LEYDSCHE COURANT. VRIJDAG, 10 MAART. BINKENLANDSCHE BEBIGTEV .18 S4>. De Courant wordt Vrijdag uitgegeven, uit Zaturdag Avond. MaandagWoensdag en Die van Maandag komt De Prijs der Courant is f 12 in het jaar de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven LEYDEN, 9 Maart. Naar men verneemtis dezer dagen uitvoering gegeven aan het vonnis waarbij J. J. van Son alhier veroordeeld werd tot eenige maanden gevange nisstraf wegens het uitoefenen van de geneesknnst, zonder daartoe eenige be voegdheid te bezitten. Hierdoor is gelukkig een einde gemaakt aan deze onwettige handeling en is althans het ligtgeloovige publiek voor geruimen tijd buiten slaat gesteld zijne gezondheid en zijn leven roekeloos aan iemand toe te vertrouwen, die de vereischte waarborgen van kunde en geschiktheid niet geleverd heeft. De St. Cour. berigt, dat Curatoren van het Stolpiaansch Legaat aan de Universiteit alhier in hunne vergadering van 25 Feb. 1854 besloten heb ben aan de in de Ncderduitsche taal geschrevene verhandeling, bij hen inge komen op de in 1852 voorgestelde Prijsvraag: Wat is er van den kant der Christelijke zedekunde in te brengen tegen het gebruik van de Schriften der Grieken en Romeinen tot de wetenschappelijke opleiding der jeugd" enz. geteckend met de zinspreuk Oi yag ljtaio%vvoiiai to bayylItov tov XqiOcov enz. Rom. 1. 18, den uitgeloofden eereprijs toe te kennen, waarvan schrijver is Ds. U. P. Okken, Theol. Doet. te Sol werd en Marsum, provincie Groningen. Het getal opgenomenen in het werkhuis, in de laatste twee dagen, is geweest als volgt: 8 Maart 324 volwassenen, 124 kinderen, te zamen 448. 9 330 126 456. Uit Alpben wordt van den 6ion aan de N. R. C. gemelddat dien dag aldaar de sluiting plaats had van de lezingen over den landbouw, door Dr. Oudemans gedurende dit wintersaizoen wekelijks gehouden. Bij die ge legenheid werd door het bestuur der afdeeling Alpheri en omstreken namens de gezamenlijke leden, aan gcmelden Heer een kostbaar boekgeschenk over handigd, als een blijk van erkentenis en achting, terwijl de vergadering werd besloten met eene doeltreffende rede van den Heer Jhr. Mr. D. T. Gevers van Endegeest, tot dat einde aldaar mede tegenwoordig. Wij vernemen, zegt het Handelsbladdat een uitvoerig adres door de paardenpostmeesters aan de Tweede Kamer zal worden toegezonden. Het hoofdzakelijke verlangen van adressanten is vergoeding uit 's Lands kas, bij aldien de paardenposterijwaaraan niet valt te twijfelen, wordt afgeschaft; aangezien de paardenpostmeesters volgens de Fransche wetten zijn Rijks ambtenaren en dat hij die getrouw zijn pligt waarneemt, en builen zijn toedoen, ten voordcele van anderen wordt ontslagen, met verlies van alle belooning of vergoeding niet kan worden weggezonden, zonder dat hierdoor het grootste onregt wordt gepleegd. Uit Vlaardingen wordt van den 5lIeD gemelddat dien dag aldaar was aangekomen stuurman C. Versteeg, voerende het Nederl. hoekersciiip Vaarwel, met gedeeltelijk verlies van visch- en ankertuig, die den 26sten Febr.met groote moeite en levensgevaar, de bemanning, bestaande uit 9 man, had gered van het Engelsch schip William en Elisa, dat in zinkenden toestand zich bevond. Den volgenden dag had hij op sleeptouw genomen, en mede behouden binnengehragt, het te Vlaardingen te huis behoorende schip Elisabeth Neeltje Johanna, stuurman AV. van der Sjouw, welke in den nacht van 24 en 25 Februarij, in een hevigen storm zijnen mast, zeilen en verder rondhout verloren had. In den avond van den 6,lcn is met de stoomboot van Vlissingente Rotterdam aangekomen, de manschappen der Russische oorlogskorvet Navarino, die zich sedert eenigen tijd te Vlissingen heeft bevonden, welke manschap, ongeveer 160 sterk, naar men verzekerde, de reis over Amsterdam zou voort zetten, om naar hun vaderland weder te keeren. Men meldt uit Enkhuizendat eenige visschcrslieden van daar in de voorleden week voor ongeveer/1,000 aan kabeljaauw en roggen hadden gevangen. Den CJen wer(j ge eerste schapenmarkl gehouden. Er werden 67 4 stuks aangebragt. Niettegenstaande de lagere koersen aan de markt te Londen werden goede prijzen besteed. Dien dag waren op de paardenmarkt te Utrecht 642 paarden aangebragt. Er werd veel opgekocht door Fransche en Duitsche kooplieden, zoodat de markt levendig was. Uit. Aallen in Gelderland wordt gemeld dat onderscheiden personen, na hunne bezittingen ten gelde te hebben gemaakt, den lstcn dezer genoemde plaats hebben verlaten, om zich naar Noord-Amerika te begeven; zij