wordtdan op eenig tijdstip onzer vroegere geschiedenis. Ten slotte is het Hoofdstuk aangenomen met 33 tegen 2 stemmen. Hoofdstuk XI Koloniënis, na beraadslaging, aangenomen met 32 tegen 2 stemmen. Hoofdstuk XII Onvoorziene uitgavenis aangenomen met algemeene stemmen. In de avond-zitting is de wet op de middelen overwogen. De Minister van Financien heeft op de aanmerkingen van enkele leden te kennen gegeven, dat het óok hem leed is geweest, dat de voordragten der Regeringvoor de ■wijziging van het stelsel van belastingennog niet zijn overwogendaar hij hij dezelve volhardt, en ze uit al zijn vermogen zal verdedigen. Het be lasten van koloniale voortbrengselen, als b. v. van de koffijheeft de Mi nister ernstig afgeradenals zeer nadeelig voor den groot- en klein-handel als drukkende op eene behoefte ook voor de minvermogenden, en als kun nende leiden tot belangrijke misrekening, daar eene dergelijke belasting, naar zijne schatting, te naauwernood eene bate van vier tonnen gouds zoude kun- opleveren. De wet op de middelen, is vervolgens door al de leden behalve den Heer Sasse v. IJsselt, aangenomen. Vervolgens zijn de wetten tot bekrachtiging van provinciale belastingen aangenomen. Daarop zijn de beraadslagingen geopend over het ontwerp voor de goedkeu ring van het verdrag ter wering van den sluikhandel op de Pruissische gren zen. Te dien aanzien heeft de Heer v. Rijckevorsel aangemerkt, dat, daar dit verdrag in verband staat met het verdrag tot aansluiting der spoorwegen het wenschelijk zou zijn, dat aan de Kamer mededeeling kon worden gedaan van den stand der onderhandelingen. De Minister heeft zich daartoe bereid verklaarddaarbij erkenendedat Pruissen van het verdrag wegens den sluikhandel eene voorwaarde heeft ge maakt voor de aansluitingen, en hij heeft daarbij verklaard, dat thans on zerzijds is toegegeven aan de inkorting van de wijdte der spoorregels. Is besloten om den Minister tot de bewuste mededeeling uittenoodigen. Deze kon echter toen niet plaats hebben, omdat de bureaux reeds gesloten warenen dus de vereischte bescheiden ontbraken. Daarop is de Zitting opgeheven tot Zaturdag ochtend. Zitting van Zaturdag 27 December. In deze zitting is bet Tractaat met Pruissen tot wering van den sluik handel aangenomen met 26 tegen 4 stemmen. Aan de orde zijn de beraadslagingen over het Tractaat met België, waarom trent de Minister van Buitenl. Zaken voorstelt over te gaan tot een Comité- Generaal. Daarna is de Kamer tot nadere bijeenroeping opgeheven. ROTTERDAM, 25 December. Als voorbeeld cener voorspoedige reize, valt op te merken, dat het nieuw gebouwde barkschip Juno, in Brouwershaven binnen, reederij HII. C. Vlier boom en Zn., gevoerd door Kapt. Rijn van Alkemade, de uit en te huis reis naar Batavia, heeft gedaan in 6 maanden en 27 dagen; de snelheid van dit schip moet verbazend zijnhebbende 85 dagen te huis reis en zijnde meer dan 90 schepen vooruitgeloopen. AMSTERDAM, 25 December. Met zeer veel genoegen zal hier worden vernomen, dat bij de vereeniging Hulpbetoon aan eerlijke en vlijtige armoede van II. M. de Koningin-weduwe i de gewone jaarlijksche gift van ƒ300 is ingekomen. Zondag in den vroegen avond, is het een der broeders Putting, alhier j in de cellulaire gevangenis gedetineerd, onder beschuldiging van het vervaar- digen van valsche coupons, gelukt, uit zijne cel te ontsnappen. Te 5 ure bevond hij zich nog aldaaren te 7 uretoen men hem zijn avondbrood wilde