BUI TENLANDSCHE BE Ui GTEiN
zien thans het licht onder den titel van: Talie des Matières et des Lettres
dans le RecueilArchivesou Correspondenceetc. par Mr. J. 1. Bedel
Nyenhuis. Door zulk een' geleerden, ijverigen en naauwgezelten beoefenaar
onzer geschiedenis opgemaakt, zijn deze registers, gelijk men dit verwachten
kon, allernaauw keurigst en zeer volledig, en geven zij op den naain van
iederen persoon, die in het hoofdwerk vermeld wordt of voorkomt, een be
knopt doch kernachtig overzigt van al wat door of aangaande hem daarin ge
zegd is, volgens de volgorde der brieven en dus chronologisch.
Alle bezitters der kostbare verzameling van ongeveer 1200 originele brie
ven zullen voorzeker den Heer Rodel Nyenhuis dank weten voor den zoo
hoogst nuttigen en tevens zoo moeijelijken arbeid, aan de zamenstelling van
die registers besteed, waardoor het gebruik der zoo hoogstgewigtige bronnen
voor de geschiedenis der XVlde eeuw, in de Archives vervat, zeer gemak
kelijk gemaakt, en dit werk tot den hoogstmogelijken trap van volmaaktheid
gebragt is. ('5 Grav. Cour.)
AMSTERDAM, 26 Januarij.
Naar men verneemt is de opgemaakte aanbevelingslijst voor de vacature
van Raadsheer in het Provinciaal Geregtshof van Noord-Hollandter vervan
ging van den Heer Mr. A. 'L. Hanlo, aldus zamengesteld1°. Mr. G. J. de
Martini, Advokaat alhier; 2". Jhp. Jlr. C. Hacker, Regter in de Arrondisse-
ments-Regtbank alhier; 3°. Mr. P. Elias, Kantonrcgter te Haarlem; 4°. Jhr.
Mr. F. L. H. J. Bosch van DrakesteinRegter in de Arrondissements-Regt-
bank alhier; 5°. Mr. J. W. Romunde, Kanlonregter alhier; 6°. Mr. \V.
Parker de Ruvter Rocher van Rcnays, Officier bij de Regtbank te Hoorn.
ARNHEM, 25 Januarij.
In de zitting van heden is bij de Arrondissemenls-Regtbank alhier, door
den voorzitter, den Edel Achtb. Heer Mr. C. P. E. Robidé van der Aahet
vonnis uitgesproken in zake van den Heer Bouricius, waarbij de Regtbank de
door het publiek [ministerie cn de beleedigde partij Jonkh. Nedermeyer Ridder
v. Rosenthal c. s. genomene conclusien ten volle toewijst, den beklaagde vcr-
oordeelende, als schuldig aan laster en hoon, tot eene gevangenisstraf van
zes maanden en tot twee geldboeten eene van 1000 en eene van 250
hem ontzet verklaard van de regten bij art. 42 van het Wetboek van Straf-
rrgt vermeld, gedurende een tijdvak van tien jaren, en wijders de beleedigde
partij bevoegd verklaard om het gevallen vonnis ten koste van den beklaagde
te doen drukken, verspreiden en aanplakken, waar zij dat dienstig zal oor-
deelen; met veroordeeling van den beklaagde om aan de beleedigde partij tot
dat einde te betalen een honderd en veertig guldens, en eindelijk in de kos
ten van dit geding, zoo door het openbaar ministerie als de beleedigde partij
aangewend, des noods bij lijfsdwang te verhalen. Een talrijk en uitgezocht
publiek woonde ook deze zitting bij.
CHINA.
CANTON, 27 November.
In wollen stoften hebben geene noemenswaardige omzettingen plaats gehad.
Ecnige mooije Hollandsclie Dekens 11 a 12 ffi wegende, zijn verkocht tot
7}. doll, per stuk.
Hollandsclie Volomieten met vermeerderende voorraad en trage vraag: 100
stukken smal zijn verkocht tot 19,60 doll. Enyelsche met grooten voorraad
en ca. 500 stukken zijn verkocht; men noteert gesorteerde 18 a 21 doll.,
Scharlaken 21 a 24 doll, per stuk. In Laken niets omgaande. [Een dollar
komt overeen met onzen Rijksdaalder.] (/V. Rott. Cour.)
