Jiotlxc •eener meer spoedige afdoening der strafzaken en cener min kostbare
afdoening der burgerlijke regtsgedingen.
Deze uitkomsten zijn te verkrijgen door afschaffing der 11 provinciale ge-
sregtshoven, de bijeenvoeging van sommige regtbanken en de uitbreiding van
het territoriaal regtsgebied der overgeblevene en van het materieel regtsge-
bied der kantongeregten.
Tot erne proeve kan dienen de vaststelling der navolgende beginselen
De kanlonregtcrs zullen regt doen in alle personele burgerlijke actiën,
zonder hooger lieroeptot eene som van 50 of 100 gulden, even als in alle
possessoire actiën.
Voorts ter eerster instantie, behoudens appel over alle personele actiën lot
de som van 400.
Verder onder adsurntie van den Griffier, in alle strafzaken waarop geen
langere gevangenis dan van een of twee maanden is gesteld, of ter boete van
Jioogtens 400. Van gewijsden in strafzaken kan geen appel maaralleen
cassatie worden toegelaten.
De regtbanken van eersten aanleg zullen oordeelen1°. ten civile in eerste
instantie over alle personele vorderingen boven de 400; voorts over alle
reële actiën, behoudens appel aan den Iloogen Raad; en eindelijk over de
appellen van de civile vonnissen der kantongeregten, behoudens beroep in
cassatie; 2". over alle mindere strafzaken, welke niet zijn van de competentie
der kantongeregten, dat zijn: de zoogenaamde correctionnele delicten; en ein
delijk 3°. over alle zware strafzakenthans genaamd misdaden. Van alle
gewijsden, niet aan appel onderhevig, valt heroep in cassatie.
Naar aanleiding dezer drie onderscheidingenoordeelen deze regtbanken
met 3 4 of G ledeninet 3 leden in alle burgerlijke zaken met 4 leden
in alle kleine of correctionnele misdrijven met 6 leden in alle groote stral-
of criminele zaken.
De lloogc Raad oordeelt ten civile over alle appellen der regtbanken in het
Rijk, en voorts in cassatie, over alle andere vonnissen.
Na deze algemeene beginselen komt men tot het personeel, en vermeent,
behoudens wijziging en nadere toelichting, dat in de kantongeregten geenc
verandering behoeft te komen: maar de Griffiers worden geroepen, om met
den kanlonregter in strafzaken regt te spreken. Maar de regtbanken regt
sprekende met 3 leden in burgerlijke zakenmet 4 leden in kleine strafzaken
en met G leden in groote strafzaken, hebben behoefte aan minstens 2 Reg-
ters-Commissarissenverkrijgen uitgestrekter regtsgebied, meerder aanzien en
grooter personeel.
In de meeste provinciën zullen slechts twee dergelijke regtbanken (liefst
met den naam van Raden van Justitie, in overeenstemming met den titel
van den Hoogen Raad), in de provinciën Utrecht en Drenthe slechts ééne der
gelijke regtbank of Justitieraad behoeven te bestaan.
Duiten Amsterdam en Rotterdam, waar gewis zulke Justitieradcn zullen
gevestigd zijn zal een personeel van één President, één Vice-President en acht
Léden, met drie suppléanl-Regtcrs wel voldoende zijn om zamen te stellen,
vooreerst: eene civile Regtbank van drie leden, zilling houdende drie malen
'sweeks; ten tweede eene correctionnele regtbank van vier ledenzilling
houdende twee of drie malen 's weeks, en ten derde, eene criminele regtbank
van zes leden, zitting houdende eens per week; benevens twee Regtcrs-Com-
missarissendaar dezelfde leden die ten correctionnele zitten en ten civile,
de criminele kaïner kunnen uitmaken.
Wanneer men nu bij deze regtbanken voegt een Officier of Procureur des
Konings en twee Substituten of Advocaten des Konings, zal bet personeel vol
doende zijn voor de behoeften.
Te Amsterdam, en misschien ook te Rotterdam, zullen wclligt ineer civile
en correctionnele Kamers worden vereiseht, even als eene versterking van het
Openbaar Ministerie en der Regtcrs-Commissarissen.
