Heden middag ten twee ure heeft, er cene Kabinetsraad plaats gehad, die, gelijk gewoonlijk, aan het Paleis des Konings is gehouden en die door IIII. KK. IIII. de Prinsen Frederik en Hendrik werd bijgewoond. Gisteren middag heeft er bij Z. Exc. den Minister van Oostenrijk een groot diner plaats gehad, waaraan de leden van het Corps Diplomatique en hunne Exccll. de Ministers hebben deel genomen. In de residentie is aangekomen en aan het Hotel de l'Europe afgestapt, de Schout-hij-nachtH. F. Tengbergen. Den 7dcn dezer is alhier, in den ouderdom van 38 jaren, overleden de Heer A. B. Houtkoper, in leven Secretaris particulier van wijlen Z. M. Ko ning Willem II. HAARLEM9 Januarij. Gedeputeerde Staten van Noord-Hollandhebbenbij bet verslag van de Commissie der Staten dezer provincie, betreffende het ontwerp der gemeente wet met welk verslag de genoemde Staten zich hadden vereenigdZ. M. den Koning een adres aangebodenwaarin gezegd wordt dat zij gemeld ont werp in banden hadden gesteld van eene Commissie, om daarover een rap port uit te brengen, en naar aanleiding van dat rapport, de ontworpene gemeentewet, in de zittingen van 28, 29 en 30 November in ernstige over- weging genomenwaarmede zij behoudens eenigc weinige aanmerkingenop den kant van hetzelve aangeteekendzich hebben vereenigden besloten hetzelve den Koning aan te bieden. »De Staten hebben, luidt verder het adres, ons daarbij belast, inliet bijzonder de aandacht van Uwe Majesteit te bepalen op de hoofdaanmerkin gen in het rapport voorkomendeen wel bepaaldelijkdat in het ontwerp niet genoegzaam zou zijn gelet: Op de grondwettige zelfstandigheid der Gemeente-besturen »Op de provinciale Staten, als de magtdie grondwettig is aangewezen, om bij Uwe Majesteit de plaatselijke belangen voor te staan; »Op de bevoegdheid van den Burgemeester, als ambtenaar van de uitvoe rende magt »Op den aard der plaatselijke begrootingennoch «Op hetgeen ten aanzien der plaatselijke belastingen thans bepaald kan worden. «Ter voldoening aan die last zij het ons vergund de aandacht van Uwe Ma jesteit inzonderheid op het volgende te vestigen De Grondwet heeft wel ééne algemeene wet voor alle gemeenten gewild zonder onderscheid van grootte; maar zij heeft tevens de grenzen aangewe zen wat aan de wetwat aan de huishoudelijke reglementen behoort te worden overgelaten. »Dc wet schijnt niets anders te moeten regelen dan: 1°. de samenstel ling; 2°. de inrigting 3°. de bevoegdheid der Gemeente-besturenen 4°. de grondwettige beperkingenwaaraan de vrijheid van den Gemeente raad om het huishoudelijk bestuur te regelen, in artt. 141 tot 143 der Grondwet is onderworpen. «De zelfstandigheid der Gemeente-besturen in de regeling van het inwen dig Gemeente-bestuur is door de duidelijke bepaling van art. 140 der Grond wet gewaarborgd. «Alleen bij de strenge handhaving van dit beginsel kan aan de Gemeente besturen die zelfstandigheid verzekerd worden waarop in Nederland ten al len tijde zooveel prijs is gesteld. Dat beginsel is echter in het ontwerp van wet niet genoegzaam erkendwaardoor dikwijls aan den Gemeenteraad is ont trokken wat grondwettig tot denzei ven zou bclioorenen aanleiding is ge geven tot onnoodige centralisatie." Verder wordt omtrent de volgende boven vermelde punten een en ander in het midden gebragt en onder anderen aangemerkt: dat plaatselijke belastingen slechts voor plaatselijke uitgaven behooren geheven te worden. Overeen komstig dit beginsel zegt men, zouden gecne Ilijks-uitgaven op de plaatse lijke bcgrooting behooren gebragt te worden. Dit beginsel, dat een hoek steen uitmaakt van het algemeen financieel stelsel, schijnt in het ontwerp uit het oog verloren. A'oorts zijn de Staten van oordeel dat het onderwerp behoort tot de ge meente-wetgevingwaaromtrent zij grondwettig moeten gehoord worden. Zij zijn geroepen ter verdediging der plaatselijke belangen van hun Gewest, en behooren dus gehoord te worden in de wettige regeling der plaatselijke be lastingen. Ten slotte verklaren de Staten het van hunne pligt geacht te hebben Z. Majesteit met vrijmoedigheid op de leemten en gebreken van het ontwerp van gemeente-wet te wijzen, opdat daaraan zoude kunnen te gemoet geko men wordenen hebben zich tevens eenparig vereenigd met het gevoelen van de Commissie, dat het ontwerp van gemeente-wet zeer vele nuttige en juiste bepalingen bevat; zoodat men v«rtrouwen mag, dat het ontwerp, ge wijzigd en veranderd, na raadpleging van de aanmerkingen der Provinciale Vertegenwoordigers, eenmaal tot eene zeer goede algemeene gemeente-wet zal leiden. AMSTERDAM9 Januarij. Ten vervolge van de meermalen besprokene moedwillige daad, langs den