De Groole Raad van Freiburg beeft de volgende besluiten genomen Ten laste van de scliuldigen aan den burgeroorlog, den bisschop en de an dere geestelijken daaronder begrepen zal eene nieuwe cn gedwongene geld- bcffing van 1.600.000 Ir. worden uitgeschreven en over de bedoelde personen, naar bepaalde kategorienomgeslagen. De kloosters, welke geene gees telijke werkzaamheden verrigten cn geen eigenlijk doel meer hebbenzul lenhij uitsterving der bewoners, worden opgeheven. De geestelijkheid wordt onder het opzigt van den Staat gesteld, en door den Staat benoemd. De goederen der kloosters cn van den bisschop worden door den Staat be heerd. Van de gedwongene geldleening worden gedurende 10 jaren geene renten betaald, en daarna 3 ten honderd. Na het uitsterven der kloosters, wordt de leening uit liet vermogen dezer instellingen afgelost, en wordt het overige tot weldadige doel-einden als scholengasthuizen, krankzinni gen-instellingen, enz., aangewend. De hoofd-aanleggers van het afzonder lijke Verhond worden voor een bepaalden tijd uit het kanton verbannen, maar kunnen, na verloop van twee jaren, kwijtschelding van deze straf erlangen. Fit UI SEX. BERLIJN, 18 Jauuarij. Gisteren zijn de zittingen der alhier vereenigde Provinciale Staten door den Koninklijke Commissaris, von Bodelschwingli met eene aanspraak geopend geworden. In den nacht van den IS1*6" dezer, werden in het stadje Kemnalh in den Opper-Pal U, 120 gehouwen en het raadhuis door eenen brand verwoest; dezelve was door onvoorzigtigheid ontstaan. Den 12den brandden in het Hessische stadje Wimpfen 12 gehouwen af. In Westphalen ontstaan gedurig nieuwe kerkelijke gemeentendie de Evangelische geloofsbelijdenis zijn toegedaan. Door medewerking van het Gus- taaf-Adnlph-Genootsehap zijn voor eenige dier gemeenten in II hei tie cn in Recklinghausen, nieuwe kerkgebouwen gesticht. II AMBIIR G. 14 Januarij. Dezer dagen overleed alhier de Heer II. v. Hollen de rijkste particulier na den -dood van Salomon Heine. Men schat zijn vermogen namelijk op 10 millioen M. B. In een schrijven van bier meldt men dat verschillende assnranlie-maat schappijen zich tot éérie maatschappij vereenigd hebben. Andere steden aan de Oostzee zijn van plan dit voorbeeld te volgen; waaruit men de hoop inag afleiden, zegt de Börsenhalledat er weldra iu Duitsehland slechts één stelsel van assurantiën zal zijn, niet onderworpen aan de variatiën van den wisselkoers. FR ANK RIJ li. PARIJS, 17 Januarij. In de Kamer der Pairs is inlichting gevraagd omtrent dc maatregelen die de Regering ten aanzien van Abd-el-Kader dacht te nemen. De Minister Guizot heeft verklaard dat de Regering zich niet aan het door den Hertog van Aumale gegeven woord gehouden achttedat zij echter hooplc de belan gen van Frankrijk met de aan den Emir gedane belofte te zullen kunnen overeenbrengen. Men maakte daaruit op dat er pogingen bij den Eiriirtewerk gesteld werden, ten einde van hem eene verklaring te verwerven, dat het zijn wensch is in Frankrijk te blijven, cn (leest men in het ministeriële ochtend blad van beden) meri verzekert dat de Regering beden eenen brief van Abd- el-Kader ontvangen beeft, waarin bij verklaart zich geheel cn al aan de wijs- beid des Konings te onderwerpencn met erkentelijkheid alles te zullen aan nemen wat Z. M. te zijnen aanzien zal beschikken. De Kamer der Afgevaardigden heeft heden mede eene zitting gehouden, waarin voorlezing is gedaan van het door hare Commissie opgestelde ontwerp van antwoord op de troonrede. Men verwachtte dat de beraadslagingen niet voor den 20sleD of 21slCD geopend zouden worden. Eene deputatie uit de Kamer