LEYDSCHE COURANT 1850. N°. m<y- fc De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegevenDie van Maandag komt WOENDSAG, 18 DECEMBER. 'ÏK i?e Prijs der Courant is ƒ12 za het jaar de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. BIiXXENLANDSCHE BERIGTEX. LEYDEN, 17 December. Z. M. heeft benoemd tot 2den Luitenant bij de dienstdoende Schutterij al hier Mr. P. G. Lezwynthans Schutter. Wij vestigen de aandacht op het bij den Boekhandelaar C. A. van Im- merseel Mounier alhieruitgegeven Jaar- en Adreshoekje voor de Stad Legdenover den jare 1851, (vierde Jaargang), veel vermeerderde en ver beterde uitgave, daar het in vele opziglen uitmunt. Behalve Kalender, Feestdagen, enz., vindt men er in: al de Tarieven der Vrachten op den Hol- landschen Spoorweg, en voor het overbrengen van tijdingen voor den Electro- Magnetisclien Telegraaf; Postboden, LoopersDiligences, het afvaren der Trekschuiten, Pakschuiten, Beurtschepen en Marktschuiten van Leyden, Stedelijke Akademische en andere inrigtingenScholen GarnisoenSchut terij Naamlijst van Neringdoenden en ook van Particulieren en vele andere zaken. Wij hopen dat de Uitgever zijne moeite en onkosten, wederom door een ruim debiet beloond zal zien. Zaturdag is de eerste spoortrein van Rotterdam bij Sloterdijlc uit het spoor geraaktzonder dat daardoor ongelukken veroorzaakt zijn. De spoortrein die Maandag morgen te 5 are van Parijs te Brussel had moeten aankomen, is in Frankrijk te Bray op eenig'e zwaar geladene wagens gestuitmet zulk een hevigen schok datvolgens geruchtendrie rijtuigen verbrijzeld zijndrie reizigers omgekomen en verscheidene gekwetst. Slechts vier zijn er te Brussel aangekomen. De bijzonderheden zijn nog niet offi ciéél bekend. Het Zondagsblad berigtdat de werkbazen te Delft maatregelen ge troffen hebben, om hunne knechts des zomers en des winters evenveel loon te geven. Te Amsterdam is Vrijdag eene vergadering gehouden der Maatschappij ter bevordering van Landbouw en Landontginningen is besloten eene lee ning te doen van 200,000 a 4 pCt, eene premie van pCt. en eene vaste aflossing. De leden schreven spoedig voor de helft dier som in. Van het Nieuwe Diep wordt geschreven, dat de Heer Bruce weder op nieuw vrij ernstig ongesteld is geworden. De vertraging van zijn vertrek moet tevens ten gevolge hebbendat de Heer van Nes niet voor Maart zal vertrekken. De groote jagt wordt op den 31stcn dezer, en die op Ganzen, Eenden cn Watersnippen den laatsten Februarij 1851 gesloten. Den 9dcn dezer is in eene buitengewone algemeene vergadering van het Koninkl. Nederl. Instituut, beraadslaagd over twee door den Minister van Binnenl. Zaken gedane voorstellen. Het eerstevan 8 November houdt het volgende in Ik vermeendatzoo de leden van het Instituut aan het behoud dier instelling hechten en zich daarvoor eenige geldelijke opofferingen willen ge troosten op den tegenwoordigen voet zoude kunnen worden voortgegaan. De te vorigen jare gemaakte bezuiniging toch behoeft alleen de traktementen der Secretarissen en de presentiegelden der leden te treffen. Alle overige uitgaven kunnen, blijkens de rekeningen van de laatste jaren, door eene toelage van 6000 bestreden worden, althans wanneer men met spaarzaam heid en overleg te werk gaat." Nadat dit voorstel was verworpenbeeft de Voorzitter Miquel het tweede voorstel in beraadslaging gebragtluidende als volgt Mogten echter hiertegen eenige bedenkingen bestaanen aan eene wijzi ging der tegenwoordige inrigting de voorkeur gegeven worden, dan kan, ver mits de eerste klasse uit den aard der zaak de incest werkzame is, in dien zin namelijk, dat zij het vcelvuldigst door het Gouvernement wordt geraad pleegd en door haar de meeste werken worden uil gegeven, zoodat zij voor namelijk de gemeenschap met den vreemde en met het Gouvernement onder houdt, van het rijks-subsidie, ten bedrage van ƒ6000, zoo veel voor haar worden afgenomendat zij zonder eenige bekrompenheid werkzaam kunne blijven, terwijl hetgeen na aftrek hiervan mogt overblijven, onder de overige klassen zou kunnen worden verdeeld." Dit tweede voorstel is algemeen afgestemd. Nog is het voorstel gedaandat de leden der onderscheidene Klassen a die daartoe volgens de wet geregtigd zijn, afstand mogen doen van de hun toekomende presentie-geldcn over den jare 1850, ten behoeve der wetenschap pelijke werkzaamheden des Instituutsvermits de uitgaven gebleken zijn de jaarlijksche toelage te boven te gaan, ook zoo als zij thans weder door de koninklijke gift tot ƒ11,000 was verhoogd." Dit is met toejuiching aangenomen. Men zal het proces-verhaal aan Z. M. aanbieden, en ter kennis brengen van den Minister en de beide Kamers. 