COURANT?? LEYDSCHE N°. 62. WOENSDAG25 MEI. BIMEïVLAIVDSCHE BERIGTEN. i Y ^Y- De Prijs der Courant is f 13 in het jaar </e afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. Do Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdag Avond, LEYDEN, 24 Mei. Men verneemt dat bij lies!uit van den 20stcn dezer door Z. M. tot Kamer- beer in buitengewone dienst benoemd is Mp. A. O. E. Grave van Limburg Stiruinalhier. LI. Zondag namiddag omstreeks twee ure liepen twee kinderen spelen op het Rapenburg, digt bij het buis van den Burgemeester. Een dier kinderen, een zoontje van A. Fuchs, Pleisterbeeldenmaker op de Oude Varkenmarkt, oud 7 jaren, beeft het ongeluk in het Rapenburg te vallen. Een stok die bet jongetje was toegestoken, ontschoot hem en nu zonk bij weg. De Burge meester Mr. A. O. E. Grave van Limburg Stirum op bet gerucht zijn buis uitkomende, springt, hoewel eenigzins ongesteld door gevatte koude, te mid den der omstanders onverwijld in bet water, haalt bet kind van den grond en redt bet alzoo van een gewissen dood. Moge bet leven van onzen waardigen Burgemeester, die reeds zoo dikwijls geloond heeft eigen leven en gezondheid gaarne te wagen voor bet heil van anderendoor Gods behoedende zorg lang gespaard worden tot vreugde en roem der zijnen en tot bevordering van den welstand dezer stad. Het Weekblad de Gemeente-Stem bevat een artikel getiteld: Roeping en pligt der dagbladpersals tolk der openbare meening. Het tegen woordig Ministerie waarin dat bladschoon zich tol hiertoe van beschou wingen van staatkundigen aard hebbende onthouden, verklaart thans daar toe een rubriek te zullen afzonderen. Ten einde den geest te leeren kennen die in dit stuk hecrscht en op te maken wat men te wachten heeft, nemen w ij daaruit de volgende zinsneden over Bij de aanvaarding van die laak scharen wij ons uit volle overtuiging en in gemoede onder de vanen van het tegenwoordig Ministerie, nu bet in een plegtig openbaar gemaakt staatsstuk de verklaring heeft afgelegd, dat bet de Grondwetonder welke wij thans levenzal handhaven en in een milaen zin toepassen. Van deze rondborstige verklaring, welke reeds aanvankelijk bet geschokt vertrouwen in sommige beangstigde gemoederen beeft opgebeurd en hersteld hebben ook wij acte genomen en wij rekenen op hare slipte vervulling. Wij voor ons althans hebben geeric enkele reden voorshands de opreglheid daarvan in twijfel te trekken." »De drukpers behoort steeds te zijn het middel tot uitbreiding van kennis en wetenschap en voortgang van beschaving en verlichting. Het moet baar steeds en bovenal om waarheid te doen zijn. De beoordecling van zaken en beginselen moet daarbij oneindig meer dan die van personen op den voor grond slaan. Met betrekking tot dit laatste is even schadelijk iedere stelsel matige oppositie tegen, als eene blinde vooringenomenheid met personen." »De Ncderlandsche dagbladpers behoortthans vooralrnet een gematigden een verzoenenden geest bezield te zijn. Dit is vooral noodig, opdat steeds eendragt in ons midden hecrsche en wij daardoor gesterkt, alleen bij magte zijn, zoo voor het tegenwoordige als in de toekomst, onze onafhankelijk heid en zelfstandigheid, onder Gods zegen en onder hel schild van Oranje, ongeschonden te handhaven." b Het beeft Z. M. den Koning behaagd, binnen den kring van tloogsldes- zclfs grondwettige bevoegdheid, het Ministerie te ontslaan en de Tweede Ka mer der Staten-Gcneraal te ontbinden. Gewigtige redenen hebben o. i. die gedragslijn gebillijkt. Het valt niet te ontkennen, dat het afgetreden Mi nisterie, hoewel gewigtige diensten aan den lande bewezen hebbende, en on danks de schitterende talenten van den Heer Thorbecke, met betrekking tot de regeling der aangelegenheden van de R. K. kerk hier te lande, niet die voorzigligheid en dat beleid beeft in acht genomen, welke dc aard van dit tceder en gewigtig onderwerp gebiedend vorderde, daargelaten nog, dal, naar onze schatting, deszelfs inzigten omtrent den zin en de strekking van art 165 der Grondwet op verre na niet boven bedenking zijn verheven. Zelfs na het bekend worden van de Pausselijke allocutie, waarvan het onvoegzame en kwetsende, wat den vorm betreft, schier door een ieder wordt eikend en mitsdien een groot gedeelte der bevolking noodwendig moest krenken, heeft het aanvankelijk stil gezeten. Het ontbonden Ministerie heeft daardoor het bewijs geleverd, niet genoegzaam liet volk te hebben gekendhetwelk meende, dat zijne dierbaarste belangen werden