Met liet begin van November jl.bedroeg liet getal Belgische fabrikan ten, die voorwerpen naar de Parijsclie Tentoonstelling beloofden te zenden, 639, terwijl bet getal kuristbeoefenaren met hetzelfde doel beliep schilders 112, beeldhouwers 24, graveurs op koper 4, stempelsnijders 8 en teeke naars 2. In 1853 vertrokken van Antwerpen 66 schepen met 15,262 passagiers en in 1854, 106 schepen inct 25,796 landverhuizers; dus in dit jaar cene vermeerdering van 50 schepen en 10,534 landverhuizers. Uit eene vergelij king met eene vroegere opgaaf blijkt, dat sedert. 12 jaren uit Antwerpen zijn vertrokken 744 schepen welke te zamen 131,685 passagiers hebben vervoerd. ElVeELANffi. LONDEN24 December. In de zitting van het Iloogerhuis van den 21stcn zeide de Heer Cohden o. a.: Waartoe zal het dienen dat wij Sebastopol bezetten? Sebastopol is volstrekt niet het bolwerk der Russische rnagt. Is Sebastopol vernield, dan zullen de Russen gcene andere eerzucht hebben dan het te herbouwen, hetzij daar of elders. Turkye zal er voorzeker niets bij winnen. Turkye zal alleen dan veilig en zeker zijn, wanneer zijn inwendige toestand goed is, en dit is alleen met den vrede mogelijk. De oorlog is het beste middel om Turkye ten onder te brengen. Wil men Turkye redden, men hervorrne zijn bestuur, geve ontwikkeling aan zijne hulpbronnen en verlossc liet uit zijne tegenwoordige ellende. Lord John Russell beweerde, dal de bedoeling van den Czaar was, geheel Turkye te veroveren en Konstantinopel te bezitten, en dat de oorlog niet tot een goed einde kan gebragt worden, indien aan de Regering de middelen worden onthouden, en verklaarde, dat de vrede kan gesloten worden op de 4 bekende voorwaarden 1°. waarborg der privilegiën van de Donau-Vorslcndom- men onder bescherming der 5 groote Mogendheden; 2°. vrije Donau-vaart 3°. integriteit van het Ottomanische Rijk en behoud van hel evenwigt; 4°. ge lijke waarborg der privilegiën voor alle Christenen in Turkye, welke punten hij uitvoerig toelichtte. Op den Minister volgde als spreker Sir John Pakington, die de bill bestreed, en na hem Bright, die o. a. zeide: Wat de 4 punten van waarborg betreft, de edele Lord (Russell) wil Turkye verstikken, om te beletten dat Rusland het verplettere. Ik ben bereid te bewijzen, dat de Engelsche Begering ge daan heeft al wat zij beeft kunnen doen, om den vrede onmogelijk te maken, en dat zij alleen voor den oorlog verantwoordelijk is. Wanneer ik uwe Mi nisters aanzie, dan ijs ik bij de gedachte aan de gevolgen hunner politiek; ik herinner mij die achtbare medeleden, wier plaatsen in deze zaal ledig zijn, en die in de Krimof in de golven der Zwarte zee den dood hebben gevonden. Ik bevond mij in het Iloogerhuis, toen het voorstel werd gedaan om aan de legers en de vloten dank te betuigen, en ik zag de tribunes gevuld met in rouw gekleede vrouwen. Is dit alles niets? En in al de dorpen en in al de steden heeft de smart over het verlies van dierbare betrekkingen haren zetel gevestigd.... omdat het Ministerie het dos heeft gewild, toen het in de gele genheid was het te voorkomen. Ik beschuldig het Kabinet niet, willekeurig dit lijklaken over geheel het land te hebben uitgespreid, maar ten minste heb ik het regt te hopen, dat over de treurige oorzaak van zoo veel onheilen moge worden beraadslaagdmet ter zijde stelling van al die fantastische vrees voor Ruslandheb ik de innige overtuigingdat deze oorlog door niets kan worden geregtvaardigden dat de onpartijdige veder der historie er de nako melingschap het bewijs van zal leveren. Men zegge uiet, dat ik de eenige hen die dit magleloos en misdadig Ministerie