LEYDSCHE WOENSDAG, 4 DECEMBER. We" 10 BIMEXLANDSCHE BERIGTEft. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdag Avond, De Prijs der Courant is f 12 in het jaar LEYDEN, 3 December. Er is bier ter stede weder een valsch 25-centstukje in omloop geweest kenbaar aan de navolgende bijzonderheden: blaauwe loodachtige kleur, min dere dikte van bet geldstuk, zijnde het verschil daarin zeer merkbaar, grofheid van bewerking vooral aan de zijde van den krans en de daarin uit gedrukte waardeonvolkomenheid van den gekartelden rand w elke daarbij op de echte regtop en bet valsche wat schuins loopt, het jaartal is 1849. Men verzekert dat de schroef-stoomboot van Leydcn op Amsterdam met aandoening van de tusscbciiliggende plaatsenwaarvoor aan J. Wijten- burg de Vries en J. Planjer concessie is verleend met bet aanstaande voor jaar zal worden in dienst gesteld, en bij voortduring tusschen opgemelde steden varenvoorts dat met overleg van Ileeren Deelhebbers is goedgevon den, den Heer D. A. Scbretlcn alhier, daarvoor als Directeur te benoemen. De Schrijver dezer regelen is met genoegen getuige geweest van de toe juichingen, welke op bet Concert, gegeven den 27sten Nov. 11., door de Ileeren E. LübeckA. J. AVetrcns en onder medewerking van den Heer A. M. Oudshoornaan deze kunstenaren zijn te beurt gevallen. Ilij acht bet derhalve niet ongepasteenige gedachten over dit Concert langs dezen weg aan diegenen zijner medeburgers mede te doelenwelke voornoemd Concert niet hebben bijgewoond. Wij beginnen met den Heer Lübeckover wiens betooverend spel slechts eene stem was, en wel die: dat hij verdient aan de zijde geplaatst te worden van de eerste meesters op de Piano. Deze uitspraak welke wij volgaarne onderteekenenmaakt eene verdere uiteenzetting zijner verdiensten overbo dig, cn wij willen slechts opmerken, dat bij onder die kunstenaren behoort, welke vooral naar de grootst mogelijke soliditeit en vaardigheid, gepaard met gevoel en uitdrukking in bun spel streven en die het versmaden hunne toehoorders door allerlei gocbelkunsten zand in de oogen te strooijenof hunne gunst zoeken te winnen door eene karikatuurachtige overdrijving in de zamenstelling of uitvoering der stukken. Het was dan waarschijnlijk ook in het bewustzijn der juiste rigting welke hij in de kunst ingeslagen heeftdat de Heer Lübeck op éénen avond drie stukken van Mendelsohn- Bartholdy beeft voorgedragente weten: bet bekende volkslied in A mineur, (Lied ohne WorteCahier 4N°. 5); het gunstige Scherzo in E mineur (opus 18, N°. 2), en bet Trio in D mineur, voor Piano, Viool en Violoncel. Wij willen intussclien niet ontkennendat wij liever zouden gezien hebben indien de Heer Lübeck een der voornoemde stukkendie hoe voortreffelijk ookechter voor den Salon en niet voor den Concertzaal geschreven zijn door een ander Concertstuk had vervangenzoo als b. v. een der Concerten van Beethoven. De uitvoering der groote Fantasie van Thalberg, over Thema's uit de Muette, was in alle opzigten meesterlijk, en bet piquante Negerlied van Gottschalk, maakte letterlijk furore. De Heer Wetrens beeftbehalve de Fantasie il Piratevan Ernsteene nog niet in bet licht gegevene Fantasie gespeelddie aan hem is opgedragen door den onlangs te Ilanover overleden Orchestmeester W. Lübeck, en heeft op nieuw de grootste blijken gegeven, dat hij een man is, die zijne kunst lief heeft, en die begrijpt, dat aangeboren talent, ja zelfs genie, een vlugge blikeene koene opvatting en stoute uitvoeringzonder grondige studie zonder dagelijksche oefening van de Gamma's of andere Étudeszonder kalmte ernst en eene soliede levenswijzeniet toereikende zijn eenen Vir tuoos tot eenen waren kunstenaar te maken. Wij Lebben met genoegen uit zijn spel ontwaarddat de Heer Wetrens trouw aan zijne beginselen kleeft en dat zijne leuze issteeds voorwaartsmaar met bedachtzaamheid. Aan deze beginselen heeft bij bet te danken, dat zijn spel aan ieder kenner een Waar genot verschaften wij durven gerust te voorspellendat bij ook elders den lof hem bier toegezwaaidzal inoogstenen dat men met mij zal toe stemmen, dat hij bet overheerlijke instrument hetgeen hij laezitin alle op zigten waard is. Voor bet overige meenen wij bet te goed met den Heer W etrens, om hem niet te doen opmerken, dat de ruwe wijze, boe hij den strijkstok bij bet begin van