KORT VERSLAG
ZITTING VAN DEN GEMEENTERAAD VAN LEYDEN.
BIJBLAD 1°. 6.
Behoorende bij de Leydsche Courant van 6 Maart Ó854JV°. 28.)
DER
-O-ooh>O H c-c-c-c-o-
hitting van 6 Maart.
Afwezig de Hil. Adriaans, le Poole, Taets van Amerongen,
Olivier en Leembruggen.
Alvorens tot de lezing der notulen overtegaan wordt door den
Burgemeester voorgesteldtot de installatie van het nieuw be
noemde lid dezer Vergadering den Heer lluyser overtegaan j ge
noemden Heer ter Vergadering tegenwoordig heeft daarop in
handen van den Voorzitter de gevorderde eeden afgelegd, waarna
ZEd. door den Voorziller als lid van dezen Raad plegtig is geïn
stalleerd, en als zoodanig heeft zitting genomen.
De notulen der vorige Vergadering gelezen en goedgekeurd.
De Burgemeester geeft te kennen dat het lid Olivier wegens
ambtsbezigheden verhinderd is deze Vergadering bij te wonen.
Is vervolgens mededeeling gedaan van het navolgendesedert
de jongste Vergadering ingekomen stukken, als:
1°. Van een besluit van Gedeputeerde Staten van Zuidholland
van den 14den dezer maand (Prov. Blad N°. 18) daarbij mededee
ling doende eener beslissing van den Hoogen Raad omtrent de
wijze der benoeming van makelaarsen
2°. Eener dispositie van Gedeputeerde Staten voornoemd van
den 23 Februarij jl. N°. 2 omtrent de kosten van vergrooting der
Kazerne aan de' Morschpoort en het dekken dezer uitgaaf door
eene geldleening van 60,000.
Beide deze stukken voor kennisgeving aangenomen.
Nog is door den Burgemeester overgelegd
Een adres van den pachter van het Heeren Logement den Burg,
L. VerhaafF alhier, kennis gevende dat hij bereid is op den eerst-
komenden Pinkstermaandag den Burg voor het publiek gesloten
te houdenwanneer hij van wege de regering hiervoor wordt
schadeloos gesteld.
In handen van Burgemeester en Wethouder.
Aan de orde is vervolgens:
1°. De benoeming van een Stads torenwachter in plaats van
A. Huge, die als zoodanig zijn ontslag heeft verzocht.
De IIU. Gevers, Stoffels en ten Sande zijn aangewezen om
met den Burgemeester het bureau van Stemopneming voor de
benoeming in deze Vergadering uit te maken, waarna met 20
billelten zijn uitgebragt op C. J. van Pijpen 18 stemmen, en op
P. Lens en D. Kooreman ieder ééne stem.
Zoodat als zoodanig is benoemd C. J. van Pijpen.
2°. De benoeming van een Curator van het Stedelijk Gymna
sium in plaats van den Hoogleeraar J. Bake, die door zijn geno
men ontslag als lid van den Raad heeft opgehouden deze betrek
king te bekleeden.
Bij de stemming hierover zijn uitgebragt op de HH. Siegenbeek
9, van der Boon Mesch 6, vanOuteren, Ysselsteyn, Sikkel Groos,
van Kaalhoven en Cock ieder één stemmen, niemand alzoo de
volstrekte meerderheid verkregen hebbende, wordt tot eene
tweede stemming overgegaan. De Heer van der Boon Mesch
verzoekt evenwel niet verder in aanmerking te komen, als door
zijne vele bezigheden in de onmogelijkheid die betrekking te
kunnen waarnemen.
Zijn daarna uitgebragt op de HH. Siegenbeek 14, Cock en
Ysselsteyn ieder 2, van Outeren 1 stemmen, blanco 1 billet.
Zoodat eerstgenoemde Heer als Curator van 't Gymnasium is
benoemd.
3°. Het voorstel tot af- en overschrijving op de Gemeente-
Begrootiug voor 1853.
Met algenieene stemmen goedgekeurd tot het voorgestelde be
drag van 4950.
4°. Een gelijk voorstel lot af- en overschrijving op de Begroo
ting van de Plaatselijke Schoolcommissie voor 1853.
Mede met algemeene stemmen goedgekeurdhebbende de HH.
Siegenbeek en van der Hoeven, als leden der Commissie aan de
stemming geen deel genomen.
5°. Het voorstel tot afkoop van het onderhoud der landhoofden
aan de Reijerskopsche brug in het Utrechtsche Trekpad.
Ook met dit voorstel heeft de Vergadering zich met algemeene
stemmen vereenigdde afkooppenningen te bepalen op f 1200.
6U. de rekeningen van de Commissie benoemd tijdens het heer-
schen der Cholera Asiatica binnen deze gemeente.
Conform het rapport der Commissie van Finantie wordt beslo
ten deze rekeningen zoo als zij zijn liggende goed te keuren,
onder dankbetuiging aan de Commissie voor het in deze verrigte.
