Jiij de Keizerlijke troepen door de Hongaren geslagen verklaarde en liet volk
op nienw lot liet opvatten der wapenen uitnoodigde.
Dienvolgens werden ook van de zijde der stad de vijandelijkheden weder be
gonnen.
Deze trouweloosheid moest door een nienw bombardement tegen ccnige
voorsteden gestraft worden, en daarmede werd den avond van den "0stcn Oct.
voortgegaan.
De stad verklaarde daarop ten tweeden male hare onderwerpingdie op
den 31stCD October zou plaats hebben.
Maar reeds in den morgen van dien dag verschenen afgevaardigden van den
gemeenteraadverklarende dat de burgerij veel te zwak was tegen de toege
nomen magt van de democratische club, van het studenten-comité en zijne
werktuigen, het gewapende gepeupel dat zij derhalve zelve de bescherming
van den veldmaarschalk voor hunne personen en hun bedreigden eigendom
moesten inroepen, alzoo de opstandelingen besloten hadden, zich onder de
puinhoopen der door hen in brand te steken stad te hegraven.
De Veldmaarschalk liet nu in den namiddag van den 31stCD October nog
meer troepen door de voorsteden binnenrukken, welke bij hunne verschijning
op het glacis van de wallen der binnenstad hevig beschoten werden, en deze,
binnen welke zich al de opstandelingen terug hadden getrokken naauw in
sloten. Nog des avonds werd de sterk versperde Burgpoort beschoten en door
twee bataillons bemagligd, terwijl 8 kanonnen veroverd werden. Het gepeu
pel bad reeds de Keizerlijke bibliotheek in brand gestoken, van welke het
dak afbrandde, maar het overige gedeelte van het gebouw en het gansehe
Keizerlijke slot werden door het binnenrnkken onzer troepen gered.
Deze hebben thans de gansehe stad bezet, welker volkoinene onderwerping,
nadat zij eiken zachtercn uitweg met hardnekkigheid en zelfs met verzaking
van trouw en eer had afgewezen, door geweld van wapenen verkregen is.
Denzelfden dag is door Vorst Windisch-Gratz ecne proclamatie uitge
vaardigd, hoofdzakelijk inhoudende:
Weenen wordt in een omtrek van twee mijlen in staat van beleg verklaard.
Het academisch legioen en de nationale garde worden ontbonden, de laatste
behoudens hare reorganisatie.
De algemeenc ontwapening moet binnen 48 uren ten einde zijn gebragt.
Wie 12 uren daarna in het bezit van wapenen wordt bevonden, wordt ge
vangen genomen en naar de krijgswetten behandeld.
Alle politieke vereenigingen worden gesloten, alle verzamelingen op straten
en openbare pleinen, van meer dan 10 personen, zijn verboden, alle berber
gen en kolSj huizen moeten in de binnenstad des avonds ten 11 en in de
voorsteden ten 10 ure gesloten zijn.
De drukpers-vrijheid blijft voorloopig, volgens de bepaling van art. 4 der
proclamatie van 23 October jl.beperkt, en het drukken, verkoopen en
aanplakken van plakkaten, prenten en vlugschriftcu slechts in zooverre geoor
loofd als daartoe door de militaire overheden vooraf verlof zal zijn gegeven.
Gedurende den staat van beleg blijven wel alle openbare overheden met de
uitoefening van hare betrekkingen belastmaar vermits de militaire overhe
den voor dit tijdperk dat alles verrigten zullen, wat tot herstelling der orde,
rust en veiligheid der hoofdstad en bare omstreken noodzakelijk zal geacht
worden, zoo zullen van nu af, de met deze werkzaamheden belaste gemeen
teraad en verdere stedelijke overheden, slechts in zooverre daartoe medewer
ken als de militaire overheden zulks noodig zullen oordeelen.
Ter bereiking van het doel van den staat van belegzijnde den overgang
van regeringloosheid tot den geregelden constitutionnelen toestandzal aan
eene gemengde centrale commissie, onder het voorzitterschap van den Gcne-
raal-Majoor Baron Cordon, tot Stads-Commandant hcnoaind de leiding opge
dragen worden der zaken, en de Neder-Oostenrijksche landsregering, alsook
de stedelijke overheid zich naar de hevelen dier Commissie te gedragen hebben.
