KENNISGEVING. FRANKFORT. 31 J ««lij. In de zitting dor Nationale Vergadering hebben de Rijks-Ministers van Oorlog en Buitenlandsohe Zaken medegedeelddat de oorlog tegen Denemar ken met allen nadruk voortgezet, en het leger in Sleeswijk door Oostenrijksche troepen en door die van hel 7de, 8stc en 9dc legereorps zal versterkt worden. ST1!D§ BERUSTEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der STAD LEYDEN, gelet heb bende op het 2de en 3de Hoofdstuk van het Reglement voor het Bestuur dezer Stadgearresteerd hij Zr. 51s. besluit van den 4dcn Januarij 1824, N°. 108. brengen bij deze ter kennis van dcrzelver ingezetenen, dat, ten einde het Kies-Kollegie op den 30sleD September aanstaandevoor de ge wone aftreding van het 1/3 gedeelte, en van de veroorzaakte bnitengewone vacalnres, weder aan Ie vullen, op den 31sl,;n Augustus aanstaande, aan de stemgeregtigdenbiljetten ter invulling zullen worden rondgezonden, bene vens eenc naamlijst der personendie de vereisehten bezitten om tot kiezers te kunnen worden benoemd; welke stembiljetten, na behoorlijk te zijn inge vuld, eigenhandig geteckend en gesloten, op den vierden dag na de rondzen- ingvan wegc dit Kollegie, door de Stads-boden, aan de buizen zullen worden opgehaald in eene gesloterie kist; terwijl degeenwelke zijn biljet niet gereed ter afgifte zal hebben, gehouden wordt ditmaal te hebben afgezien van de uitoefening van zijn slemregt. Dat gemelde naamlijstzoowel als die der stemgeregtigdenvan heden tot den 14den Augustus aanslaande, de Zondagen uitgezonderd, 's morgens van 10 tot 1 uur, ter visie van het publiek zal liggen ter Rekenkamer dezer Stadten einde aan een ieder, welke vermcenen mogt ten onregte daarvan te zijn afgelatengelegenheid tot doleantie te gevenen alzoo zijn naam nog op dezelve, of op eene van heide zoude kunnen worden geplaatst; doeh welke lijsten op den gemelden 14den Augustus finaal zullen worden gesloten. En opdat niemand onwetend zoude zijn, zoo van hetgeen vereischt wordt om stemgeregligd te zijn, als om tot kiezer benoemd te kunnen worden, wordt bij deze herinnerd aan de navolgende artikelen van het meergenoemd Reglement: Art. 2. Voor stemgeregtigden worden gehouden zij die ten minste gedu rende het laatst verloopene jaar ingezetenen der stad of van dcrzelver grond gebied geweest, en nog werkelijk op het oogenblik zelve ingezetenen daarvan zijnde, den ouderdom van 23 jaren hebben vervuld jaarlijks in de verpon ding en verdere beschrevene Rijksmiddelen, buiten het patentregt, betalen niet beneden de zeven en twintig guldenaan de wettelijke verpliglingen aangaande de nationale militie; naar aanleiding der Grondwet op hen gelegd, tot op het oogenblik toe, hebben voldaan, en niet vallen in de termen van uitsluiting, bij het volgende artikel bepaald. Art. 3. Van de uitoefening van het stemregt zijn uitgesloten zijdie in dienst zijn, of pensioen genieten van eenige vreemde Mogendheid, buiten autorisatie des Konings; die zich in staat van geregtelijke interdictie bevin den, alsmede die aan welke geregtelijk een raadsman is toegevoegd; die in staat van faillissement zijn; die cessie van hunne goederen gedaan hebben; die een crimineel vonnis hebben ondergaan, door geene nadere uitspraak of beslissing krachteloos gemaakt, die ten tijde van de stemopneming nog in staat van criminele beschuldiging zijn. Art. 4. In de beoordeeling der al of niet bevoegdheid tot uitoefening van het stemregt, naar gelang der betaald wordende jaarlijkschc som in de bo vengemelde belastingen, zal alleen in aanmerking worden genomen het mon- tant, waarop men in die belastingen is aangeslagen, onverschillig of de goederen in de Stad zelve, of elders binnen het Rijk gelegen zijn, en of de daarvoor te betalen belasting al, of niet, in eene andere gemeente wordt voldaan; zullende echter diegenen, welke dcrzelver belasting-betaling in eene andere gemeente ten drze zullen willen doen gelden, verpligt zijn, om daar van vooraf aan het Stedelijk Bestuur kennis