LEYDSCHE COURANT. 1849. N°. 88. MAANDAG, 23 JULÏJ. BINNENLANDSCHE BER1GTEN. üe Courant wordt Maandag, Woensdag en Vrijdag uitgegeven. J)ie van Maandag komt uit Zaturdag avond. De Prijs der Courant is f 12 in het jaar; de afzonderlijke nomrners worden tegen 10 Centen afgegeven. LEYDEN21 Julij. Gedurende de vier dagen van 13, 14, 16 en 17l,en dezer, van des morgens 9 tot des namiddags 4 uur, hebben alhier de examens plaats gehad van de Leerlingen van het Stedelijk Gymnasium, in de vier verschillende vakken van Onderwijs: de Oude Talen, de Nieuwe Talen, de Historische en de Wiskun dige Wetenschappen. Zoo wij vernemen, heeft het Collegie van HIJ. Curatoren, ter wiens over slaan deze Examens gehouden werden, na den afloop, zijne bijzondere tevredenheid betuigd over den goeden gang van het onderwijs in het al gemeen, en over de gemaakte vorderingen en het loffelijk gedrag van de mecstcn der Leerlingen. Aan dezulken is dan ook toezegging gedaan van tot hoogcre klassen bevorderd en met prijzen vereerd te zullen worden, hij gele genheid der openbare Promotie of Prijsuildecling, welke op Zaturdag den istcn September eerstkomende zal gehouden worden. Men verneemt, dat de Ncderlandsche Maatschappij ter bevordering van Nijverheid, in hare Algeincene Vergadering van Dingsdag 11., te Haarlem gehouden, de eerste Gouden Medaille heeft toegewezen, aan onzen Stadgenoot den Heer S. A. Meerburg, wegens het inzenden van een fahriekaat van Zeil doek van de Rameh. (Oost-Indische Hennep.) De bcoordeclings-Commissie voor de Tentoonstelling van Planten be staande uit de Heeren C. H. Kroon (President), Dr. F. W. Junghubn, S. van Kampen, J. F. W. Starke, C. de Vos, C. Witte, Dr. Boursse Wils (Secr.) beeft op den 20st<,n dezer tot de volgende bekrooningen besloten: De gouden Medaillegegeven door de Regering der Stad Leydenvoor de hier te lande, best gekweekte bloeijcnde Plant, aan A. van den Heuvel, Tuinman en Bloemist van H. Maj. de Koningin-Moeder. (N®. 774). De zilveren Medaille aan den fleer A. v. d. Hoop, te Amsterdam. (N®. 146.) De zilveren Medaille voor de twintig nieuwste en tevens fraaiste Pelargo nium's aan S. van Kampen Bloemist te Delft. (N®. 884). De bronzen Medaille aan A. van den Heuvel voornoemd. (N®. 217). De zilveren Medaille voor de twintig nieuwste, fraaiste en meest verschil lende Fuchsia's in bloei, bij loting tegen den Heer W. Starke, toegekend aan S. van Kampen. (N®. 883.) De zilveren Medaille voor 25 soorten hloeijende Stamrozen in potten ge kweekt, aan K. J. W. Ottolander, te Boskoop. (N®. 348). De zilveren Medaille voor de fraaiste verzameling van minstens vijfentwintig verschillende soorten van hloeijende Rozen niet op stam, in potten gekweekt, gegeven door den Heer S. B. Criellacrt, wordt toegekend aan A. van den Heuvel. (N®. 218.) De zilveren Medaille voor de grootste verzameling van altijd grocnblijvcnde Heesters van den kouden grondin potten gekweektaan K. J. W. Otto lander. (N®. 349 496). De bronzen Medaille voor eene verzameling van minstens twintig bloeijcnde Verbena's, aan C. Glym, te Utrecht. (X®. 12311261.) De zilveren Medaille voor de zeldzaamste Palmsoortuit eene der Ncder landsche Bezittingen in Oost- cf West-lndië ingevoerd, wordt bij loting tegen C. Glym, toegekend aan den Heer A. v. d. Hoop, te Amsterdam. (N°. 151.) De zilveren Medaille voor eene verzameling van Boomvarens, die door ver scheidenheid van soorten en goede kweeking uitmunt, aan C. Glym. (N®. 1263-1268). De bronzen Medaille voor de fraaiste verzameling van minstens vijfentwintig verschillende, hloeijende Calceolaria's, aan G. C. BoLlger, te 's Hage. (N®. 1057). De zilveren Medaille voor de fraaiste tros rijpe Druiven, aan A. van den Heuvel. (N®. 1385). De zilveren Medaille voor de grootste, beste, schoonste, rijpe Meloen, aan F. Geldmaker, Tuinman van Z. K. 11. Prins Frederik der Nederlanden, bij Wassenaar. (N®. 1389.) De zilveren Medaille voor de fraaiste verzameling van minstens vijftig ver schillende, hloeijende Planten aan C. Glijm. (N®. 1268 tot N°. 1335.) De zilveren Medaille voor de fraaiste verzameling van minstens dertig soor ten éénjarige Zaadgewassen, in potten gekweekt, die door nieuwheid van soorten en bloemrijkheid uitmunten, aan de Wed. van Leeuwen en Zoon, te Rotterdam. (N®. 