Zaken iu liet Groothertogdom Luxemburg, beeft lieden, na verschillende con-
ferentien gehouden te hebben met Z. M. den Koning, Z. K. li. Prins Hen
drik en Z. Exc. den Minister van Buiten]. Zaken, deze residentie verlaten en
zich andermaal naar Dresden begeven.
Gisteren is alhier de tijding ontvangen, dat het postverdrag tusschen
Nederland en het Duitscke postwezenZondag 11. te Berlijn gesloten isom
met primo April aanstaande in werking te komen.
Tegen den redacteur van de Courrier BataveA. van Bevervoordeis
regtsingang verleend, wegens twee artikelen in dat blad, welke beklaagd
zijn als bevattende smaad, hoon en laster jegens den persoon des Konings en
eenige leden van het Koninklijk Huis.
In een ingezonden stuk van den Nieuwsbode wordt aangedrongen op
de verwezenlijking van het plan van wijlen den Burgemeester Copes van
Caltenburch, namelijk tot den aanleg, van eene haven te Scheveningen
voor stoombooten en kleine koopvaardijschepen, welke met de uitwatering,
waardoor de residentie steeds van versch water voorzien zou zijn geweest
reeds ecnige jaren zouden bestaan hebben, wanneer Koning Willem II slechts
een paar maanden langer geregeerd had. Wordt Scheveningen in eene ha
venplaats herschapen (dus luidt het daar), dan zal ook 'sGravenhage er zijn
groot voordeel van ondervinden. Mogen aanzienlijke en invloedrijke mannen
zich de zaak, die thans bijna elf jaren gerust heeft, nog eens krachtdadig
aantrekken en dat radicale middel helpen tot stand brengen."
ROTTERDAM, 29 Januarij.
Uit de Begrooting dier stad, voor de dienst van 1851, ontleenen wij de
volgende bijzonderheden
De bevolking wordt gesteld op 88,812 zielen, hetwelk, in vergelijking met
1850, de aanmerkelijke vermeerdering van 6012 zielen oplevert.
Genoemde hegrooting is bepaald als volgt: Buitengewone ontvangsten
249,880.08^ gewone inkomsten 799.304.56). Totaal 1,049,184.65.
Gewone uitgaven 798,229.00buitengewone uitgaven 249,832.97.
Totaal 1,048,061.97. En mitsdien met een goed slot van 1122.63.
Hoofdstuk I der lste Afdccling duidt de buitengewone ontvangsten aan,
tot welke een goed slot der vorige jaren, ter somma van ƒ200,096.48)., be
hoort. Voorts komt onder anderen in dit Hoofdstuk voor: storting op den
verkoopprijs der opgehoogde gronden aan het Nicuwewerk 19,983.60.
Hoofdstuk II behelst de gewone plaatselijke inkomsten. 1. de additionele
cents op 's Lands middelen bedragen gezamenlijk ƒ292,000. 2. de plaat
selijke middelen, ten gezamenlijken bedrage van 404,100.
Het onderhoud van plaatselijke eigendommen cn werken bedraagt ƒ154,090.
Subsidiën aan Godsbuizen 64,000aan het algemeen armbestuur 170,000;
aan het Israëlitische armbestuur 8,300; vestigings-, vervangings- en trans
portkosten in de koloniën der maatschappij van weldadigheid ƒ33,000; jaar
wedde van doctoren, heelmeesters enz. 6.900.
Voor de uitbreiding der stad aan het westelijk gedeelte (waarvoor ten vori-
gen jare was toegestaan 113,284.451), is nu geraamd 64,000; voor het
museum Boymans 5000; voor lokalen voor openbaar onderwijs wederom
15,000; tot aftimmering en ameublement van het gasthuis 31,000; voor
de kade voor de nieuw e losplaats onder de Boompjes 21,000; eerste gedeelte
der verandering der kleine Wijnbrug 10,000demping of verbetering van
wateren 30,000eerste gedeelte der bekading van de buitensingels met be
strating 7,000; voorts oprigling van eene akademie voor scboone cn nuttige
kunsten 7,000extra-subsidie voor de muziek der schutterij 2,000be
houdens de goedkeuring des Konings; aankoop van gronden, volgens resolutie
der Gedcp. Staten van 25 Januarij 1850 21,333.