O O T - I KT III E.
BATAVIA, 27 November.
Bij besluit van den minister van staat, Gouverneur-Generaal van Neder-
landsch Indië, van den 28ste" October, is Z. Exc. de Luit.-Generaal F. D.
Cochius, Bevelhebber van het Indische leger, met ultimo December 1847,
op zijn verzoek, op de meest eervolle wijze uit Zr. Ms. militaire dienst ont
slagen, onder toekenning van pensioen, en onder betuiging van den bijzonde
ren dank der regering over zijne langdurige, gewigtige en trouwe diensten.
Bij besluit 21 November heeft Z. Exc.de Gouverneur-Generaal, in vol
doening aan art. 415 en 416 van het Burgerlijk Wetboek voor Necrl.-Indië
de Weeskamer te Sourabayawelke in 1837 was opgeheven, hersteld.
Bij publicatie van 8 November heeft Z. Exc. de Gouverneur-Generaal
afgekondigd het Reglement op de burgerlijke reytsvordering voor de ra
den van Justitie op Java en het Hoog geregtshof van Nederlandsch-Indiè'
hetwelk te gelijk met de nieuwe wetboeken voor Indië in werking zal komen.
Den 3Usten October is Zr. Ms. stoomschip Batavia met de brieven van
den Overland-post naar Singapora vertrokken, medenemende 1829 brieven
voor Europa.
De Javasche Couranten behelzen talrijke berigten van stormen, waar
door in de residentien Cheribon, TagalRembangBantam en Besocki zijn
in hot midden van November meer dan 400 woningen omvergerukt.
Den 16den November heeft er eene vrij hevige aardbeving in de resi
dentie Cheribon plaats gehad. Op vele plaatsen is de grond gespleten en
daaruit warm water met fijn wit zand gemengd opgeborreld hier en daar
was daardoor eene wezentlijke overstrooming veroorzaakt. In onderscheidene
streken zijn alle zware gebouwen omgestort. Te Ardjournangon lag alles in
puin; le Boenlamatti en te Dana-Radja was alles wat vallen kon, omgestort.
Het hevigst echter heeft de aardbeving gewoed in de hoofdplaats Cheribon
zelve. Al de iandsgehouwen en meer dan 200 particuliere steenen woningen
zijn volstrekt onbruikbaar geworden. Een persoon is er door vallende dak
pannen gedood en zes andere gekwetst. Het fort le Palemanans is geheel ver
nieldde Officieren en manschappen hebben de vlugt genomen. Twee sui
ker-fabrieken nabij dit fort gelegen zijn ingestort7 werklieden zijn daarbij
onder het puin begraven en 17 gewond. Meest alle poststations zijn zwaar
beschadigd en vele mijlpalen langs den grooten weg omgestort.
Ook te Indramayoe zijn alle steenen gebouwen zonder onderscheid in puin
gestorthet fort is onbruikbaar. Eene vrouw is onder het puin gedood
twee kinderen zijn gekwetst. De gouvernements-pakhuizen, meerendeels van
hout hebben weinig geleden.
Ook te Batavia zelve zijn op denzelfden dag schokken van aardbeving
gevoeld, zoo hevig, dat deze aardbeving, na die van October 1834 de
sterkste is, welke in de laatste 30 jaren gevoeld is. Belangrijke schade heeft
men hier niet geleden. Alleen zijn eenige muren gescheurd en is de toren
van het stadhuis vrij wat beschadigd. Het beeld, staande op het ijzeren
kruis van gemeld gebouw, is geheel omgekeerd.
Verder hebben deze aardbevingen zich gelijktijdig doen gevoelen in de resi
dentien Banjoemans, KadoeSamarang Rembang en Tagal.
Eene maand te voren was te Buitenzorg en op andere plaatsentot
aan de residentie Bantam toe, een ligte aschregeu gevallen, uit den berg
Goentoer, in de I'reanger regentschappen.
