AMSTERDAM, 7 Julij. De Nederl. Handelmaatschappij heeft 26 schepen bevracht, als 13 voor deze stad, 10 voor Rotterdam, 1 voor Dordrecht en 2 voor Middelburg. De aandeelhouders der Overijsselsche Spoorweg-Maatschappij waren den 28stc" vcreenigd in het lokaal Odéon alhier, onder voorzitterschap van den Graaf van Rechteren er waren vertegenwoordigd 368 stemmen. Het te be handelen punt was de teruggave van het bij de regering berustend depot van 5 ton (ƒ780,000 2i. pC't. Ned. Werk. Schuld), dat bij den Notaris Mr. J. Commclin is gedeponeerd. De Secretaris, de Heer van Schreven, deed der vergadering voorlezing van de briefwisseling daaromtrent met de regering ge voerd als: 1. Brief aan Z. Exc. den Minister van Binnenl. zaken, houdende verzoek tot teruggave; 2°. een schrijven van den Voorzitter van den Raad van administratie, meldende, dat de regering genoemd depot als aan de schat kist vervallen beschouwt, doch de helft aan de belanghebbenden wil afstaan; 3. brief van den raad aan den Minister, waarin de eerste der Regering dit regt betwist, met kennisgeving dat de raad hierin niet berust, en het voor nemen, om den weg van regten in te slaan, aan eene algemeene vergadering zal onderwerpen, en verzoekende een bepaald schriftelijk antwoord; en 4. eene missive vau Z. Exc. den tijdelijken Minister van Binnenlandsche zaken, ter bevestiging van het bovenvermelde en rnct bijvoeging, dat de teruggave van de helft van hel depot eene onvcrpligte gunst der regering is. Do Voorzitter stelde dus aan de vergadering voor te beslissen of het aanbod der regering zal worden aangenomen dan wel of regtsmiddelen tot terugkrijging van het geheel zullen worden aangewend. De vergadering besloot met 363 tegen 5 stemmen den weg van regten in te slaan. Zoowel de vergrooting van het kapitaal als het aangaan eener leening van ƒ180,000, welke de Heeren Paul van Vlissirigen en Dudok van Heel aan de commanditaire dcelgenoolen in hun etablissement hadden voorgesteld, is geheel vol teekend. Vele aanzienlijke stadgenooten, met onzen waardigen Burgemeester aan het hoofd hebben daartoe bijgedragen. De fabriek ver schaft nog voortdurend aan 900 landgcnoolenmeest hoofden van huisge zinnen, arbeid en brood. MAASTRICHT, 5 Julij. Bij bet graven in eene steengroeve in de gemeente Grondsveld waarin 3 mannen en 5 vrouwen werkten, heeft plotseling eene inzakking plaats ge had waardoor allen het leven hebben verloren. üülTfcDiLAjNDSCHE BEEiiGTO. BELGIË. GEND, 26 Junij. Heden had de inhuldiging plaats van het gedenkstuk aan Willems nage dachtenis op St. Amandsberg nabij deze stad. De Commissie tot oprigting bestaande uit de Heeren Cornelissen, Serrure, Sncllaertde Decker en Baron de St. Genoisheeft getoond dat zij Vaderlandschc verdienste weel hoog te schatten en te vereerenwaarin zij met dc grootste bereidvaardigheid door de overheid der provincie, der stad en der gemeente Oostackerwaartoe de wijk St. Amandsberg behoort, werden geholpen. Dit uitgelezen gezelschap, waarbij zich de Afgevaardigden der Letterkundige Maatschappijen van andere steden, Willems nuasthestaanden en verdere letter kundige en taalvrienden hadden geschaardwerd begeleid door een onafme- telijken eerestoet, zamengesteld uit stads hoofdgilden, maatschappijen en ge nootschappen, met ontrolde vaandels en slaande trommen, verschillende mu ziekkorpsen en de vereenigde zangers van verscheiden genootschappen gevolgd van eene ontelbare volksmenigte, zoo als Gent, met eene bevolking van meer dan honderd duizend zielenvan ouds voor hare neiging tot openbare feeste lijkheden bekend, alleen kan opleveren. De orde werd gehandhaafd door eene vrij aanzienlijke afdeeling voetvolk welke de krijgsoverheid ter beschikking der commissie had gesteld. Verblijdend was bet gezigt dat de straten ver levendigde, welke deze ontzaggelijke