NOTIFICATIE. dus ook niet die personen, welke reeds hun ontslag nil de Sclintterlijkedienst tiebben bekomen. Dat de registers van inschrijving zullen worden geopend op Dingsdag den 14 Mei, en op den 1 Junij daaraanvolgende finaal zullen worden gesloten. Dat derhalven de personen, welke zich vóór gemelde sluiting op den 1 Junij, niet hebben doen inschrijven, (en dus ook ieder persoon van elders zijnde komen wonen, of de in dit jaar zich alhier gevestigd hebbende vreem delingen, alsmede de Militairen, welke, tot de laatste ligtirig behoort heb bende, derzelver finaal ontslag hebben bekomen, en niet weder zijn in dienst getreden, bij ontdekking, alsnog achter de teekening, tot slaiting, door het hoofd van de Regering aan bet einde van liet register te plaatsenzullen worden ingeschreven, met de bijvoeging van het woord: ambtshalveen de zelve volgens art. 9, door den Schuttersraad zullen worden verwezen tot eene geldboete, en daarenboven dadelijk, zonder lotingbij de Schutterij inge lijfd, indien het zal blijken dat er, tijdens de verzuimde inschrijving, geene redenen tot vrijstelling of uitsluiting ten hunnen aanzien bestonden; terwijl in zoodanig geval het huwelijk bun ook geene aanspraak geeft om in de tweede klasse gebragt te worden; alles onverminderd zoodanige strafbepalin gen als, uit krachte der Wet van den 31 December 1832, op hen mogten kunnen worden toegepast. Dat een ieder wordt vermaand om voor zoo veel hij van geen bewijs van zijnen geboorte voorzien is, voor die, welke alhier geborgen zijn, hetzelve te komen afhalen ter Secretarie dezer Stad, van beden af aan, 's morgens van 10 tot 's namiddags 1 uur; terwijl diegenen, welke elders geboren zijn, zich hetzelve onverwijld vóór de inschrijving zullen moeten aanschaffenzullende een ieder verantwoordelijk zijn voor de gevolgen, wanneer hij, bij gemis zijner geboorte-acte, door eene verkeerde opgave van het geboorte-jaar, abusivelijk wierd ingeschreven. Dat den belanghebbenden bij deze nog wordt herinnerd, dat zij bij de in schrijving tevens zullen moeten opgeven hunne Woonplaats, henevens het Wijk en Nummer hunner huizen, derzelver beroep en dal van hunne Ou ders, zoo die nog in leven zijn, alsmede den tijd van derzelver inwoning al- bier, en eindelijk of zij ingeschrevenen gehuwd of ongehuwd zijn, en in bet eerste geval of zij kinderen hebben, zoo ja, hoe veel van elk geslacht, wordende de gehuwden aangemaand, om zich van een extract uit het huwe lijks-register te voorzienom daarop door den Heer der Gebuurtewaarin zij wonen, bet getal hunner kinderen te doen certificeren, ten einde daarvan bij de inschrijving te doen blijken, zullende almede tot de afgifte dier hu welijks extrachlcn worden gevaceerd ter Stads Secretarie, van beden af, des voormiddags van 10 tot 's namiddags ten 1 uur. Dat eindelijk Studenten, Geëmployeerden in huizen van negotie, bedienden cn werklieden, moeten ingeschreven worden in de Gemeenten waar zij hunne studiën of werkzaamheden uitoefenen, of dienstbaar zijn, zoo als zulks ook bet geval is van Klerken van Advokaten en Notarissen dat Ambtenaren en Geëmployeerden (al wonen zij elders) zich moeten laten inschrijven in de plaats, alwaar zij hunne ambtsbetrekkingen nitoefenen dat zij, welke buiten 's lands werkzaam zijn, of zich aldaar op de studiën toeleggen, in de Gemeente hunner vorige woonplaats, en laatstelijk Schippers, ter plaatse waar zij het laatst gewoond hebbenof de belasting voor bun vaartuig betaleninge schreven moeten worden. Dat ten einde deze inschrijving geregeld afloope, een iegelijk, in de termen van dezelve vallende, bij deze wordt opgeroepen, om zich te vervoegen in een der vertrekken van bet Raadhuis, en wel: Op Dingsdag den 21 Mei 1850. s'Voormiddags van 10 tot 1 uur, de bewoners van Wijk I, II en III. Op Woensdag den 22 Mei 1850. 