veronachtzaamdin de hartader aan getast en aan vreemden invloed prijs gegeven." «Toen nu Z. M. te midden van deze buitengewone en onvoorziene omstan digheden van meening washet Ministerie te moeten ontslaan en een nieuw Kabinet in het leven te roepen, toen heeft Z. M. daarin niet ge roepen de mannen van reactie, maar wel Staatslieden, waarvan een door den afgetreden Minister van Binnenl. Zaken aan den Koning was voorgedragen als Burgemeester van Amsterdam en die dan ook als zoodanig de algemeene sym pathie van de inwoners der hoofdstad heeft weten te verwerven; een ander, Oud-Minister, krachtdadig heeft medegewerkt tot herstel van ons finantie- en muntwezen en eindelijk twee Oud-Ministers, wier antecedenten niets dan vrij zinnigheid kenmerken, die deel hebben uitgemaakt van het Ministerie, waar onder dc Grondwet van 1848 is ontworpen en tot stand gebragt." »IIet nieuwe Ministerie nu, gedeeltelijk zamengcsteld uit de elementen van dat van 1848 was van den dag van zijne optreding, zonder dal men zijne daden afwachtte en ondanks een openhartig en ondubbelzinnig program ma, waaraan zelfs in hel buitenland de goedkeuring van onpartijdigen en onbcvooroordeelden is te beurt gevallen, aan de verguizing van sommige zoogenaamde organen der publieke opinie bloot gesteld. Geene middelen heeft men ontzien om de gedragslijn of liever de veronderstelde bedoelingen van het nieuwe bewind in een hatelijk en verkeerd daglicht testellen. In stede van af te wachten en de natie in oogenblikken van spanning en onrust, tot be daardheid, kalmte, eendragt, vertrouwen en godsdienstige verdraagzaamheid aan te manen, hebben sommigen zich niet ontzien, als hulpmiddelen eener stelselmatige oppositie, de toevlugt te nemen tot de ongerijmdste verdichtse len ten einde zoo mogelijk de openbare meening op het dwaalspoor te brengen." Ten slotte waarschuwt het blad legen het gevaar dat in zulke bestrijding üfelegen is. Daar de Heer M1'. J. M. de Kempenaar, de benoeming tot lid van de Tweede Kamer voor het hoofdkiesdistrict Tiel heeft aangenomen, zoo zal, ingevolge art. 109 der kieswet, in het kiesdistrict Amersfoort, waar tusschen hein en Mr. A. IV. Engelen moest herstemd worden, eene geheel vrije keuze plaats hebben. Door de Ned. Handelm. zijn bevracht: 17 schepen voor Amsterdam, 10 voor Rotterdam, 2 voor Dordrecht en 1 voor Schiedam. Voor den aanbouw eener Protcstantsche kerk te Turyn is door de onder scheidene Prolestantscbe gemeenten in Nederland bijcengebragt de aanzienlijke som van ƒ21,512.54. Bij dc openbare aanbesteding van de ontzaggelijke werken ter afdam ming en indijking van de Oosterschelde, is het eerste perceel, het leggen van een' dijk van Bath tot den separatie-dijkaangenomen door den Heer Mijnlief voor ƒ340,000. De 3 andere percelen heeft men nog niet kunnen aanbe steden ofschoon er vele aannemers waren opgekomen. Naar wij vernemen, zegt de Ned. Stoompostzal in dezen zomer aan besteed en in werking gebragt worden de telegrafen-linie tusschen Groningen en Maastricht. Het eerste stations-gebouw dezer lijn zal zich aan het pro- vineiehuis te Groningen, het tweede te Assen, en zoo van daar over Meppcl Zwolle, Arnhem, enz. bevinden. Binnen de stad Groningen zullen de draden onder den grond doorgaan. Uit Waalwijk en van elders schrijft men, dat bet water in de lage landerijen begint Ie vallen, zoodat men hoopte er spoedig van verlost te zijn. De eehtgenoolcn Madiaï zijn op reis naar Genèvewaar zij zich denken te vestigen. Drie Engelsche zendelingen vergezellen hen. 's GRAVENIIAGE, 24 Mei. Bij besluit van den 215ten dezer, heeft Z. M. benoemd tot Hoofd-Ingenieur van den waterstaat der lste klasse, den Hoofd-Ingenieur van de 2dc klasse J. A. van Essen; lot Hoofd-Ingenieur van den waterstaat der 2dc klasse, den Ingenieur der lstc klasse, Hoofd-Ingenieur titulair J. G. van Gendt; bij het Departement van Binnenl. Zaken tot Referendaris Mr. A. C. van lleusde en tot Commies M1'. H. Tollius Drabbe, ambtenaar op wachtgeld. De Commissie door Z. M. benoemd om voorlichting te bekomen aan gaande de middelen waardoor meer kennis zou kunnen verspreid worden in de zaken van den landbouw, is zamengesteld uit de Heeren van den Bosch, te Wilhelminadorp, Gevers van Endegeest, Mulder, te Utrecht en Simons ta Delft, wier taak vooral zou zijn de verspreiding van landbouw kennis te be vorderen in de dorpen zelve. Voor eenigen tijd nu beeft de commissie aan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1853 | | pagina 1