Te Penbroke wordt titans liet groolsle stoomliniesehip gebonwd, het welk den naam van Winsor-Castlc draagt en on twijfel haar het sterkste vaar tuig der wereld is. Het /.al 140 stukken geschut voeren, 278 voet 6 duim lang en 60 voet breed zijn, en is gemeten op 3,759 tonnen. De machines zullen van 680 a 700 paardenkracht zijn. Maandag 11. trad in Dr. Fletchers kapel, in Flensburycircus alhier, de Heer Alexander Fletcher, een Onderwijzer der Zondagschool, die over de 105 jaren oud is, als spreker op. De eerwaardige grijsaard scheen, naar slem en voorkomen te oordeelenniet veel incer dan de helft van dien leeftijd be reikt te hebben. Het bezoeken van Ierland schijnt dezen zomer mode onder de Engel- «che stedelingen te zijn. Binnen den korten tijd van 14 dagen zijn 1300 bewoners van Engeland te Dublin aangekomen. Het oude huis Dixon Walne en C°.handelende in boter, te Liver pool is met 20,000 gefailleerd. In den spoorweg-tunnel bij Newcastle, die twee mijlen lang en alleen voor het vervoer van steenkolen bestemd is, zoude dezer dagen eene herstelling plaats hebben, om welke reden naar het hoofdstation was geseind, dat men geene treinen zoude afzenden. Ongelukkiglijk was het sein verkeerd verstaan, want naauwelijks waren twee opzigters met eenig werkvolk voortgegaan lot in het midden van den tunnel, die niet breeder is dan voor de passage der kolenwagens volstrekt wordt vercischt, of zij hoorden tot hunne ontzetting ecncn trein aankomen. Aan vlugten was niet te denken er bleef dus geen ander middel tot redding over dan tusschen de spoorstaven plat op den huik te gaan liggen en de wagens boven over zich heen te laten gaan. Een der opzigters, zekere Heer Coulson, was echter hiertoe te zwaarlijvig de wagens scheurden hem aan stukkeneen ander werd de linkerarm verbrijzeldde overigen kwamen met den schrik vrij. FRANKRMIL PARIJS, 24 Junij. In de zitting der Wetgevende Vergadering van 11. Woensdag, was behalve den President der Republiek, een talrijk gehoor tegenwoordig. Onder de spre kers trokken de redevoeringen van den Koningsgezinde, de Kedrel, en het be roemde hoofd der Kerkelijke partijde Montalembert, voornamelijk de aandacht. De eerste verlangde bezuinigingen vooral bij het leger, en eindigde nagenoeg met deze woordenIn den tegenw oordigen staat van zaken bestaat er geen genoegzaam toezigt op bet gebruik hetwelk de uitvoerende magt van 's lands middelen maakt: en toch is het juist dit, wat het land als vergoeding voor het gesloopte spreekgestoelte van ons verwachtte. Bij deze verklaring zal ik niets voegen wat aan de Regering een aanval of ook maar eene berisping zou kunnen schijnen. Ik houd niet van de parlementaire worstelingennam ik vroeger deel, levendig en krachtig deel aan den strijd, het was alleen de strijd tegen de regeringloosheid. Vele mannen wier gevoelen gewigt heeft, verlangen een representatief eenhoofdig staatsgezag, wij hebben thans wel de eenhoofdighcidmaar het representatief element is niet in de daad aanwezig. Dit zeggende maak ik geen oppositie, het zou bedroevend zijn, dat een eer lijk man de waarheid niet zoude kunnen zeggen zonder als opposant uitgekre ten te worden; dit zou te bejammeren zijn, niet voor.den spreker maar voor het staatsgezag hetwelk hij voorlichten en niet vlcijen wil." Laatstgenoemde zeide, nadat hij verklaard had zich nooit te hebben inge beeld dal bet Wetgevend Ligchaam een luisterrijk Staats Collegic zou zijn, aan het slot zijner rededat zij wel eenvoudig eene vcreeniging van brave burgers uitmaakte, maar echter niet alleen ter bewilliging maar ook ter be waking der gelden van het volk waren zamengekomendoch dat zij nu