LEYDSCIIE COURANT. "VRIJDAG, 15 AUGUSTUS. BIIVIVENLANDSCIIE BEBIGTEN. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt uit Zaturdug Avond X- $k'"' De Prijs der Courant is ƒ12 in het jaarX- de afzonderlijke nummers worden tegen 10 Centen afgegeven. LEYDEN, 14 Augustus. Gisteren had alhier de door ons vroeger vermelde feestelijke bijeenkomst plaats der Akademische Jager-compagnie van 1831. Terwijl de Regering en HH. Curatoren de vlaggen van den toren van het stadhuis en die der Hoogeschool lieten wapperenhad ook reeds vroegtijdig de burgerij, ten blijke van deelneming, door 't uitsteken van eene menigte vlaggen de stad in haar feestgewaad uitgedoscht, en liet het klokkenspel het Academisch Iö-Vivat en de volksliederen booren. 's Voormiddags hield de Heer Mr. A. Veder in de Stadszaal voor een zeventig tal Jagers en bijzijn van verscheidene ingezetenen dezer stad, eene redevoering. Na een hartelijk welkom aan zijne oude Wapenbroeders behandelde de Re denaar de vraag: «Wat is de reden dat de geestvervoering, welke het Neder- landsche volk in het jaar 1830 zoo bij uitnemendheid kenschetste, niet met dat genoegen, met dien nationalen trots in ons Land herdacht wordt, op welke zij aanvankelijk aanspraak maakte," om tot de slotsom te geraken, dat de redenen welke aan die geestvervoering in de openbare meening iets van baren hoogen luister ontroofd hebbenallen slechts van bijkomenden en toevalligen aard zijn, maar dat wij op dit tijdstip onzen geest terugbren gende, erkennen moeten aan die geestdrift en krachtsontwikkeling verschul digd te zijndat Nederland voor grootere onheilen bewaard gebleven en dat de eer der natie gewroken en behouden is. 's Namiddags werd er een feestmaal gehouden op den Burgtwaar eene menigte hartelijke toasten werden ingesteld onder anderen door den funge- renden Burgemeester Mr. A. O. E. Grave van Limburg Stirum en den Rector Magnificus onzer Hoogeschoolden Hoogleeraar N. C. Kistdie daarbij nog herdacht boe ook hij zelf in 1815 bij de toenmalige Jager-compagnie uit de Studenten der Utrechtsche Hoogeschool als Fourier had gediend. De Voorzitter de Heer Mr. J. H. v. d. Sande stelde een feestdronk in op Vaderland en Koningen las toen den volgenden brief van Z. M. ter bege leiding van drie statuetten van wijlen zijnen Koninklijken Vader als Veld maarschalk in 1831. AcademiciOud-Soldaten mijns A'aders «Ontvangt als blijk mijner belangstelling in uwe tweede tienjarige herza- meling, nevensgaande drie statuetten van uwen voormaligen Veldmaarschalk. «Zij mogen tot de laatste uwer vereenigingen toe, prijken op uwen fees- telijken disch. «Nog vijf jaren en bet vierde van eene eeuw zal vervlogen zijn, sedert gij, op de roepstem van mijnen grootvader, vrijwillig de wapenen hebt aan gegord, om het voorbeeld te geven van hetgeen een volk vermag, dat door liefde voor zijn Vaderland en trouw aan den Vorstdie het regeert, gedreven wordt. «Zoo de Almagtige, in wiens hand het menschelijke leven rust, met het uwe ook mijn hoofd zoo lang spaart, dan, oude verdedigers van den Staat! zal bet mij een genoegen zijn, op dat voor u belangrijke tijdstip van 1856, uwer aller indachtig te kunnen wezen. Gij toont door uwe opkomstdat het hoofdbeginsel van voor twintig jaren nog wrikkeloos in uwe harten leeft, en daarom vertrouw ik, dat een welgemeende feestdronk uit uw midden zal opgaan voor 't heil van ons dier baar Vaderland, ook door uwen arm toenmaals beschermd. «Weest overtuigd, dat ik er van harte mede instem. God spare u nog eene lange reeks van jarenzoowel voor uwe onderscheidene werkkringen als voor alles, wat u naauw aan het harte ligt, en schenke vrede in en om ons." Hierna droeg de Heer Mr. H. C. Huyser een gedicht voor ter gelegenheid van het feest. De Heer Poortman deelde mede, dat hij in last had van Z. Eic. den Gouverneur-Generaal van Nederl.