Alhier is thans alles somber, Rome lijdt meer en rurer door des Pausen
afwezigheid.
Tusschen de Pontynsche moerassen en Velletri is de postwagen door
zeven gewapende mannen aangebondendie al de brieven en staatsstukken
van Terracina naar Rome bestemdhebben medegenomen. De drie reizigers
hebben geen letsel gehad.
PRVISIEiK.
Ju den avond van den 24s,en is te Maagdenburg eenc suikerfabrieken
daarna ecne liqueur- en oliefabrick in de aseh gelegdook vele belendende
gebouwen hebben merkelijk geleden. Bij het afzenden van de laatste bcrig-
ten was men den brand niet alleen niet meester, maai werd een vierde ge
deelte der stad daardoor nog ernstig bedreigd.
OOSTENRIJK.
WE ENEN, 21 Januarij.
Sedert eergisteren is de dienst op den Noordcr-spoorwegwegens de menig
vuldige sneeuw, mopten gestaakt worden. De reizigers en brieven worden
thans met sleden vervoerd.
In Hongarije zijn de wolven zoo uitgehongerd, dat zij de vensters en
zells de schoorsleenen der boerenplaatsen binnendringen, en de bewoners bin
nenshuis aantallen.
Volgens een brief uit Sistova in Turkije, zoo de Generaal Bern door
vergif het leven hebben verloren, en wel, zoo men vermoedt, ten gevolge
van een' maatregel van de Porte, omdat men aan Rusland beloofd had hem
niet in dienst te houden als Pacha, maar naar Azië te verbannen; indien
hij nu in het leven bleef, moest men hem toch zijne aanzienlijke bezoldiging
als Pacha uitbetalen; en dat boudt nu op.
RUSLAND.
PETERSBURG 16 Januarij.
De Groot-Vorstin Maria, Gemalin van den Troonopvolger, is den ld^en
van een' zoon bevallen. Z. M. heeft deze gebeurtenis bij een manifest aan
het volk bekend gemaakt, in hetwelk de jonggeboren, Alexis wordt genoemd
en hem de titel van Keizerlijke Hoogheid gegeven.
Omtrent het aanleggen van vestingwerken langs de Prnissische grenzen
wordt liet volgende medegedeeld
Eenc Commissie, met eenen Generaal der genie aan het hoofd, zal eerst
daags in Warschau tot voorbereiding van dit plan bijeenkomen, met welks
uitvoering reeds in den voorzomer een begin zal worden gemaakt. Gelijk men
weet heeft het westelijke Rusland slechts weinig vestingen, en wel alleen
aan den Bug en aan den Weiehselbenevens het Russische Mantua, Zamosc,
terwijl hel zuid oostelijke gedeelte des Rijks met tallooze kleine bolwerken
bedekt is, die langs de groote rivieren verspreid liggen. Het plan om de
geheel openliggende westelijke grenzen meer te versterken is in allen gevalle
eerie demonstratie tegen Pruisscnhetwelk reeds sedert jaren aan de ver-
meerdering zijner vestingen aan de Russische grenzen werkzaam isen met
name Posen lot eene belangrijke vesting gemaakt heeft. Het bezit van groote
vestingen aan dien kant zou bovendien aan Rusland het groote voordeel op
leveren dat het daarin ook gedurende den winter aanzienlijke strijdkrachten I
zou kunnen bijeenhouden en dus voortdurend op alle gehenrtenissen in Mid
den-Europa voorbereid blijven. Deze laatste omstandigheid is, bij de moeije-
lijkheid waarmede het hijeentrekken van de Russische legers uit de zeer ver- j
wijderde gedeelten des rijks steeds gepaard gaat, van groot gewigt, en zal
voorzeker veel bijgedragen hebben, om tot dit plan te doen hesluiten, niet
tegenstaande de hoogstaanzienlijkc uitgaven, welke de uitvoering daarvan
zal vereischen.
VEREENIGDE STATEN.
