VERORDENING
Zitting van den Gemeenteraad van 29 December 185 2.
Afwezig de HH. Bacaille, Ilartevelt, Cock, Adriaans, Luzac, Ysselsteyn,
van Outeren, Gevers en Krantz.
De Notulen van de vorige Vergadering zijn gelezen en goedgekeurd.
De Burgemeester deelt mede:
1». Eene dispositie van Gedeputeerde Staten van Zuidholland van den
l^den dezer maand, houdende goedkeuring van het Raadsbesluit van den
20steD November alvorens, waarbij besloten is tot het verkoopen vanl48ijpen-
boomen, staande op den singel tusschen de Rijnsburger- en Morschpoorten.
2°. Eene dispositie van Gedeputeerde Staten van Zuidholland van den
22sten dezer maand, waarbij de ontvangst berigt wordt van de verordening
op het afsteken van vuurwapenen en vuurwerken, vastgesteld den 20sten Dec. jl.
3°. Eene missive van den Veearts E. van Gaasheek, daarbij de aandacht I
van den Raad vestigende op het van buiten ingevoerd wordend vlcesch.
En zijn deze aangenomen voor kennisgeving.
De Burgemeester stelt aan de orde van den dag:
1°. De verordening op den verkoop van vleeschwaarvan de 10 eerste arti
kelen zijn aangenomen, en wordt door de Commissie van Redactie een nieuw
art. voorgesteld, dus luidende:
Geen geslagt vleesch mag binnen de gemeente worden ingevoerd, dan van
runderen ten minste bij vierde en van ander vee bij halve deelen. Aan
schapen en lammeren moeten de achterpooten ongevild blijven.
Het mag niet ingevoerd worden dan na aan eene der stadspoorten door de
aldaar aanwezige ambtenaren der belasting gekeurd en goedbevonden te zijn,
waarvan een bewijs aan de invoerders wordt afgegeven, hetwelk zij op aan
vrage aan de keurmeesters moeten vertoonen. Die invoer mag evenwel door
de Morsch- en Heerepoorten niet geschieden.
Door het lid Groos wordt voorgesteld aan dit art. nog het volgende toe te
voegen, waarmede zich de Commissie van redagtie vereenigt:
Ingeval bij deze ambtenaren eenige twijfel mogt bestaan, wordt door eenen
keurmeester beslist.
Het lid van der Boon Mesch stelt nog een nieuw art. voor van den vol
genden inhoud
Kleinere hoeveelheden vleesch, niet voor de in deze verordening aangeduide
plaatsen van verkoop bestemd, maar die aan de huizen zullen worden ge-
bragt, behooren bij uitsluiting door de Witte-, Koe-, Hoogewoords-, Zijl-,
Mare- en Rijnsburger poorten te worden ingevoerd. Dit vleesch is evenzeer
aan keuring onderworpen, mag zonder bewijs van goedkeuring niet worden
afgeleverd, en daarop zijn van toepassing art. 7, 28 en 30.
Het art. door het lid van der Boon Mesch voorgesteld in rondvraag ge-
bragt zijnde, wordt dit met 11 tegen 5 stemmen aangenomen.
Tegen hebben gestemd de HH. Bake, Groos, LismanStoffels en v. d. Hoeven.
Het door de Commiesie van redactie ontworpen art. wordt hierna met eene
geringe wijziging en in verband met het door het lid Groos gedane voorstel
in rondvraag gebragt, en met 15 tegen 1 stemmen, zijnde die van het lid
Leembruggen, aangenomen, zijnde alsnu van den volgenden inhoud:
Geen geslagt vleesch, ter verkoop op de in deze verordening aangeduide
plaatsen bestemd, mag binnen de stad worden ingevoerd dan van runderen
ten minste bij vierde en van ander vee bij halve deelen. Aan schapen en
lammeren moeten de achterpooten ongevild blijven.
Het mag niet ingevoerd worden dan na aan eene der stadspoorten door de
aldaar aanwezige ambtenaren der stedelijke belasting gekeurd en goed bevon
den te zijn waarvan een bewijs aan de invoerders wordt afgegevenhetwelk
zij op aanvrage aan de keurmeesters moeten vertoonen. Die invoer mag
evenwel door de Morsch- en Heerepoorten niet geschieden. Ingeval bij deze
ambtenaren eenige twijfel mogt bestaanwordt door een der keurmeesters beslist.