-Indië Mr. Duymaer van Twist, diens leedwezen te betuigendat hij verhinderd werd om door zijne tegenwoordig heid aan dit herinneringsfeest deel te nemen. Des avonds bragt de Liedertafel Euterpe den feestvierenden eene serenade voor welke aangename verrassing dezeop de hartelijkste wijzede Liedertafel hunne erkentelijkheid betuigden. En zoo is deze dag voor al de opgekomenen een onvergetelijke feestdag geweest, dien wij wenschen dat vele hunner nog menigmaal mogen herhalen. Ook te Utrecht hebben de voormalige Jagers hun tweede herinnerings feest van den veldtogt van 1831den ll<i«n dezer gevierd. Er waren onge veer 80 Oud-Jagers opgekomen. Ook daar was de feestdisch versierd met drie statuetten van den Prins Veldmaarschalk, wijlen Koning Willem II, geschonken door Koning Wil lem III, met denzelfden begeleidenden brief als aan de Leydscbe Jagers. In het groot auditorium ziju zij plegtstatig verwelkomd door den Heer Pareauthans predikant te Assenwelke ook het Voorzitterschap heeft waar genomen bij het feestmaal't welk was aangerigt in het gebouw voor Kuns ten en Wetenschappen. In de afgeloopen week vierde ook te Groningen de voormalige flankeur- compagnie van Groningen en Franeker Studenten haar tweede herinnerings feest. Van de 140 leden, waren 125 in leven; 60 oud-flankeurs waren op gekomen. Bij de eerste bijeenkomsthield de Oud-Sergeant-Majoor de Heer A. Rut gers van der I.oeffeene toespraakdie om gepastheid van vorm en inhoud algemeene toejuiching verwierf. Op den den volgenden dag gehouden maal tijd waren ook drie statuetten van wijlen den Prins Veldmaarschalk geplaatst door de zorg van Z. M. den Koningdie daardoor tevens de nagedachtenis van zijnen vader vereerde, door een schrijven van Z. M. vergezeld, zooals wij dit hierboven onder bet berigt uil onze stad hebben vermeld. Na de pause begaf zich het geheele corps met de stedelijke muzijkanten, naar den Burgermeester en bragt Z. Ed. A. eene serenade om in hem de burgerij te huldigen, waarbij de Heer Rutgers van der Loeff de tolk was van aller gevoelens. Den volgenden dag werd het feest met nog eenige bijeenkomsten besloten. Z. M. heeft aan den Heer P. de Haan Jr.Ontvanger der Registratie en Domeinen alhierop verzoeken behoudens zijne aanspraak op pensioen een eervol ontslag verleend. Gisteren nacht is de laatste spoortrein van Amsterdam naar Rotterdam in plaats van te 11J eerst ten 2 ure aangekomendit oponthoud was ver oorzaakt door bet springen van een pijp, bij Warmond. De Inspecteur voor de geneeskundige dienst heeft weder bekend ge maakt dat er gelegenheid is tot plaatsing voor genees- en heelkundigen als Officier van Gezondheid 3de klasse bij het leger in Oost-Indië. Curatoren van het Gymnasium te Winschoten hebben, ter vervulling der vacature ontstaan door het vertrek van den Rector M. J. Noordewier naar Assende volgende voordragt gedaande Heeren Dr. II. G. MichaëlisRector van bet Gymnasium te EnkhuizenDr. J. Roos te Groningen en Dr. J. F. Th. Zeitz te Amsterdam. Men verneemtzegt het Handelsbladdat de te Smyrna residerende Consuls zich tot hunne ambassades te Konslantinopel hebben gewendom bij de Porte te doen aandringendat niet slechts aan den Heer v. Lennep de afgeperste som geld worde teruggegevenmaar ook maatregelen getroffen wor den om de personen en den eigendom der Europeanen te beschermen want dat men in het tegenovergestelde geval tot dit einde Europesche krijgsmagt zoude bezigen. Men schrijft uit Vollenhovendat de afgeloopen ansjovisvangst zeer voor- deelig is geweest. Er waren visschers, die in ééne week 100,000 stuks aan- bragten en daarvoor a 15 cents per 100 150 ontvingen. Sedert weinige jaren is het getal schuiten, dat de vangst uitoefent, van 16 tot 34 ge klommen. Te Londen werd dezer dagen eene aanzienlijke collectie handschriften verkocht. Voor een brief van Prins Maurits werd ruim 25 en voor een brief van Rembrandt aan Huygens ongeveer ƒ125 betaald. Den 30stcn Julij 1. 1. is de 35ste algemeene vergadering gehouden van het hoofdbestuur en de afgevaardigden der district-commissiën van het fonds ter aanmoediging van de gewapende dienst in de Nederlanden. Uit het ver slag, toen medegedeeld, bleek dat gratificatiën worden verleend aan 1897 personen, te zamen voor een bedrag van 69,757.54. De overgelegde rekening van het fonds toonde aan, dat, ofschoon de uit gaven nog voortdurend de inkomsten overtreffenhet te kort echter aanzien lijk minder wordt dan in vroegere jaren, door bet afsterven van gegratificeer- den, verminkten uit den strijd in 1815, zoodat er gegrond vooruitzigt be staat dat binnen weinige jaren de uitgaven door de inkomsten gedekt zullen worden. De verminkten in de Overzeesche bezittingen werden dadelijk, nadat hunne aanspraak bewezen wasopgenomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1851 | | pagina 1