leydsche
courant.
N°. 26.
MAANDAG, 1 MAART.
1852.
De Courant wordt Maandag, Woensdag en
Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt
vit Zaturdug Avond.
De Prijs der Courant is f 12 in het jaar j
do afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
BISXENLAXDSCHK BERIGTEiV.
LEY DEN, 28 Februarij.
Zitting van den Gemeenteraad van lieden.
Afwezig de HH. P. H. Baron Taets van Amerongen en G. H. Ysselsteyn.
De Notulen van de vorige Vergadering zijn gelezen en goedgekeurd.
De Burgemeester doet rapport omtrent een bezoek door HH. Burgemeester
en Wethouders in het Heilige Geest en Armen AVees- en Kinderhuis, naar
aanleiding van art. 179 der Gemeentewet, waaruit de doelmatige inrigting
van dit gesticht blijkt en waarbij tevens de zorg die M™ Regenten en Vn Re
gentessen voor de gealimenteerden in dit Godshuis aanwenden, wordt aangetoond.
De Burgemeester deelt mede
1°. Eene dispositie van Gedeputeerde Staten van Zuidholland van den
3den Fehruarij dezes jaars (Prov. Blad n°. 23) houdende voorschriften omlrent
de beschikking over den post voor Onvoorziene Uitgaven op de gemeente-
begrooting uitgetrokken, en omtrent het doen van af- en overschrijvingen
op de posten dier begrooting.
2°. Eene resolutie van Gedeputeerde Staten van Zuidholland van den.
10 Februarij 1852 (Prov. Blad N°. 29), waarbij worden medegedeeld voor
schriften, door de Gemeentebesturen in acht te nemen bij hunne voordragten
tot heffing van plaatselijke opcenten op de rijks personele belasting en van
andere plaatselijke belastingen.
3°. Eene dispositie van Gedeputeerde Staten van Zuidholland van den
27 Januarij 1852, G. S. N°. 27, waarbij de gemeente-rekening over 1850
wordt goedgekeurd.
4°. Eene missive van den Minister van Binnenl. Zaken van den llden dezer
maanddaarbijals door den Koning gemagtigdkennis gevende dat het
Z. M. voorkomt, dat het Gemeentebestuur, buiten medewerking van Gede
puteerde Staten over den post van onvoorziene uitgaven niet kan beschikken
dan tot het overschrijven op begrootingspostenwaarop de begrooting zelve
overschrijving veroorlooft.
5°. Eene missive van de afdeeling Leyden en omstreken der Nederlandsche
Maatschappij tot bevordering der geneeskunst, van den 12d(,n dezer maand,
waarhij hij den Raad bekend maakt met eene missive geschreven door de
A'crceniging der Genees- en Heelkundigen binnen deze stad dd. 12 Aug. 1848,
houdende mededeeling dat dezelve vereeniging eenparig besloten heeft om de
tot nog toe gebruikelijke bezoeken aan de huizen van de respective leden van
den Raad dezer stadtijdens de vacature van de betrekking van Stads-
DoctorStads-Chirurgijn of Stads-A'roedmeester voor het vervolg te doen op
houden, daar zij vermeent dat door eene sollicitatie bij requeste de Raad
genoegzaam bekend wordt met de personen die bereid zijn zich met die
betrekking te belasten.
6°. Eene gemotiveerde aanbeveling opgemaakt door HH. Curatoren van
het Stedelijk Gymnasium voor de betrekking van Claviger.
En zijn deze aangenomen voor kennisgeving.
De Burgemeester legt verder over diverse stukken welke ter inzage van
de leden in de leeskamer zullen worden nedergelégd.
De Burgemeester stelt aan de orde van den dag.
1°. De benoeming van den Claviger bij het Gymnasium.
En hebben voor deze benoeming, nadat tot stemopnemers met den Burge
meester waren aangewezen de HH. Krantz, Lisman en Adriaans, drie stem
mingen plaats. Bij de ls,e stemming verkrijgt J. A. Alenson 9A. A. van
AVerkhoven 8 en A. Huge 6 stemmen; bij de 2de vrije stemming worden
de stemmen gelijkelijk uitgebragt, bij de 3de stemming wordt A. A. van
Werkhoven met 12 stemmen benoemd, terwijl 11 stemmen op J. A. Alen
son werden uitgebragt.
2°. De vervulling van het vacerend Stads-doctoraaten worden tot de
stemming overgegaan zijnde, hiervoor IS stemmen op Dr. L. D. Frenay,
thans Adjunct-Stadsdoctor uitgebragt en 7 stemmen op Dr. G. AV. A. Plaat,
en is aldus eerstgenoemde benoemd.
3°. De Concept-acte van borgtogt van den Ontvanger.
En is dezelve algemeen goedgekeurd.
4°. AVijzigingen in het Reglement van het Stedelijk Gymnasium.
En zijn deze door HH. Curatoren van hetzelve voorgedragen aangenomen.
5°. Plaatselijke verordening regelende den werkkring der vaste Commissien.
En is deze voor zoo veel de algemeene bepalingen aangaat aangenomen.
Heden werd alhier de 55ste verjaardag van Z. K. H. Prins Frederik der
Nederlanden op de gebruikelijke wijze gevierd.
