van de belanghebbenden gebragtdat bet exameningesteld door de Konink
lijke besluiten van den 2l:li Mei 1345 en den Istcu Juiij 1850, dit jaar
geen plaats zal hebben, en de wijze van toelating tot de Hoogescholen en
Athenaea nader zal worden geregeld.
Den lsten dezer is te Beilen in Drenthe door een arbeider, H. de Wilde
genaamdwerkende in het land digt bij die plaatsgevonden een stuk goud
van een zeldzatnen vorm; alles doet denken, dat liet zeer oud is, hoewel
het er gaaf en mooi uitziet. liet schijnt eenc soort van halsband te zijn
langwerpig of eirond, onder breeder en van boven met een knoop en oog
gesloten wordende. Het weegt ruim 6 Ned. looden. Volgens zeer oude over
levering, zou in den omtrek, waar dit gevonden is, een groote schat goud
verborgen zijnook zijn vroeger daar oude munten en aarden potten gevon
den en zegt mendat daar ter plaatse een klooster heeft gestaan.
Aan de stadswaag te Groningen is den 5lten een jonge koe gewogen
die het aanzienlijk gewigt van 1564 halve Ned. ïfi haalde.
's GRAVENIIAGE 10 Junij.
Gisteren middag is in bijna 84-jarigen ouderdom overleden Maria
AVilhelmina Gravin Rhede Ginckel Vrouwe van Amerongenoud Hofdame
van Z. K. 11. Prins Willem de V. Zij was de oudste dochter van Graaf
Athlone en de eenig overgeblevene dezer familie; om hare deugden en
vooral om hare onbekrompen mildadigheid was zij algemeen geacht en
bemind en haar verlies is voor velen treffend.
De Commissie van Rapporteurs voor het wets-ontwerp tot indeeling der
provinciën in kiesdistricten voor de benoeming van leden der Provinciale Sta
ten (zamengesteld uit de Heeren Wintgens, Metman, van Eek, Bachiene en
Mackay), is den 7dcn vergaderd geweest tot vaststelling van het vcorloopig
verslag van de beraadslagingen der afdeelingen, over gemeld wets-ontwerp.
Dezer dagen zijn bij het departement van finantien, van vvege de Tweede
Kamer ontvangen drie nota's van bedenkingen over de drie w ets-ontwerpen
1°. lot regeling van 's Rijks algemeene comptabiliteit, 2°. tot zamenstelling
en tot regeling van de taak der Algemeene Rekenkamer en 3°. tot oprigting
eener bewaarkas.
De zelfstandige Commissie van Rapporteurs voor het eerste wets-ontwerp
(bestaande uit de Heeren van Doorn, Slicber van Domburg, Bachiene, van
Hall en van Nispen van Sevcnaer) heeft zich eenparig verklaard ten voordeele
van bet verbeterde Fransche comptabiliteits-stclseldat isbet Belgische stel
sel, en heeft den Heer Minister van Finantien aangeraden, om zijne ontwer
pen dien overeenkomstig te wijzigen en tevens aan te vullen met transitoire
bepalingen en een ontwerp op de financiële aansprakelijkheid der Ministers.
Dat gevoelen schijnt in overeenstemming te zijn met dat van nagenoeg
van de 54 leden, die aan het onderzoek der opgenoemde wets-ontwerpen in
de afdeelingen zouden hebben deelgenomen.
AMSTERDAM, 9 Junij.
In de jongste dagen is de diergaarde van bet Koninklijk Zoölogisch Ge
nootschap ISatura Artis Magistra alhier, met eenige belangrijke voorwer
pen vermeerderd, als: vier Afrikaanscbe panters, een kleine ourang-outang
een jaar oud, een groote wijfjes ourang-outang, een blesbok vanZuid-Afrika
een lama-vigogne van Perutwee ratelslangentwee brilslangentwee hage
dissen en eene zeeschilpad.
De Wel-Eerw. Heer II. J. Spijker, beeft bij gelegenheid zijner onlangs
gevierde 25-jarige Evangeliebediening van eenige gemeenteleden ten geschenke
gekregen, een exemplaar der Bihliotlieca Veterum Patrum, van Gallandus
14 f°. deelcn in lieele Eng. banden, een werk dat zoo kostbaar en zeldzaam
isdat het welligt hier te lande in geene bijzondere boekerij wordt gevonden.