ver laagd waren tot eene nietigheid, een hersenschim. «Daarvoor spelen, dus eindigde hij, wil ik niet. Ik zal mijne stem geven aan de begrooting der middelen, niet aan die der uitgaven; en dit zeggende, spreek ik voor mij zeiven, zonder anderen cenen raad te willen geven. En echter zie ik iets bedroevends en onheilspellends in de verlaging van liet eenige thans in Frank rijk bestaande Staatsligcbaam van door het volk gekozen ledencn in het scherp uitkomende onderscheid tusschen het Wetgevend Ligchaam en den Staatsraadde eene vergadering is onbezoldigd en door het volk gekozen en zij vraagt vermindering der staatsuitgavende andere is bezoldigd en door liet Staatshoofd benoemd, cn zij wijst de geldbesparingen af. Mogt het mij gegeven zijn, hel hoofd van het tegenwoordige gouvernement te behoeden tegen het gevaar van de zege te misbruiken en zich door het bezit van onbe perkt gezag te laten bedwelmen. Ik weet bet, tbans sta ik alleen: doch later zult gij mij volgenwant gij draagt in u al de kiemen van een onaf hankelijk Staatsligchaamgemoedelijke naauwgezetheid, eene onbezoldigde en door volkskeuze opgedragen roeping." In de volgende zitting heeft de vergadering de elf eerste hoofdstukken der begrooling van het Slaatsministerie dadelijk aangenomen; doch het twaalfde hoofdstuk, waarbij een crediet van 6,000,000 fr. voor de werkzaamheden aan het Louvre werd toegestaan, is verworpen. De commissie stelde eene vermin dering van 2,000,000 voor, doch de Staatsraad had hiermede geen genoegen genomen. De vergadering heeft daarna achtereenvolgens de andere hoofdstukken van het Staalsministerie, betreffende de dotaliën, de departementen van Justitie, buitenl. zaken openbaar onderwijseeredienst en de zeven eerste hoofdstuk ken der begrooling van het Ministerie van binnenl. zaken aangenomen. In de zitting van hedenheeft de Wetgevende Vergadering de 24 eerste hoofdstukken der begrooting voor binnenlandsche zaken aangenomen. Het 25ste betreffende de groote herstellingen waarvan de Commissie de verwerping had voorgesteldomdat de Staatsraad geene vermindering va a het bedrag tot op 400,000 fr. had willen toestaanis door de Wetgevende Vergadering verworpen en aan de Commissie teruggezonden ten einde zich deswege met den Staatsraad te verstaan. Daarna zijn achtereenvolgende aangenomen de begrooling voor de algc- meene policie, het departement van oorlog cn 19 hoofdstukken der begroo ting van het departement der marine. Ilct verslag der Commissie voor de begrooting der middelen is door den Heer Gouin gesteld en bevat ernstige aanmerkingen over den staat der geldmiddelen en de wijze waarop de staatsbegrooting thans wordt tot stand gebragt. Het betoogt dat geen waarborg voor een grondig en zaakkundig onderzoek bestaat, zoolang de Regering daarover door tusschenkomst van den Staatsraad, cn niet onmiddellijk, gelijk vroeger met bet Wetgevend Lig chaam in overleg treedt. Het keurt af, dat de uitgaven en de middelen in céne voordragt vcreenigd zijn. Het berekent het tekort over 1853 op 123 millioen, en wijst met nadruk op het steeds klimmende bedrag der vlot tende schuld. Het drukt den wensch uitdat de Regering den tusschcntijd vóór de opening eener volgende wetgevende zitting gebruike tot liet ontwer pen van een geheel stelsel geschikt om het land tot een regclmatigen finan- tielen toestand te brengen. De President heeft den Gemeenteraad van Toulouse, die verdeeld was over het al of niet uitnoodigen van den President en het toestaan van gelden voor feestelijkhedenontbonden. Van regeringswege is aan de dagbladschrijvers herinnerd, dat de lie- paling der wet van 1850, volgens welke onder