Oxi den 26sten October zijn in den construcliewinkel te Soerabaja met
goed gevolg, in werking gebragt, de voor dat elablissement uit Nederland,
aangebragte stoomwerktuigen door welke de van daar ontvangene draai- en
schaafbanken en andere werktuigen worden in beweging gebragt; later, na
de ontvangst van de uit Nederland, onlbodene assen, zullen ook de overige in
den winkel aanwezige rnachinericn door middel van dezen stoomtoestel wor
den in beweging gebragt; thans reeds wordt de handenarbeid van 75 rnen-
schen bespaard.
TÏT14H. ÏE.
CONST AN TIN O P EL, 5 Januarij.
De Regering heeft een begin gemaakt met de uitvoering der verordeningen
op het herstel van het muntwezen. De stukken vari eene le ligte gehalte
worden ingewisseld. Er zouden van deze laatste voor eene waarde van 800
millioen piasters in omloop zijn, en de schatkist na de geheele inwisseling
daardoor eene schade van 400 millioen lijden. In dit jaar zou voor 10
millioen worden ingewisseld en voorts elk volgend jaar voor eene gelijke som.
P II ïï1 SI e A E.
LISSABON, 14 Januarij.
Door de benoeming van den Baron Solla tot Minister van Oorlog, is het
ministerie thans voltallig het is geheel Cabralistisch.
Den 8sten dezer heeft hier eene muiterij ouder de soldaten plaats gehad,
die bij den Minister van Oorlog ad interimden Hertog van Saldanha, klag-
len wilden inleveren, omdat men hen niet had afgedankt, toen hunna
diensttijd verstreken was.
In de provincie Bcja heeft zich mede eene talrijke guerilla vertoond
waartegen troepen zijn afgezonden.
ITiLLIE.
NAPELS, 15 Januarij.
Men heeft hier de verschrikkelijkste tijdingen uit Sicilië ontvangen. Ge
heel het eiland zou in vuur en vlam staan. De beweging is te Palermo be
gonnen. Den 8sten wist men er reeds, dat de Koning weigerde eenige staats
veranderingen toe te staan. Er begon zich gisting te openbaren onder het
volk, de policie nam de aanzienlijken, die in November hunnen invloed ge
bezigd hadden om de menigte te doen bedaren in den nacht van den 9den
op den 10den gevangen. Onder deze was de Graaf Aceto, die zich in het
paleis van den Engelschen Consul bevond. Daar men hier weigerde voor de
poiicie-agenten de deur te openen, begonnen zij (zeggen de berigten) de deur
open te breken en hadden daarbij het ongeluk dat zij het wapen van En
geland op den grond wierpen. Verschrikt iieten zij af, en de gevangenne
ming van Graaf Aceto bleef onuitgevoerd. Den 12dcD, op 's Konings ver
jaarfeest, schoolde het volk zoo dreigend bijeen dat de militaire bevelhebbers
besloten de ruiterij er op te doen inrijden. Deze werd teruggeslagen. Weldra
nogtans kreeg zij versterking, en nu moest het volk wijken, doch ook dit
werd versterkt en eindelijk kreeg de ruiterij de nederlaag. De infanterie
was niet in het gevecht geweest; zij lag buiten de stad, waar de ruiterij
zich bij haar gevoegd heeft, en versterking uit Napels verwacht, om de stad,
die in handen der menigte is, te hernemen. De beweging schijnt zich in-
tusschcn naar Messina, Catana en Syracuse te hebben overgeplant. Volgens
sommige berigten zou het volk te Palermo zich ook van het fort Castellamare
hebben meester gemaakt. Deze tijdingen zijn alhier door den Vesuvio aan-
gebragt, die Palermo in den nacht van den 12deD op den 13de" Januarij ver
laten heeft en den 13den hier aangekomen is. De Koning heeft in allerijl
troepen herwaarts ontboden. Gisteren morgen kwam op den spoorweg het
garnizoen van Nocera hier aan, en nog dien zelfden dag zijn vijfduizend
man onder de Generaals Desariget en Nicoletliop 9 sloombootcn naar Pa
lermo vertrokken.
De Koning deze tijding ontvangende, heeft zich die zoo aangetrokken, dat
hij dadelijk moest adergelaten worden.
Daar Calabrië van troepen zal beroofd wordenom ze naar Sicilië te
zenden, vreest men, dat zich de bevolking ook daar bij de beweging zal
voegen.