Rijnspoorweg bij Breukelen, vernemen wij nu, dat van de twee beschuldig- I den een is vrijgesproken, en aan den andere gevangenisstraf van eene maand, 1 geldboete, schadeloosstelling, enz., is opgelegd. TILBURG, 9 Januarij. Sedert een paar dagen hebben twee door de Commissie, belast met de vereffening der nalatenschap van wijlen Z. M. Willem II, benoemde des kundigen uit 's Hagel, zich onledig gehouden met het opnemen en taxeren der kavalleric-kaserne ter dezer stede, welke, naar men verneemt, door de voornoemde commissie aan onze stedelijke regering, ten behoeve der stad in koop, is aangeboden. Handelsbl BUITENLANDSCIIE BERIGTEN. ENCJEEAIVI#. LONDEN, 8 Januarij. In 1850 hebben te dezer stede 806 branden plaats gehad, waarbij 18 menschen het leven hebben verloren. Onderscheiden voorwerpen voor de Tentoonstelling zijn reeds uit Britsch- Indië en China aangebragtonder anderen een dames kleed van 7000 en een zadelmet goud en edelgesteenten bezetter waarde van 6000 De Times wederspreekt, bet door verschillende Engelsche bladen, (en ook door ons) medegedeelde berigt, omtrent den treurigen toestand van zeke ren Wadeden laatst overgebleven medgezel van den grooten reiziger Cook. De Admiraliteit heeft deswegen een naauwgezet onderzoek ingesteld, en ont dekt, dat dezelfde persoon in 1845 reeds een dergelijk berigt wist te doen plaatsen, in den Morning Chronicleten einde de algemeene liefdadigheid op te wekken, en dat de daarin vermelde feiten reeds toen gebleken zijn voor het grootste gedeelte verdicht en overdreven te wezen. Te Lancliestcr, in Durham, is een man overleden in den hoogen ouder dom van 107 jaren en 3 maanden; hij was landbouwer en genoot steeds een goede gezondheid. Uit New-Orleans wordt berigtdat nabij Bayon-Sara eene Stoomboot met 200 passagiers in brand is geraakt, die zich naar Texas begaf, en dat daarbij een 40-tal menschen zijn omgekomen. Niets is van het schip of den inhoud gered. FRAIHRIJK, PARIJS9 Januarij. De moeijelijkheden tussclien de Regering en de Wetgevende Vergadering zijn hare beslechting nabij. Het ontslag van den Generaal Changarnier kan als een zaak beschouwd wordendie haar beslag heeft bekomenen wat het Ministerie betreft, dit zal zoo wat worden bijgeholpen. Vijf oude Ministers zullen aanblijvenvier worden vervangen. Althans de Moniteur du Soir noemt deze lijst als degene die na vele overleggingen, 'savonds te half zes is opgemaakt: Buitenl. Zaken, Drouyn de Lhuys; Binnenl. Zaken, Baroche; Justitie, Rouher; Geldmiddelen, A. Fould; Oorlog, de Generaal Regnault de St.-Jean d'Angely; Onderwijs, Dumas Openb. WerkenBineauZeewe zen, de Vice-Admiraal Leblanc; Koophandel en Landbouw, Ducos; waarvan evenwel de eerstgenoemde de portefeuille geweigerd heeft, weshalve de zaak tot morgen is uitgesteld. Betreffende het vraagstuk der onschendbaarheid van de leden der Wet gevende Vergadering, heeft de regterlijke magt, in eersten aanleg, zich ver klaard tegen het door die vergadering ontwikkelde en volgehouden gevoelen. De Regtbank heeft, onder Voorzitting van den Heer Belleyme, verklaard, dat de Heer Mauguin ten onregte uit de gijzeling was ontslagen, en heeft zijnen schuldcischer gemagtigdom hem op nieuw ter zake van het door hem verschuldigde bedrag te vervolgen en te doen gijzelen. Tevens heeft zij den Directeur van de gevangenis, welke den genoemden afgevaardigde op eene onregelmatige wijze daaruit had ontslagen, verantwoordelijk gesteld voor de daardoor te weeggebragte schade, ten beloope van 3000 fr. De dagbladen deel en de volgende opgave mede van de in Frankrijk ge durende de laatste jaren geslagen munt. Van 1845 tot 1849 was het bedrag als volgt: in 1845 119,140 fr. in gouden 89,967,509.50 in zilver. 1846 2,088,420 47,886,145.50 1847 7,706,020 78,285,157.50 1848 39,697,740 119,731,095.25 1849 27,109,560 206,548,663.90 Totaal 76,718,880 542,418,571.65 Totaal generaal fr. 619,137,451.65 c. In het laatst afgeloopen jaar echteris er van den lsten Januarij tot den 26stcn December aan de munt geslagen 81,089,150 fr. in goud en 82,081,180.40 c. in zilver. Totaal fr. 163,170,330.40 c. Sedert vele jaren herinnert men zich niet zulk eenen zachten winter als dezen. Er zijn sinds 1709 slechts 5 winters geweest, die dezen evenaar den; die van 1733 was nog zachter, want toen bloeiden er reeds vruclitboo- men op den 25sten Januarij. PaUISSE-K. BERLIJN 8 Januarij. De Tweede Kamer heeft in hare zitting van gisterenbetrekkelijk de vraag of de ten gevolge van de schorsing in December afgebroken beraadslaging over het adres van antwoord op de troonrede thans voortgezet behoorde te

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1851 | | pagina 2