's Voormiddags van 10 tot 1 uur de bewoners van Wijk IV, V en VI. Op Donderdag den 23 Mei 1850. 's Voormiddags van 10 tot 1 uur, de bewoners van Wijk VII en VIII;- met uitnoodiging, om op den bepaalden dag zich sliptelijk, ter aangeduide plaatse aan te melden, ten einde men zich niet te wijten hobbe de gevolgen, welke uit het achterblijven'zonden ontstaan; zullende wijders het tijdstip, dat de registers ter hezigtiging zullen liggen en de dagen der loting, welke volgens de Wet, vóór den 1 Jnlij aanstaande geheel zal moeten zijn afgeloo- pen, nader worden bekend gemaakt. En verder gelet hebbende op art. 7 van Zr. Ms. besluit, van 7 September 1828, Staatsblad N°. 55), roepen bij deze op alle personen, welke als ge huwd of als Weduwenaars met kind of kinderen, in bet afgeloopen jaar. in de termen zijn geweest, om uit dien hoofde in de tweede klasse van de alge- meenc rol der Schutterij te worden gebragt, doch sedert dien tijd door bet overlijden van derzelver vronwen of kinderende bevoegdheid hebben verlo ren, om in die klasse te verblijven, en dus als nu in de eerste klasseder voor dit jaar daar te stellen algemeene Sehulters-rol geplaatst moeien worden om van dusdanige verandering van omstandigheden schriftelijk kennis aan Hun Ed. Achtb. te geven, of zich daartoe ter Stads Secretarie aan te melden, des morgens tusschen 10 en 1 ure, vóór de aan te vangen inschrijving, en dus uiterlijk tot 20 Mei aanstaande; zullende, wanneer deze Kennisgeving door den belanghebbenden mogt zijn verzuimd, en hij dus, dien ten gevolge niet bij de Schutterij zou zijn ingelijfd, door Burgemeester en Wethouders procesverbaal tegen hein moeten worden opgemaakt en aan de Regtbank toe gezonden, ten einde op de nalatigen toe tc passen de strafbepaling van art. 1 der Wet, van 6 Maart 1818 Staatsblad N°. 12), houdende eene geldboete van ten hoogste/50; cn eene gevangenis uiterlijk van drie dagen, hetzij af zonderlijk, of wel beide de straflen te zamen genomen. En opdat niemand hiervan onwetendheid zoude kunnen voorwendenzal deze worden gedrukt, afgekondigd en aangeplakt, ter plaatse waar zulks ge bruikelijk is. Aldus gedaan en gepubliceerd, bij HII. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden op den 13 Mei 1850. DU RIEU. Ter ordonnantie van dezelve, v. PUTT KA MM ER. Oproeping van de Verlofgangers voor de Nationale Militietot het lijwonen der Inspectie. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad LEYDEN, roepen bij de ze op, ingevolge eene aanschrijving van den Heer Gouverneur der Provincie Zuidhnllandalle de Verlofgangers van de Nationale Militie, welke van hunne korpsen zijn teruggekomenen mitsdien ook de zoodanigendie bereids inet bet korps hebben afgerekend, om te compareren op de Plaats van het Gast huis aan de Aalmarktten einde, ingevolge Art. 181 der Wet op de Na tionale Militie van 8 January 1817, in verband met Art. 10 der tVet van 28 November 1818, door den lieer Colonel Militie-Commissaris te worden geïnspecteerd, behoorlijk in tenue gekleed en voorzien van alle medegenomen equipement-stukkenbenevens hunne zakboekjes en regus der verlofpassen, en zulks op Vrijdag 24 Mei aanstaandedes morgens ten 10 ure. En geven Burgemeester en Wethouders wijders bij deze kennis, dat bijal dien zich binnen deze Stad ook Verlofgangers mogten bevinden tot andere Gemeenten ol Districten behoorende, deze almede gehouden zijn Ier voorschre ven plaatse te compareren; met vermaning aan alle Verlofgangers van de Nationale Militie, om naauwkeurig aan deze oproeping te voldoen, cn tc zorgen dat hunne kleeding en equipement-stukken in goeden staat worden voorgesteld als zullende de zoodanigen welke dezelve mogten hebben ver waarloosd, het aan zich hebben te wijlen, dat zij voor zekeren tijd