's GRAVENHAGE16 December. Z. M. de Koning is Zondag avond van het Looen Z. K. H. Prins Hendrik Zaturdag van Luxemburg in deze Residentie teruggekeerd. Z. M. zal den 23stcn dezer aan het paleis in het Noordeinde gehoor ver- leenen. H. M. de Koningin-Moeder wordt tegen den 26sten dezer alhier ver wacht. Zij zal baar intrek nemen op het Buitenverblijf Buitenrustaan den Scheveningschen weg. De Toekomst meldt, dat Prinses Marianne zich thans op Sicilië be vindt, en wel ter zelfder plaats waar zij zich voorleden jaar op hare reis naar het II. Land heeft opgehouden. De Ministers van Finantiën en Marine zullen den 19dcn en 20sten dezer geen gehoor verleenende Minister van Marine is echter deze weekdage lijks tusschen 9 en 10 ure te spreken. De Stedelijke Regering heeft voor ƒ175,000de Cavalerie-caserne op het Alexanders-veld aangekocht. Daar de rijschool aan het Willems-park niet beantwoordt aan haar doelis ze niet aangekochtmaar zal deze publiek verkocht wordenterwijl op het terrein in de nabijheid der caserne door de Regering eene nieuwe rijschool zal worden gebouwd. Viveede Kamer der Staten-Generaat. Vervolg der Zitting van Zaturdag 14 December. Aan de orde was Hoofdstuk III. Departvan Buitenl. Zaken), de alge meene beschouwingen. Na de Heeren Dirks, van Hoëvell, van Hall, (zie onze vorige) hebben nog de Heeren van Goltstein, Boreel, Blussé, Sloet van Old- huis, Borret, Gevers, Lotsy, Schooneveld en Hoffmann het woord gevoerd; en heeft vervolgens de Minister van Buitenl. Zaken gesproken. Hij betuigde zijnen dank aan den Heer Dirks, dat deze het belangrijk on derwerp der spoorwegen heeft ter sprake gebragt. De Regering is van het nuttige en noodzakelijke der verbetering van de middelen van gemeenschap diep doordrongen, en hij in 't bijzonder is op de bevordering daarvan zeer ge steld. Reeds zijn er openingen aan België gedaan, om verbindingen van ge meenschap daar te stellen of uit te breidenwelke bereids gunstig zijn opge nomen; ook met Hannover is men in onderhandeling, om de gemeenschap door middel van kanalen te vermeerderen. Bijgevolg worden deze aangelegen heden niet uit het oog verloren. AVat nu het denkbeeld betreft, door dien spreker aan de hand gegeven, Z. Exc. zal gaarne in overweging nemen, wat er gedaan zou kunnen worden, om de Noord- en Oostzee te verbinden door eenen spoorweg, aanvangende in de oostelijke provinciën van ons Rijk. Het zal hier, even als met vele andere zaken, maar op de middelen aankomen. Ook de Rijnspoorweg-aansluiting wordt niet uit het oog' verloren. De onder handelingen zijn echter afgestuit daarop, dat Pruissen er op aandringt, dat onze spoorbreedte veranderd worde; dat punt is moe ij el ijk van Regeringswege uit den weg te ruimen. Evenwel de zaak wordt in geenen dcele uit het oog verloren. De sluiting van een traktaat met China zal behandeld worden door des Ministers ambtgenoot voor de Koloniën. Aan den Heer van Hall kan Z. Exc. verzekeren, dat alle argumenten cn overredingsmiddelen worden ge bezigd, om de vreemde regeringen tot navolging van ons voorbeeld, met op- zigt tot de scheepvaartwetgeving, te dringen; om nu reeds de resultaten van de werking dier wetten op te geven, daarvoor is het tijdperk van haar bestaan nog te kort. Met betrekking tot Zweden is de diplomatie werkzaam, om nog eenige uit den weg te ruimen bezwaren op te heffen. De reciprociteit van Amerika is nog niet op dien voet als wenschelijk kan geacht worden doch ook daarover is men werkzaam en hoopt men eerlang de vruchten der ingestelde bemoeijingen te kunnen plukken. Met Engeland is, na de uit vaardiging onzer scheepsvaart-wetgeving, geene bepaalde schikking of nadero overeenkomst gesloten; er zijn ook daartoe geene onderhandelingen aange knoopt, maar Z. Exc. weet wel, dat men aldaar bezig is, om eenige bijzon dere voorregten, welke nog op sommige plaatsen ten gunste der eigene

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1850 | | pagina 1