Tot de behandeling van art. 11 overgaandewordt door het lid Leem
bruggen voorgesteld het woord wekelijksche weg te laten, en door het lid
Bake om in dit art. te lezenin de hal of op de daartoe bestemde marlet
terwijl het lid Groos voorstelt om hier nog bij te vuegen: Geen vleesch
mag aan de huizen worden rondgevent.
Het art. daarna met de wijziging van het lid Bake in rondvraag gebragt
zijnde, is dit met algemeene stemmen aangenomen; ook is met 13 tegen
3 stemmenzijnde die van de leden Leembruggenle Poole en Taets het
voorstel van het lid Groos aangenomenluidende het art. alzoo als volgt
De verkoop van vleesch geschiedt in daartoe ingerigte winkels, in de hal
of op de daartoe bestemde markt.
Geen vleesch mag aan de huizen worden rondgevent.
Art. 12 wordt door de Commissie der redactie teruggenomen.
Art. 13 wordt met algemeene stemmen aangenomen dus luidende
Het is verbodenbedorven vleesch te verkoopen of ter verkoop te stellen
moetende dit aan de keurmeesters op hunne vordering worden afgegeven.
Ook op dit vleesch is de bepaling van art. 7 toepasselijk.
Art. 14 wordt met eene wijziging door de Commissie van redactie voorge
steld om voor de woordenop te rigten of te verplaatsente lezenop te
rigten, te verplaatsen of op te heffen, aangenomen, zoodat het art. dus
luidt
Die eenen winkelgeheel of gedeeltelijk tot verkoop van vleesch bestemd
wenscht op te rigtente verplaatsen of op te heffengeeft daarvanonder
aanwijzing van het huis of ander gebouw schriftelijk kennis ter plaatselijke
Secretarie. Van die kennisgeving wordt bewijs uitgereikt.
Art. 15 wordt met algemeene stemmen aangenomen van dezen inhoud:
In die winkels mogen worden verkocht alle voor de gezondheid niet scha
delijke soorten van verschgerookt of gezouten vleesch.
Door de Commissie van redactie wordt als nu een nieuw art. voorgesteld
hetgeen met bijvoeging van de woorden: noch voor diemaar alleen ge
rookt vleesch verkocht wordtop het voorstel van het lid Bake met alge
meene stemmen is aangenomen, en luidt als volgt:
Zoodanige winkels moeten ten minste 2j ellen hoog, 3J ellen breed en
4 ellen diep zijn. Zij moeten derwijze zijn ingerigt dat de lucht er van
weerszijde doortrekke, en mogen niet van stookplaatsen voorzien zijn. Deze
bepaling geldt niet voor de winkels in art. 16 bedoeldnoch voor die, waar
alleen gerookt vleesch verkocht wordt.
Nadat het lid van der Hoeven de vergadering had verlaten, wordt art. 16
met de wijziging door de Commissie van redactie voorgedragen om voor de
woorden: kan ten deze wordente lezen: wordt ten dezemet algemeene
stemmen aangenomen dus luidende
Zijwier winkels alleen tot het verkoopen van nuchter kalfsvleeschpens
of koppen en afval bestemd zijn, zijn tot gelijke kennisgeving verpligt. Het
toezigt der keurmeesters strekt zich mede tot deze winkels uit. De bepaling
van art. 7 wordt ten deze toegepast.
Art. 17, met weglating der woordenwaaronder ook varkenslagers te
begrijpen zijnen zulks op voorstel der Commissie van redactiewordt met
14 tegen 1 stemmen, zijnde die van het lid ten Sande, aangenomen, dus
luidende
Yleeschverkoopers mogen hunne waren niet op de openbare straat of op
hunne stoepen uitstallen, op de straf bij de algemeene strafwet bedreigd,
onverminderd de bepaling van art. 180 der Gemeentewet.