Z. 51. heeft bij besluit van den 265leo aan den Heer C. Leembruggen
op zijn verzoek eervol ontslag verleend als lid vpn de Kamer van Koophan
del en Fabrieken alhieronder dankbetuiging voor zijne in die betrekking
bewezen diensten.
AAYj vernemen zoo evendat de Heer LobscheidZendeling van het
Barmensch Zendelinggenootschap in Chinadoch thans met verlof voor korten
tijd in Europa geweest zijnde, en zich gereed makende om weder naar Azie
terug te keeren, zich voorstelt eenige mededeelingen over de uitbreiding van
het Evangelie in China ook aan onze stadgenooten voor te dragen, op AVoens-
dag e. k. den 8deD STaart, waartoe wij de belangstellenden in deze groote zaak
gerustelijk durven uitnoodigen. (Zie voorts de Advertentie hierachter.)
De Commissaris des Konings in de provincie Zuidholland heeft ter
kennis gebragt, dat de visscherij zal gesloten zijn van den i9tcn April lot
en met den 14dcn Mei eerstk.
Den 14den April zal te Madrid het rijke Slunt-kabinet van Don Jozé
Garcia de la Torre, Oud-51inister van Justitie, verkocht worden, dat bijna
30,000zoowel Spaansche als vreemde munten bevat.
Omtrent het zendelings-wezen in de Engelsche Oost-Indiën wordt het
volgende medegedeeld: Sedert den aanvang, alzoo gedurende een tijdvak van
50 jaren, zijn er 260 vaste punten daargesteld, waar 403 zendelingen werk
zaam zijn, 551 inlandsche Predikanten staan hen ter zijde; zij hebben 309
gemeenten gesticht, die 17,356 leden tellen, welke de kern eener bevolking
van 103,000 zielen uitmaken. In 1345 scholen worden 83,700 knapen, en
in 354 scholen, 11,500 meisjes onderwezen. De geheele Bijbel is in 10, het
Nieuwe Testament in 15 talen overgezet, en er begint zich in die talen eene
Christelijke litteratuur te ontwikkelen, die in 25 drukkerijen werk geeft.
Derde Vervolg van het beheer en den staat van Ned. Indië (zie ons
nommer van 2325 en 27 dezer).
De rcgterlijke magt wordt uitgeoefend door de volgende regtbanken en
gereglen: Java (met uitzondering van Soerakarta en Djokjokarta). Districts-
geregtenbestaande uit een inlandsch hoofd als regler en eenige Inlanders
als raadslieden. Regentschaps-geregtenbestaande uit den regent of onder
regent en eenige raadslieden volgens inlandsch gebruik door den recent te
bepalen; voorts door den panghoeloe of priester die dezen vervangt en door
den djaksa (inlandsch fiscaal). Landraden, zamengesteld uit den resident of
den adsistent-residentals voorzitter, en de regenten van de verschillende
regentschappen of andere door den Gouvern.-Generaal aan te wijzen voorname
inlandsche hoofden, als leden, bijgestaan door eenen Europeschen ambtenaar
als griffier, en voorts door een hoofd-panghoeloe of den priester die dezen
vervangt, als adviserend lid, zoomede door del; hoofd-djaksa of djaksa.
Regtbanken van omgang, een in elk gewest, bestaande uit eenen Nederland-
schen regter als voorzitter, die verscheidene gewesten onder zijn regtsgebied
heeft, welke hij op gezette tijden, vergezeld van eenen Nederlandschen
griffier bezoekten voorts uit de voornaamste en bekwaamste inlandsche
hoofden als leden, door den Gouvern.-Generaal benoemd. Eindelijk worden
die regtbanken bijgestaan door den hoofd-par.ghoeloe of den priester die hem
vervangt, als adviserend lid, en door den hoofd-djaksa of djaksa. Voor ge
heel Java en Madura waren 4 omgaande regters. Residents-geregtenen
voorts nog Raden van Justitie, te Batavia, te Samarang en een te Sourabaija,
bestaande uit Nederlanders. Te Soerakarta en Djokjokarta en in de Bui
tenbezittingen zijn deze instellingen weder naar plaatselijke gelegenheid
gewijzigd.
A'oor geheel Nedcrlandsch Jndie en onderhoorighedenis het hooggeregtshof
van Nederl. Indie gevestigd te "Bataviadat als opperste regtbank, belast is
met het toezigt op de bedeeling des regts in geheel Nederl. Indie.
De procureur-generaal bij het hooggeregtshof is het hoofd der rcgstpolicie
in geheel Nederl. Indie, en als zoodanig heiast met de zorg voor eene spoe
dige en krachtdadige uitvoering van al hetgeen, betrekkelijk dat onderwerp,
in de wettelijke bepalingen op de strafvordering is voorgeschreven.
De middelen van policie kunnen voornamelijk sedert de uitbreiding van
verschillende cultures, waardoor de bemoeijingen der onderscheidene ambte
naren zeer zijn uitgebreid, niet overal als voldoende worden beschouwd.
Eene algemeene aanvulling zou gepaard gaan met groote uitgavenen daarom