De Hooge Raad zal ten gevolge van deze geheele inrigting ook eene andere
huishoudelijke inrigting moeten ondergaan. Zoo worden al de elf Hoven af
geschaft en ten minste dertien Arromlissemcnts-Rcgtbankcn bet laatste zal
echter, bij de nitgehreidheid der nieuwe Regtbanken, geene bezuiniging ge
ven, inaar bet is te verwachten, dat in die afschaffing eene vergoeding zal
worden gevonden voor de meerdere kosten der Raden van Justitie.
Maar daarentegen mag men aannemendatna aftrek van ongeveer
ƒ40,000 a ƒ50,000, voor de uitbreiding van den Hoogen Raad, en onvoor
ziene uitgaven bij de Raden van Justitie, de som van ƒ367,300 thans uitge
trokken, voor de provinciale boven, plus ƒ10,800 voor hunne deurwaarders,
zal zijn uitgespaard. Kr wordt hier nog gezwegen van een post van ƒ11,600
bureaukosten der gcreglsbovenomdat deze som ter gemoetkoming der Knn-
tonregters en der Justitie-Raden noodig kan zijn.
Waarschijnlijk zal de nieuwe instelling van gunstigen invloed op de jus-
titiekoslcn zijnen zelfs op de kosten der gevangenissen zal terugwerken.
In eene bezuiniging, door vereenvoudiging, vindt men steeds voordcelige
resultaten, waaraan zells bij bet ontwerpen der vereenvoudiging niet was
gedacht.
Hoofdstuk V, Binnenlandsclie Zaken. Het binnenlandsch bestuur kan
gcene aanzienlijke vermindering ondergaan. In bet bestaande echter zijn door
vereenvoudiging eenige bezuinigingen aan te brengen, liet volgende wordt
(laartoe, aan do bcoordceling van Z. M. onderworpen.
1°. De post van Opperhoutvester a ƒ4000 en het verder beheer daarvan
,a ƒ56,100 af te schaffen en op te dragen aan den Minister van Justitie.
2°. De beide Raden-Adviseurs te pensionneren de een dadelijk, de ander na
verloop van weinig tijds; besparing 10,000.
3°. Op het personeel van het Ministerie is nu reeds uitgespaard hetgeen
minder wordt uitgegeven dan op de begrooting is uitgetrokken ƒ6,000.
De eollegien der Gedeputeerde Staten schijnen in personeel te kunnen wor
den verminderd en de Districts-Commissarissen in Noord-BrabandGelder
land, Limburg, en althans gedeeltelijk in Zeeland, te kunnen worden ge
mist. Daardoor zal worden uitgespaard de aanzienlijke soin van ruim ƒ52,000.
Rij het departement ligt eene nieuwe organisatie van de dienst van den
waterstaat in gereedheiddoor welker invoering zullen kunnen worden uit
gespaard aan tractementen ƒ17,000.
1°. De beide inspcctcuren der Latijnsebe scholen kunnen tegenwoordig worden
gemist, immers zoolang bet slaats-exanien zal worden behouden; maakt ƒ6400.
2°. Op de kosten der hoogescholenzalhetzij door vernietiging van eene
derzelve, betzij door verdeeling der faculteilen onder baar, hetzij door
verandering van inrigting kunnen worden uitgespaard ƒ70,000.
3". De toelagen aan school-onderwijzers-gezelsehappcn 4000.
1°. De opheffing van het Koninklijk Nederlandsch Instituut komt niet
wcnsehelijk vooraangezien de Regering meermalen eenig nut trekt van de
voorlichting van dat geleerde ligchaam, maar de toelage van ƒ11,000, moet
verminderen met ƒ6000,
2". De Koninklijke Academie te Delft staat tegenwoordig slechts voor me
morie op de begrooting van Rinnenlandsche Zaken uitgetrokken. Dat zal in
bet vervolg niet meer kunnen plaats hebben en men zal spoedig tot de over
tuiging geraken, dat deze academie niet zal kunnen blijven bestaan. Het
blijft niettemin wenschelijk, dat er eene wel ingerigle school besta, op welke
bekwame ingenieurs, bouwmeesters enz. kunnen worden gevormd. De jeug
dige leeftijd der kweckelingen maakt voortdurend toezigt gepast, en men acht
het geraden dat deze akademie met die van Rrcda vercenigden derwaarts
overgebragt worde, om bij inkrimping van bet leger beide deze academiën
voor ondergang te bewaren en de kosten zeer aanmerkelijk te verminderen.