der Notarissen alhier, zal zich tot den Groot-Zegelbewaarder begeven om met hem te spreken over te uemen maat regelen, ten einde voor het vervolg dergelijke voorvallen als dat met den Heer Outreben te beletten. Ofschoon er reeds zoo vele Schouwburgen hier ter stede zijn, heeft de Minister van Binnenlundsche Zaken magtiging verleend er nog een' nieuwen op te riglen, die Thédtre Nautique heeten zal en waarin watergevechtcn in miniatuur zullen voorgesteld worden. Toen de Hertog de Monlalembert zich bij gelegenheid van de beraad slaging van bet adres van antwoord op de Troonrede, in de Kamer der Pairs beklaagde over het schenden van de Godsdienstige vrijheid in Zwitserland beeft de Heer Pelet aangemerkt, dat bet te wenscheri ware, dal die vrijheid in Frankrijk zelf wat beter gehandhaafd wierdwaar onlangs Doopsgezinden bij eene regterlijke uitspraak veroordeeld cn gestraft werden, omdat zij, vol gens hunne leerstelling, bejaarden hadden gedoopt. De Moniteur Universel geelt een verslag van de opbrengst der indi recte belastingen over 1847. Die opbrengst heeft 820,643,000 fr. bedragen, dat is ongeveer 2 mill. fr. minder dan in 1846, welke nadeelige uitkomst daaraan is toe te schrijven dat de regten op de granenhij vergelijking met het jaar 1846, een tekort van nagenoeg 6 millioen opleverden. Onder de indirecte belastingen, wier opbrengst bij vergelijking met het voorgaande jaar is toegenomen worden vermeld de registratie- en zcgelregten dc uitvoer- regten in Let algemeen, de accijns op het zout, het inkomend regt op Je koloniale en de accijns op de inlandsche suiker, terwijl daarentegen, behalve de opbrengst der regten op de granen is afgenomen die der inkomende reg ten in het algemeen, der belasting op de dranken, enz. Dezer dagen s hier een zeer rijk man, Verder genaamd, overleden, die hij uitersten wil 1,500.000 fr. beschikt heeft tot het oprigten van een ge sticht voor oude lieden, in het hijzonder voor zulkendie geen handwerk uitoefenen, zoo als GeneesheerenAdvocaten, Professoren, Schrijvers, enz. FAR RIEK-ARB EI De Duitschc reiziger J. G. Kohl, heeft in eene belangrijke en onderhoudende Reisbeschrijving door Engeland (waarvan een zeer goede Nederduitsche verta ling is uitgekomen in 1847, in 3 deelen, bij v. Bommel en v. Vloten, te Amersloort) een uitvoerig hoofdstuk toegewijd aan de beschrijving en beschou wing van de uitgestrekte fabriekstad Manchester, waarin hij met veel kennis en onpartijdigheid eene menigte wetenswaardige bijzonderheden vermeldt cn beoordeelt. Deze schrijver, die in een ander niet minder lezenswaardig hoofd stukover Oxford, en hare hooge school zegt: »op de ontdekking van het eigenaardige der feilen en deugden hij rnenschen en instellingen komt het eenen reiziger vooral aan" laat zich over het weiken van jongens en meisjes iri de fabrieken te Manchester, aldus uit: De vraag betrekkelijk de opvoeding en betrekkelijk de verpligting tot op voeding en vorming der fabriekkinderenis in deze eeuw tot op den jongslen tijd toe. steeds dringender geworden. Want met de toenemende verbetering der machines, is de daarbij noodige mcnschelijke arbeid steeds geringer en steeds ligter geworden, en cr zijn dien ten gevolge steeds meer jonge lieden en kinderen in de fabrieken aangenomen. In deze fabrieken is geen vader, die hen leert en kastijdt, geene moeder, die hen liefderijk leidt en waar schuwt, geen oudere broeder, geene volwassene dochter, die hen voorgaat en ten voorbeeld strekt, geen meester, die den arbeid inet godvruchtige woorden doet gepaard gaan geen medeleerling die tot naijver aanspoort. In de fabrieken wordt in het heste