te geven, en des gevorderd aan dat Bestuur de bewijzen van die betaling te vertoonen. Art. 5. De belasting wegens panden, in compagnieschap bezeten, opgebragt wordende, zal aan ieder eigenaar voor zijn aandeel worden toegerekend, mits de personen, welke daaruit hunne stemgeregtigheid of bevoegdheid tot het kiezerschap zouden willen ontleenen, werkelijk als mede-eigenaars van zooda nige panden op de registers der Ontvangers van Directe Belastingen bekend staan. Art. 6. Wat aangaat het bedrag van belastingen wegens verhuurd wor dende huizen, of andere eigendommen, waarvoor de eigenaars zijn aangesla gen, doch door de huurders aan hen restitutie geschiedt, zal dit bedrag onder de opbrengst der eigenaren blijven, als alleen daarvoor bij de Ontvangers he kend staande. Art. 7. Zij, welke gehuwd zijn, hetzij in gemeenschap van goederen, of daar buitenmet vrouwendie de bepaalde somme in de bovengemelde be lastingen opbrengen, zullen, ofschoon ter zake van hunnen eigen aanslag niet bevoegd, niet te min ter uitoefening van het stemregt worden toegelaten, wanneer zij de overige vereisehten in zich verecnigen zoo als ook de vader van een minderjarig kind, hetwelk de bepaalde somme in de belastingen op brengt wanneer hij uit eigen aanslag niet reeds tot het stemregt mogt be voegd zijn, tot de uitoefening van hetzelve zal toegelaten worden, indien hij de overige vereisehten bezit, hetgeen evenzeer het geval zal zijn ten opzigte van een' meerderjarigen zoonof eenen der meerderjarige zoons van eene moeder-weduwe, welke zich in gelijk geval bevinden mogt. Art. 8. Zoodanige moeders weduwenwelke verlangen zoudendat die uit oefening geschiede, zullen verpligt zijn dengenen van dcrzelver zoonsdoor wien zij, bij voorkomende gelegenheden, de uitoefening tot weder opzeggings toe zouden begeeren verrigt te hebben, aan het Stedelijk Bestuur kenbaar te maken, om daarvan de noodige aanteekening te kunnen houden tot narigt lerwijl het voorschreven Bestuur de moeders-weduwen, voor zoo verre die aan hetzelve inoglen bekend zijn of door hetzelve ondersteld worden in de termen te dezen te verkeeren met de vorenstaande bepaling zal bekend maken. Art. 9. Het zal onverschillig zijn, of de opgegevene zoon gehuwd of onge huwd is, en al, of niet, bij de moeder-weduwe inwone, mits hij den ouder dom van 23 jaren vervuld hebbern alle verdere vereisehten (dat omtrent de belastings-betaling alleen uitgezonderd) in de stemgeregtigden gevorderd wordende, hezittc. voor zoo verre hij namelijk niet reeds uit eigen hoofde het stemregt uitoefent, daar er door eenen persoon niet rneer dan eene stem kan worden uilgebragt. Art. 6. De zes voorgaande artikelen zijn ook tot de bevoegdheid, om tot bet kiezersehap te worden benoemdtoepasselijkbehoudens de verdere ver eisehten der kiezers, volgens de bepalingen van art. 23 van dit Reglement. Art. 20. Indien er, ter gelegenheid der stemming voor kiezers, ter ver vanging van het gewone aftredende een derde, ook tevens voor de vervulling van buitengewone vacatures in het Kiezers-kollegie wordt gestemd, en er dus wordt gestemd voor een getal kiezers plaatsen dat der gewone aftreding te bovengaandezullen de personen ten getale als de gewone vacatures be dragen welke de meeste stemmen zullen hebben bekomen beschouwd wor den als ter vervulling der gewone vacatures te zijn benoemd, en diegenen welke op dezelve personen in betrekkelijke meerderheid van stemmen zullen volgen, ten getale als de buitengewone vacatures bedragen, worden beschouwd ter vervulling dier buitengewone vacatures te zijn benoemd, met dien ver stande, dat, wanneer de nog overgebleven termijn van zitting van de gewe- zene kiezers door wier gemis de buitengewone vacatures zijn ontstaan, verschil lend mogt zijn, alsdan diegeen der benoemden voor deze buitengewone vaca tures, welke het eerst in voege vorengemeld de betrekkelijke meerderheid zal hebben bekomen, geacht zal worden verkozen te zijn ter vervulling van de buitengewone vacature, waaraan