LEYDSCHE
COURANT.
,*AV
1854.
MAANDAG, 20 FEBRUARIj.
V fè -
BIMENLANDSCIIE BERIGTEN.
De Prijs der Courant is ƒ12 in het jaar
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven
De Courant wordt
Vrijdag uitgegeven
uit Zaturdag Avond
MaandagWoensdag en
Die van Maandag komt
i
LEYDEN 18 Februarij.
Het getal opgenomcnen in het werkhuis, in de laatste twee dagen, is
geweest als volgt:
17 Fehruarij 517 volwassenen, 261 kinderen, te zamen 778.
18 516 247 763.
De Gemeenteraad van het naburig Leyderdorp heeft de kermis afgeschaft.
De StaatsraadCommissaris des Konings in de prov, Zuidhollandheeft
ter kennis van de belanghebbenden gebragt, dat de sluiting der jagt op wa
terwild is bepaald op 18 Maart aanstaande.
Wij vernemenzegt bet Handelsbl.dat het Hoogleeraar-ambt aan
het op te rigten seminarie te Stellenbosch (Kaap de Goede Hoop) thans aan
geboden is aan de Pred. Taats, te Middelburg, en Toorenenbergente Vlis-
singen. De eerste heeft bereids bedankt.
De Haart. Cour. bevat de volgende globale opgaafDe gronden in den
Haarlemmermeer-polder, welke dezer dagen te Haarlem zijn verkocht, tot
eene gezamenlijke oppervlakte van 3269 b. 65 r. hebben eene som van
ƒ1,358,200 opgebragt.
Te Haarlem is een soldaat, die met anderen bezig was op een' der
zolders van het kleederen magazijn, goederen op te heischendaar hij strui
kelde, door het luik gevallen en terstond overleden.
De Wed. J. Gossianx, geb. Uilenberg, den 2(Icn dezer te Amersfoort
overledenheeft bij testamentaire dispositie gelegateerd5000 aan de
diaconie der Hervormden; ƒ1000 aan de kerk der Hervormden; 1000 aan
het diaconie-vrouwenhuis,; 500 aan de Herv. diaconie-school; 1000 aan
het burger-weeshuis en 500 aan het S'. Pielcrs- en Bloklands-gasthuis,
alles 4 pCt. Nat. Werk. Schuldvoorts ten behoeve van de armen der Ev.
Lutherschen, aan die der Rlerezie, aan die van de Xaverius-kerk en aan die
van de L. Vrouwe-kerkieder 300. in specie.
Te Goes is gisteren brand ontstaan in de garacine-fabi'iek van den Heer
O. Verhagen, die veel verwoesting heeft aangqrigf.
Het schip Amsterdam den tl4®" Januarij van Amsterdam te Suriname
aangekomenheeft die reis in den buitengewoon korten tijd van 23 dagen
afgelegd.
Eerdaags zal van den Helder de Nederl. kof Albina vertrekkenmet
21 landverhuizers uit den Palz aan boord, die zich verbonden hebben voor
de suiker-cultuur in onze West-Indische bezittingen.
Het ontwerp van wet, van veranderingen in de bestraffing van Misdrij
venluidt als volgt:
Art» 1. De doodstraf wordt door den seherpregtcr uitgevoerd op een schar
vot, door den veroordeelde met eenen strop om den hals aan eene galg vast
te maken en een luik onder zijne voeten te doen wegvallen.
Art. 13 van het Wetboek van Strafregt wordt afgeschaft»
Art. 2. De straffen van algemeene verbeurdverklaring der goederen den
schuldige toebehoorendevan het stellen onder bijzonder toezigt der hooge
politievan eeuwigdurenden of tijdelijken dwangarbeid zijn, voor zooverre
zij hier te lande nog bestaan, afgeschaft. De dwangarbeid is en blijft vervan
gen: de eeuwigdurende door eene tuchthuisstraf van minstens 5 en hoogstens
20 jaren, de tijdelijke door eene tuchthuisstraf van minstens 5 en hoogstens
15 jaren.
Art. 3. De bepaling van art. 2 der wet van 28 Junij 1851 Staatsblad
n°. 68) wordt uitgestrekt tot de gevallen, waarin de regter de gevangenisstraf
voor 2 jaren of minder zoude hebben uitgesproken.
Art. 4. De straf van het brandmerk wordt afgeschaft.
Art. 5. De straf van de kaak, als volgens art. 22 van het Wetboek van
Strafregt de straffen van eeuwigdurenden dwangarbeiddwangarbeid voor
«enen tijd en de tuchthuisstraf rëclusionvoorafgaande, wordt afgeschaft.
Art» 6. Waar. de straf van de kaak als op zichzelve staande straf bij het
Wetboek van Strafregt is bedreigd, wordt zij vervangen door eene correctionele
gevangenisstraf van 3 tot 5 jaren, en ontzetting van de regten in art. 8 de
zer wet vermeld, voor 5 tot 10 jaren. Indien nevens de straf van de kaak
geldboete bedreigd is, wordt die met de voormelde straffen toegepast.
Art. De straf van ontzetting van hurgcrschapsregten degradation civi-
<que) wordt vervangen door eene correctionele gevangenisstraf van een tot 3 ja
ren, met of zonder geldboete van 10 tot 500 gulden, en ontzetting van de
regten in art. 8 dezer wet vermeldvan 5 tot 10 jaren.