Uit hoofde van het vergevorderd uur wordt na stemming met 10 tegen
5 stemmen, de vergadering verdaagd op Woensdag den 29sten dezer maand
ten 1 ure. Waarna de vergadering wordt gesloten.
STADS BERIGTEN.
JITatiossale Militie.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS tan LEYDEN, gezien hebbende
art. 21 der Wet voor de Nationale-Militie, van den 8sten Januarij 1817, waar
bij aan manschappen, dienende bij de Nationale Militie, wordt toegestaan,
dat ingeval zij, na hunne inlijvingeene der vrijstellingen mogten hebben
bekomen, die bij art. 21 en 94 van gemelde Wet zijn uitgedrukt, zij daar
van ten spoedigste aangifte kunnen doen aan het Bestuur der Gemeente, voor
welker contingent zij zijn ingedeeld
Roepen hij deze opzoodanige bij de Militie voor zich zclven dienende
manschappendie door het overlijden van hunnen vaderof hunne moe
derweduwe zijndeof door regterlijke echtscheiding hunner ouders
of door overlijden van eenof meer broedersvoorgevallen na hunne in-
lijving, zijn geworden:
Eenige wettige zonentevens éénige kinderen zijnde.
Kostwinners van moeders of grootmoeders, weduwen zijnde, of in regten
gesepareerd.
Kostwinners van onderlooze broeders of zusters.
Of eenige broeder van een onherstelbaar gebrekkigen broeder.
Om, uiterlijk vóór of op den 5ieB Januarij 1853, schriftelijke aanvrage
om ontslag, met opgave der redenen, in te leveren ofte doen leveren op de
Secretarie dezer Gemeente, tusschen 's morgens tien en 's namiddags drie uren,
en in de opgave almede ten duidelijkste te vermelden, bij welk Regiment en
Bataillon zij, door of voor wien die aanvrage geschiedt, dienendezijn; Zul
lende, na opgemelden dag, geene aanvrage ten fine voormeld meer kunnen
worden aangenomen.
Wijders roepen Burgemeester en Wethouders mede bij deze opalle zoo
danige Jongelingendie aan de inschrijving voor de Nationale Militie in
het aanstaande jaar behooren deel te nemen, en niet zijn geboren binnen
deze Gemeentebijaldien zij niet mogten zijn voorzien van eene geboorte-acte,
om zich van heden af tot en met den 318tcn December aanstaande aan te
melden ter Secretarie dezer Gemeente, tusschen des morgens tien en 's namid
dags drie uren, tot het doen eener juiste opgave van den tijd en de plaats
hunner geboorte, ten einde van Regeringswege hunne geboorte acte zal kunnen
worden aangevraagd, en alzoo hun belang ten dezen bevorderd.
En zal deze door aanplakking en plaatsing in de Leydsche Courant worden
afgekondigd.
VAN LIMBURG STIRUM.
Letden, 16 December 1852. De Secretaris v. PUTTKAMMER.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEYDEN doen te weten, dat
door den Raad dier Gemeente in zijne vergadering van den 20 December 1852,
is vastgesteld de volgende
op het afschieten van vuurwapenen en afsteken
van vuurwerken.
Art. 1. Geene vuurwapenen mogen op de openbare straat, uit woningen
of erven afgeschoten worden. De overtreding dezer bepaling wordt gestraft
met eene geldboete van vijf tot tien Gulden en gevangenis van een of
twee dagen te zamen of afzonderlijk.
Art. 2. Op de straffen bij de algemeene strafwet bedreigdis verboden
uit gebouwenop de openbare straatof op onbebouwde ervenzonder verlof
van den Burgemeester, eenig vuurwerk hoegenaamd af te steken.
Art. 3. Van de overtredingen dezer verordening wordt door de Commissa
rissen van Politie proces-verbaal opgemaakt.
Vastgesteld door den Raad der Gemeente Leyden, in de openbare Ver
gadering van den 20 December 1852.
De Burgemeester VAN LIMBURG STIRUM.
De Secretaris v. PUTTKAMMER.
Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland
volgens hun berigt van den 22 December 1852, in afschrift medegedeeld.
En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort den 27 Decemb. 1852.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
N. SIKKEL GROOS, Weth.L. B.
De Secretaris v. PUTTKAMMER.