604 tot 1699 ingesloten, door den lieer J. L. L. Jacob, te
's llage geleverd. Deze verzameling bevat 13 drukken in de Fransche, 3 in
de Grieksche, 2 in de Latijnsche, 1 in de Italiaansche cn 9 in de Holland-
sche taal.
Onder de Fransche boekwerken munten bijzonder uil om hunne typogra
fische uitvoeringLa Grande Bible de DesmaretsAmsterdamchcz
Louis Daniel Elsevier, 1669, 2 vol. in folio, groot papier; Actes du
Synode de Dordrechttrad. par Nevée, imprimés par Isaak Elsevier, 2 v.
in 4°; La Sagesse par Charron, in 12"uitgaven van 1646 en 1662; Orai-
son funêbre du Prince Frederic Henri, Leide Bonav. Abraham Elsevier
1647, in 4", groot papier; alsmede Advis fidelle aux Hollandais (par A. de
Wicquefort) 1673, in 4». op groot papier, met de platen van Romijn de
Hooghe, en wel de twee verschillende uitgaven.
Onder de Grieksche is hoogst merkwaardig de Catechesis, Confessio et
Liturgia Eccles. Belgicarum graeca vulgata, in 4° 1648, op groot papier,
geheel met Grieksche karakters gedrukt, tot zelfs de namen van B.& A. Elsevier.
Onder de Nederlandsche werken munt vooral uit het Nieuwe Testament,
gedrukt in 1659, te Leyden bij Joh. Elsevier, in klein 8°, en het Psalm
boek van C. Boey, Leyden 1695; in dit drukwerk treft men een vers van
Jacob Cats aan, uit Zorgvliet, in 82 jarigen ouderdom geschreven, dat in den
originelen druk van 1658, ontbreekt.
Na deze uitweiding keeren we tot de feestviering terug. Des namiddags
had hel orgelmuziek in de Groote Kerk eene groolc menigte feestvierenden
vereenigd, terwijl men op andere plaatsen bezig was toebereidselen te ma
ken voor de watermuziek, die des avonds zou plaats hebben. Ten 8 ure
verliet de vloot van meer dan 100 groote en kleine bodems de Hooimarkt
cn stevende door het Spaarne naar het Zuider Buitcnspaarne met tal van
feestgenoolen aan boord. Op drie groote schepen bevonden zich de muziek
corpsen van de stedelijke schnllerij van het lslc regement dragonders en
van het 6de regement infanterie, welke vloot, voorafgegaan en gevolgd wer
den door eene groote menigte andere vaartuigen. Toen de avond begon te
vallen, werden al die drijvende schepen verlicht cn allerlei klein vuurwerk
en Bengaalsch vuur ontstokenwaardoor men zich op een Venetiaansch
feest verplaatst achtte. Ten 2 ure na middernacht was de vloot terugge
keerd op het punt van waar zij was uitgegaan.
Hedende dag waarop de onthulling zou plaats hebbenwas reeds vroeg
tijdig alles in de weer. De zoo schoon versierde stralen, wemelende van
vreemdelingen, leverden een treffend gezigt op. Nadat de Typografische
Verecnigingen uit onderscheidene plaatsen des lands waren aangekomen,
ging de stoel naar den Stads-Doelen en van daar naar den Hout, om zich in
plegtigen oplogt langs het Huldeblijk van de stad Haarlem aan de Gevers
van het standbeeld, naar den gedenksteen, in 1823 aldaar geplaatst, te be
geven. Het huldeblijk maakte op allen die het zagen, een diepen indruk,
wegens de smaakvolle wijze van uitvoering, en de pracht daarbij ten toon
gespreid. Bij den gedenksteen aangekomen hield de Heer Mr. J. Enschedé
eene korte maar krachtige toespraak, die gevolgd werd door koorgezang
van al de Typografische Verecnigingen. Jammer was hel echter dat eene
hevige stortregen daarbij het aangename van hef oogenblik kwam storen.
Vervolgens begaf zich de feeststoet naar de Groote Markt, om tot de ont
hulling van het standbeeld over te gaan. Treffend was de aanblik op deze
ruimte, daar alle ramen en daken der huizen, door eene digle menschen-
massa waren bezet. De Ileer Mr. L. Meiman, Voorzitter van de Commissie,
hield thans eene toespraak, hoofdzakelijk het volgende bevattende:
De grootste schat van een volk is zijne historie, zoo dikwerf deze de
roemrijke daden van het voorgeslacht vermeldt. Met welgevallen en vol-