stoet, tu-schen negen en tien ure voor het stadhuis gevormd, moest doortrekken; alle vensters waren met toeschou wers opgepropt, waarhij de aanvallige vormen en het frissche feestgewaad der Gentsche Burgeressen zich met verrukking lieten opmerkenonbeschrijfelijk schilderachtig was de oogslag dien vooreerst de overblijvende hoogten van het kasteel, door Keizer Karei, ter beteugeling zijner stadgenooten, gesticht, en vervolgens de St. Amandsberg zelf, waar het gedenkteeken was opgerigt, aan boden. Deze historische heuvelen waren zoo digt als de korenhalmen op het veld, met volk van allerlei stand en kleeding bezet. De stoet aan den voet des heuvels door de gemeentelijke overheden verwel komd zijnde, bief bet muziekkorps van bet 3'le regiment voetvolk eene sym- phonie aan, waarna Professor Serrure, namens de commissie en de Koninklijke Maatschappij der Fonteinistenin eene zeer doelmatige aanspraak hulde bragt aan de uitstekende verdiensten des verheerlijkten; vervolgens nam de Heer Eduard Terbruggen2de Voorzitter van de Kederijkkamcr: De Olijftak, te Antwerpen, namens die Maatschappij, het woord, en werd, na cenen choor- zang, door den Heer Michiel van der Voort, in den naam van het Nederduitscb Genootschap van Taal- en Letterkunde te Brussel, waarvan hij Secretaris is, opgevolgd; waarna de Heer H. Conscience, in naam der Maatschappij ter be vordering van Nederduitsche Letterkunde, te Antwerpen, optrad; die, na een tweeden choorzang, als spreker werd vervangen door den Heer F. A. Snel- laert, in den naam der Commissie en in dien der Maatschappij van Vlaamschc Letteroefening: Do taal is ganscli het volk, hier ter stede; waarna de Achtb. Heer.Cornelissen Voorzitter der Commissie, in eene korte maar welgepaste aanspraakhet gedenkteeken ingehuldigd verklaarde. Al de opgemelde redevoeringen droegen natuurlijk den stempel van opegte, innig gevoelde verecring voor den betreurden broeder, en wekten de overblij- venden tot eendragt op; eene bijzondere melding echter verdienen die van den Heer Conscience, wiens indrukwekkende taal menig stillen traan uit de oogen der toehoorders lokte, en van den Heer Sncllaert, die, Willems als. het opperhoofd der Vlaamsche beweging beschouwende, de oorzaken, ders voortgang en den tegenwoordigen stand dier beweging meesterlijk schelste. Wij drukken hier den, naar wij hopen, algemcenen wensch uit, dat de commissie van oprigting des gedenkstuks, op het voorbeeld der Rederijkkamer, de Olijftak, van Antwerpen, ten opzigte der aansprakente Bouchout ge houden al de redevoeringenhij het Gentsche feest uitgesprokenin cenen bundel doe in 't licht verschijnenen voor een geringen prijs verkrijgbaar stelle, opdat ook de minder bemiddelde Jandgenooten zich denzclvcn kunnen aanschaffen. Wat nu bet gedenkteeken zelve betreft: liet beslaat, uit vier bijeen gevoegde arduinen kolommen op ren breed voetstuk rustend en heeft eene hoogte van ruim achttien voeten men kan zich dus verbeelden hoe statig en ontzagwekkend bet is; wij herbalen dat bet de grootste eer doet aan den ver dienstelijken Gentsehen Schilder Th. C'anneel, die er het plan van ontwierp, en aan den Bouwkundigen Heer L. Serrure, var. Antwerpen, die hetzelve uitvoerde. De Commissie is lang in twijfel geweest of het betaamde dit ge denkteeken met het borstbeeld van Willems te bekroonen naar ons gevoelen hoeft zij wijselijk gehandeld met te hesluiten dat er een arduinen kruis zou op gesteld worden dit geeft inderdaad aan het geheel het eigenaardige van een praalgraf. Op den westkant van hel voetstuk zijn de woorden gebeiteld J. F. Willemsgeboren te Boüchodt, 11 November 1793; overleden te gent, 24 JoNT 1846. Op den oostkant Dit graf bewaert ztn asch het vaderland zïn' naam. Zoo het schijnt, is men voornemens, de beide andere zijden niet opschriften uil den Bijbel