8fj invoer van meelbrood en gebak zal boven een half pond lot één pondvoor een ponden beneden een half pond tot een half pondvoor een half pond berekend worden. 5°. Er zullen op de hoofdsom van den rijksaccijns op het geslagt geheven worden honderd vijftig opcenten. Alsmede zal er op het van elders ingevoerde vleesch eene be lasting geheven worden, ten bedrage van 6' cents per pond voor het versch en gezouten vleesch en van 10 cents per pond voor het gedroogde en gerookte vleesch. 7°. Er zal eene belasting geheven worden van vijftien gulden op den wijn voor iedere 100 kan. met dien verstande, dat onder wijn begrepen wordt alle geperste en gegiste dranken die alcohol bevatten." Zitting van 3 September. Tegenwoordig de 1111. Luzac, Huyser, ten Sande, de Breuk, Ysselsteyn Sikkel Groos, van Kaathoven, Taets van Ainerongen Olivier, Stoffels, Siegenbeek, de Moen, Gevers, le Poole, Leem bruggen, Cock, Bucaille, van Ouleren en de Voorzitter. Nadat de Notulen der vorige Vergadering zijn gelezen en goedge keurd, wordt door den Voorzitter overgelegd eene nieuwe redactie van art. U der verordening voor de vrijheidveiligheid en rein heid van stralen enz voorgesteld door de Commissie voor de huis houdelijke verordeningen, en luidende als volgt: Zonder bevel van wege het gemeentebestuur mogen uit de bestratingen der gemeente geene steenen losgebroken worden, noch losliggende steenen verplaatst of in het water geworpen. Zonder verlof van den Burgemeester, mogen om geenerlei re denen pennen of staken lusschen de slraatsteenen worden gesto ken, noch touw of ketting om boom of bruggenleuning geslagen." Is besloten dit stuk ter visie van de leden in de leeskamer neder te leggen. Vervolgens wordt door den Burgemeester in behandeling ge- bragt het concept-raadsbesluit betreffende hel belastingstelsel, en wel in de eerste plaats het amendement van het lid ten Sande op N°* 6, waaromtrent de stemmen in de vorige Vergadering hebben gestaakt en waarbij dit N°. wordt voorgesteld te luiden als volgt: »Er zullen op de hoofdsom van den rijksaccijns op hel gedistil leerd geheven worden honderd vijftig opcenten voor zoo veel het binnenlandschen negentig opcenten voor zoo veel het bui- tenlandsch betreft. Alsmede zal er op hel ingevoerde gedistilleerdwaarvan de rijksaccijns elders voldaan is, eene belasting geheven worden, ten bedrage van achttien gulden per vat binnenlandsch gedistil leerd en gelijke achttien gulden per vat buitenlandsch gedistil leerd, beiden van tien graden sterkte, of bij meerdere of mindere sterkte naar evenredigheid." En is dit aangenomen met 12 tegen 7 stemmen. Voor hebben gestemd de IIH. Stoffels, Siegenbeek, de Moen, Gevers, Cock, Bucaille, Luzac, Huyser, ten Sande, Sikkel Groos, van Kaathoven en Taets van Amerongen. Tegen de HH. le Poole, Leembruggen, van Outeren, de Breuk, Ysselsteyn, Olivier en de Voorzitter. Door den Burgemeester wordt voor N°. 8 eene andere redactie voorgesteld, luidende: »Er zullen op de hoofdsom van den rijksaccijns op de buiten- landsche likeuren geheven worden zestig opcenten. Alsmede zal er op de ingevoerde buitenlaudsche likeuren, waarvan de rijksaccijns elders voldaan is, eene belasting geheven worden ten bedrage van achttien gulden voor iedere 100 kan, om het even van welke sterkte of gehalte. Alsmede zal er van alle soorten van binnenlandsche likeuren en andere vermengde drankenwaarvan de sterkte of gehalte niet kan opgegeven worden eene belasting geheven worden van vijftien gulden vijftig cents voor iedere 100 kan. Bij invoer van gedistilleerd, wijn of likeuren, zal eene flesch of kruik ter grootte van eene kan of meer dan eene halve kan voor eene geheele. en halve flesschen of kruiken ter grootte van eene halve kan of minder, voor eene halve kan worden bere kend en flesschen of kruiken van grooler inhoud dan eene kan naar evenredigheid." Aangenomen met"14 tegen 5 stemmenzijnde die van de leden Leembruggen, van Outeren, Ysselsteyn, van Kaathoven en Olivier. Eindelijk wordt met 18 tegen 1 stemmen, zijnde die van het lid Luzac, aangenomen N°. 