brengenwas hij verdwenen. De ontsnapping heeft niet door middel van braak plaats gehad, hebbende de gevangene de deur zijner cel, welke deur op dagslot was, weten te openen, waarop hij langs een in de nabijheid dier cel zich bevindenden trap op de wandelplaats is geraakt. Van daar moet hij de schutting zijn overgeklommen en door eene andere deur, of hek, op het terrein voor den ringmuur zijn gekomen, welken ringmuur hij, naar het schijnt, door middel van eenige voorwerpen welke hij daar of elders moet hebben gevonden, heeft bestegen, waarna het hem gelukt is langs de buitenzijde zich af te laten. Naar wij vernemen, zijn reeds en worden nog de noodige pogingen in het werk gesteld om den vlugteling op te sporen. De voortvlugtige is Donderdag ochtend vrijwillig teruggekomen en weder opgesloten. EDAM, 25 December. Alhier is eene afdeeling tot stand gekomen van het Patronaat verbonden aan het Protest. Landbouwkundig Gesticht te Montfoortvoor verwaarloosde kinderen van beiderlei kunne. LEEUWARDEN, 22 December. De Ned. Ilerv. gemeente te dezer stede had gisteren het genoegen te ver nemen, dat Diakenen, dezer dagen, gelijk in 1849 en 1850, van een onbe kend menschenvriendals eene bijdrage tot vermeerdering van het fondstot ondersteuning van deugdzame behoeftige leden, wederom de aanzienlijke gift van 1000 had ontvangen. BMTENLANDSCIIE BERIGTEN. EK «EL. AIS®. LONDEN, 24 Deecmber. Lord Palmerston, Minister van Buitenl. Zaken, heeft zijne betrekking ne- dergelegd en is vervangen door Lord Granville, Ondervoorzitter van bet be stuur der handelsaangclegenlieden en als zoodanig lid van het Kabinet. Men weet de regte reden van zijne aftreding niet, maar beschouwt die als een blijk van toenadering der Regering tot de heerschende staatkunde op het vaste land. De Times bevat daaromtrent het volgend artikel Het is eene gebeurtenis van het uiterste gewigt, zoowel voor de duur zaamheid van het Ministerie als voor de buitenlandsche belangen van Groot- Britannië, in den thans zoo hagchelijken staat der Europesche aangelegen heden. Wanneer de redenen dezer beslissende gebeurtenis meer volledig aan het land worden blootgesteldzal hetgelooven wijblijken dat zij voor de waardigheid van de Raadslieden der kroon en voor de duurste belangen des lands noodzakelijk was. De Regering kon niet langer onverschillig blijven bij het feit, dat zij onder de leiding onzer buitenlandsche aangelegenheden door Lord Palmerston, in Europa blijkbaar geen enkelen bondgenoot, ja, gelijk sommigen meenen, geen enkelen vriend had. Wat ons aangaat, wij hebben reeds lang betoogd, dat de staatkunde van Lord Palmerston, voor ons land en voor andere landenvooral in den tegenwoordigen toestand van Europa, nadeelig en gevaarlijk was. Zelfs de liberale partij kon van zijne bemoeijingen tot ondersteuning en verbreiding der constitutionnele regerings beginselen niet veel goeds verwachten, want zijne laatste daad was, naar wij meenen te weten, de verklaring dat hij den coup d'état te Parijs ten volle goedkeurde. Zijne ambtgenooten hebben ten laatste den invloed van partij belangen, persoonlijke betrekkingen en langdurig verkeer overwinnende, er kend dat zij het niet voor de kroon en voor de natie konden verantwoorden dat de portefeuille van buitenlandsche zaken langer in handen van Lord Palmerston bleef; en eene andere betrekking in het Staatsbestuurzoo zij hem aangeboden is, werd door hem afgewezen. Zijn opvolger, een nog jeug dig