ngesteld Zij heeft liet eerste beproefd, is daarbij op groote, onoverkomelijke zwarig heden gestuit, en is daarom tot het laatste teruggekeerd. De bepaling van dc eerstgenoemde kiesdistricten door de wet, acht zij om meer dan éénc reden onraadzaam. Om die te kunnen bepalen zou een zeer omslagtig onderzoek moeten worden, en daarbij worden bevonden dat men kiesdistricten zou be komen in meerdere provinciën gelegen, ja dat gemeenten zouden moeten wor den gesplitst. Ten opzigte der verdeeling in kiesdistricten heeft de Regering aangemerkt, dat de Grondwet niet heeft voorgeschreven hoe deze verdeeling zal moeter worden bewerkstelligd en dat daaruit volgt dat de gewone wetgever volko men vrij is in de keuze dier wijze van verdeeling. Deze verdeeling nu kan op onderscheidene en zeer verschillende wijzen plaats hebben. Tot dat vormen van die kiesdistricten wordt zeer veel kennis van plaatse lijke bijzonderheden gevorderd, die alleen dc plaatselijke besturen kunnen be zitten, maar de wetgever niet bezitten kan. Zoo de weigever zich dus met die bepaling van kiesdistricten wilde inlaten, zou hij, zonder eigene kennis, zich door anderen moeten laten leiden en groot gevaar loopen van mis te tasten. Het vormen van die kiesdistricten zeifis, buitendien, eene daad van uit voering, die, op dc verschillende plaatsen, aan de daar gevestigde uitvoer ders der wetten moet worden opgedragen. Zij, die bet tegendeel willen, zien nu reeds vooruit, dat zoodanige om schrijvingen van de kiesdistricten zelf, door den wetgever gemaaktniet lang zouden kunnen beslaanmaar weldra herziening vorderen. De Regering meent daarom den meest aanbevelenswaardigen weg te heb ben bewandeld, door aan de Gedeputeerde Staten op te dragen, dat zij ieder in hunne provincie de gevorderde kiesdistricten, op de met de plaatselijke om standigheden meest overeenkomende wijze, vormen. Voor willekeur of opzettelijk verkeerde handelingen dezer collegiën ten dezen opzigte is niet te vreczen doch, zoo tegen alle verwachting zoodanig iets mogt stand grijpen, kan 's Konings tusschcnkomst worden ingeroepen om zoodanig besluit van Gedeputeerde Staten te schorsen of te vernietigen. De oridcr-kiesdistrictcn kunnen niet worden gemist. Wil men de algemeene uitoefening van het kiesregt bevorderen, dan moet de uitoefening zoo gemak kelijk mogelijk worden gemaakt, en niet gevergd, dat aan die uitoefening veel tijd en groote kosten worden besteed. Anders zouden alleen meer bemiddelden en meer aanzienlijken aan die uit oefening deel nemen, het grootste gedeelte der middelklassen zich daarvan onthoudenen de minst bemiddelden uitgesloten worden. Algemeene regelen voor het vormen van onder-kiesdistricten voor te schrij ven is, met nuttig gevolg, niet wel mogelijk, vermits die vorming geheel door dc plaatselijke omstandigheden moet worden aangewezen en gewijzigd. Zullen die regelen niet schaden, dan zouden zij zoo algemeen moeten zijn, dat zij in de daad niets Leteekcndenen worden zij meer bepaald gemaakt dan zullen zij zeker op vele plaatsen belemmerenen óf nadeelig óf onuit- voerlijk zijn. Alles wat hier nu wordt verdedigd is door het voorloopig kiesreglement aan het einde der Grondwet gevoegdreeds uitdrukkelijk goedgekeurd. De zelfde wetgever en grondwetgever, die de Grondwet wijzigden, stelden ook dat voorloopig kiesreglement vast, en wel met het bepaalde doelom de nieuwe beginselen en bepalingen der gewijzigde Grondwet reeds dadelijk, en zooveel maar mogelijk, in uitoefening en toepassing te brengen. Dc Regering bestrijdt het alzoo als eene dwaling, dat deze bepalingen van het voorloopig kiesreglement minder grondwettig zouden moeten worden geacht. tiet vergrooten, zelfs verdubbelen, der kiesdistricten acht de Regering in het minst niet raadzaam. Daaruit zouden niet slechts meerdere werkzaamheden en grootere moeijelijk- heden voortvloeijenmaar de uitoefening van het kiesregt zou daardoor weder lastiger en bezwarendcr worden gemaakt. Nut zou er volstrekt niet in zijn gelegen, wanneer men het aangeduide kwaad door vermeerdering van onder kiesdistricten zou trachten te overwinnen. Doch hetgeen wel alles zal af doen is dc opmerking, dat de verkiezing bij volstrekte meerderheid, verlo ren gaat, wanneer men meer dan één lid van de Tweede Kamer door ieder kiesdistrict laat kiezen. Bij dit ontwerp is eene tabel gevoegdaanduidende het bedrag van den Census ter benoeming van Leden voor de Tweede Kamer, zoo als het was be paald bij het Voorloopig Kiesreglementzoo als het was voorgedragen bij het eerste Ontwerp, en zoo als het is voorgedragen bij het nader Ontwerp van Kieswet, waaruit wij hier het gedeelte uittrekken dat dc steden van Zuid- Holland betreft: Voorl. Kicsreg. eerste Ontw. nader Ontw. 