3, door Burgemeester en Wethouders bij hun laatste rapport gewijzigd, en van 110,000 tot ƒ120,000 uilgetrokken, het luidt als volgt: »Er zal, te beginnen met 1 Januarij 1856, geheven worden eene plaatselijke directe belasting ten bedrage van hoogstens 120,000; naar hetgeen als vermoedelijke vertering voor een redelijken maatstaf van hel inkomen wordt gehouden, met dien verstande, dat bij gelijke inkomsten de huisgezinnen, naar mate deze uit meerder of minder leden bestaanin evenredigheid lager of hooger dan anderen belast wordend' Hierna wordt door het lid Olivier als motie van orde voor gesteld: o. de eindbeslissing over het voorstel van Burgemeester en Wet houders, waarvan thans de onderdeelen zijn aangenomen te verdagen lot dal omtrent de verordening op de invordering der belasting op het gemaal door de Commissie van Finantt© rapport zal zijn gedaan. b. de genoemde verordeningovereenkomstig de verordening op den werkkring der onderscheidene raadscommissiëntestellen in handen van de Commissie van Finantie, ten fine van berigt en raad. c. deze zelfde verordening mede te stellen in handen van de Kamer van Koophandel en Fabriekenom bepaaldelijk te worden gehoord omtrent de daarin voorgedragen belemme ringen voor den handeldie bij de invordering van alle accijnsen moeten worden voorgeschreven. Na deliberatie is achtereenvolgens aangenomen a met alge- meene en b met 18 stemmen, hebbende het lid de Moen zich buiten stemming gehouden terwijl c met 11 tegen 6 stemmen is verworpenhebbende de leden le Poole en Leembruggenals leden van de Kamer van Koophandelzich buiten stemming gehouden. Yoor stemden de HII. Siegenbeek, do Moen, van Outeren, de Breuk, Ysselsteyn en Olivier. Tegen de HH. Stoffels, Gevers, Cock, Bucaille, Luzac, Huyser, ten Sande, Sikkel Groos, van Kaathoven, Taets van Amerongen, en de Voorzitter. Het lid van Kaathoven verlaat de Vergadering. Vervolgens wordt in behandeling gebragt de verordening op de invordering eener plaatselijke directe belasting binnen de ge meente Leyden. Na eenige wijzigingen zijn de onderstaande arlt. daarvan met algemeene stemmen aangenomenhebbende het lid Cock bij de behandeling van art. de Vergadering verlaten, terwijl mede met algemeene stemmen is goedgevonden de artt. 6 en 7 van de concept-verordening te doen vervallen. Deze alsnu gewijzigde artt. luiden als volgt: Art. 1. De belasting wordt geheven van alle ingezetenen, die een jaarlijksch inkomen van meer dan drie honderd gulden hebben. Art. 2. Als jaarlijksch inkomen wordt genomen de uiterlijke staat of vermoedelijke vertering van den belastingschuldige; be rekend naar aanleiding van art. 243 der Gemeentewet op de Ka dastrale huurwaarde, zijnde de grondslag die voor een rede lijken maatslraf van het inkomen der belastingschuldigen te hou den is«net inachtneming van het aantal kindereu tot het huis gezin behoorende. Voor hen die op kamers of bij anderen inwonen, zal naar gelijke regelen, één derde van het bedrag van den geheelen aanslag waarvoor de hoofdbewoner wordt aangeslagen, afzonder lijk berekend worden. De bewoners van huizen in bijzondere gedeelten van elkander gescheidenworden ieder voor het door hen bewoonde ge deelte in gelijke deelen aangeslagen. Art. 3. Van dat bedrag van het jaarlijksch inkomen of ver moedelijke vertering wordt geheven vijf en een half ten honderd voor hoofden van huisgezinnen die vier kinderen hebben tot het huisgezin behoorende. Die aanslag wordt verminderd met vijf ten honderd voor ieder kind meer, en met gelijke vijf ten honderd vermeerderd voor ieder kind minder. Art. 4. Elk hoofd van een huisgezin of ieder ander die een eigen middel van bestaan van meer dan drie honderd gulden bezit, is vei'pligt jaarlijks, nadat daartoe van Burgemeester en Wethouders bij openbare afkondiging eene kennisgeving is ge schiedbjj behoorlijk schriftelijk ingevuld billet, daartoe aan de woningen gezonden en leruggevi-aagd aangifte te doen van zijne schuldpligtigheid en van het aantal zijner kinderen, tot het huis gezin behoorende. Die zoodanig billet niet mogt hebben ontvangenis verpligl daartoe aanvrage te doen ter Secretarie der gemeente. Art. 5. Onnaauwkeurige of verzuimde aangifte die tot verkor ting der belasting leidt, wordt gestraft met eene boete van vijf tot honderd gulden." Hierna stelt het lid Stoffels als motie van orde voor, de eind beslissing over de geheele verordening tot de raadsvergadering op morgen te houden uit te stellen, hetgeen met algemeene stemmen wordt aangenomen. Waarna de Vergadering is gesloten. Het verslag van de Zitting van 4 Sept., ml in een volgend Bijblad worden medegedeeld. Te Leyden ter Boekdrukkerij van J. G. LA LAU,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1855 | | pagina 6