veroordeel, en al ware ik alléén, te midden van het gekletter der wapenen en het geschreeuw van eene veile pers, zou ik ten minste den troost hebben, nooit een enkel woord te hebben geuit, dat heeft kunnen bijdragen tot het verspillen der schatkist van mijn land, en tot het vergieten van één enkelen droppel bloed van mijne land- genooten. Met den overlandpost verneemt men, dat indien Perzië mogt weigeren zijne troepen uit Midden-Azie terug te trekken, de Engelschen eene krijgs- magt tegen Teheran zullen zenden, om den Shah te dwingen zijne plannen van inval in Turkye en van een verbond met hel Russische rijk te laten varen. Uit Australië is weder voor eene waarde van 38,000 aan goudstof en gouden munt ontvangen. In 1854 hebben de Vereenigde Staten 23 millioen acres land verkocht zijnde 6 millioen meer dan in 1853. Luidens brieven uit Canton van 10 Nov. hebben de opstandelingen de omstreken dier stad geheel verlaten. FRANKRIJK. PARIJS 26 December. De Keizer heeft heden op het paleis der Tuilerien, de Wetgevende Verga dering met eene troonrede geopend, waarin hoofdzakelijk het volgende wordt gezegd Mijne Heeren de Senateurs! Mijne Heeren de Afgevaardigden! Na uwe laatste zamenkomst zijn groote gebeurtenissen voorgevallen. Het door mij gedaan beroep op het Land om de kosten des oorlogs te dekken heeft mijne verwachting zelfs overtroffen. Onze wapenen hebben in de Oost- als Zwarte zee gezegepraald in twee groote veldslagen. Onze innige verslandhouding met Engeland is gebleken. De Keizer van Oostenrijk heeft nu een verdedigend, weldra misschien een aanvallend verbond met ons gesloten. Dus, neemt het aantal bondgenooten toe naarmate de oorlog zich verlengt. Het verbond met Engeland is de vereeniging van twee magtige Natiën voor de zegepraal eener zaak, in welke, sedert meer dan eene eeuw, hare grootheid, de belangen der beschaving en te gelijk de vrijheid van Europa betrokken zijn. Na vervolgens zoowel de Engelsche als de Fransche krijgsmagt te hebben geprezen, erkent de Keizer, dat de oorlog, wreede opofferingen na zich sleept; nogtans, gaat Z. M. voort, gebiedt alles mij dien met kracht door te zetten, en met dit doel steun ik op uwe medewerking. Het leger te land bestaat thans uit 581,000 soldaten en 113,000 paarden. Bij de marine zijn 62,000 zeelieden; ter aanvulling is eene ligling van 140,000 man noodig. Eene wet zal u worden aangeboden omzonder bezwaar voor de schatkist den toestand te verbeteren der soldatendie op nieuw dienst nemen. Hier door zal het aantal der oude soldalen worden vergroot en de druk der con scriptie verligt. Ik zal magtiging vragen om eene nieuwe nationale leening te sluiten. De openbare schuld zal er door aangroeijen, maar door de conversie der rente, was die 21) millioen verminderd. De opbrengst der leening alleen zal de behoeften des oorlogs bestrijden. De inkomsten zijn niet verminderd. Alle groote werken van openbaar nut worden voortgezet, en de Voorzienig heid heeft ons wel een voldoende oogst willen schenkeu. De Regering sluit nogtans do oogen niet voor de bezwaren, door de duurte der levensmidde len ontstaan. Zij heeft alle in hare magt staande maatregelen genomen om die te lenigen. Zij heeft op vele plaatsen nieuwe bronnen voor den arbeid geopend. De strijd, die, beperkt door matiging en regtvaardigheiddoch levens aller gemoederen met ontzetting vervullende, thans wordt voortgezet, schrikt zoo weinig de belanghebbenden af, dat weldra de voortbrengselen des vredes uit de verschillende landen hier zullen worden verecnigd. De vreemdelingen zullen gewisselijk zijn getroffen door het hartverheffende schouwspel