Het geheel bedrag der gevestigde schuld dezer Staten bedraagt tegenwoor
dig 64,704,693 dollars. Behalve deze schuld, welke op de geheele Unie
drukt, hebben de meeste dezer Staten hunne bijzondere schulden van welke
het totaal bedrag eene som beloopt van 211,252,432. De schuld van Penn-
sylvanie is de grootste en bedraagt 40,424,737daarna volgt New-York met
eenc schuld van 23,937,249 dollars.
KAAP DE GOEDE HOOP,
16 November.
Er hebben in de laatste drie maanden geweldige stormen in den Zuid-
Atlantischen Oceaan gewoed, welke veel scbade aan de scheepvaart zullen
hebben toegebragt. Een aangekomen schip had twee wrakken en een omgesla
gen bodem ontmoet.
Den 10dtn is in Tabelbaai aangekomen dc schoener Courier, aan boord heb
bende de ovcrblevene bemanning van het schip Richard Dart, Kapt. Potter,
van Londen, met een detachement militairen en meer andere passagiers, naar
Auckland (Nieuw-Zeeland) bestemd welk schip den 19<ten Junij op eene rots
nabij Prins Edwards-ciland verbrijzeld is en waarvan wij deze bijzonderheden
mededeelen
Op den 19<t«n Junij 's namiddags ten 3} ure ontdekte men land, op on
geveer 1 mijl afstand, (hetwelk naderhand is gebleken Prins Edwards-eiland
te zijn). Dadelijk liet men liet schip in den wind loopenen trachtte te
wenden; het schip echter weigerende, was men genoodzaakt voor den wind om
te gaan. Op het oogenblik, dat men het voor den wind had gebragt, stootte
het op eene blinde klip. Het werd over de klip heengeworpen de booten
welke op het achterdek warenwerden medegevoerd en 47 menschen in dc
diepte geslingerd.
De overgeblevenen namen alsna hnnne ioevlugt in het groote want, toen
een tweede golf den bevel voerenden officier van het detachement en eene
dame aan boord wegsloeg, welke benevens den eersten stuurman, die van de
boegspriet geslagen werd, mede hunnen dood in de zee gevonden hebben. De
brik werd alsnu dwars naar het land gedreven. De groote mast viel over
boord tegen de rotsen en het gelukte de nog overig zijnde menschen om hun
leven te reddenwaarna in weinige minuten het schip geheel uit elkander
geslagen was. Na met groote inspanning de steile rotsen te hebben beklom
men bereikte men eindelijk eene plaats van zekerheid waar men den in
vallenden nacht konde verblijven. Den volgenden morgen vond men aan de
rotsen wel ccnige klecdingstukkcn en andere voorwerpen verspreid, maar niets
waarmede men den honger konde stillen; men bouwde zoo ver de materialen
zulks toelieten, zich eene hut en voedde zich met het raauwc vleesch van
jonge albatrossen, welke men gelukkig daar genoeg in de nesten vond.
Na zeven dagen aldus aan de bitterste koude en gedurige sneeuwstormen te
zijn blootgesteld geweest (in welken tijd een der soldaten van koude was om
gekomen), brak men op, om het eiland te onderzoeken, en 42 dagen na
hunne schipbreuk ontmoeteden zij eindelijk cenige menschen, welke aldaar,
in dienst van een huis in de Kaapstad, werkten, en die gedurende 32 dagen
edelmoedig hunne spijzen met de arme schipbreukelingen deelden, toen einde
lijk de schoener Courier met nieuwe provisie aldaar aankwam, hen aan boord
nam en den 10den November te Tafelbaai aan wal bragt hebbende 51 men
schen bij deze schipbreuk het leven verloren. Men had in 4 of 5 dagen vóór
de schipbreuk geene waarnemingen kunnen doen.
KONINKLIJK NEDERLANDSCH INSTITUUT.
In de zitting der Tweede Klasse van den 295,en November 11. is door de
leden J. van Lennep, Is. da Costa en B. ter Haar verslag gedaan nopens de
verhandeling van den Heer H. J. Koenen, over de hestanddeelen van ons
Pl'ederduitsch alphabetvan welke verhandeling de hoofdinhoud vroeger is
medegedeeld. Uit deze verslagen blijkt, dat de bcrigtgevershoezeer zij zicli
niet in alle bijzonderheden met den inbond van dit geschrift hebben kunnen
vercenigentoch met de slotsom daarvan volkomen hebben ingestemd. De
Klasse heeft beslotendat de genoemde verhandeling in hare werken zal
worden opgenomen.
