Deze krijgsman is !e Chur in Graauwbnnderlaml geboren, in 1841 door den Landdag tot Colonel bij bet Zwilscrsch Verbond benoemd, en in 1844 door bet toen voorzittende kanton Lucern belast met bet opperbevel over de hondst roepen. Later woonde hij te Chur, alwaar onderscheidene huiselijke rampen hem hebben getroffendie hoofdzakelijk aanleiding schijnen te heb ben gegeven, dat hij, een belijder der Prolcstantsche godsdienst, de zaak der afzonderlijke kantons tot de zijne beeft gemaakt en bet beleid van het krijgswezen in die kantons beeft aanvaard. In Januarij van dit jaar heeft bij zich daarop te Lucern gevestigd, en zich sedert ijverig Iveziggehourtcn met de inrigting van bel leger en de verdedigings-werken in de zeven kantons. Hij heeft hij den Landdag te laat zijn ontslag als Colonel van hel bonds leger ingediend oin bet eervol te bekomen. Uil Tcssin wordt berigï, dat de zich aldaar bevindende paters Jesuiten, in den nacht van den 14dcD op den 15(Icn die plaats verlaten hebben en naar Italië vertrokken zijn. PRUÏSSE1S. BERLIJN 30 October. De Minister van Oorlog von Piohr houdt zich onledig met plannen waar door zeer aanzienlijke bezuinigingen in den staat van bet leger zouden inge voerd worden. Thans zien bet licht de statuten voer de alhier opgerigte vereeniging tot den vrijen handel. Tot grondslag dier vereeniging is de overtuiging ge nomendat vrije mededinging in alle takken van bet handelsverkeer overal het meest bevorderlijk is voor de nijverheid en dal het tijd is, om de alge- nicene erkenning en aanneming van dit beginsel langs den wetenscliappelij- ken weg te bereiken. De middelen tot de bereiking van dit doel zijn voor- ■dragten, wisseling van gevoelens en het uitgeven van werken en andere ge schriften. Voor ccnige dagen zou de luchtreiziger Kirsch te Munster opstijgen, doch kon liet schuitje niet in evenwigt houden; hij sneed het daarop van den ballon af, maakte daaraan eene dikke lat vast met een dwarstuk, ging er op zitten, en steeg alzoe tot verbazing der menigte in de hoogte. Hij kwain eënigc mijlen van Munster behouden neder. Te Hamburg, Petersburg en op andere plaatsen heeft de gcldkrisis van Londen weerklank gevonden. In de laatste stad hebben twee korenhandelaars hunne betalingen gestaakt, waardoor een huis te Hamburg een verlies van 70,000 m. b. heeft geleden. De Duitsehc Hoogleerarenwelke de Oostenrijksche Regering aan de Krakausche hoogeschool beeft aangesteldhebben zoo goed als geen toehoor ders; één slechts iieeft er twee gekregen. De eigenaars van huizen eischen van hen zulke liooge huurprijzen dat de tlooglceraars genoodzaakt zijn hun intrek in de kasernen te nemen. ENGELAND. LONDEN, 30 October. llet Parlement zal den 18deD November bijeenkomen, om zich met liet afd ion van zaken bezig te houden. De Luitenant Waghorn heeft bekend gemaakt dat zijne inrigtingen in Engeland en in de Oost-Indiën in December buiten werking zullen gesteld worden wegens de mededinging van eene magtige maatschappij. De Heer Rrooke, Radjali van Sarawakontving gisteren in de vergade ring der Stedelijke Overheid het burgerregt der city in een gouden doos. De Raadsheer welke hem de doos overgaf, hield daarbij eene aanspraak, waarin hij herinnerde dat een der voorvaders van dien Heer Brooke, onder de rege ring van Karei den II, Lord-Mayor van de City was; overigens zwaaide hij dien Heer den hoogsten lof toe. De Heer Brooke gaf hierop ten antwoord dat hij er trolseli op was tot burger der city te worden verkozen hij gaf ook de hoop te kennen, dat de zeerooverij geheel onderdrukt mogt worden, en dat Borneo, zoowel