Als eene bijzonderheid deelcn wij mede, dat de verbazend groote dia
mant, de Kohinoor, die ten vorigen jare op de Londensche tentoonstelling te
bezigligen was en 186J karaat weegt, thans te Londen zal worden hersiepen.
De ondernemer van dien belangrijken arbeid is de Heer M. E. Cosier, juwe
lier alhier, voor wien heden twee der meest ervarenen van zijne werklieden
een diamantslijper en een diamantsnijder, derwaarts zijn vertrokken.
AmstCour.)
HAARLEM9 Junij.
Heden zijn de stembussen van bet kiesdistrict Haarlem geopend. Het aan
tal der stemgeregtigden in dit district bedraagt ruim 1300. In de bussen
zijn gevonden 761 stembriefjes. Van de geldende stemmen zijn uitgebragt
418 op Mr. IV. H. van Voorst, 224 op Mr. H. A. A. van Berkel (van Delft,
omtrent wiens candidatuur niets openbaar bekend was), 84 op Jhr. M. Sal
vador. Hel aftredende lidde Heer van Voorstis alzoo op nieuw verkozen.
De wormendie zich in de bescboeijing aan het Yeven bewesten het
Wierhoofd, bij Houtrijk en Polanen, gezegd Halfweg, vertoonen, volgens be-
rigt in onze Courant van den 29stc" Maart 11.behooren tot Telephorus fus-
cicornisGyllenhal. De bijzondere vermenigvuldiging van dezen worm in
het greenenboutwaarvan bij geencn schrijver melding wordt gemaakt
schijnt even zeldzaam te wezen, als die van Lijme.vylon navulewelke in
het eikenhout op de scheepstimmerwerf van Gothenburg in het jaar 1746,
belangrijke schaden te weeg gebragt heeft.
LEEUWARDEN7 Junij.
Heden heeft Z. K. II. Prins Hendrik aan de daartoe opgekomene Schutterij
plegtig bet toegezegde vaandel uitgereikt. Bij de overhandiging aan den Heer
Majoor Salverda, hield de Prins eene zoo gepaste als hartelijke toespraak, die
door den Majoor met betuiging van erkentenis werd beantwoord.
Men verneemt, dat Z. M. de Koning liet paleis alhier op zijne kosten
zal laten in orde brengen en verfraaijen, en welligt ook in den loop van de
zen zomer Frieslands hoofdstad nog eens bezoeken zal.
BUITENLANDSCHE BERlf.TEN'.
ENCEEA1VI».
LONDEN, 7 Junij.
In de zitting van het Lagerhuis van den 5den heeft de Minister van Ko
loniën eene uitvoerige rede gehouden in welke liij onder andereu zeide
In 1842 werd door Sir Robert Peel, aan het hoofd der behoudende partij,
een aanzienlijken bestendig tekort in het staatsinkomenin een batig slot ver
anderd door de invoering eener inkomstenbelasting, die hem tevens in staat
stelde ons tarief grootelijks te verligtcn. Deze maatregelen droegen al de vrucht
ten welke de behoudende partij er van verwachtte. In den loop van 4 jaren
zijn inkomende regten ten gezamcnlijken bedrage van 7,000,000 afgeschaft,
zonder dat de opbrengst van deze bron van staatsinkomen verminderde, en
geen der volksbelangen hier te lande leed door deze verandering.
Sedert het met 1845 eindigende vierjarige tijdvak, waarin die wijze en
heilzame maatregelen door de behoudende partij werden ten uitvoer gelegd
hebben twee groote veranderingen in ons handelstelsel plaats gegrepen te
welen de vrijstelling van den invoer van buitenlandsch graan en de vrijstel
ling van den invoer van door slaven geteelde suiker.
Deze twee maatregelen hebben, daarin van de vröeger genomene verschil
lende onder de voortbrengende klassenwier belangen zij betreffen groote
verliezen te weeg gebragt.
Geen deel van het Verecnigd Rijk heeft door de overijlde intrekking der
graanwetten meer geleden dan Ierland, Dat land roept met onwederstaan-
bare kracht de zorg des Parlements in.
