9 Het Comité van Spaansehe Fondsenhouders te Londen beeft van den Heer Da- 9 niel Wcisweiler berigt ontvangenmeldende, dat bij en de buitcnlandscbe Af- verandering ran het daarbij bepaalde omtrent bet Muntwezen, bij besluit) beeft geriotnenen wat bet oordeel van den Minister is, betrekkelijk de grondwettigheid van dat besluit, in verband met art. 59, alinea der Grondwet; ten tweede of er overwegende bezwaren bestaan, om al dadelijk aan de Tweede Kamer over te leggen de stukken en bescheiden die op bet muntwezen in Indië betrekking bobben, speciaal het rapport van den Gou verneur-Generaal Merkus aan den Koning van 1 April 1044, hetgeen volgens spr. ten deze veel licht zou kunnen verspreiden; en eindelijk ten derde wan neer de Minister van Koloniën voornemens is te voldoen aan art. 59, 3I,C ali nea, der Grondwet, bepalende, dat bet muntstelsel (der Koloniën en bezittin gen van bet Rijk in andere werelddcelen) door de wet wordt geregeld. De Minister van Koloniën beeft vervolgens breedvoerig geantwoord en zonder de verdediging van bet vroeger bestaande te willen op zich nemen het rc- cepis-stelsel als overgangs-maatregel geschetstom tot een normalen toestand te geraken, waaraan cellier groote geldelijke offers zullen verbonden zijn. Evenwel is er intusschen niet stil gezeten; de voorbereiding tot de maatrege len, welke tot hcistcl van liet muntwezen in Indië moeten strekken, is ta melijk ver gevorderd en de Minister hoopt binnen een betrekkelijk korten tijd, en waarschijnlijk nog dit jaar, de bewijzen daarvan aan de Kamer te leveren, door eene daartoe betrekkelijke wetsvoordragt. De Minister heeft vervolgens de rede van den Heer van floëvellwat de hoofdpunten betreft, gevolgd en bij de onderscheidene opmerkingen beden kingen en vragenstilgestaan. Hij heeft meer bepaald bet recepis-stelsel van 1846 tot onderwerp van behandeling gemaakt en is tot bet besluit ge komen dat bet niet nadeelig beeft gewerkt, vooral niet als overgangs-maat- regel. Ten slotte heeft de Minister, antwoordende op de drie bepaalde vra gen van den Heer van Hoëvell daaromtrent gezegd: 1". Dat bet besluit van den Gouverneur-Generaal van 20 October 1849 niets anders is dan eene tijdelijke bestendiging van art. 2 van het besluit van 14 Maart 1846 (Indisch-Staatsllad N°. 8); dat bij dus volstrekt niet be amen kan dat dit besluit in strijd zou zijn met de uitlegging door de Rege ring aan art. 59 der Grondwet gegeven want dat de Regering in Indië daarbij niet is afgeweken van de vroegere bepaling, dat niemand meer dan een zeker aantal duiten in betaling behoeft aan te nemen maar dat alleen de Regering beeft gezegd voor zich zelf in sommige gevallen meerdere duiten te zullen aannemen. 2°. Dat het rapport van den Gouverneur-Generaal Merkus aan den Koning, dd. 1 April 1844 en al de stukken die betrekking hebben tot de regeling van het muntwezen, op dit oogenblik bij den Minister in behandeling zijn; cn dat zoowel dit rapport als al wat verder tot toelichting der zaak strekken kan, eigenaardiger als bijlage zal kunnen worden overgelegd bij de aanbie ding van de wet tot regeling van het muntwezen. 