's Gravenhage 140 100 94 Rotterdam 160 110 100 Schiedam 105 80 64 Dordrecht 105 80 60 Delft, 105 70 50 Gorincnem, 70 60 46 Leyden 105 50 40 Woerden, 55 60 34 In dc overige Gemeenten 40 36 32 Bij de eerste voordragt was als census voor Bricllc ƒ50 en voor Gouda en Vlaardingen -10 bepaald. Volgens art. 2 van het Voorloopig Kiesreglement, bedroeg de census in Gouda ƒ80, Bridle en Schoonhoven ƒ55 en Vlaardingen ƒ50. De maatstaf hiertoe is gegrond (1) op de Bevolking op 1° Jannarij 1849 (2) op bet bedrag van 's Rijks Directe Belastingen de opcenten van het Rijk daaronder begrepen; (3) op bet Belasting-bedrag per ziel; (4) op het bedrag van den census, indien het sub n°. 3 vermelde Belastings-bedrag wordt ver menigvuldigd voor AmsterdamRotterdam en 'sGravenhagc met 9, en voor de overige gemeenten met 7, en waarvan onderstaande tabel het overzigt voor dc genoemde steden oplevert: (1) (2) (3) (4) 'sGravenhage, 70,398 735,812.17 10.45 94.05 Rotterdam, 82,800 927,041.86 11.19 100.71 Schiedam, 12,639 114,070.43 9.02 63.14 Dordrecht, 20,411 173,691.65 8.50 59.50 Delft, 18,525 131,790.27 7.11 49.77 Gorinchcm, 8,718 57,513.23 6.59 46.13 Leyden, 38,763 225,248.25 5.81 40.67 Woerden, 4,188 20,904.19 4.99 34.32 ROTTERDAM, 29 Augustus. Op eene buitengewone Vergadering van den Nederl. Jagtclub, onder Voor zitting van Z. K. II. Prins Hendrikis besloten den uitgcstelden wedstrijd tot het volgend jaar uit te stellen. AMSTERDAM, 29 Augustus. Er heeft hier wederom, door onvoorzigtigheid, met een met hagel geladen geweer een droevig ongeluk plaats gehad, daar dc knecht der Sociëteit Bel- levuo, denkende dat het niet geladen was, liet op zeer korten afstand, op eene der meiden, oud 20jaren, afschoot, die daardoor zoo deerlijk is gewond, dat men voor behoud van haar leven vreest. I»DITEi\LAJNDSCiIE BEKJGTEfN ENGEliANl», LONDEN, 27 Augustus. Er worden bier aanstalten gemaakt voor eene Europesche Tentoonstelling van Nijverheid in 1851. De Gemaal der Koningin, Prins Albert, staat aan het hoofd der Commissie, die daarvoor in Hydcpark een prachtig gebouw in zeer grootsche bouworde doet optrekken, hetwelk in omvang alles overtreffen zal, wat tot nog toe van dien aard gezien is. De Koningin heeft een eersten prijs van 5,000 uitgeloofd, om welken volkomen vrije mededinging van alle volken zal plaats hebben. De uitspraak over de prijzen zal niet door Engel- schen alleen geschieden. Men is voornemens den beroemden overouden Druidcn-tempclSto- nehenge, in Wiltshire (door dc Romeinen Gigantum Chorea genoemd) in zoo ver te herstellen, dat de omgevallen steenklompen weder opgerigten an dere, die wankelend staan, bevestigd worden. BELGIË. Do Brusselsche Indépendance zegt in zijn staatkundig overzigt van FrankrijkMen heeft een poos geloofd dat de Katholieke en de behoudende partij een verbond tegen de partij van dc wanorde zou maken. Maar niet alleen dat dc behouders en Katholieken elkander niet meer verstaan, maar er heerscht zelfs in den boezem der laatste partij eene oneenigheid die zich in een bittere penneslrijd openbaart. Wij zijn het overigons volkomen eens met de bedenkingendie de onverdraagzame leerstellingen van het Dagblad l'Universbij onzen bcrigtgever doen oprijzen. Uit de artikelen van dat blad kan men het stelsel waarderen, dat de partij, waarvan dit blad het orgaan is, aan dc volken zou opleggen, bij welken zij nog eenigen overwegenden in vloed zou weten te bekomen. Die artikelen zouden ons verscheidene eeuwen achteruit voerenmen zou de gewetensdwang onmogelijk verder kunnen drijven. Die dwazen, zegt een ander berigtgever, trekken nog te velde tegen dc Ketters, als leefde men nog ten tijde van de herroeping van het edict van Nantes; zij willen de verdraagzaamheid in het Godsdienstige vernielen, dc eenige vertroosting in deze tijden van onverzoenbare staalkundige woede. [Van het Taal- en Geschiedkundig Congres dat den 26steB Augustus en volgende dagen te Gend gehouden is, zullen wij in een volgend nommcr het berigt mcdedeelenwaartoe thans de ruimte ontbreekt.] FRANKRIJK. PARIJS, 27 Augustus. De President der Republiek zou de hand van Prinses Albertina van Zwe den gevraagd en verkregen hebben. Haar moeder is de klein-dochter van Koningin Hortensia en de dochter van Eugenius van Beauharnais, Prins Eu- genius van het Keizerrijk. De Koningin van Zwedenmoeder van Prinses Amelia Albertinais de zuster van den Prins van Leuchtenberg, schoonzoon van den Keizer van Rusland. Er vormt zich hier ter stede eene Vredes-socicteit, bestaande uit al de personen van onze natiedie deel aan het Vredes-congres hebben genomen. Het portret van Mehemed-Ali, welke onlangs overleden is, zal in het museum van Versailles, in de galerij der beroemde vreemdelingen worden ge-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1849 | | pagina 2