De tijd is voorbijgegaan waarin de verongelijkingenwelke de groote tak
ken onzer productie lijden, kunnen verligt of weggenomen worden door terug
te keeren tot de wetten welke hen vóór 1846 tegen zoodanigen onspoed be
schermden. De geest des tijds strekt lot vrij verkeer, en geen staatsman kan
straffeloos den geest van het tijdvak, waarin hij leeft, uit het oog verliezen.
Doch elk beginsel van regtvaardigheiden elke overweging van hooge staat
kunde raden aanden voortbrenger even goed als den verbruiker te behande
len, en houden ons voor, dat wanneer de inlandsche voortbrenger in onbe
perkte mededinging met het buitenland gebragt wordt, de wetgeving de
kosten der voortbrenging zooveel mogelijk behoort te verminderenalthans
niet te verhoogen.
Het is het voornemen van Harer Majesteits Ministers, aan het Parlement,
zoodra het in hunne magt staat, maatregelen aan te bevelen welke tot dat
doel strekken.
Een der beste middelen, waardoor dat doel kan worden bereikt, is eene
herziening van ons belastingstelsel. De tijden zijn gunstig voor zulk eene
ondernemingbillijker begrippen van belasting heerschen thans meer dan
vroeger; veelvertnogende invloeden zijn in werking, die nieuwe verschijnselen
in het geldwezen te weeg gebragt en de gesteldheid der financiële wereld ver
anderd hebben; en de mogelijkheid om de lasten van het algemeen groote
lijks te verliglen, door betere regeling en door verlaging der belastingen
schijnt zich in het verschiet op te doen.
In den korten tijd sedert wij het bewind aanvaarddenhebben wij drie
maatregelen voorgedragen om tot landswetten te verheffen. Vooreerst een ter
verdediging des landsten tweede een strekkende om aan eene gewigtige volk
planting eene constitutie te geven; ten derde een ontwerp waarbij de her
vorming van het Geregtshof van den Kanselier wordt tot stand gebragt.
Hel Huis der Gemeenten heeft laatstelijk veel tijd besleed aan de behan
deling der vraag of het bestuur van het R. K. seminarie te Maynooth onder
zoek vereischt. Wij hebben ons beijverd, om onpartijdig te handelen; doch
wij mogen onze goedkeuring niet hechten aan het thans veldwinnend denk
beelddat ons land sedert de wet van 1829 niet meer eene Protestantsche
staatsinrigting zou hebben. Volgens liet statuut dat nog den grond onzer
staatsinrigling uitmaaktis onze Regeringsvorm eene Protestantsche monarchie
en wij gelooven dat ons volk dien niet in naam alleen maar in den geest
wil handhaven.
Onderscheiden plannen zijn uitgedacht tot uitbreiding cn verbetering der
volksopvoedingcn onder anderen werdin den loop der tegenwoordige Par-
lementszilting, door eene in beschaving uitstekende stad een maatregel voor
gesteld met welks beginselen wij ons niet konden vereeningen. Het eenige
beginsel hetwelk bij de tegenwoordige veelvuldigheid van verschillende gods
dienstbegrippen regtvaardig schijnt te zijn, is, de onderscheiden kerkgenoot
schappen in bet geen zij uit eigen beweging voor het volksonderwijs doen, te
ondersteunen en aan te moedigen door subsidien uit de schatkist, geëvenre-
digd in bedrag aan hetgeen elk derzelve met eigen middelen voor het onder
wijs doet. Aan allen dit als het gemeene regt toekennende, verlangen wij
voor de kerk van Engeland de nationale bcwaardster der gewijde waarheid
dat zij in hare bemoeijingen voor de volksopvoeding niet aan banden
gelegd en belemmerd worde door regelen en beperkende voorschriften
die niet tot waarborging der behoorlijke aanwending van landspenningen
noodig zijn.
Ik hebzoo eindigde de Ministerde meeste punten aangeroerdwaarop
thans de aandacht des lands gevestigd is. Het zijn geene vraagpunten van
gering gewigt. Het land zal hebben te beslissenof het een ministerie wil
behouden hetwelk op de beginselen van behoudenden vooruitgang gegrond
is; of het voor altijd, door billijke en verzoenende maatregelen, een eind wil
maken aan het misverstand hetwelk al te lang lusschen voortbrenger en
