LEYDSCHE
VRIJDAGJl APRIL,
De Courant wordt MaandagWoensdag en
Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt
Ve Prijs der Courant is ƒ13 in het jaar
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
BINNENLANDSCBE BERIGTEN.
LEYDEN, 10 April.
Z. M. heeft benoemd tot 2<lcn Luitenant bij de dienstdoende Schutterij
alhier, den Heer A. N. Ilubrecht, thans Fourier.
Het Fransche Instituut heeft in zijne zitting van 31 Maart 11. eene
lijst opgemaakt van Candidaten, ter vervulling der vacature ontstaan door
het overlijden van zijn buitenlandsch corresponderend Medelid, den Hoogleeraar
in de Kruidkunde Kunth te Berlijn, die zich vooral door dc bewerking van
het Botanisch gedeelte der werken van von Humboldt en Bon piand zeer ver
dienstelijk had gemaakten is in de volgende vergadering op den 7de" dezer
bij de opening der stembus gebleken, dat daartoe met algemeene stemmen
benoemd is onze stadgenoot, de Hoogleeraar C. L. Bi urne, die vroeger meer
malen op de lijst der Candidaten had gestaan en door de uitgave van velerlei
verdienstelijke Botanische werken in Europa bekend is. De Hoogleeraar
Blume is thans de eenige Nederlandsclic Natuurkundigewelke lid is van
het Fransche Instituut.
De werken van Mr. IV. en Vrouwe K. TV. Bilderdijkdoor wijlen den
Heer E. L. Glinderman, te Utrecht, verzameld, zijn gisteren avond aan het
Stads Venduhuis aldaar verkocht aan den Heer R. P. Verheek, Predikant te
Doornvoor 417.25.
- Bij de aanbesteding van het Pijpgaz voor de straten te Dordrechtwa
ren 10 inschrijvingen ingekomen, waarvan de hoogste heiiep ƒ18,406, de
laagste 9,947.20. Deze was van de Ileeren J. R. van der Madente Klundert,
en J. van Breda, te Dordrecht. De aanbesteding geschiedde voor 20 jaren.
Sedert een aantal jaren was op de stads begrooting jaarlijks ƒ10,500 uit
getrokken voor de olieverlichting.
's GRAVENHAGE10 April.
De Leden der Provinciale Staten van Zuidholland, hebben in hunne
vergadering van heden tot Lid der Eerste Kamer op nieuw benoemd Jhr. Mr.
TV. M. de Brauw.
De Engelsche Regering heeft eene gouden medaille toegekend aan Kapt.
J. J. van der Eb gevoerd hebbende het brikschip St. George de la Mina
en thans gezagvoerder van het barkschip Celehesvoor zijn menschlievend
en edelmoedig gedrag aan deu dag gelegd bij de stranding van het Engelsche
schip Norma, Kapt. Reussop de Westkust van Afrika.
IP mee tte Seamier des' :S J e sa - e es* aai.
In het verslag der Commissie van Rapporteurs over het ontwerp van wet,
strekkende tot tijdelijke wijziging der wet van 1818 op de groote visscherij
bestaande uit de Ileeren BlusséPoortman HengstWintgens en Anemaet)
wordt aangemerkt, dat uit het onderzoek dezer voordragt in de Afdeelingen
der Tweede Kamer wederom gebleken is, dat het stelsel, de groote visscherij
beheerschendedoor de groote meerderheid der leden werd afgekeurd. Ook
ten aanzien van dezen tak van nijverheid moet, volgens die meerderheid, ge-
beele vrijheid bestaan. Daarvoor gelden eveneens de erkende beginselen der
staathuishoudkunde. Een groot aantal leden meenden echter dat de wet
als overgangsmaatregel nuttige gevolgen zou kunnen opleveren.
Voorts is uit de berigten der deskundigen en belanghebbenden gebleken
dat ten aanzien van het tijdstip, voor den aanvang der groote visscherij het
meest geschikteen gewigtig verschil van meening bestond. Van de eene
zijde werd beweerd, dat de aanvang der groote visscherij vroeger moest worden
gesteld, en reeds op 1 Junij daartoe moest kunnen worden overgegaan. Van
de andere zijde werd volgehoudendat er menigvuldige redenen bestonden
om het tijdstip niet vóór 24 Junij vast te stellen.
Bij het bestaan van zoo uiteenloopcnd gevoelen meende een groot aantal
leden evenwel, dat er zoo veel mogelijk vrijheid voor een ieder moet zijn, en
wilde derhalve bij art. 1 bepaald zien, dat. de aanvang der groote visscherij
zou plaats hebben op 1 Junij, en dat, indien, met het oog op premien of
in verband met andere bepalingen een tweede tijdstip zou moeten gesteld
worden vóór hetwelk alle haringvisschers hunne netten moeten werpen, het
zelve bepaald zou worden op ultimo Julijopdat ieder gelegenheid zou be
zitten om de visscherij aan te vangen op dien tijdwelken hij in zijn eigen
belang het meest geschikt acht.