van een Land, 'twelk, steunende op de Goddelijke Voorzienigheid, met kracht, op 600 mijlen afstands, een oorlog voert en te gelijkertijd zijnen binnenlanschen rijkdom ontwikkelt; een Land, waar de oorlog den bloei van handel en landbouw niet belemmert, noch de vooruitgang van kunsten en wetenschap pen tegenhoudt, en waar het genie van de natie zich vertoont in alles, wat de glorie van Frankrijk kan uitmaken. De Heer Drouyn de Lhuys, Minister van Buitenl. Zaken, is door den Keizer van Oostenrijk tot Ridder der Leopolds orde benoemd. De Parijsche bakkers hebben bekend gemaakt, dat zij, in plaats van aan hunne begunstigers bet nieuwjaarsbrood aan te bieden zijn overeenge komenom gezamentlijk 275,000 pond brood van de beste kwaliteit ter beschikking te stellen van de algemeene administratie voor de armen. Gedurende de 11 eerste maanden des jaars hebben de invoerregten eene som van 134,062,050 fr. bedragen; over gelijk tijdvak in 1853 was het be drag slechts 128,555,300 fr. De opbrengst over de maand December was 13,235,130 fr. tegen 12,133,961 fr. over gelijk tijdvak in 1853. De ver meerdering is alleen het gevolg van den vermeerderden invoer van suiker, het gevolg der vermindering van de beetwortelsuiker-fabriekatie. Deze ver mindering spruit voort uit het toenemende verbruik van beetwortel in de distilleerderijen. De Indiana heeft Marseille verlaten met 1500 man troepen voor de Krim. Verscheidene Zwitsersehe huizen hebben in last ontvangen, om in zoo kort mogelijken tijd vele duizende wollen sokken en villschoenen met hou ten zolen voor het leger in de Krim te leveren. ZWITSERLAND. Ter bestrijding der kosten met betrekking tot 'de groote Parijsche tentoon stelling in 1855 heeft hel Zwitsersehe Bewind een crediet van 24,000 fr. geopperd. De nog hangende geschillen tusschen Oostenrijk en Zwitserland zullen eerlang ganschelijk uit den weg zijn geruimd. Wat Sardinië betreft, welke slaat in den jongslen tijd meer dan een blijk van toenadering tot Oostenrijk heeft gegevenverneemt men dat Graaf Orloff, die van de Russische Regering in last had het Kabinet van Turyn hiervan af te houden, in deze zijne zen ding niet geslaagd is. SPANJE. MADRID, 24 December. In de zitting der Cortes van den IS"1611 heeft het Ministerie gezegd, dat het eiland Cuba te verkoopen, gelijk zonde slaan met het verkoopen van Spanjes eer. Daarop is de begrooting voorgelezen voor 1855 zijn de uitga ven geraamd op 1567 millioen realen en de gewone en buitengewone ont vangsten op 1569 millioen. Na de lezing is een wels-ontwerp ingediend ter magtiging, om te beginnen met 1 Jan. 1855, de opgegeven belastingen te innen, zonder de wijzigingen, welke de Cortes daarin mogten brengen. De Heer Lopez Infame heeft met kracht een voorstel verdedigd, strek kende om aan de leden der geestelijkheid het kiesregt te ontnemen. Nadat de Regering verklaard heeft zich niet te verzetten tegen bet in overweging nemen van dat voorstelis met eene groote meerder heid daartoe besloten. Tot dekking van bel tekort in de ontvangsten te ontstaan door de afschaf fing der octrooiregten stelt de Ileer Sanchez Silva voor, aan de geestelijkheid de dotatie te ontnemen, die voor haar op de begrooting is uitgetrokken, en te besluitendat de bedienaren der godsdienst voortaan door de geloovigen vrij willig zullen worden bezoldigd. De Regering zal dit voorstel krachtig be strijden omdat het vraagstuk der godsdienst zou beslissen in democratischen zin, volgens welken in den staat geen officiële eeredienst, geen beschermende kerk zou worden erkend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1854 | | pagina 2