worden binnen kort door 70 anderen gevolgd. Ook uit Noord-Brabant begeven zich onderscheiden personen daar heen; tc Ravestein waren 160 personen gereed om de Maas naar Rotterdam af te zakken en verder de zeereis te aanvaarden. In den avond van 28 Februarij werd door een landbouwer van Losser, aan het hoofd van de policie te Enschedé aangift gedaan dat hem een zak met ongeveer 700 van zijn wagen, die voor het logement de Klomp gestaan hadwas ontvreemd. De policie was dadelijk ijverig werkzaameen grooter personeel dan gewoonlijk werd in functie gesteld; even voor middernacht wa ren allen gereed hun pligt te doen, toen juist de boer kwam zeggen, dat zijn schat was teruggevonden. Eene oude behoeftige vrouw, bij een buur man melk gaande halen, stiet tot tweemalen tegen den zak, en denkende dat straatjongens er een steen hadden ingedaan, had zij hem eerst laten lig gen, evenwel, zij sleepte hem toen mede, en zag dat het geld was. Zij en haar zoon besloten nu de gelden tot den volgenden morgen te bewaren en dan te doen uitklinken. Doch ook hun kwam de mare van den diefstal ter ooren oogcnblikkelijk wonnen zij de vereischte berigten in, en ziet! juist toen den landman met wanhoop in het hart naar huis reed, werd hem zijn geld ter hand gesteld. Er wordt niet gemeld of de vrouw eenige belooning heeft ontvangen. Onlangs is het Berigt N°. 2, wegens den toestand van de landbouw kolonie Nederlandsch Mettray, te Rijsselt bij Zutphen, in het licht verschenen. Het getal kweekelingen was geklommen lot 73, waarvan een reeds was be hulpzaam geweest als metselaar, bij het bouwen eener familie-woningen 3 andere als timmerlieden. Reeds 7 familie-woningen zijn gebouwd en men vleit zich met een achtste, waartoe door 2 menschenvrienden te Rotterdam ieder eene som van 500 werd geschonken. De vereeniging telt reeds 30 afdeel ingen, waarvan er 7 in den loop van 1853 werden opgerigt, benevens een algemeen departement. Deze gczamentlijke afdeelingen (buiten Kampen, die nog niet op den staat voorkomt) lellen 486 medestichters, 138 contribue rende medestichters, 1511 leden en 221 begunstigers, wier bijdragen in het afgeloopen jaar ƒ9463.575- beliepen. Van Aug. 1852-tot Aug. 1853 werd bovendien aan het stichting-fonds bijgedragen, eene som van ƒ9485, waar onder begrepen zijn 1500 van Mr. J. C. Walkaart en Vrouwe J. van Id- singa, te Amsterdam1500 van Mr. J. H. Boelens en Vrouwe L. Meden- dorp, te Leeuwarden, en 1500 van Z. M. den Koning, welke giften bestemd waren, tot het bouwen van even zoo vele familie-woningen. De uit breiding onzer inrigting, zegt de algemeene Penningmeester, en de vermeer dering van het aantal kweekelingen, hangt geheel en al af van de toetreding van nog zeer velen tot het lidmaatschap onzer vereeniging. Landgenooten u zij de verdere ontwikkeling dezer goede zaak vriendelijk aanbevolen. U toebetrouwd, is zij in goede handen!" De Memorie van Beantwoording der Fiegering op het voorloopig verslag der commissie, omtrent de wetsontwerpen tot regeling van het muntwezen in Nedcrl.-Indicis bij de Tweede Kamer ingekomen. Hetgeen omtrent de wenschelijkheid van den zilveren standaard als grond slag van het Indische munstelsel aan te nemen, in het voorloopig verslag is vermeld, stemt geheel overeen met de zienswijze der Begering. Ook beaamt zij, wat de kopercirculatie betreft, dat zorg behoort te worden gedragen, dat de massa in omloop blijvende koperen pasmunt niet onevenredig groot zij; het cijfer van 10 mill, gulden, daarvoor aanvankelijk bestemd, moet dan ook, zoo als reeds in de Memorie van Toelichting van dit wets-ontwerp is op gemerkt, worden beschouwd als een bedrag dat voor vermindering vatbaar zijn zal, wanneer de inlandsche bevolking zich aan het gebruik van zilver geld en vooral van zilveren pasmunt zal hebben gewend. De Regering blijft de vestiging eener munt op Java onnoodig rekenen, vooral als men doeltreffend gebruik maakt van de bevoegdheid om zoo noodig vreemde munt te tariferen. Bij de sterke wisselingen, waaraan de waarde van het goud tegenwoordig onderhevig is, acht de Regering het meest geraden deze zaak voor 's hands aan haren natuurlijken loop over tc laten. De Begering is voornemens hel etablissement te Socrabaya voor de aan munting van nieuwe koperen pasmunt in gereedheid te brengen. De Regering verlangt met de groote meerderheid der leden voor het munt stelsel iu Nederl.-Indië deuzelfden grondslag als voor het mooderland.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1854 | | pagina 1