3°. Voor premiën van verschuldigde octrooi regteu, belooningen tot aan
moediging van kunst en volksvlijt, en van daartoe strekkend onderwijs, stel
len wij eene vermindering voor der daarvoor uitgetrokken som, ten bedrage
van ƒ5000.
Op dit hoofdstuk zoude door dit een en ander kunnen worden bezui
nigd ƒ237,917.
De Vlde en Vl[dc Hoofdstukken der beide Eerediensten komen in doel en
strekking, en vooral ook ten aanzien van bet Staatsbelang, zoo zeer overeen,
dat de beschouwingen dienaangaande vercenigd zijn.
De Staat beeft er grootelijks belang bij en wordt bijzonder ondersteund
door de ontwikkeling van godsdienstzin, verlichting en beschaving zijner in
gezetenen, hoedanig dan ook de rigting zij der leer, welke beleden wordt.
Geen Staat kan bestaan, waar godsdienstzin ontbreekt, maar waar godsdien
stige beginselen de drijfveren zijn van de handelingen der burgeren, daar
vindt de Staat in zich zeiven kracht, welke hein voor ondergang duurzaam
beveiligt.
De behoefte is toenemend en in dezelfde evenredigheid van die toeneming
vermeerdert ook bet stoffelijk en zedelijk welzijn van den Slaat. Men zoude
alzoo die toenemende behoefte moeten toejuiehen; men zoude, dankbaar,
meerdere gelden behooren af te zonderen tot herstel van oude en aanbouw
van nieuwe kerken, omdat men door die aanwending medewerkt tot meer
deren bloei van den Staat; inaar toch, de omstandigheden des vaderlands
gedoogen die meerdere uitgaven voor het tegenwoordige niet, waarom men
de onderstandgelden tot opbouw of herstel van kerken en pastorijenten
bedrage van 33,445.341en die ten behoeve van kerkelijke gemeenten en
kerkfabrieken ten bedrage van 39,000, niet verder zal kunnen laten gel
den dan voor zoover kan worden aangetoond dat daarop geheel of ten deele
wettige regten bestaan, onder voorbehoud nogtans, om in enkele bepaalde
gevallen van buitengewonen aard hieromtrent speciale voordragten te doen.
Wij kunnen bij de noodzakelijkheid der inkrimping van 's Rijks uitgaven,
ter verdediging van de weglating dezer beide soinmen zoo als zij tot dusver
zonder bepaalde aanwijzing op de staatsbegrooting voorkwamen bijbrengen
de niet bestaande grondwettige verpligting der Regering, om in die behoeften
te voorzien, terwijl nog daarenboven deze sommen te gering zijn te achten,
om aan alle billijke aanvragen te kunnen voldoenwaardoor de te verstrek
ken subsidiën den aard van gunstbewijzen verkrijgen.
Ofschoon op het VTIlste Hoofdstuk, Marinegeene dadelijke bezuiniging
kan gevonden worden, vooral bij de meer talrijke zeemagt in Oost-Indië,
is de inrigting echter voor vereenvoudiging vatbaar, door 4°. opheffing van
's Rijks werf te Rotterdam met den daarbij behoorenden stoom-zaagmolen.
2°. door bet' magazijn van levensmiddelen te Delftshaven te vereenigen met
dat te Amsterdam en 3°. door overbrenging van het depot van bet korps
mariniers van Rotterdam naar een der aan zee gelegene etablissementen,
Vlissingen of Willemsoord.
Tegen de verecniging van bet instituut voor de Marine te Medemblik met
dat van Breda zijn groote bezwaren. Intusschen zal deze zaak nader worden
onderzocht.
Eerstvermclde maatregelen zullen wel in den aanvang geene mindering van
uitgaven ten gevolge hebben, doch zeker zal de afschaffing van de werf te
Rotterdam meer dan eene ton gouds bedragen.
Hoofdstuk IX A en B. Finantiën. Het Hoofdstuk IX Arenten der na
tionale schuld, is niet wel voor bezuiniging door vereenvoudiging vatbaar
te achten.
Voor finantiële opcratiënten doel hebbende om door conversie van schuld