Voorts heeft genoemde Opperbevelhebber nog bij proclamatie aan de
inwoners van Neder- en Opper-Oostenrijk de hoop te kennen gegeven dat
zij in hare trouw aan het Keizerlijk huis en aan de constitutionnele monarchie
onwankelbaar volharden zullen en aan inblazingen van kwalijkgezinden we
derstand zullen blijven bieden, opdat de staat van beleg niet nog verder tot
andere steden of gemeenten worde uitgebreiden worden zij gewaarschuwd
zich tc wachten voor oproerstokers, die onder bedriegelijke voorstellingen
slechts de verbreking van alle banden van orde en wettelijkheid heoogenen
daardoor de voortgaande ontwikkeling van de ware vrijheid slechts kunnen
tegenwerken.
De stad is nog streng afgesloten. Gisteren ten 5 ure wapperde de zwart-
gcle vlag op den Stephanus-loren en werd met gejuich en het aanheffen van
bet lied op den Keizer begroet. De Generaal Bern en de Opperbevelhebber
Messenbauser hebben zich tot nog toe aan alle nasporingen weten tc onttrek
ken. Het overgroote aantal gevangenen is terstond geschift. Eenige duizenden
zullen binnen kort als soldaten aan den veldtogt tegen de Hongaren moeten
deel nemenvermoedelijk ook de leden van het Academisch legioen die aan
den opstand hebben deel genomen. De troepen hebben den lantarenpaal
waaraan het lijk van den Minister van Oorlog Latour is mishandeld omver
geworpen. De gemeenschap, ook tusschcn de voorsteden, wordt zeer be-
moeijclijkt, en men spoort nog vele personen na, welker onlkoming tot eiken
prijs verhinderd moet worden.
De Keizer heeft wel geweigerd de verdaging van den Bijksdag tot den
15i1cb November in te trekken, rnaar ten aanzien van de verplaatsing naar
Kremsir zich voorbehoudende in het adres van den rijksdag aangevoerde
gronden tc overwegen, zoodat men met groote waarschijnlijkheid mag
aannemen, dat het zwaar geteisterde Wcencn den rijksdag binnen zijne muren
behouden zal. De bezetting van Weenen moet voorloopig op 30,000 man be
paald zijnen Vorst Windisch-Giatz de beslissing omtrent bert die volgens de
krijgswet behandeld zouden moeten worden, nog drie dagen hebben uitgesteld.
De Rijksdag beeft zich van zeil ontbonden, daar op Maandag nog slechts
60 leden aanwezig waren. De binnenstad, gelijk ook een gedeelte der voor
steden, bieden op verscheidene plaatsen een tooncel van schromelijke verwoes
ting aan.
Te Presburg lieerschte schrik en verwarring. Sedert 31 October waien
aldaar vlugtende Hongaarsclie troepen, door Jellachicli bij Scliwccbat geslagen,
aangekomen; het getal werd op 15,000 man geschat.
FRANKFORT.
6 November.
in de zitting van bet Duitscli Parlement van beden beeft de Minister von
Scbwerling kennis gegeven, dat er in het belang der Duitsche zaak en der
vrijheid eene nieuwe Rijkscommissie met uitgebreide volmagt naar Oostenrijk
was gezonden.
In die zitting heeft ook de Minister van Binnenl. Zaken op de gedane inter
pellation omtrent Limburg, verklaard, dat bet besluit omtrent dat Hertog»
dom door de vergadering genomen, aan de Nederl. Regering was medegedeeld,
maar daarop nog geen antwoord was ontvangen, daaraan toe te schrijven dat
de scheiding van Limburg groote mocijelijkheden aanbood. De Minister wees
verder op de noodzakelijkheid, do met Holland bestaande betrekkingen van
vriendschap te blijven handhavenvooral ook in bet belang van den handel.
Men had in den Haag om eene nadere inlichting omtrent bepalingen van liet
grondgebied gevraagdwaarop door den Hollandscbcn gezant te Frankfort
officieel geantwoord was, dat men geenszins eene verandering of beperking van
Limburgs grondgebied bedoelde. Spreker zoide ten slotte, dat uit de verkla
ringen der Limburgschc afgevaardigden in de Hollandsche wetgevende Kamer
gebleken was, dat in de wenscli eener afscheiding van Holland en Limburg
op verre na niet algemeen gedeeld werd.