BARNEVELD, 27 Januarij.
De scliapenhandel alhier belooft eene grootere uitbreiding te zullen erlan
gen op voorstel van den raad dier gemeente hebben Gedeputeerde Staten
magtiging verleend tot het houden eencr voorjaars vette hamelmarkt op den
2,lca cn 3<lcn Donderdag der maand April.
Reeds door verre tijden was Barnevcld de stapelplaats van dezen belangrijken
lak van den vaderlandschc landbouw; immers in 1680, den 17dcl> Mei, werd
het houden der schapcnmarktcn van Zondag op Donderdag verzet; op de nu
laatst gehouden 4(lc cn 5de markt, waren ongeveer elf duizend schapen aan
wezig.
Van de omstreeks 700.000 schapen in ons landbezit het platteland der
Veluwe ongeveer 40,000 stuks.
De uitvoer naar Engeland die in 1844 bedroeg 2801 schapen cn 46 lam
meren klom in 1845 tot 15,846 schapen en 112 lammeren.
Uit de opgaaf voorkomende in het Tijdschrift voor Staatshuishoudkunde
en Statistiek door Mr. B. W. A. E. Sloet tot Oldhuis, IIIdc Deel, 3de stuk,
blijktdat jaarlijks 45,600 stuks schapen op de Veluwscbe markten worden
aangevoerd, als: te Barnevcld 26,600 stuks, te Schcrpenzeel 8,000 stuks,
te Apeldoorn 8,000 stuks, te Doornspijk 2,000 stuks.
LEEUWARDEN, 28 Januarij.
In een afgelegen deel van de gemeente Akkerwoude, tusschen deze stad
en Dokkum, de Broek genaamd, wonen ruim drie honderd menschen, groo-
tendcels in hutten van stroodie zich nagenoeg allen in de laatste dertig
jaren aldaar hebben nedergezet. Geene school in de nabijheid hebbende,
groeijen er meer dan honderd kinderen op, bijna »als redclooze dieren" zegt
het departement Dantumadecl der maatschappijTot Nut van 'z Algemeen.
Met lofwaardigen ijver is dat departement werkzaam om aldaar in dc behoefte
aan eene school te voorzientot wier vestiging de gemeentehoe gaarne ook
willende wat zij kan niet bij magte is. Z. M. dc Koning heeft reeds pro-
visioneel ƒ150 tot traclcment voor eenen onderw ijzer toegezegd en ook van
andere zijden heeft men toezegging van bijdagen. Er ontbreekt echter nog
meer dan twee duizend gulden ter bouwing van eene school en onderwijzers-
woning, en om deze, zoo mogelijk, te bekomen, heeft genoemd departe
ment zich met bescheiden aandrang gewend tot de overige departementen in
ons vaderland.
BREDA26 Januarij.
In den avond van den 20sten dezer is alhier een schok van aardbeving ge
voeld welke te gelijker tijd ook te Roermond is waargenomen. Een spiegel
welke tegen eenen hechten buitenmuur hing in overhellende rigtingwérd
bij herhaling vóór en achterwaarts bewogen.
BOXMEER, 26 Januarij.
Voor eenige dagen werden alhier twee, voor de kunst belangrijke voorwer
pen uit den Romeinschen tijd gevonden op een perceel weilandalwaar be
reids vroeger onderscheidene zeldzaamheden zijn opgedolven en hetwelk aan
Mr. J. B. HengstBurgemeester der gemeentetoebehoort.
BUITEXLANDSCIiE BERIGTEX.
ENGELANB,
LONDEN, 26 Januarij.
Er worden thans vergaderingen gehouden, waarin gehandeld wordt over
onderwerpen welke binnen kort in het Parlement zullen beraadslaagd worden.