7°. De missive van den Commissaris des Konings in deze Pro
vincie, omtrent de betaling door de gemeente van verpleegkosten
van bedelaars enz. in de Koloniën der Maatschappij van Welda
digheid.
Conform het rapport van Burgemeester en Wethouders heeft
de raad besloten in antwoord op die missive te kennen te geven:
dat de bij genoemde missive aangehaalde Kouinklijke besluiten
hem niet als genoegzaam overtuigend zijn voorgekomen dat daar
uit de verpligting voor deze gemeënte zoude kunnen worden
afgeleid, tot voldoening der verpleegkosten van veroordeelde
bedelaars, noch voor het tijdvak na het uiteinde der hun opge
legde gevangenisstraf tot aan het oogenblik hunner overbrenging
naar de gestichten der Maatschappij van Weldadigheid, noch ge
durende den tijd dat zij in die gestichten worden verpleegd.
Dit besluit is genomen met 19 tegen 1 stemmen die van den
Heer Luzac.
8°. Het verzoek van J. II. J. Casteeleu, steenhouwer alhier, tot
het leggen van steen op de Koepoortsgracht.
Dit verzoek is met algemeene stemmen tot kennelijk wederop-
zeggen ingewilligd.
9°. Een gelijk verzoek van den steenhouwer J. II. I. Stcijger
tot het leggen van steen op den Stillen Rijn.
Conform het rapport der Commissie van fabricage wordt met
17 tegen 3 stemmen die van de leden Lisman, Sikkel Groos en
van der Hoeven besloten, uit hoofde der geringe breedte van
deze gracht dit verzoek te wijzen van de band.
10°. Het adres van J. Kallenberg omtrent de heffing van een
grondrente ad f 4.705 ten behoeve dezer gemeente, en die vol
gens den requestrant niet in overeenstemming zoude zijn met
den titel.
Wordt met algemeene stemmen besloten conform het rapport
van Burgemeester en Wethouders, aan den adressant te kennen
te geven, dat hij als eigenaar van de percelen Sectie C, Nci.
434 en 436, te regt belast is met genoemde grondrente, en zijn
verzoek alzoo voor geene gunstige beschikking vatbaar is.
11°. Het adres van de Erven van wijlen Hendrik Poltum in
leven Secretaris van het voormalig Collegie van Mr. Regenten der
lluizitten en Diaconie Armen, en als zoodanig tevens Secretaris
van de vroegere Commissie van Bestuurders van het Minnehuis,
waarbij deze de uitbetaling verzoeken van de tractemenlen aan
den overledene verschuldigd, en wel in de 1° hoedanigheid van
eene jaarlijksche som van f 600 van 1 Julij 1848 tot 23 April
1853, dag van zijn overlijden, en in de laatste betrekking van
eene jaarlijksche som van 200 van 1 Januarij 1849 tot 23
April 1853.
Op welk adres door Burgemeester en Wethouders wordt gera
den dit verzoek te wijzen van de hand, met welk rapport de
Commissie van finantie zich zooveel het finantieel gedeelte be
treft, als tot hare bevoegdheid behoorende, vereenigd.
Bij de deliberatien wordt door het lid Lisman hieromtrent
voorgesteld, dat deze stukken mogen worden gesteld in handen
eener Commissie ad hoe, ten einde te onderzoeken in hoeverre de
gemeente regtens gehouden is deze gelden te voldoen.
En dit met 18 tegen 2 stemmen, zijnde die van de leden
Lezwijn en Bucaille aangenomen zijnde, wordt tot de benoeming
dezer Commissie overgaan, waarbij worden uitgebragt op de HH.
Cock II, van Outeren 10, Siegenbeek 9, Luzac 7, Sikkel Groos
4, lluyser 4, Olivier 3, Lisman 3, Gevers 2. van Stirum, IJs-
selsteyn, Stoffels en de Breuk elk 1 stemmen, en blanco 1 billet,
zijnde alzoo benoemd de leden Cock, van Outeren en Siegenbeek,
doch vermits het lid Cock verlangt van deze Commissie, uit
hoofde zijner bezigheden te worden verschoond, wordt als opvol
gend daarvoor het benoemde lid Luzac verzocht, die zich deze
keuze laat welgevallen.
Het lid Krantz heeft inmiddels de vergadering verlaten.
12°. Het Reglement van Orde van Burgemeester en Wethouders
en voor de Vergaderingen van dezen Raad.
Conform het rapport der Commissie ad hoe wordt het eerste
met algemeene stemmen onveranderd goedgekeurd, terwijl vóór
de behandeling van het tweede door hel lid Gevers als motie van
orde wordt voorgesteld dit tot eene volgende zitting te verdagen
waarmede de Vergadering zich met 18 tegen 1 stemmen, die
van den Heer van Outeren, heeft vereenigd, waarna de Verga
dering is gescheiden.
Te Leyden ter Boekdrukkerij van J. G. LA LYU.