geval, dat is, wanneer zij de meest volko- mene inrigting bereikt hebben, waarvoor zij uit baren aard vatbaar zijn, verder niets gevonden dan een naauwkeiirig en niet bard opziener de nood zakelijkheid om Ie arbeiden, de verhoeding van traagheid en kwade streken gedurende den werktijd cn op het einde der week een stipt betaalmeester. Verder ontbreekt alles. Ik z"g allesen dat heeft ontzaggelijk veel in. Naijver onder medemakkers heeft gepne plaats, daar ieder noodzakelijkerwijze zijn werk zoo moet ten einde brengen als de machine zelve, en er geene gelegenheid tot uitmunten gegeven wordt. De veel gewigt hebbende stem der moeder, des vaders, des meesters hoort het kind niet, het ziet alleen het ernstige gelaat des opzieners, die over alles gesteld is. Het werk is zoo eenvoudig, en keert alle dagen zoo geheel op dezelfde wijze weder, dat cr naauvvelijks een zweem van nadenken toe vereischt wordt. Daarbij wordt er niets van hen gevorderd dan de simpele, naakte, kale arbeid, hij welken op geenerhande wijze nog nevensdien de geestvermogens van het kind ontwikkeld, op geene andere wijze zijne natuurlijke begaafd heden geoefend, op geene andere wijze zijne aandacht en oplettendheid bezig gehouden worden. Het werk in huis is, omdat daar niet alles met de on verstoorbare stiptheid eener machinerie verrigt wordt, afwisselender cn, om zoo te zeggen krachtwekkender (iutensiver). Hoeveel en hoe velerlei dingen worden er niet aan den zoon, aan den leerling, aan het dienstmeisje belast en te doen gegeven, welke niet tot hunne eigenlijke en bepaalde werkzaam heden behooren. Hoeveel malen worden zij daardoor niet in het leven inge leid dat later, wanneer zij zelfstandig als hoofden van een eigen gezin zul len moeten optreden, zoo veel eischen van allerlei aard. aan hen zal doen. Al deze bij den arbeid cn de opvoeding buiten de fabrieken, in zekeren zin zonder bedoeling en toevallig ontstane, medebelpcnde cn medeontvvikkelendc omstandigheden en voorvallen worden in de fabrieken, waar geene andere daarvoor in de plaats tredende omstandigheden en voorvallen, zoo min als buitengewone lastgevingen voorkomen te eenenmalc gemist. De jeugdige arbeiders in de fabrieken zitten jaren lang gedurende den scboonsten tijd hunner ontwikkeling en in deu bloeitijd van hun leven, van hun 9de jaar af, alle dagen 9 of 12 ure tusschen de geraasmakende machi nes en zelve machinewerk zonder nadenken verrigteride. De vrouwen inzonderheid, voor wier latere levensbestemming en werkzram- heid als cchtgenooten cn huismoeders, zulke levenskennis en pligtbetrach- ling als in de fabrieken te loor gaat, bovenal noodzakelijk is, zijn in deze fabrieken slecht op hare plaats. Zij bekomen niet het minste besef van de huiselijke pligten, loeren niets in de fabrieken, waarvan zij naderhand in het huishouden of in bet gezin gebruik kunnen maken, cn daar zij zelve geene opvoeding genoten hebbenweten zij ook later bare eigene kinderen niet op te voeden, die nu eene zonder opzigt rondloopoiide straatbevolking uitmaken. De kinderen en de vrouwen zijn toch bet gewigtigste deel der maatschappij: want op de goede opvoeding der eprste berust de toekomst, cn wat zijn de laatste anders dan de ziel dezer goede opvoeding? En juist deze kinderen en deze vrouwen, de grondzuilen der maatschappij, zijn het, welke de fabrie ken, die slechts op goedkoop werk uit zijn en zich met dc meest gewone bekwaamheden en krachten vergenoegen, niet alleen hij voorkeur in hare dienst nemen, maar zij zijn het ook, die bij voorkeur door deze fabrieken bedorven worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1848 | | pagina 3