In de daarop volgende vergadering van den 13llen December hield de Secre
taris des Amorie van der Hoeven eene voordragt over den beroemden kerkvader
Aurelius Augustinusbepaaldelijk uit het oogpunt der gewijde welsprekend
heid beschouwd. Op eene vlugtigc schets van zijne levensgeschiedenis en vor
ming liet de spreker eene beschouwing der kerkelijke redevoeringen van Au-
gustinus volgen waarna hij in de derde plaats, uitweidde over het vierde
boek van het werk des kerkvaders de doctrina Christianawelk boek inzon
derheid merkwaardig is als ecne eerste proeve van liomiletica of predikkunde,
uit de vijfde eeuw der Christelijke kerk tot onze tijden overgebragt. Dc
spreker besloot zijne rede met ecne beoordccling der verdiensten van Augusti-
nus in hel vak der gewijde welsprekendheid, waarhij hij verklaarde volkomen
toe te stemmen wat de Franschc kunstregter Villemain nog onlangs heeft
aangemerkt, dat »de redevoeringen van Augustinus van de schoonc homilicn
van Chrysostomus zóó wijd verschillen, als de ruwe zeden der visschers van
Hippo van de beschaving en verfijning der inwoners van Constantinopel ver
wijderd waren." Tableau de Veloquence Chrélienne au qualrième siècle
par M. Villemainp. 511. Paris 1849).
In diezelfde vergadering is door den Secretaris lierigtdat reeds een aan
vang is gemaakt met hel drukken van den commentaries van den Heer J. U.
Halbertsma op Maerlants Spiegel historiaeldie afzonderlijk door de Klasse
zal worden uitgegeven, en van de Beschrijving van het Archief der ijzeren
kapel in de Oude of Sl. Nicolaas kerk te Amsterdamdoor den Heer
P. Scheltemadie in het eerste deel van de nieuwe reeks barer werken zal
worden opgenomen.
Voorts is besloten tot het indienen van een adres aan het stedelijk bestuur
van Amsterdam, betrekkelijk dc beelden, die in de kamer van zeldzaamhe
den ten raadhuize dezer stad aanwezig zijn. Nadat alle nasporingen naar de
vroeger daarvan vervaardigde afteckcningen vruchteloos zijn geweest, wenschte
de Klasse, in vereeniging met dc Vierde, zoo door afgietsels en tcekeuingen
als bijgevoegde beschrijvingen deze voor oudheidkennis en kunst belangrijke
beelden meer algemeen bekend Ie makenwaartoe zij de gevorderde vergun
ning der stedelijke regering heeft verzocht.
In de zitting van den 27s,eo December is gelezen het eerste gedeelte eencr
verhandeling over Philips van Ley den en ziine geschrifteningezonden
door den Heer Mr. S. de Wind.
Onder de mannendie reeds in de veertiende eeuw ons Vaderland tot cere
verstrekten, en van wie men beweren kan, dat zij hunne eeuw ver vooruit
waren, komt eene voorname plaats toe aan Mr. Philips van Leydenschrij
ver van het bekende werk de Cura Reipublicae et sorte Principantium.
Zonderling mag het inderdaad heetcndat dit werk, hoezeer door onze ge
schiedschrijvers en rcgtsgelecrdcn niet ongebruikt gelaten, echter zelfs nog in
later dagen niet altijd op zijne waarde is geschat, ja nu en dan zelfs met
minachting is bejegend. Eene monographie over Philips van Legden en
zijne geschriften ontbreekt aan onze letterkunde. De Heer dc Wind had
zich voorgesteld eene poging te wagen tot het aanvullen dier leemte, en
wilde tot dat einde, in de eerste plaatszoo beknopt mogelijk de voor
naamste levensbijzonderheden van dezen voortrcff'lijken geleerde in het licht