onder de wapenen worden opgeroepen; terwijl aan diegenen, welke zonder wettige en door Burgemeester en Wethouders aangenomen redenen, van de Inspectie mogten wegblijven, door den Heer Militie Commissaris een arrest van twee en zes dagenin de naastbij gelegen militaire provoostzal worden opgelegd. Zullende de attesten wegens ziekte, door Genceshecren of Heelmeesters aan Verlofgangers afgegeven, uithoofde van welke zij belet mogten worden de In spectie bij te wonen, ter Secretarie moeien worden ingeleverd, uiterlijk op Donderdag 23 Mei bevorensvóór één uur des middags, terwijl andere wettige redenen van versehooning door de Verlofgangers mede op dien dag, 's morgens ten 11 uur, aan IIH. Burgemeester en Wethouders zullen moeten worden voorgedragen, ten einde over dezelve te kunnen oordeelen zullende er door den Heer Colonel Militie-Commissaris aan niemand vrijstelling worden verleend. Aldus gedaan en gepubliceerd bij HH. Burgemeester en Wethouders der Stad Legdenop den 13 Mei 1850. DU RIEU. Ter Ordonnantie van dezelve, v. PUTTKAMMER. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad LEYDEN, Gehad hebbende een verzoek van Henricds vervoort, koopman wonende binnen deze Stad, tot het doen stellen van een Eournuis cn Zwavelhok inliet Huis op bet Levendaal alhier, Wijk III N°. 605. Gelet op Zr. Ms. besluit van den 31sten January 1824, rakende vergun ningen ter oprigting van sommige Fabrijkcn en Trafijken; Brengen bij deze ter kennis van alle daarbij belanghebbenden, dat tot het hooren der Eigenaars en Bewoners van de naastbijgelegene cn belendende Pan den, ten opzigte der Inlbrmatiën de Commodo et Incommododoor Burge meester en Wethouders zal worden gevaceerd op het Raadhuis dezer Stad op Donderdag den 23stl'n Mei aanstaande, des middags ten twaalf ure; zul lende de belanghebbenden verpligt zijn, hunne bezwaren tegen opgemeld verzoek op dien tijd in te brengen, terwijl bij verzuim daarvan zij ge houden zullen worden, zich tegen de inwilliging van hetzelve niet te hebben verzet. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DU RIEU, Legden16 Mei 1850. Ter ordonnantie van dezelve, v. PUTTKAMMER. AI5 YEKTEA'TIEIV. Getrouwd: Dr. F. W. B. van BELL, Predikant te Noordtvijkerhout EN Leiden, 15 Mei 1850. J. N. I. BROWN. Gehuwd: JACOB van LEEUWEN, Wed. van I). J. M. Piangek. met Leyden, 15 Mei 1850. CHRISTINA SOPHIA SWART. Heden overleed tot mijne cn mijner Kinderen diepe droefheidmijn harte lijk geliefde Echtgenoot NELIA CATHARINA OUDSllOORN, in den onderdon) van bijna 48 jaren, na eene allergelukkigste Echtvereeniging van 29 jaren. Wat ik en mijne Kinderen in haar verliezen, zullen allen, die de overledene gekend hebbenbeseffen. Leyden, 16 Mei 1850. S. MEERBURG Jz. Eenige Kennisgeving. Voor de vele blijken van belangstelling, bij het overlijden mijner oudsle Dochter van Vrienden en Bekenden ontvangen, betuig ik. ook natnens mijne Kinderen en Behuwd-Kinderenlangs dezen weg onzen welgcmeenden dank. C. M. HAALEBOS, Leyden, 17 Mei 1850. Geb. Zuurdeeg. Uit krachte van een bevelschrift van den lidel Achtbaren Heer den Regter- Commissaris in den Faillieten Eloeelel van PIETER van der BYL, Koopman en Schipper wonende te Leg der dorpworden hij deze opgeroepen alle bekende en onbekende Schuldeischcrs de bcvoorregle en de pand of hypo theek hebbende daaronder begrepen, van voornoemden Gefailleerde, om op Woensdag den 29stcD dezer, des ochtends ten tien ure, in persoon of bij be hoorlijk gevolmagtigde te verschijnen in de Gehoorzaal der Arrondissements- Regtbank te Legdenten einde overeenkomstig de Wet, hunne Scliuld- vortlering-en te doen Verifiëren. LegdenDe Curator in voornoemd faillissement 16 Mei 1850. Mr. J. J. A. van den AARDWEGH Adv*.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1850 | | pagina 3