nog de langste termijn is verknocht, en zoo vervolgens bij afdaling. Art. 22. Een derde deel der kiezers zal om de driejaren naar toerbeurten altreden de aftredenden zijn echter weder verkiesbaar enz. Art. 23. Niemand kan binnen de Stad kiezer zijn ten zij hij den onder- dom van 25 jaren heeft vervuld, binnen het Rijk of deszelfs koloniën gebo ren is, of brieven van naturalisatie bekomen beeft, ofwel bij wetduiding voor Nederlander gehouden wordt, binnen de Stad stemgeregligd is, en voor een' inboorling der Stad, of met eene burger-dochter gehuwd zijnde, gedu rende de laatste drie jaren en voor een' inboorling van het Rijk ol genatu- raliseerden gedurende de laatste zes jarenStads ingezeten is geweest, (zon der dat echter afwezendheid ten gevolge van bedieningen, door of van wege den Koning opgedragen, in deze hinderlijk zal kunnen zijn) en voorts jaar lijks in de verponding en verdere beschrevene Rijksmiddelen, buiten hel pa tentregt, op den voet der stemgeregtigden, betaalt eene som van ten minste honderd en vijf gulden. Tot kiezers zullen daarenboven niet kunnen worden benoemd zij, die van eemg ambt, post of bediening, door den Koning mogten zijn ontzet, of wel ontslagen, anders, dan met vermelding, dat zoodanig ontslag op hun ver zoek ol honorabel is gegevenzoo lang zij door den Koning van de onbe voegdheid om benoemd te worden, niet zullen zijn ontheven. Ook zal tot kiezer niet kunnen benoemd worden hij, die aan eenen reeds benoemden kiezer in den eersten of tweeden graad van bloedverwantschap, of zwagerschap bestaat. Twee personen, zich zoodanig bestaande, te gelijkcr tijd wordende benoemd, zal het lot tnsschen hen beslissen, terwijl voorts de bepalingen van art. 48, 49 en 50, ook in deze zullen toepasselijk zijn. Art. 48. Voor aan elkander verzwagerden zullen te dezen opzigte niet ge houden worden zij, wier huisvrouwen elkander in een' der gemelde graden bestaan enz. Art. 49. Opkomende verzwagcring gedurende bet zitting hebben zal van het gevolg zijn, dat bij, die de verzwagering veroorzaakt, zal moeten op houden verdere zitting te hebben. Art. 50. Indien de vrouw, door welke de verzwagering is ontstaan, over leden is, zal de zwagerschap gerekend worden op te houden. Aldus gedaan en gepubliceerd bij HH. Burgemeester en Wethouders der Stad Leydenop den 31s'e» Julij 1848. DU RIEU. Ter ordonnantie van dezelve, t. PUTTKAMMER. In de maand Julij 1848, zijn binnen de Stad Leyden overleden 62 per sonen, als: 11 Mannen, 20 Vrouwen, 16 Zoons en 15 Dochters, daaren boven als levenloos aangegeven 4. Gedurende diezelfde maand zijn aldaar geboren 102. kinderenals 59 Zoons en 43 Dochters, waarbij één paar tweelingen. KERKNIEUWS. Bij besluit van don 21stcn Julij heeft Z. 51. eervol emeritaat met pensioen ïerleend aan de volgende Predikanten bij de Hervormde gemeenten, als aan: Munting, te Leyden; Badon van den Berg, te OegstgecstIValler, te 5lid- delhurg; Kaldenhach te VerreBredee, te Bunschoten; van Griethuysen te Hasselt; Schuller, te Steenbergen; Henry, te Sluis. Aan Poitevin, Pred. bij de Waalsclie Hervormde gemeente te Groningen en aan GerritsPred. bij de Evangelisch-Luthersche gemeente te Deventer. 'sGRAVENHAGE2 Augustus. Ds. Dompière de Chaufcpié, alhier, heelt voor het beroep naar de Waalsche gemeente te Amsterdam bedankt. DELFT, 2 Augustus. Door den Kerkeraad der Waalsche gemeente alhier is, ter vervulling der vacature, voortdurende door het bedanken van Ds. Guye, tot Predikant beroepen D'. E. A. Zubli, van Nijmegen. 205de KONINKLIJKE REDERLANDSCHE LOTERIJ Trekking der Vijfde Klasse. 7de Trekking. N°. 3650 een prijs van ƒ1,500. N°. 7823, 14134 en 17367 ieder een prijs van ƒ1000. 8S,C N°. 7745 een prijs van 50,000. N". 7479 een prijs van ƒ1000. A» VERTEN TIEN. Ondertrouwd Levden, 3 Augustus 1848. Getrouwd: F. G. FRENTZEN, van Aken Levden, met 1 Augustus 1848. C. H. BERTRAND. H. C. VLEK, Weduwnaar van 51. BaateN, en G. BAATEN.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1848 | | pagina 3