AKASËMIE-MEirWS.
PROMOTIE AAN DE LEYDSCIIE 1IOOGESCHOOL.
Den 8stcn December de Heer tl. Verbeek, van Amsterdam in de Medicijnen,
na Openbare verdediging van zijn Specimen, continens quacdam: de Emphy-
semate Piilmonum.
KERKNIEUWS.
AMSTERDAM, 7 November. Door de Eerw. Hecren Predikanten en Ou
derlingen der Ned. Herv. Gemeente alhier, is gisteren de volgende Nominatie
uilgebragt, ter vervulling der Vacature van eCne Predikantsplaats, veroorzaakt
door het overlijden van den Wel-Eerw. Heer S. D. de Keizer: Zestal: DD. Hof
stede, te Gorinchcm van Harencarspelte Leeuwarden; van Koetsveld, te
Schoonhoven; Broedelet, te Gouda; van Griethuysen Otlo Jacobusz.te
Zutphcn Swalue. Theol. Doet. te Goes. Drietal: DD. Hofstede, van Haren
carspel ven Koetsveld.
TIEL, 7 November. Door den Kerkeraad der Hervormde Gemeente alhier
is, ter vervulling der vacature ontstaan door het vertrek van Ds. Havcrkorn
van Rysewyk, het volgende twaalftal van Predikanten (alphahetisch gesteld)
opgemaakt: DD. Berkhout, te Monster; Hallo, Ie NederhcmertJungius,
te Rijswijk; Krol, te Hcrkingen; Meulemans te Schevcningcn Molemans
te Hilversum; Rombouls, te Eek en Wiel; van der Sclieer, te Baamhrugge;
van Schermbeek, tc Eist; van Voorst, te Almelo (deze hij overstemming
tegen DD. Paré, te Elhurg; Cals Worte Mijdrecht, en Post, te Asch)
Bussingh de Vries, te Benthuizen, en Wesscling, te Noordwijkerhout.
ONZE TIJD IN BETREKKING TOT DE UIT
BREIDING ONZER NIJVERHEID.
Wij laten hier een stuk volgen dat de Hoogleeraar Bluine in de Nieuwe
RotterdaniscJie Courant van Woensdag heeft doen plaatsen, welk stuk nog
nadere inlichtingen geeft omtrent het vermelde ten opzigte van de bewerking
der Ilamé- of Javasche hennepplant, in ons Nommer van den dezer,
mede uit de Nieuwe Rotterdamsclie Courant ontleend
ln de Nieuwe Rotterdamsclie Courant van gisteren komt een artikel voor
over de fabricatie van zeildoek enz., uit Ramé-hennep in de fabriek der
Hecren S. A. Meerburg en Comp. hier ter stede, waarin al de verdienste in deze
zaak aan mij wordt toegeschreven. Ik kan dit echter niet toestemmen, maar
acht het genoegzaam naar de Indische Bij te verwijzen, waarin dit onder
werp reeds in 1843 door mij is behandeld geworden. Ik heb daar onder
anderen de belangrijke proeven van den Heer J. Cazaox vermeld met Ramé-
hennep, hem door mij bezorgd, genomen; proefnemingen, die den schcrp-
zigtigsten waarnemer tot eer zouden strekken, maar duhhcl verdienstelijk zijn
hij een mandie van der jeugd af het gezigt heeft moeten missen. Daaren
boven vind ik mij vcrpligt om het grootste gedeelte van de gunstige uit
komsten welke de zaak reeds nu oplevert, zoowel aan den afgetreden Minis
ter van Koloniën, den Heer Baud, als aan den Minister van Marine, den
Heer Rijk, toe te kennen. De eerste heeft daartoe den grond gelegd door
last om de Ramé op Java aan te houwencn door goedgunstig eene toerei
kende hoeveelheid van Ramé-hennep, tot het vervaardigen van zeildoek, ter
beschikking van de Hecren S. A. Meerburg en Coinp. te stellen; de laatste heeft
dc zaak aan den gang gehragt en bevorderd, door eene aanzienlijke bestelling