Zulk eene bijeenkomst, die zeer talrijk bezocht werd, is den 23sten te Man
chester gehouden, waarin de Heeren Gibson, Cobden en Bright, de bekende
hoofden der liberale partij in Manchester, de voornaamste sprekers zijn ge
weest. Zij hebben ten aanzien van het geschil over de kerkelijke zaken het
gevoelen ontwikkelddat de Regering niet tusschen beide behoort te treden in
de door den Paus bcvolene verdeeling van Engeland in Bisdommen-dat
deze maatregel geene inbreuk maakt op de regten der kroon; dat de we
reldlijke magt van den Paus te gering is, dan dat men van dien kant eenige
bezorgdheid zou behoeven te koesterenen dat men voor het overige mag
vertrouwen, dat, met inachtneming van het stelsel van gelijkheid in het
godsdienstige, de zaak van waarheid en licht zekerder zal zegepralen, dan
door belemmerende en onderdrukkende maatregelen.
Het is te verwachten dat de partijwaartoe de genoemde sprekers behooren
de door hen ontwikkelde beginselen ook in het Parlement zal trachten te doen
gelden.
Gedurende de Tentoonstelling zal de politie met 1000 man vermeer
derd worden, terwijl eene aanzienlijke krijgsmagt zoodanig rondom Londen
zal gekantonncerd zijndat hare hulp ieder oogenblik wanneer de autoritei
ten het nooclig achtenkan ingeroepen worden.
Onder de voorwerpen die op dc Tentoonstelling zijn ingekomenis een
reusachtig stuk steenkool van 7 voet lengtevoet breedte en 3 voet hoogte
op eene halve Engelsche mijl diepte onder den beganen grond, uit de mijnen
van Swansea getrokken.
Onder meer andere bewijzen van Engelands steeds toenemenden rijkdom
wordt in een beloog daarover opgegeven dat de aan successieregt onderwor
pen kapitalendie in 1800 slechts 4,122,000 bedroegen, en in 1812
16,662,000, in 1841 tot 41,476,000 geklommen waren, en in 1348 op
44,343,000 werden geschat.
FRANKRIJK.
PARIJS23 Januarij.
De zitting van de Wetgevende Vergadering van gisterendie men ge
meend had, dat zeer onstuimig zou zijn geweest, is zeer bedaard uitgevallen,
alleen heeft het lid IIovyn-Tranclière het nieuwe Ministerie geïnterpelleerd.
Hij meende dat de zamenslclling van een nieuw Ministerieuit leden, die geene
volksvertegenwoordigers zijn, ernstige gebeurtenissen na zich kon slepen. De
vergadering had liet regt om te vragen, of dit thans door toevallige omstan
digheden, dan wel stelselmatig geschied was. Hij wenschte te weten of liet
nieuwe kabinet werkelijk een overgangs Ministerie is en of de Ministers dit
erkennen. Ofschoon de constitutie de beide magtcn van den staal scheidde,
zijn zij daarom niet onafhankelijk en het is niet te voorzienwat de vervan
ging van een parlementair kabinet, door een zevental onbekende personen,
ten gevolge kan hebben. Spreker eindigde met hel nieuwe Ministerie uit te
noodigen zich des betreffende met openhartigheid en loyauteit te verklaren,
ten einde daardoor eensgezindheid en eendragt te bevorderen.
De Heer de Royer, Minister van Justitie, beantwoordde hem, namens zijne
gezamenlijke ambtgenooten. Men vraagt het Ministerie, zeide hij, wat is uw
oorsprong, welke is uwe staatkunde? Ons antwoord daarop is even kort als
eenvoudie. Onze zending is geschetst in de boodschap van den President der
Republiek; zij is van administrative)!van tijdelijken aard. De mocijelijkhe-
dendie vóór onze benoemingtot de zamenstelling van een Ministerie verre
zen zullen uit den weg geruimd wordendit is de wcnsch die in de bood
schap is uitgedrukt; dit is onze vurigste hoop. Men vraagt ons, waar wij u
heen leide* Wij leiden u tot een definitief kabinet! Ook vraagt men ons,
welke staatkunde wij voornemens zijn te volgen Wij verklarendatalhoe-
wel wij slechts tijdelijk met onze portefeuilles belast zijndoor ons die staat
kunde zal worden voorgestaan, waarvan de grondslagen in de boodschap van
12 Nov. 1850 zijn nedergelegd. AVij zullen de onafhankelijkheid weten te
handhavenwelke de constitutie wettigt en die de eenige voorwaarde is cener
vrije regering. En hiermede geloof ikaan de verklaring die men van ons
cischte, voldaan te hebben.