3". Dat, wat bet tijdstip der aanbieding betreft, de Minister, zonder dit bepaald te kunnen aanwijzen, zich echter zeer vergissen zou, als dit niet nog in den loop van dit jaar het geval zou zijn. Vervolgens hebben nog bet woord getoerd de Heer van Ryckevorselde Minister; de Heer Denker Curtius; de Heer van Hall de Heer van Hoëvell in antwoord op de eerste rede des Ministers; de Minister weder in antwoord op de laatste rede des sprekers; de Heer van Zuylen van Nyevell; nogmaals de Heer van Hoëvell en eindelijk de Heer van Hall. Nadat daarmede deze interpellatie geëindigd wasis kennis gegeven van eene missive des Ministers van Rinnenl. Zaken die heden en morgen verhin derd zijnde ter vergadering tegenwoordig te zijn daarbij verzoekt de beraad slagingen over bet ontwerp, houdende bepaling van straffen op de overtreding der keuren van waterschappente verdagen zoo mogelijk zonder bepaling van den dag. «Vordt besloten die beraadslaging aan de orde te stellen op Woensdag aanstaande. Vervolgens is beraadslaagd over bet wetsontwerp tot verlecning van tijdelij- kon onderstand aan werklieden van het maritiem etablissement te Rotter dam. Na cenige woordenwisseling is dat ontwerp met algemeene (51) stem men aangenomen. De Minister van Marine heeft bij die gelegenheid verklaard en stellig beloofd, dut bet ontwerp tot regeling van de militaire pensioenen bij de wet, binnen zeer korten tijd aan de Kamers zal worden aangeboden. Ten gevolge van eene vraag door den Heer van Hall gedaan heeft de Mi nister van Justitie verklaard dat eerlang de statistieke opgaven nopens de ver schillende regts-collegiën gedurende do drie laatste jaren bet licht zullen zien, cn dat bij ingevolge bet stellige voorschrift van het 5° add. art. van de Gwt. bet ontwerp nopens de nienwc regterlijke organisatie, nog in den loop dezer zitting zal aanbieden, hoezeer bij gcwenscht zou hebben, voor de volmaakt heid die aanbieding te kunnen uitstellen. Daarna is de zitting opgeheven. De afdeelingen van de vereenigde vergadering der beide Kamers van de Staten-Generaal zijn heden bijeengekomen over bet ontwerp van wet betrekke lijk de voogdij. Dat ontwerp is ten tweeden male onderzocht. Men twijfelt er echlcr aan, of bet spoedig in beraadslaging komen zal. Immers vele leden der Tweede Kamer hebben bereids de rcsidcnlic verlaten en zijn niet voorne mens in den eersten tijd alhier terug te kceren. AMSTERDAM, 15 Julij. Gisteren morgen bad alhier in de Wale kerk de plegtige bevestiging plaats van den Wel-Eerw. Heer V. II. Gnye tot I.eeraar dier gemeente. De bevesti ging geschiedde door den Wel-Eerw. Heer de Dompierre de Chanfepié, naar aanleiding van Lucas IV, vs. 16 tot 22a. De bevestigde hield des avonds zijne intrcêrede, cn had tot tekst gekozen Ephczcn I, vs. 22b cn 23. Het is opmerkenswaardig, dat lot nu toe geen enkel Nederlandse!) schip in ballast alhier is aangekomen, maar dat allen min of meer voordeelige la- I dingen aan booid hadden, komende de meeste uit Engeland. Men schrijft deze gunstige verandering toe aan den invloed der verandering in de Engelsche navigatie-actc gebragt, waarvan de Nederlandsche vlag meer regtstrceks de vruchten plukt. Hel getal der Nederlandsche schepentot nu toe alhier aangekomen, bedraagt ongeveer 80 of 90, en men hoopt dat dit cijfer lot 200 aangroeijen zal. MAASTRICHT, 11 Julij. In de gemeente Geleen is op den 8sten dezer een droevig ongeluk voorge vallen. De Hoogwaarde Heer Paredis, Apostolische Administrateur van bet Vicariaat van bet Hertogdom Limburg, ter bediening van bet Vormsel aldaar aangekomenwerd met vreugdeschoten ontvangenwaarbij een der 16 daartoe gebezigde ouderwetsche schietgeweren is gesprongen, en een persoon dermate getroffen, dat hij dadelijk den geest gaf; nog 3 andere jongelieden werden zwaar gekwetst. B UI TEiN LAjX ÜSC iTBij: ft i GTKft ENiCïEEAÏN©. LONDEN, 13 Julij. Onder de geschenken van den Gezant van Nepaul aan H. M.bebooren ook 12 koeijenstaarten in zilver gevat. De Rayah van Napauldie er zelfs slechts 8 bezit, als teekenen zijner waardigheid beschouwt dit geschenk als een be wijs van de hoogste achting. De waarde der geschenken bedraagt 20,000 Gisteren