Art. 8. De regten, omschreven in art. 42 van het Wetboek van Strafregt,
worden vervangen doora. het kiesregtb. het waarnemen van alle open
bare bedieningen of ambtenc. het zijn van voogd of curator over vreem
den; d. het zijn van voogd of curator over eigen kinderen; e. het
afleggen van getuigenis onder eede in burgerlijke zaken in geval van wraking.
Het wordt den regter overgelaten de ontzetting dier regten, of sommige hun
ner, al of niet uit te spreken. De ontzetting van de waarneming van bedie
ningen of ambten is echter in de gevallen van artt. 6 en 7 dezer wet alleen
dan niet verpligtend, wanneer de regter art. 463 van het Wetboek van Straf
regt toepast.
Art. 9. Wanneer de beschuldigde, hetzij uit hoofde zijner jonge jaren,
hetzij wegens dwangbevel, billijke vrees, verleiding, bekrompenheid van ver
stand, wegens het geringe nadeel door de misdaad toegebragt, of andere ver
zachtende omstandigheden, eene aanmerkelijke vermindering van straf mogt
verdienen, kan de tuchthuisstraf van 5 tot 20 jaren door eene correctionele
gevangenis van één jaar minstens, de tuchthuisstraf van 5 tot 15 jaren door
eene correctionele gevangenis van 6 maanden minstens, en de gewone tucht
huisstraf van 5 lot 10 jaren door eene correctionele gevangenis van 3 maanden
minstens worden vervangen.
Art. 10. Poging tot misdaad wordt gestraft met de straf volgende op die,
welke bij de wel tegen de misdaad zelve is bedreigd. Indien bij de wet tegen
de misdaad zelve tuchthuisstraf {rëclusion) of verbanning is bedreigd, wordt
de poging gestraft met eene correctionele gevangenisstraf van één tot 5 jaren.
De bepalingen van dit artikel zijn niet toepasselijk op bijkomende straffen naast
de hoofdstraf in het Strafwetboek bedreigd. Deze straffen worden gelijkelijk
op de poging als op de daad zelve toegepast.
Art. 11. De artt. 5657 en 58 van het Wetboek van .Strafregt zijn afge
schaft. Indien iemand, na reeds te voren tot eene criminele straf of lot ge
vangenisstraf voor den tijd van langer dan één jaar veroordeeld te zijn ge
weest, andermaal wegens misdaad of wanbedrijf te regt staat j stelt de vroegere
veroordeeling eene verzwarende omstandigheid daar, waarop de regter, be
houdens de bepalingen van artt. 9 en 18 dezer wet, bij de toepassing der
straf acht moet geven. De regter is zelfs bevoegd de tuchthuis- of gevange
nisstraf met een derde te verhoogen.
Art. 12. Het art. 11 is ook toepasselijk na voorafgaande veroordeeling door
den militairen strafregter, doch niet anders dan in de gevallen., aangeduid in
artt. 1 en 2 der wet van 3 Maart 1852 {Staatsbl. n°. 20).
Art. 13. De hij het AVetboek van Strafregt bedreigde doodstraf wordt ver
anderd in de tuchthuisstraf van 5 tot 20 jaren ten aanzien der misdaden
van: 1°. valsche munt; 2°. valschheid, omschreven in art. 139 van het
AVetboek van Strafregt; 3°. manslag, voorafgegaanvergezeld of gevolgd
van een wanbedrijf; 4°. kindermoord; 5°. brandstichting, wanneer
niet te voorzien was dat eenig menschcnleven daardoor in gevaar kon worden
gebragt.
Art. 14. Met gevangenisstraf'van 2 lot 5 jaren worden gestraft1°. de
gewelddadigheden tegen ambtenaren en agenten, bij art. 230 van het AVet
boek van Strafregt vermeldindien zij slechts bloedstorting, kwetsing of
ziekte hebben voortgebragt2". de gewelddadigheden in art. 309 van dat
wetboek vermeld; 3°. diefstal op den openbaren weg, zonder geweld of
bedreiging; 4°. diefstal met braak, inklimming of valsche sleutels, op
plaatsendie niet als bewoonde huizen worden aangemerkt of daarmede ge
lijkgesteld; 5". diefstal bij nacht, door meer dan één persoon op plaat
sen, die niet als bewoonde huizen worden aangemerkt of daarmede gelijkge
steld; 6°. diefstal, vermeld in art» 386, n#. 3, van het AA'elboek van
Strafregt; 7°. diefstal, vermeld in n°. 4 van hetzelfde art. 386, doch
alleen in het geval, dat hij is bedreven door iemand in herbergen opgeno
men. De veroordeelden wegens de diefstallen onder n®. 3 tot en met 7
vermeld, kunnen worden ontzet van de regten in art. 8 opgenoemd, gedu
rende de tijd van 5 tot 10 jaren.
Art. 15. Art 312 van het AVetboek van Strafregt wordt ingetrokken en
de gewelddadigheid jegens wettige of natuurlijke ouders of jegens grootouders
als eene verzwarende omstandigheid aangemerkt, waarop de regter, behou
dens de bepalingen van artt. 9 en 18 dezer wet, hij de toepassing der straf