te bekleeden. De plegtigheid is gevolgd door eenen maaltijd der Fonteinisten, een letter kundig genootschap alhier, aan welken maaltijd vele aanzienlijke en geleerden tegenwoordig waren de hartelijkste eensgezindheid heerschte. Onder anderen ingestelde dronken onderscheidde zich die van den oud-Hoogleeraar Kesteloot, die op uitnoodiging der Commissie, aan de Maatschappij van Nod. Letlerknndo teLeyden gedaanom zich bij het feest te laten vertegenwoordigen, genoemden Hoogleeraar met den Heer Baron de St. Genois daartoe bad verzocht. De Hoogleeraar liet zich daarop in een feestdronk, dubbel merkwaardig, omdat die in verband stond met onze vroegere en tegenwoordige betrekkingen met Noord Nederland aldus hooren »Er bestaat in Noord-Nederland eene Maatschappij die door hare werkzaam heden en schriften aan taal en geschiedenis, Europeesch geworden is: het is de Maatschappij te Leyden gevestigd. Dit Genootschap heeft dit bijzonder eigen, van sedert lang met de Vlamingen in vriendschappelijke betrekkingen te staan hoogst merkwaardig doet zij zich voor door hare gematigdheid diep onderzoek en verdraagzaamheidvan deze laatste eigenschap zal ik hier een voorbeeld aanvoeren: toen in den jare 1790 de Hoogeerw. Heer de Nelis laatste Bisschop van Antwerpen, zich door de staatspartijen gedwongen zag zijn Bis dom te verlaten, reisde hij naar Leyden, vervoegde zich bij de leden dezer letterkundige Maatschappij cn ondervond daar, vooral ten huize van den ge leerden Voorzitter [H. A. Schullens, Hooglceraar in de Oostersche Talen*)], het vriendelijkst onthaal; maanden bragt bij daar genoegelijk door, vergetende zijne wederwaardigheden in de onderlinge beoefening der Schoone Letteren. Is het te verwonderen dat deze vereeniging al vroeg onzen Willems harer aan dacht waardig keurde en hem het lidmaatschap opdroeg, alsmede deel nam in het oprigten van zijn gedenkteeken Ook was Willems niet alleen laai- en letterkundigehij was een verlicht manverdraagzaam vooral zeer geschikt om den broederhand naanwer aan tc snoeren. Als medelid dezer Maatschappij en op haar uitdrukkelijk verzoek, sprak ik hier, bij het uitdrukken van den wensch dat Willems geest over oris hlijve zweven, en ons beziele ter uitbreiding van alles wat waar, nuttig en schoon, immers regt Vaderlandsch isOnze dronk zij dan eene eerbcwijzinggevoegd bij die der voortreffelijke Leydsche Maatschappij van Nedcrlandsche Letter kunde FRANKRIJK. PARIJS, 6 Julij. In de Zitting van de Nationale Vergadering van den 5den is het ontwerp van wet betrekkelijk eene leening van 150 millioen bij de Franschc Bank aangenomen, alsook dat wegens de spaarkassen. Ook werd een wetsontwerp aangenomen over de associaliën van werklieden onderling en van werkbazen rnet werkliedenen een crcdiet bepaald van 1 millioen om die te ondersteu nen. Daarna zijn de beraadslagingen geopend op een door den Minister van Onderwijs Carnol aangevraagd crediet van 3 millioen ten behoeve van bet lager onderwijs. Bij die gelegenheid werden door onderscheidene leden der Vergade ring, maar vooral door den Heer Bonjean hevige interpellatiën tot den Mi nister gerigt, wegens republikeinsche geschriften van gevaarlijke strekking, van welke hij voor 's lands rekening 20,000 exemplaren had doen aankoopen, om die overal te verspreiden. Als tee kendat de vergadering die geschriften De Spreker noemt den Hoogleeraar in de Godgeleerdheid, Te Water, doch die werd cersfc Voorzitter in 1792. Alleen noemt Te Water in zijn eigen Levcrisberigt, den Bisschop onder de genen van wien hij het als een ware eere beschouwdezoo dikwijls hij schrijvens van hem kreegen zegt in het levensberigt dat hij van den Bisschop gaf, dat hij hcra in 1794, dus 4 ja ren later meermalen te Leyden heeft ontmoet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1848 | | pagina 2