als de naburige landen, voor den Britsehen ondernemings geest mogten worden opengesteld. De Graaf van Mount Cashel heeft eene petitie gerigt tot Lord John Bussel], waarin hij beweert een veilig middel te kennen om den handel te gemoet te komen, zondereenig risico. Hij wenseht, dat de bank vooreenigen tijd geld voorschiete op onderpand en daarvoor zilveren serviesen en ander zil verwerk aanneme. Geen land ter wereld is zoo rijk aan zilverwerk als Enge land en de Graaf van Mount Cashel gelooft dat dit eene verligting zou geven. De bank kon tegen zulke onderpanden geld leenen op drie maandenen zou door het nemen van een kleinen rente, zonder gevaar, banknootcn kunnen uitgeven voor het bedrag der gedeponeerde voorwerpen die in allen gevalle in gemunt geld zouden kunnen veranderd wordenwanneer de eigenaars ze niet binnen den bepaalden tijd kwamen terugvorderen. Sydoey Smith schreef in 1827 in de Edinb. Review ten opzigte der over- drevene begeerte der Engelschen om hun grondgebied overal uit tc breiden bet volgende: Iedere rots in den oceaan, waar slechts plaats is voor een zeemeeuw, be zit een Gouverneur, een Vice-Gouverneur, een Magazijnmeester, een Vice- Magazijnmeester en zal binnen kort ook een Aartsdeken en een Bisschop krij gen. Er zijn eollegien voor militairen, met 34 Professoren, welke 17 Vaan drigs ieder jaar opleiden zijnde voor iederen Hoogleeraar een halve Vaandrig. Een reglvaardige en noodzakelijke oorlog kost Engeland ongeveer M 100 elke minuut; aan touw 15,000, aan rood band 7000; aan versierselen voor trommelslagers en pijpers 19,000; een pensioen aan een man, welke zijn hoofd bij de polen verloren beefteen ander pensioen aan iemand wiens dij nabij den evenachtslijn was vermorseldsuhsidiën aan Perziëgelden voor geheime diensten in Thibet pea jaargeld aan de een of andere weduwe en iiare kinderen daar do echtgenoot op zekere plaats was doodgeschoten waar wij nimmer soldaten behoorden te hebben. Een dergelijk tafereel van bui tensporigheid omkooping en verspilling moet de industrie doen verlammen en de vermogens vernielen van liet geestigste en vernuftigste volk dal ooit bestond. Uit eene opgaaf van de faillissementen, die van 5 Augustus tot 5 Oc tober in Engeland hebben plaats gehad, blijkt dat het bedrag van deze is: ƒ108,828,000: bovendien was de schuld van 8 faillissementen niet opgegeven. De stoomboot van Hamburg bragt eergisteren 100,000 aan goud aan; men verwacht vari die stad nog eene gelijke som. Brasilië heeft besloten eene stooin-marine op te rigten. Binnen 5 jaren zullen 10 stoom vaartuigen te Rio en Baliia worden uitgerust, waarvan echter de machines in Europa zullen vervaardigd worden. FSAKÜRIJH. PARIJS, 31 October. De Minister van Buitenlandsche Zaken heeft twee Commissarissen be noemd, om zich naar Syrië te begeven en den toestand dier provincie te onderzoeken. Het zijn de Graaf Lallemand, attaché bij liet Eranschc gezant schap te Konstantinopelen Boré, beroemde orientalist. Den 29sten heeft de Bank voor de eerste keer nieuwe billetten van 200 fr. uitgegeven zij zijn gedrukt op Oranje papier. Men beschouwt de nama king als uiterst moeijelijk. 