is de zaak van Pi. Pate afgeloopcn. De jury heeft hein schul dig bevonden aan de misdaad van eenen slag aan II. M. de Koningin te heb ben toegebragt. Daarop beeft de President der Regtbankna hem al bet afschuwelijke voorgehouden te hebben van eene vrouw en dat wel de alom beminde Souverein des lands te mishandelen hein veroordeeld tot deportatie voor den lijd van zeven jaren. Woensdag II, is een schip met landverhuizers in bet kanaal door zulk een geweldige stormvlaag overvallen, dat al de masten, inet 18 man, die zich op het dek bevondenover boord sloegen en verdronken. Het voorstel van den Minister Russell tot het oprigten van een gedenk- teeken voor wijlen Sir R. Peelin de kerk van Westminster, is door bet Lager huis inet algemeene stemmen aangenomen. Dat Huis beeft met 46 tegen 40 stemmen de afschaffing van de doodstraf verworpen. Den 12l,eo hebben nabij Belfast in Ierland ongeregeldheden plaats ge had, toen een optogt van oranjelieden door politie-agenten verhinderd werd. Deze echter slechts 5 in getal, waren niet in staat zich daartegen tc verzet ten cn tot do barakken teruggedrongen hebben zij met scherp op bet volk gescholen waardoor 2 personen zwaar gekwetst zijn. FHMRKtJK. PARIJS, 14 Julij. In de zitting van de Wetgevende Kamer van eergisteren is een amendement op art.3der wet op de drukpers aangenomen, inhoudende: dat voortaan alle staatkundige, wijsgeerige en godsdienstige vertoogen in de dagbladen door den schrijver moeten worden onderteekend. I Het op nieuw geredigeerde 4de art., bij 'twelk de in art. 3 verordende voor schriften op alle betoogen worden toegepast, betreffende de daden of gevoelens van bijzondere personen, of algemeene, of bijzondere belangenis ook aan genomen. In de zitting van gisteren kwam in beraadslaging bet op nieuw geredi geerde arlikel 11, inhoudende: dat van 1 Augustus e. k. alle periodieke bladen of geschriftenalsmede alle staalkundige gravures of litographien, be neden de 10 vellen druks, ter grootte van 32 vierkante duiincn of beneden I 5 vellen druks ter grootte van 60 a 72 duimen, zullen onderhevig zijn aan een zegelrcgt van 5 centimes voor een vel druks van 72 vierkante duimen cri daar berieden in bet departement der Seine cn in dat der Seine en Oise, en van 2 centimes overal elders. Vervolgens zullen de periodieke geschriften in eene of meerdere afleveringen uitkomende, eri ten minste 6 vellen druks van 28 k 32 vierkante duimen beslaande, onderworpen zijn aan een zegclregt van 5 centimes voor ieder vel. Voor elke 8 vierkante duimen daarboven zal een regt van J centimes geheven worden. Dit gewijzigde artikel gaf aanleiding tot eene vrij breedvoerige doch min belangrijke beraadslaging, waarna ten slotte de paragraaph vari bet art. der commissie, betrekking hebbende op den boekhandel in bet algemeen, werd verworpen met 227 tegen 339 stemmen, en eindelijk het art. in zijn geheel rnet uitzondering der verworpene paragraaph zonder verdere beraadslagingen is aangenomen. In de zitting van beden is het beginsel der wet aangenomen met 438 tegen 208 stemmen; daarna het zegel van 5 cn 4 centimes voor de dag bladen met geringere meerderheid doch liet zegel voor de niet periodieke ge schriften van minder dan 10 bladen, is verworpen met 339 tegen 227 stem men. Hierdoor is eigentlijk bet doel der wet vernietigd, lot bedwang vau oproerige geschriften, en inen meent nu dat zij in baar geheel zal verwor pen worden. De hitte blijft voortdurend buitengewoon hevig. SPIN JE. MADRID, 5 Julij. J gevaardigden eene conferentie hadden gehad niet de junta van bestuur, onder

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1850 | | pagina 2