Staatsman, heeft reeds het vertrouwen en den lof des lands verworven, en zijne benoeming zal ongetwijfeld met groot genoegen vernomen worden door de Regeringenwier belang even als het onzevan de verdediging der algemeene beginselen van vrede en wettigheid onafscheidelijk is. Volgens een' door de Lloyds openbaar gemaakten staat, zijn van den lsten Januarij 1847 tot den 31sten December 1850, 13,510 ongelukken ter zee ge beurd; dat is, 3377 elk jaar, 65 voor elke week, en 9 voor elke dag. On der deze ongelukken zijn ook die van weinig belang opgegeven. Ruim vijftienhonderd inwoners van Southampton, waaronder velen uit de arbeidende klassehebbenten gevolge eener inleekeningden Lord- Mayor R. Andrews een prachtig zilveren tafelservies vereerd, welks waarde op ruim honderd guineas geschat wordt. FKAIKRIJK. PARIJS25 December. Bij een besluit van den President, is eene som van 5 millioen fr. aange wezen tot vergoeding der schadeaan de eigendommen gedurende de gevech ten alhier van Februarij en van Junij 1848 toegebragt. De Voorzitter blijft tegenstand ondervinden van den kant der gematigde Republikeinsche Geestelijken, waartoe de Heer SibourAartsbisschop van Parijs, behoorten van de gematigde Protestantendie eenigermaté door den Heer Coquerel worden vertegenwoordigd. De Aartsbisschop moet schriftelijk hebben geweigerd, het Pantheon te aanvaarden, op grond, dat Christus niet kan worden verheerlijkt in een gebouw, 'twelk de asch bevat van Voltaire en Rousseau, en ontwijd is geworden door het stoffelijke overblijfsel van eenen Maral. Den Heer Coquerel legt men de navolgende woorden in den mond »Ik heb vroeger, even als de Heer de Montalemberthet Elysée-National onder steund maar ik verzet mij thans tegen hetzelve. Ik kan de stem van mijn geweten niet tot zwijgen brengen, als er spraak is van het breken van pleg- tig bezworen eeden." In den laten avond van 22 dezer, deed de President eene wandeling over de boulevards, onder geleide van een detachement kurassiers. Hij werd levendig begroet, maar niet met geschreeuw. Zijne Ministers, gedachtig aan de gemotiveerde stembiljetten der demagogen, zijn zeer tegen die wandeltogten. In de laatste dagen vöör de volksstemming is in de meeste departemen ten van overheidswege eene telegraphische depêche bekend gemaakt, inhou dende dat de geldboeten opgelegd wegens overtreding der verordeningen op het boschw ezenhontdieverij enz.geheel werden kwijtgescholden. Volgens de laatste berigten waren in 81 departementenwaarvan 22 volledig, de stemmen uitgebragt als volgt: 6,011,000 ja709,000 neen. In het departement van de Seine hebben van de 391,265 kiezers 296,250 hunne stem uitgebragt, 196,796 voor en 95,575 tegen, terwijl 1817 stembiljetten nietig verklaard zijn. Bij de opening der processenverbaal van de zeemagt, zijn bevonden 14,280 stemmen voor en 4875 tegen, terwijl 407 zich van stemming onthouden hadden. In Lyon waren 20,708 billelten met ja en 10,725 met neen ingevuld; te Croix Rouse hadden 3,086 voor en 3,271 tegen gestemd. Te Marseille hebben 16,727 kiezers voor en 8,313 tegen gestemd, ter wijl ongeveer de helft der kiezers, voor een groot deel legitimisten, zich van de stemming hebben onthouden. Men weet nog slechts van ééne stad waar de meerderheid tegen de Regering gestemd heeft, de fabriekstad Mulhausen in den Elzas, waar 1800 tegen hebben gestemd en 1688 voor. In verschei-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1851 | | pagina 2