'i'c Clierhurg werd den 25stcn een vaartuig van stapel gelatentoen op eens de louwen en kettingen, welke zijne vaart moesten matigen, braken, zoodat het met ontzaggelijk geweld de kaapstanden vernieldenwaaraan meer dan 200 menscheu werkzaam waren 6 hunner werden gedood en 40 anderen kregen min of meer belangrijke wonden. De wachtmeester Gérardde beroemde Ieeuwendooder, is beden van Toulon te Marseille aangekomen. De moedige Spabi komt thans onder onze luchtstreek eene rust zoeken, welke door het 8-jarig onophoudelijk krijgvoeren in Afrika voor hem noodzakelijk geworden is. Gérard heeft met zich mede gevoerd een jongen leeuw uit de woestijn, wiens vader en moeder onder dc slagen van den vermetelen jager gevallen zijn hij heeft zicli toen met zijne opvoeding belast en hem den naam van Hubert gegevenzekerlijk uit dank baarheid voor de geheel bijzondere bescherming van den patroon der jagers, in zijne verschrikkelijke ontmoetingen met de leeuwen van den Atlas. De gestalte van den leeuw belooft zeer veel en zijne grootte evenaart reeds die van een volwassene; zijne manen beginnen zijn majestueuseu hals te ver sieren. De wachtmeester Gérard is door den Hertog van Aumale belast ge worden om den leeuw aan den Directeur van het Museum te Marseille over te leverenvan waar hij later naar ons Museum zal worden overgeleverd. Het is dezelfde dien de beroemde jager aan den Hertog van Aumale heeft aangeboden, die hem op zijne beurt weder aan den Koning ten geschenke gegeven heeft. LËVENSBERIGT TAN EEN ZONDERLING MAN- Het volgende herigt wordt door de Prov. Friesche Couiant uit een oude Leeuw. Cour. medegedeeld. F. Gosse Halder, geboren te Dokkum overleed in 1722, oud zijnde hon derd en negentien jaren. Deze man was rle grilligheid zelve. Reeds in zijne vroege jeugd was hij met de gewone beschikking niet te vreden, maar in de wieg wilde hij altijd met het hoofd daar liggen, waar de voeten behooren wanneer inen hem uit een' zilveren lepel te eten gaf, gebruikte hij er niets vantenzij men hem het uit een' houten lepel toe diende; op een andere keer moest het gereedschap van tin, staal of zilver zijn. Ter school besteld, wilde hij het a, h, e niet leeren, alvorens men hem in het schrijven onderwezen hal. Zelden kwam hij ter school op het bepaalde uur, maar gemeenlijk tegen dat de school uitging. Teen de jonge Halder vernam, dat het zijnen ouders aangenaam zoude zijn, als hij eene vrouw naar zijn zin zocht besloot hij dit nog eenige jaren uit tc stellen. Zeven of acht jareri daarna scheen hij verliefd op de dochter eener we duwe; toen dit meisje hem weinig of geen tegenstand bood, gaf hij haar terstond zijn afscheid en wendde zich tot de moeder. Deze wees hem vrij scherp de deur en het gevolg was, dat hij dc dochter trouwde. Dikwijls girig hij niet naar bed voor de zon op kwam slapende dan zoo lang tot dezelve weder onder ging. Des avonds nam hij alsdan zijn ontbijt, om middernacht het middagmaalen des morgens vroeg zijn avondmaal. In den zomer at hij meestal ingelegde en gezouten winterkost, terwijl hij zich des winters allerlei versehe groenten wist aan te schaffen. Des zomers stookte hij in alle kamers groole vuren, en in liet felste van den winter mogt ner gens vuurclan in de keuken aangelegd worden. Dikwijls liet hij een rijtuig komen, doch zelden ging hij er in zitten, maar liep er te voet naast of achter. Hij had tijden waarop hij hij uitstek verstandig en belooverend welsprekend redeneerde. Als zijne grilligheid heni aanviel hield hij te midden eener redevoering plolselijk stil rees schielijk op en liet zijne toehoorders zitten. HÜ schreef zeer veel; zijn stijl was schoon, zijn smaak onvervalsclil eri ver heven, en zijn vcruuft onuitputtelijk in de keurigste vindingen. Werden zijne opstellen in proza of poëzij naar waarde geprezenalsdan wierp hij dezelve in liet vuur of scheurde ze in duizend stukken. Een zijner eerste gedichten, dat door alle kenners werd afgekeurd, liet bij drukken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1847 | | pagina 3