1101 tot N". 1141.) De zilveren Medaille voor de fraaiste verzameling van minstens dertig soor ten hloeijende Erica's, gegeven door den Heer Dr. C. Dalen, wordt toegekend aan C. Glym. (N®. 1335 tot N®. 1367.) De gouden Medaille voor de fraaiste, hier te lande nieuw-ingevoerde, bloeijcnde Plant, gegeven door Z. K. II. Prins Frederik der Nederlanden aan C. Glym. (N®. 1368.) De zilveren Medaille aan dcnzelfden. De zilveren Medaille voor de fraaiste verzameling van minstens dertig ver schillende soorten van vaste (perennerende) Planten van den kouden grond, in bloei en in potten gekweekt, aan J. de Graaff, Bloemist te Leyden. (N®. 934 tot N». 980.) De zilveren Medaille voor den schoonst gekweekten, voor heiningen geschik- ten Montagncperzikkenboomlaagstam, in tobbe of inand, aan M. Koster, Boomkweeker te Boskoop. (N®. 1388.) De zilveren Medaille voor eene verzameling van minstens twaalf uilhecmsche Gewassen, die dior keur van soorten, goede kweeking en rijken bloei het meest uitmunten, aan A. van den Heuvel. (N®. 777 tot N". 784.) De zilveren Medaille voor de schoonst gekweekte Conilera uit tropische ge westeningezonden door ilortulani van 's Lands- of Slads-Kruidtuinenaan J. Schuurmans Stekhoven, Hortulanus aan den Acad. Kruidtuin te Leyden. (N®. 1054.) De zilveren Medaille voor de grootste, schoonste en best gekweekte Pelar gonium, in bloei, aan A. van den Heuvel voorn. (N°. 219). De zilveren Medaille voor de zes grootste, schoonste en best gekweekte Fuchsia's, aan G. van Leeuwen, Bloemist te Sassen hei m(N®. 497). Beschikbare Medailles zijn toegewezen aan den Heer A. van der Hoop, Dr. Dalen (bij loting tegen den Heer Kroon), aan de Bloemisten Starke, de Graaff, Glijm, en aan A. van den Heuvel. De Leden der Commissie, die naar eenig onderwerp mededongen, hebben zich aan de beoordeeling daarover onttrokken. De Medailles uitgeloofd door den Wethouder van Hoorn, Prof. van der Boon Mesch, en den Ileer W. Smith van Engelen te Rotterdam, zijn niet toegewezen. Er zijn verzamelingen ingezonden door veertig personen. De Catalogus heeft 1400 nomrners. Het getal planten bedraagt echter meerdere duizenden. Wij loopen het oordeel over deze tentoonstelling niet vooruit, doch durven de meening uiten, dat van de overigens niet gunstige localiteit, welke echter de cenige daartoe bruikbare in onze stad is, zoo veel mogelijk nut is ge trokken. Aan de medewerking van allen die daartoe konden bijdragen, be paaldelijk aan die van onze geachte stadgenootende Heeren Stegerhoek, van der Paauw, Holtz, Meerburg, van den Berg, heeft de Maatschappij grootc verpligting. Bij deze gelegenheid blijkt op nieuw hoe groot de liehoefte hier ter stede is aan ruime en doelmatig ingcrigte localen, en hoezeer derhalve is op prijs te stellen dc poging van het Leydsehe Departement der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen om in die behoefte te voorzien. Ingezonden Sedert dc laatste opgave zijn alhier bijgekomen 88 Cholera-Iijders, overleden 41. Totaal 931overleden 497, hersteld 145, in behandeling 289. De Staatscommissie tot herziening der verordeningen op 't flooger Onder wijs, heeft aan de onderscheidene Faculteiten onzer Moogrscholcn voorstellen gezonden van daarin te brengen veranderingen, 't Beginsel door dc Commissie aangenomen, is vrijheid van studie, afschaffing van alle verpligte hijwoning van collegien; zij verlangt verder eene zoo groote vermeerdering van 't aantal Hoogleeraren, dat in alle vakken afzonderlijke lessen kunnen gegeven worden, 't Oordeel over deze voorstellen schijnt in vele opzigten minder gunstig te zijn. {Nederl.) De N. Rott. Cour. heeft ve:nomen, dat hel nieuw verkozen lid in het 8stc kiesdistrict van Gelderland, voor de Tweede Kamer, de Heer O. W. A. Graaf van Bylandt van Marienweerd die betrekking niet zal aanvaarden. 's GR AVENHAGE 21 Julij. Z. M. heeft bij besluit van den 17ilcn dezer goedgevonden: 1". met ingang van den lstcn Januarij 1850 op te heffen de betrekking van Inspecteur der Latijnsche scholen en van het middelbaar en lager onderwijs, alsmede die van Adviseur, belast met de inspectie van het onderwijs in Limburg. 2". Als een gevolg daarvan, met ingang van gemeld tijdstip, den lieer

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1849 | | pagina 1