De Regering heeft verklaarddat het gevoelen van geheelc vrijheidook
het hare is. De strekking van het ontwerp isom terwijl de bepalingen om
trent dit gansche onderwerp aan eene herziening worden onderworpenin
middels en dadelijk aan de uiloefening van het bedrijf die meerdere vrijheid
toe te kennen welke reeds op liet oogenblik bestaanbaar is.
Het gouvernement zal na de aanneming van dit voorstel onderzoekenof
er bezwaren bestaan, om reeds dadelijk den aanvang op den lsten Junij vast
te stellendan of er omstandigheden aanwezig zijndie het alsnog meer ge
raden doen voorkomen den aanvang dit jaar iets later te stellen.
Zitting van Donderdag 10 April.
De Kamer heeft achtervolgens beraadslaagd over de volgende ontwerpen van
wet, als: 1°. dat tot verhooging van liet VIII Hoofdstuk der Staatsbegroo-
ting voor de herstelling eener sluis te Willemsoord. Na discussie aangeno
men met 32 tegen 22 stemmen.
2°. dat tot intrekking van art. 14 der wet van 12 Julij 1821 [Staatsbl.
N°. 9) nopens de provinciale opcenten. Aangenomen met algemeene stemmen.
3°. dat lot tijdelijke verzekering van de uitvoering van art. 118 der pro
vinciale wet (het doen van rekening door rekenpligtige provinciale ambtena
ren) aangenomen zonder discussie met algemeene (54) stemmen; en
4°. dat tot tijdelijke wijziging der Wet van 1818 op de uitoefening der
groote visscherij. Na beraadslaging, waarbij de Ileeren: Smit, van Akerlaken
en Poortman tegen de voordragt het woord hebben gevoerd, terwijl zij werd
verdedigd door den Heer ffiackay en door den Minister van Binnen!. Zaken is
het ontwerp aangenomen met eene meerderheid van 45 tegen 7 stemmen.
UTelegrapMscSa BSerigt, 5 uur 30 min.
De Minister van Marine de Heer Lucas zal den 20stcn dezer aftredenen
do Heer SprenglerMinister van Oorlogtijdelijk zijne functiën waarnemen.
De Tweede Kamer is voor onbepaalden tijd uiteengegaan.
AMSTERDAM, 9 April.
Naar wij van goederhand vernemen is hij het Koninklijk Nederlandsch
Instituutonder dagteekening van den 44et April jl., een brief ontvangen
van den Minister van Binnenlandsche Zakenwaarin namens Z. M. den Ko
ning te kennen wordt gegeven dat, in afwachting van Z1'. M8. beschikking
op het adres van den 20ste" Maart jl., het Instituut voor dit jaar wordt vrij
gesteld van de verpligtingwelke 34 en 37 van het algemeen reglement
opleggentot liet houden van openbare vergaderingen en tot bijeenroepen
eener algemeene vergadering op den eersten Woensdag na Paschen.
Het achttiende en laatste Concert der MaatschappijFelix Meritis
van Vrijdag den 28sle" Maart 11. mogt met regt een der schoonste van het
gelieele saizoen genoemd worden. Het werd geopend door eene feest-ouverture
van den Heer van Breein D dureen zijner oudste werken maar hetwelk
niettemin door frischheid van gedachte en soliditeit van bewerking uitmunt,
en daarom bij de treffelijke uitvoering algemeen genoegen deed. De
overige orcheststukken bestonden in eene concert-ouverture van den Heer
J. J. Viottade symfonie n°. IV. in B dur, van Beethoven, en in eene
herhaalde uitvoering der schoone ouverture van Meyerbeer voor het treurspel
Struensee. Een en ander werd voortreffelijk uitgevoerd en verwierf algemeene
en luide goedkeuring. Mejufvr. Johanusen zong Fclix haar afscheidsgroete
toe, in het door haar zoo innig gevoelde, zoo uitmuntend teruggegeven aria
uit de Freyschiitz, ia het voor hare brillante coloratuur zoo passende aria
van Niohé en in twee liederen, een van Curschmann en het schoone Uil-
geduld" van Schubert. In het laatste vooral verrukte zij ons door warm
gevoel en innige voordragt. Het instrumentale obligaat-gedeelte werd ver
vuld door den Heer A. J. Wetrens, van Leyden, een jong, solide en dege
lijk gevormd violist, die, ondanks de buitengewone hitte der temperatuur
van de zaalin eene fantaisie van W. Lubeck (wijlen den voortreffelijken
concertmeester te 'sHage en later te Hannover), en in eene introductie,
caprice en finale op een thema uit le Pirate van Ernstblijken van groote
verdiensten en van goede studie gaf, en waarvan voor dc toekomst, zoo hij
slechts voortgaat zich aanhoudend te oefenenhet schoonste en beste te ver
wachten is. ArnstCour.)
De Correctionele Reglbank alhier heeft heden den Heer A. van Bever
voorde ter zake van een in den Courrier Batave n0. 49 voorkomend stuk
getiteld: Contrastes dynastiquesschuldig verklaard aan het boosaardiglijk
en openhaar smaden en honen van den persoon des Konings en van leden van
liet Kon. Huis, en hem deswegens veroordeeld tot 2 jaren gevangenisstraf.