forto-passages, somtijds op de snaren laat vallen, geene voordeelige werking te weeg brengt. Ook gelooven wij eenen zweem van onduidelijkheid te hebben waargenomen in den langen cbromatischen loop die in de Compositie van Lübeck met zoo groot effect is aangebragt. Dit zij genoeg om te toonen dat wij deze regelen niet met bet doel hebben geschrevenom ze met loftuitingen aan te vullen. [Ingezonden. Verv. en slot in het volg. nommer.) Uit het dezer dagen openbare gemaakte gewone driemaandelijksch be- rigt omtrent de Koloniën der Maatschappij van Weldadigheid, over de maan den Julij tot October, ontleenen wij bet volgende: De bevolking is een weinig afgenomen, de sterkte was den lsten October 10,384. De rogge-oogst is verre beneden den opbrengt van een goed gewas gebleven, zijnde die geweest van 738 bunders 9,504 mudden, ƒ12.87 per bunder, hetgeen van 5 tot bijna 8,000 mud minder is dan er in de 3 vorige jaren verbouwd is, toen de opbrengst gemiddeld 20 mud van bet bunder beliep. Eene te grootere rampdaar de rogge-teelt een der voornaamste is in de Ko loniën en mitsdien de aankoop van bet ontbrekende voor het verbruik be langrijke uitgaven zal te weeg brengen. Het verbouw van zomergerst, het welk alleen te Ommerschans en Veenhuizen plaats vindt, is, eveneens, schier voor de helft mislukt, aangezien de opbrengst niet meer bedraagt dan van 76 bunders 1,269 mudden, ƒ16.72 per bunder, terwijl er verleden jaar 1,786 mud of 25.56 van bet bunder verkregen is. De opbrengst van de haver is mede tegen gevallen en te zamen maar ge weest: van 175 bunders 4,037 mudden23.05 per bunder, dat 825 mud en in het geheel ƒ11.45 van het bunder minder is dan het verbouw van verleden jaar. De boekweit zal mede geen half gewas van verleden jaar opbrengen. De welstand van al het vee laat niets te wenschen over. Aan de gestich ten wordt de botertaks, van 70 Ned. ffi voor elke koe, dit jaar wederom ruim opgebragt. Y'an eigen redelijk goed slagtvee zijn de gestichten voor het loopende en het volgende kwartaal wel voorzien. De aardappelen zullen weinig meer dan 130 mud per bunder opleveren. De schapenhouderij te Veenhuizen en te Wateren zal in het volgende jaar nog met ongeveer 800 a 900 stuks worden vermeerderd. Tot aan den oogst heeft er dezen zomer wederom aan de uitbreiding van den landbouw, door ontginning van veld, kunnen worden gearbeid. Ilet turfmaken en droogen is dit jaar zeer voorspoedig gegaan en tijdig afgeloopen. De herbouwde fabriek te Willemsoord is nu weder in vollen gang. De koffij-zakweverij aan de bedelaars-gestichten wordt, op 150 getouwen, krachtdadig voortgezet. De katoen-spinnerijofschoon door de duurte der ruwe boomwol dit jaar met veel minder voordeel hebbende kunnen werkenheeft ruimcn zelfs in weerwil dat er bij den brand te Willemsoord garens zijn verloren gegaan in de behoefte kunnen voorzien. Van den 20sten der vorige tot den 20stcn van deze maand heeft dezelve, tot het doen van eenige noodwendige herstel lingen moeten stilstaan. Al de overige fabriekmatige werkzaamheden en ambachten, ter voorziening in de behoefte van kleeding, huisraad en gereedschappen en van herstelling der gebouwen, bruggen cn schutsluizen, blijven onafgebroken voortgaan, zon der noemenswaardige veranderingen. Over bijzonder wangedrag of grove verkeerdheden van de kolonisten bestaat geene rede tot klagen. De godsdienstoefeningen worden geregeld bijgewoond, even als het cate chetisch onderrigt. Bij het bezoek en het opnemen der scholendoor een lid van de permanente commissie, is gebleken, dat de onderwijzers zich beijveren hunne moeijelijke taak met naauwgezetheid te vervullen en alzoo stof tot tevredenheid geven. De afgevaardigden der commissie van Toevoorzigt bezochten in Augustus wederom de Koloniën, zoo ook van tijd tot tijd onderscheidene aanzienlijken uit ons vaderland en voorname vreemdelingen. Uit het Nieuwe Diep wordt van 29 November gemeld, dat de Sumatra, aan welks boord zich de nieuw benoemde Gouverneur-Generaal van O. I. be vindt, nog niet is uitgezeild, omdat de Heer Bruce bij voortduring ongesteld is; bet schip zal de reis niet eer aanvaarden voor dat die Heer volkomen is hersteld. Den 28stc" heeft de Minister van Marine bet etablissement en de sche pen te Y'lissingen geïnspecteerd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1850 | | pagina 1