elk beschouwend artikel in een dagblad, de naam van den steller moet geplaatst worden, nog verbin dend en niet door bet organiek decreet op de drukpers van 17 Fcbruarij jl. vervallen is. De kerkelijke bladen bcrigten dat eerlang eene vergadering der geeste lijkheid van de kerkprovincie van Parijs zal worden gehouden, vooral ook ter behandeling der vraagstukken betreffende het onderwijs. Het Journal des Débats bevat een' brief van zekeren Heer Rendu, die in zijne verbolgenheid tegen het tegenwoordige klassieke onderwijs op de colleges, daar het Hebreeuwsch wil doen leeren en den jongen lieden de psalmen van Davidde vulgata en de kerkvaders doen vertalen in plaats van Nepos, Curtius, Virgilius, Cicero, enz. Deze brief van den Heer Rendu, voegt het Journ. des Débats er ironisch bij, is niet nieuw, ja zelfs reed* meer dan een jaar oud; maar het denkbeeld schijnt ons zoo nieuw toe, zoo verrassend en zoo geheel in strijd met hetgeen vroeger plaats haddat wij niet aarzelen onze lezers er mede bekend te maken. De Heer Prateleen Geneesheerheeft bij zijn testament eene som van 25,000 fr. aangewezenom als prijs gegeven te worden aan hemdie een geneesmiddel zal vinden voor de ziektewelke onder de bloedzuigers heerscht. Zoo als men weet, bezwijkt jaarlijks bijna een derde gedeelte van deze nuttige diertjes aan de bedoelde ziekte. In Frankrijk zijn 16,072 gepatenteerde geneeskunst-oefenarenzijnde 168 Cliirnrgiae Doctores, 10,971 Medicinae Doctores, 4,522 plattelands Heel meester, 411 Tandmeesters. Een pleizier vaartuig, de Kotter le Pilote, is voor Sl. Malo verbrand. Van de 4 aan boord zijnde matrozen, zijn 3 bij dat ongeluk omgekomen, de vierde heeft zwemmende den vasten wal kunnen bereiken, doch "men vreest voor bet behoud zijner geestvermogens. Hij verhaalt, dat hij en zijne mak kers, om hunne door den regen doorweekte klcederen te droogen, een klein vuur hadden aangelegd en zich daarna ter ruste begaven. Het vuur schijnt zich eerst aan de kleedercn en toen aan het houtwerk medegedeeld te hebben, zeker is het, dat de geredde, door het geknetter der vlammen ontwakende, zijne handen deerlijk verschroeid en zijn haar reeds brandende vond. Met eenige wilde sprongen was hij op het dek en van daar over boord. De 3 overigen werden in hunnen slaap verrast; men vond niels terug dan hunno verkoolde beenderen. ITALIË. ROME, 16 Junij. Men verzekert, dat de Regering aan eene Fransche maatschappij vergun ning verleend heeft voor den aanleg van een' ijzeren spoorweg van Rome naar Bologne cn Ancona. Met de werkzaamheden zou spoedig een aanvang worden gemaakt. Is J& ETI §SEX. BERLIJN, 24 Junij. De Russische Grootvorst Konslantijn is hier aangekomenen de Groot vorsten Nikolaas en Michael zijn van hier naar Stettin vertrokken om de rei* naar Petersburg op eene stoomboot voort te zetten. De Keizer van Rusland wordt hier den 10den Julij verwacht. Te Frankfort is eene Duitsch-Amerikaanschc maatschappij opgerigtom het debiet van Duitsche fabriekaten in Noord-Amerika te bevorderen. Onlangs werden twee Dames van bekende adelijke familiën alhier, wegens dronkenschap en liederlijk gedrag, door de policie. opgepakt. Te Koningsbergen heeft zich eene Commissie gevormdom er een me talen standbeeld op te rigten voor Kant, en wel op den Pbilosophendam waar hij zich gaarne plagt op te houden. ZAVITSERLANI». In eenige gedeelten van dit land is in de nacht van den 14den op den 15den sneeuw gevallen. Den 19den werden te Bern, in den namiddag, herhaalde schokken van aardbeving gevoeld in de rigling van het noord oosten naar het zuidwesten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1852 | | pagina 3